500 300 25 's-Morgens dat eerste trekje van je Chief Whip 14 FEBRUARI EERSTE BLAD - No.38' 69e Jaargang i 1931 RICHT VLISSINGEN DA Uitgave: firma f. VAN DE VELDE Jr., Walstraat 58-60, Vlissingen. Telei. 10. Postrekening 66287 Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen GEMEENTEBESTUUR KAEflEROVERZICHT kerel is een genot—en hoe- veel je er ook daarna rookt het geeft niet want het is de beste voor je gezondheid! VIRGINIA Ook met kurk en goud Stads- cn Provincienieuws JRTEN ï.uari 1931. Kerk. Kerk. ftSINGA. tSINGA. Kerk. aat.) Kerk. .N BEMMEL, van Hoorn Kerk. vormden. STEIN, van Middelburg. Gemeente. lat.) lendingsgemeente. Bakkersgang). leils. ,at 8). 3 uurOpenlucht- :t8 uur Heils- Kapitein A G. tG. Kerk. SER, van Middelburg. IRBOER iienst). arnixschool) 1ERBOER. e Kerk. UIPER. PER. sm. van Zoutelande RKE. LTE. [JWENDRAAD, van Vlissingen. rnst.) d. IBEEK, van Vlissingen. Doop.) URG. ^teld Verband. van Oostereind ins. van Vlissingen IJKE. t)E. IET. DIENSTEN, ïeente. aat) 'ebruarl JVERBERG, van Rhenen. ITLIJNEN >r. te Marseille or. van Madeira 11 Febr. Flores van Santos ?ebr. te Port Said 11 Febr. van East- Febr. van Sabang >r. van Penang 3 766.0 te La Coruna ad 736.8 te Blaa- ,vond van 14 Febru- Zuid-Westelijke tot Half- tot zwaarbe- juien. Zelfde tempe- ïts lichte vorst. 11.54 0.15 12.41 uto's, Fietsen ulgen. ixl uur 5.38 5.40 lakelykheden, ■n, enz. Lezing Evan*. Concert, A.G.O., lur. VUSSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ2.20 per 3 maanden. Franco door Het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove rige landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 et ADVERTENTIEPRIJSVan 1—5 regels 1.25iedere regel meer 25 cent Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 et p. regel.Kleine advertentiesbetrefiendeHuur enVerhuur.Koop en Verkoop, Dienstaanbiedingen en-Aanvragen van 1—5 regels 75 ct., iedere regel meer 15 ct De abonné's in 't bezit eenei Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim gulden bij verlies van een wijsvinger gulden bij verlies van eiken anderen vinger AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGINü „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS" Dit nummer bestaat uit 4 bladen den helder, schietoefeningen. De Burgemeester van Vlissingen maakt aan zeevarenden bekend, dat op 17 en zoo noodig op 18 en 19 Februari 1931, zal worden ge schoten met geschut te Den Helder, door een batterij van het fort Erfprins. De schiet proef zal te 10 uur aanvangen. Op of nabij de batterij waardoor wordt ge schoten, zal van één uur voor den aanvang tot het einde der schietproef een roode vlag geheschen zijn. De sector waarin geschoten wordt, ligt tus- schen de peilingen fort Erfprins 50° tot 90° tot een afstand van S]/2 KM. uit de kust. Zeevarenden wordt verzocht zich niet zon der noodzaak in bovenbedoelden sector op te houden. Vlissingen, 14 Februari 1931. De Burgemeester voornoemd, VAN WOELDEREN. tweede kamer. Vergadering van Vrijdag. Crisis-debat. De heer Van den Tempel was niet zóó on tevreden als de heer De Visser, In sommige opzichten meende hij welwillendheid van den Minister te beluisteren omdat hij soepelheid toezegde. Echter was de steunregeling niet Baar zijn zin en hij diende daaróm twee moties in. De ééne vraagt goedkeuring dat de kassen deh uitkeeringsduur met zes weken verlengen en dat de Staat zal bijpassen. De andere wenschte verschillende veranderingen in de circulaire van 7 Januari. Aan de ge- meentereg&lingen zal niet het karakter van bedeeling worden opgedrongener zullen geen uitzonderingen gemaakt worden voor bepaalde groepen van werkloozen, zoodat de vrouwen er onder zullen vaUen, de 60-jarl- gen, zij die na 1 Januari 1931 zijn gehuwd, kostgangers en meerdere leden van het ge zin. De gemeentebesturen zullen een mildere regeling mogen toepassen zoowel ten aanzien van den aftrek van inkomsten der gezinsle den als ten aanzien van het percentage. Ten minste 50 der gedane uitkeeringen zullen aan de gemeenten worden terugbetaald. Een lange rij sprekers was al ingeschreven om hun licht te laten schijnen. Met veel van de interpellatie-van den Tempel was bijv. de heer Snoeck Henkemans zoowel als de heer Smeenk het niet eens. Hun bezwaar was wel dat de Minister een te algemeene regeling maakt om de bedrijven te wringen in één regeling. De heer Snoeck zou wenschen dat de Minister zou kunnen verklaren dat in een gemeente algemeene crisis-werkloosheid heerscht, zoodat die gemeente rijkssteun krijgt voor alle werkloosheiduitkeeringen ook voor die aan werkloozen welke nog niet alge meen crisis-werkloos zijn verklaard. Veel sympathie vinden de moties niet. Wel gevoelde bijvoorbeeld de heer Snoeck wel iets voor de instelling van gemeentelijke ad vies-commissies. Bevordering van onzen export naar Indië als middel om de arbeidsmarkt te verbeteren verdedigde de heer Joekes. Deze afgevaardig de wraakte de trage uitvoering van het We genplan met voorbeelden toonde hij aan dat in de noordelijke provincies veel meer te toen ware. Aan den zoo dringend noodigen weg van Groningen naar de Duitsche grens is nog niets gedaan. Ook de gemeentebesturen konden wel eens vlugger werken. Van veel belang achtte de heer Joekes de vraag naar verkorting van den arbeidsduur, 'n de eerste plaats in bedrijven die den 8- Mgen werkdag nog niet invoerden. Hij wilde zelfs overleg met particulieren om te trach ten in hun bedrijven een korