VERKOUD^
NlMOES
VOOR HET KIND
Nelleke heeft kou gevat.
Och, dat arme kind
Ligt nu in haar bedje, wat
Zij niets prettig vindt.
Liever ging zy weer naar school,
Speelde zy op straat,
En zy is een beetje boos,
Dat dit nu niet gaat
'CL I
Maar er is een viertal, dat
Heel in stilte lacht,
Want het voorval heeft ze juist
Eensklaps vreugd gebracht.
Weet je wie dat viertal is
Nelly's poppenschaar
Anneliesje, Carolien,
Mineke en Klaar
't Viertal ligt, zeg stel je voor,
Pijn by moes in bed.
't Krygt van al het lekkers steeds
Ook iets voorgezet.
't Drinkt een glaasje grenadien,
't Smaakt zoo lekker frisch.
't Vindt het heusch niet aak'lig, dat
Moes verkouden is
licht blauw en geel voor de kleintjes, zullen
dit keer veel gezien worden.
Er zijn natuuriyk tal van practische en
minder practische modellen. Heel nieuw en
zeer practisch is het zoogenaamde Directoire-
model, dat een pelerine of een gesimuleerde
pelerine vertoont. Hat voordeel hiervan is,
dat de schouders er meer door worden af
gerond en by voorbeeld een lang en tenger
meisje er flinker en wat breeder mee lykt.
Natuuriyk moet het hoedje met den man
tel overeenstemmen. By een manteltje van
laken kan gemakkelyk nog een vilten hoedje
van dezelfde kleur worden gevondenbij een
manteltje van wollen fantasiestof kan een
hoedje van de mantelstof worden gemaakt.
Zalm uit het blik met veldsla
Rcastbeef - schorseneeren met saus -
aardappelen
Flensjes
Miesje.
,Fred, ga je mee Fred Freed
Fred, die in de kamer zat te lezen, vloog
op en spoedde zich naar het raam.
„Hallo, waar gaan jullie naar toe
„Fietsen naar de Leemkuilen Ga je mee
„Topriep Fred. „Ik kom dadelijk bij
jullie."
Hij deed de achterdeur op Jen knip, want
moeder was naar de stad en zou de eerste
uren nog niet thuis komen, zette zyn fiets
naar buiten en sloot de voordeur. „Een
reuzenidée van jullie om me te komen halen,
zeg zei hy.
„Ik heb het wel gezegd, dat je dadelijk
mee zou gaan," zei Jaap. „Bom wou het niet
gelooven."
„Niet Waarom niet
„Ik heb niet gezegd, dat ik het niet geloof
de verdedigde Bom zich, „Ik zei, dat Fred
Woensdagmiddags vaak naar zijn grootvader
ging. Dat is toch zoo, is 't niet, Fred
„Ja, dikwyls wel. Maar grootvader is nu
met moeder naar de stad. Jongens, wat is
het een fyn weer 't Zou reuzejammer ge
weest zijn als ik in huis was gebleven."
De jongens fietsten nog veel verder dan
-de Leemkuilen, want de zon scheen zoo
prachtig en het was zoo heerlyk windstil, dat
het fietsen een genot was. Ze zongen aller
hande liedjes. Fred en Jaap eerste stem, Bom
en Henk tweede.
„Jammer, dat we voort al weer rechtsom
keer moeten," vond Bom.
„Voort riep Jaap. „We hebben den tijd,
hoorAls ik maar om half zes thuis ben.
Wie van jullie moet er eerder thuis zijn?"
„O, ik niet."
„Ik ook niet
„Neen hoor', met etenstyd is vroeg genoeg.
„Dan hebben we nog meer dan twee uur
voor ons Hoera juichte Jaap en hy gooide
zijn pet de lucht in, die hy onder het ryden
weer opving. Maar daarbij zwenkte zyn voor
wiel naar links en het scheelde niet veel of
hij was tegen den muur van een boerderij
opgebotst, waar een poes haar schoteltje melk
zat uit te drinken. Het beest sprong ver
schrikt opzy en zette een hoogen rug.
„Het denkt zeker, dat je een aanval op
haar bakje melk wil doenIachtte Henk.
„Wat is er
Dit laatste was tegen Fred, die opeens „O
heden had geroepen.
„Wat is er te o-heden
„Ik heb Mies buiten gelaten
„Wie
„Mies, onze poes."
„Nou, en wat zou dat
„Er is niemand thuis en ze is nooit zoo
lang buiten. Hoogstens een paar minuten per
dag. Ze was net weggegaan toen jullie kwa
men."
„O, maar die zoekt haar vermaak wel."
„Maar ze heeft niets buiten staan Geen
melk, geen etenWat zal ze zich ellendig
voelen als ze merkt, dat ze er niet in kan
„Kom zeg, pieker niet over die poes
kwam Bom en hij zette in
„Makkers komtMakkers komt
Het speeluur slaat
Naar buiten heengesneld
Jaap en Henk zongen dadelyk mee, maar
Fred niet. Die dacht aan Mies, de poes, die
nu stellig klaaglijk miauwend bij de achter
deur zat. Wat moest ze wel denken Nog
nooit was het gebeurd, dat ze niet dadelyk
was opengedaan. Misschien dacht ze wel, dat
ze werd buitengesloten. Och, wat moest ze
zich dan eenzaam voelen
„Jongens," zei Fred opeens, „ik. ga naar
huis
Het zingen werd dadelijk gestaakt. „Hè
Waarom dat nou
„Om Mies".
„Welke Mies vroeg Henk warempel. De
heele Mies was hij alweer vergeten.
„Om die kat?" riep Jaap
Fred knikte. „Ik kan de gedachte niet ver
dragen, dat ze daar zoo eenzaam by de deur
zit. Maar rijden jullie maar door."
„Je lykt wel niet wijs vond Bom. „Wat
zal het nu geven of zoo'n beest een beetje
langer of korter buiten is
Fred kleurde. „Ik ga toch maar," besloot
hij. „Ik kan er niets aan doen. B'sjoor, hoor
Tot morgen
„Zeg, weer nou toch wijzerriep Henk
nog.
„Neen, ik ga. Ajuusjes. Fiets prettig
Fred rende weg. Hy trapte zoo hard hy
maar kon en als hij een veldwachter was
tegengekomen, had hij vast een bekeuring
gekregen.
Buiten adem kwam hij weer by huis en
ja hoor, Miesje zat by de achterdeur.
„Kom maar, poeki, Kom maar
Wuivend met haar staart kwam Mies aan
gewandeld. Ze streek haar kopje langs
Fred's beenen en Fred moest lachen om haar
rare, kronkelende bewegingen.
Maar toen Fred binnen was en poes een
bakje melk had gegeven, voelde hy de stilte
van het huis eensklaps als lood op hem druk
ken. Als hij niet terug was gegaan, zou hy
nu vrooiyk met de jongens hebben gefietst
of ergens krygertje hebben gespeeld. Had hy
spyt Och, een beetje wel. 't Was ook zoo
stil in huis enHoep. daar sprong Miesje
op zyn knieën. En snorde als een spinnewiel
en terwyi ze haar voorpootjes tegen Fred's
borst legde, wreef ze haar kopje langs zyn
kin. En toen, neen, toen had Fred er geen
spijt meer van, dat hy naar huis was gegaan.
Hy voelde zich ook niet eenzaam meer
Miesje was zyn makkertje, dat hem dank
baar was om wat hy had gedaan.
Een leuk spelletje.
Het mooie weer komt weer aan en menig
kind mag na schooltyd nog een uurtje buiten
spelen. Ken je het spelletje „Wie gaat mee
op reis Niet Nu, luister dan maar goed.
Je kunt „Wie gaat mee op reis spelen
met zooveel kinderen als er maar mee wil
len doen. Het leukst gaat het toe met veel
kinderen. Allen, op twee na, gaan op een ry
staan. Ieder kind in die rij kiest den naam
van een stad, zooals Amsterdam, Rotterdam,
den Haag, Groningen, Maastricht, Beriyn,
Londen, Parijs, Brussel, Romeer zyn er
genoeg. De twee, die buiten de ry zijn ge
bleven, zyn de reizigers en de treinconducteur.
De treinconducteur vraagt aan den reiziger:
„Waar wilt u naar toe
De reiziger antwoordt dan „Ik wil van
Amsterdam naar Londen of „Ik wil van
Beriyn naar GroningenIn elk geval
noemt hij steeds twee steden, waarvan de
namen zyn aangenomen door twee kinderen
die in de ry staan.
Zij, die de genoemde namen dragen, ver
wisselen snel van plaats en de reiziger moet
trachten in dien tyd een der open plaatsen
te bezetten vóór de ander aankomt, dus zoo
ongeveer als ook by „Stuivertje wisselen"
wordt gedaan. Lukt hem dit, dan' moet de-
geen, die is uitgevallen, treinconducteur zyn,
terwijl de treini-onducteur reiziger wordt.
Lukt het hem niet, dan wisselt hy alleen met
den treinconducteur.
Ons leuk Raadselhoekje.
Het scheelde maar een haartje of we had
den kunnen zeggen, dat alle kinderen 5 goede
oplossingen instuurden. Nu heeft echter M.
Kuzee 4 goede oplossingen ingestuurd en
Annie van Hoorn 3.
En wie stuurden 6 goede antwoorden Het
zynMien Stroo, Maaike StrooDina de
NooyerM. Hollaers Saartje van Ham
Bram van der Hof Annie de Reeper Jannie
Rueb Jo Minderhoud Toos Sohier Truus
SchotNellie Zeyger Cor Weeda Leni de
Laan Cornelis en Joseph van Dyke Tannie
Sinke Marie de Visser Annie Kooman
Jaantje Risseeuw Lena de Bruyne Neeltje
Mu.dde Anton Gillissen H. A. Overvliet
Geertje Gravers Jan Choufoer Anna La
gendijk Gretha PostTreesje van Opber
gen Christien Balmakers Mary van Leeu
wen Dina Quite Jacob de Buck Chris
tina de GroeneGientje de Bruijne Anna
VermeuleJannie de BruijneEen kind
zonder naam (Maar het verschuilt zich achter
Goudroosje)Truus de Jong Jo Poppe
Heinz HöferNog een kind zonder naam
(Dat zich achter Sneeuwklokje verschuilt
Tini van Akkeren.
De oplossingen zijn:
1. Potlood (tol-poot-dop-pot).
2. Lei klei.
3. Wormerveer.
4. IJverig
Meloen
Ulster
Inkten
Dapper
Eiland
Narcis IJmuiden
5. Eigen haard is goud waard.
Wie stuurt de oplossingen in van de nieuwe
raadsels Ze moeten weer uiteriyk Dinsdag
avond aan het bureau van de krant zyn. Op
de enveloppe of het netjes dichtgevouwen
briefje moet staan Aan ons leuk Raadsel-
hoekje, De Vlissingsche Courant te Vlissingen.
1. Verborgen kleedingstukken
Ada, schuif wat op
Jongen, pas op, doe kleine zus geen py'n
Ik weet zekeroker heeft een gele kleur.
Ja, sterren fonkelen mooi.
(Ingezonden door Annie van Hoorn)
2. Welk woord kun je uit het onderstaan
de maken
Z
Zon ang
(Ingezonden door Dies van den Berg)
3. X... is een getal.
X..» is een deel van een schip.
X... is een viervoetig dier.
X... vindt men in slooten en plassen.
X... zit op een flesch.
X..» is niet goed.
X..* is een deel van een fornuis.
X... is een jongensnaam.
X... vind je in ieder huis.
X... is een morgendrank.
Op de kruisjeslij n komt de naam van een
plaats in ons land.
(Ingezonden door Jo Poppe.)
4. Neem uit elk zinnetje één woord en voeg
die tezamen tot een spreekwoord
De regen viel by stroomen neer.
Ik houd veel van den morgenstond.
Wie heeft er een bal
Onze haan is met goud bekroond
De koeien loopen in de wei.
De boer wandelt over den weg.
Loesje is niet op haar mond gevallen, hoor
(Ingezonden door Toos Sohier.)
5. Het geheel bestaat uit 12 letters en is
een rivier in Drente.
4-5-7 krygt men op school.
1-10-11-6 gebruikt een timmerman.
12-3-7-8 is een ander woord voor nevel.
2-9 is een woord, waarmee vele sprookjes
beginnen.
(Ingezonden door Anna Lagendyk.)
Ons gezellig Brlevenhoekje
M. Kuzee. Hartelijk welkom
Annie van Hoorn. Kind, kind, wat heb
je het druk Dat is een flinke portie aard
rijkskunde, hoor. Heb je het er goed afge
bracht Wie weet kom je later nog wel eens
in al die landen, die je hebt moeten bestu-
deeren. Ja zeker, de boeken van Pietje Bell
ken ik wel. Ik heb er ook hartelijk om moe
ten lachen, maar gelukkig is Piet met al zyn
guitenstreeken toch ook een dappere, eerlijke
en harteiyke jongen.
Goudroosje. En kregen toen oma, de
dochter en het nuffige dienstmeisje ruzie
Als jullie maar niet zoo gevochten en gestoeid
hebben, dat de kanten blouse scheurde. Ik
ken alleen „De zoon van Dik Trom" die
andere boeken, die je opnoemt, heb ik nooit
gelezen. Zijn ze mooi En wie is die meester
Jeanne Misschien wel een meisje, dat met
haar poppen of vriendinnen schooltje speelt,
hè Neen hoor, de Soerabaj astraat is heele-
maal niet in myn omgeving. Ze ligt in de
Indische buurt en ik woon in de Watergraafs
meer. Dag Goudroos. Niet meer je naam ver
geten, hoor
Duinviooltje. Jy bent me een breister
tje Moeder zal het wel heerlijk vinden, dat
je zoo handig bentOp je rokje komt zeker
de jumper, hè Je hebt laatst, meen ik, ge
zegd, dat het er een zou worden zonder mou
wen. Nu, zoo'n jumper kun je op 't oogen-
blik nog niet dragen. Is het by jullie ook zoo
koud Je trekt met plezier nog een dikke
jurk aan. Madeliefje zal wel blij zijn met haar
mooie lyfjes.
Madeliefje. Hartelyk welkomWat
schrijf je al keurig. Natuuriyk mag je met
Duinviooltje samen de raadseltjes oplossen.
Maar Duinviooltje niet alles alleen laten
doen, hoor Anders leer je er niet van. 't Is
beelderig postpapier. Misschien kryg jy ook
wel een doosje als je jarig bent. Zou dat
gauw zyn
Spring in 't veld. Neen, ik heb dit jaar
de schaatsen nog niet onder gehad, 't IJs is
dan ook eigenlijk nog niet voldoende sterk
geweest, 't Is een heeriyke sport, hè Heb je
ook op het ijs gesprongen, met je schaatsen
aan Ja, wamt je bent niet voor niets een
Spring in 't veld.
M. Hollaers. Hartelyk welkom Als je
wil, mag je ook een schuilnaampje kiezen,
hoor. Zoo'n domme Liesje Ja, dat komt er
van als je in den winter zonder mantel of
muts naar buiten gaat. Is de dokter er bij
geweest Dat raadseltje is niet goed. Er zyn
nog heel veel meer dingen, die je niet veel
gebruikt, maar toch niet kunt missen, 't Is
heusch niet alleen een pink.
Zangvogeltje. Kon ik je maar eens hoo-
ren kweelen
De Sportvriend. Nu nog hyacinthen, die
je pas bent gaan kweeken Maar weet je wel.
dat hyaclnthenbollen eerst èen poosje in een
donkere kast moeten staan om wortels te
ontwikkelen? Misschien hebben jullie een
waranda en kun je in een bloemenbakje (je
kunt er een gewoon boterkistje voor nemen)
toch nog van alles zaaien.
Vlindertje. Hartelyk welkom Ja, Annie
kan prachtig schrijven, dat heb ik ook al ge
merkt. Maar jy schryft ook goed, hoor. Wat
voor cyfer heb je op je rapport
Teekenaresje. Van harte welkom Ik
Zou wel eens een teekeningetje van je willen
zien.
Jo Minderhoud. Hartelyk welkom Nu
ik heb gelezen van de bloemen, die je zaait
en plant, nu schiet me opeens te binnen, dat
je als schuilnaampje mooi „Bloemkweekertje
kunt kiezen» Lykt je dat wat Je hoeft het
niet, hoor 's Is maar een plannetje. Kun je
op dat dak ook zitten Als al je planten in
bloei staan, kun je je vast voorstellen in een
tuin te zijn. Je raadsel is goed, maar moet
een heel klein beetje veranderd worden. Dat
mag zeker wel, hè Het is, enkel met die
stipjes, te onduidelyk.
Lezeresje. Korfballen, dat deden wy
vroeger op de gymnastiekles ook en later,
toen ik van school af was, ben ik een poos
in een korfbalclubje geweest. We speelden
zomers en 's winters, het heele jaar door.
Maar toen ik eens een flinke kou had opge
daan, mocht ik het niet meer. Doen jullie
het in de gymnastiekzaal Van den zomer
krijgen we weer eens een vervolgverhaal. Nu
wordt er te veel ruimte in beslag genomen
door het Raadselhoekje, weet je. Neen, dat
boek van dien zielenverkooper ken ik niet.
Verkocht die man zielen Griezelig
Naaistertje. Ik denk, dat jij een van de
kinderen was, die haar naam had vergeten
Wat bedoel je met een „reisbed" Een bed,
waarop je ligt als je op reis bent Maar daar
kun je best op slapen, hoorHet raadseltje
van die kaars is ook niet goed, want een kaars
heeft geen schortje voor. En dat van dien
barbier hebben we al eens gehad. Jammer
van alle moeite, die je hebt gedaan, hè
Maar misschien kun je nog een paax audere
raadseltjes bedenken.
Viooltje. Maar is er dan iets byzonders
met je, dat je zoo opeens naar de zevende
klas bent gegaan Je zult je van Amsterdam
wel niets kunnen voorstellen. Alles wat er is
gebeurd toen je twee jaar was, kun je je ge-
woonlyk niet meer herii eren. Weet je nog
iets van Indië af Neer, cat zal ook wel niet.
hè Wie weet ga je er' 1 er weer eens naar
toe en dan is alles wat je ziet, toch nog
nieuw voor je. Prir niet groot en hy is
niet klein. Zoo tuss' a tafellaken en servet,
begrijp je? Hy zie voor het grootste deel
wit, overigens bruin. Als je 't hem vroeg, zou
hy best heelemaal bruin willen zijn. „Weet
je waarom?" zegt hij. ..Dan zou de vrouw
me niet zoo vaak war ;el;eu En wasschen
BrrrGeef mij maar liever een kluifje,
hoor
Zonneschyn. Ja zeker, ik vind, dat je
keurig schryft. En zoo duidelijk, dat is ook
heel wat waard. Ja, dan was het voor Bello
zoo maar beter. En hoe is het duifje Nog
monter en beweegiyk? Misschien komt het
wel eens op je schouder zitten. Prins geeft
je een pootje. Hy ligt op 't oogenblik lekker
te soezen in het zonnetje.
Rymelaar. Dank je wel voor die aardige
foto. Ik ben er erg biy mee. Wat sta je daar
kranig. Echt gereed voor den eersten schop
Maak je altyd veel doeltjes? Ik geloof, dat
je ook je nieuwe voetbalschoenen aan hebt.
is 't niet Als jij nog niet eens keeper van
ons elftal wordt, dan weet ik 't niet, hoor
Wat een mooi vers heb je weer gemaakt op
de vierde oplossing. Hulde
Nachtegaaltje. Hartelyk welkomIk
hoop, dat ik altyd zoo'n lang epistel van je
kryg, want dat vind ik zoo gezellig. Heb je
neg zoo'n klein broertje Zeker een wiege- i
fcindje, hè Want grooten huilen niet meer.
Weineen, je bent heelemaal niet te oud voor
ons Raadselhoekje. Ieder, die wil, mag mee
doen en net zoo lang als ieder dat prettig
vindt. Dag Nachtegaaltje. Ben je nog op
school
Krullenbol. Dat raadseltje is niet goed.
Want dë woorden, die onder elkaar komen te
staan, zijn niet allemaal even lang. Urk
heeft by voorbeeld 3 letters en Groningen
heeft er veel meer. Let eens op de andere
raadsels van deze soort, die je ziet verschij
nen. Moortje is dus een levend wekkertje.
Snoept zy nooit
Waterlelie en Teekenaar. Ja, Ik heb ge
lezen, dat de koningin in April naar Vlissin
gen komt. Als Amsterdam een beetje dichter
bij Vlissingen lag, kwam ik wel een kijkje ne
men, maar nu, neen, nu wordt de reis te
duur. Jammer, dat jullie niets uit Amerika
hooren. Maar sehryven jullie zelf ook niet?
Breistertje. Dat zal me een feest zyn
geweestHoe zag de bloemenmand er uit
Als ik op de zanguitvoering was geweest, had
ik natuuriyk ook geklapt. Welk meisje zong
er alleen Iemand van jullie koor
Rozewitha. Als je raadsel goed is ge
weest, krijgt het stellig eens een plaatsje.
Maar wanneer.... ja, dat kan ik vooruit
niet zeggen, hoor. Geduld hebben maar.
Neen, dat boek ken ik niet. Welke helden
daad'heeft dat meisje gedaan? Je popje zal
er wel lief uitzien met haar nieuwe jurk,
Wordt ze nu geen nufje
Jaantje Risseeuw. Hartelyk welkom
Dat raadseltje hebben we al eens gehad. Kun
je niet een ander bedenken?
Zwartkopje. Ja, t heeft hier wel ge
vroren, maar toch nog meer gesneeuwd. Er
ligt een dik pak en de kinderen bekogelen
elkaar met ballen. Prins heeft er ook al een
gehad, net op zyn neus. Maar 't was gelukkig
geen harde.
Danio Rerio. O wat ben ik een domoor
om tweemaal hetzelfde te vragen. Ja, nu
herinner ik me, dat je al eerder hebt vreteld
zulke mooie planten in de aquarium te heb
ben. Wees maar erg voorzichtig met het
vangen van stekelbaarsjes en reik niet te ver
over het water. Ben je ook al aan 't plaatjes
verzamelen van het nieuwe Verkade's album
*t Moet weer erg mooi en leerzaam zyn.
'k Zou die Paradys-vischjes wel eens willen
zien als ze zoo jong zijn. Honderd Dat is
geen kleinigheidFrans zal wel vele malen
per dag zyn neus tegen het ruit van de
aquarium drukken. Wil Frans niet meedoen
aan ons Raadselhoekje
H. A. Overvliet. Hartelyk welkom Ben
je een jongen of een meisje Je raadseltje
is goed en krijgt eens een plaatsje.
Zangertje. Dan zal het wel heerlyk zyn
om naar vader's verhalen te luisteren. „Cal-
boois" Wat zijn dat voor dingen Je be
doelt toch geen „Cowboys" Heb jy al die
boeken, die je opnoemt? Ik ken alleen Dik
Trom en Knap Suusje. Jammer, dat Gichel-
tje niet meedoet. Zou ze zich niet een klein
beetje verbeelden, dat ieder naar haar kijkt
Jan Choufoer. Je raadseltje krygt op
een goeden dag eens een plaatsje, hoor
Springertje. Gaan jullie dan na het zin
gen dansen? Ik denk, dat je op je nieuwe
lakschoentjes heerlijk zult zweven. Nog ge
feliciteerd met vader's verjaardag. Was hij
niet in zijn schik met het rookstel
Treesje van Opbergen. Waar plukten
jullie dan die katjes? Aan den openbaren
weg mag het wel, mits je voorzichtig en met
aandacht plukt en de boomen niet vernielt.
Maar in plantsoenen en parken, neen, daar
mag het niet. Waar ik woon Heelemaal in
Amsterdam. Ben je daar al eens geweest
Van dat spreekwoord heb ik neg nooit ge
hoord. 't Kan best zijn. dat het bestaat, maar
het is toch niet bekend genoeg om als raad
seltje te dienen. Dag lieve Trees
Stopstertje. Wat zul je dan naar den
zomer verlangen. Krijg je de fiets „zoo maar",
zonder dat je jarig bent
Mary van Leeuwen. Je raadseltje is wel
goed, maar je moet een poosje geduld hebben
eer je het ziet verschynen.
Huishoudstertje. Met moeite heb ik je
briefje ontcijferd. Kun je niet een klein
beetje duidelijker schrijven Je mag het wel
met potlood doen, maar dan moet je zorgen,
dat het niet vlekt. Ik houd wel van choco
la. Als ik bij jullie was geweest, had ik vast
een kopje mee gesnoept. Je raadseltje is wel
goed en krygt eens een plaatsje. Je moet ge
duld hebben. Van de soort, die je instuurt,
hebben we er nog heel wat liggen en je ziet
wel, dat de raadsels iedere week verschillen.
Borduurstertje. Gefeliciteerd met groot-
mce's verjaardag. Was het een gezellige
avond Ja, die verhaaltjes schryf ik altyd.
Fijn, dat je je met Fideltje en Mikimauw
zoo hebt geamuseerd.
Roodkapje. De Marnixstraat is een heel
eind van me vandaan. Zeker wel drie kwar
tier ryden met de autobus. Ja, in 't Ryks-
museum kun je heel veel mooie dingen zien.
„De Nachtwacht" is maar niet een klein
schilderytje, hoor't Is een doek, dat een
heelen muur beslaat. „De Avondschool" van
Gerard Dou is niet zoo groot. Dat laatste
vind! ik zoo prachtig. Er zyn "an die moo'e,
warme kleuren in. Neen, ik ben V.et op een
zangvereeniging. Daarvoor heb ik veel te
weinig tijd. Heette dat liedje „Zaterdag"?
Waarover ring het dan?
Truus de Jong. Je raadseltjes zijn goed,
hoor
Goudhaartje. -- Welk boek leest mevrouw
dan nu Ik denk. dat als je voor den vier
den keer „Met z'n drietjes naar d~ hei" leest,
je er nog dingen in zult vinden, die nieuw
voor je zyn.
Gicheltje. Malle meid. waarom zou je
niet meedoen Je hebt nog tyd genoeg om
al die versjes te leeren. Zing jy ze maar ge
rust alle dagen. Vader en moeder zullen dat
juist prettig vinden en 't zal ze opmonteren.
Veel plezier morgén. Heeft vader nu met dat
n'euwe kammetje een mooie, rechf~ 1 ncr
'n zijn haar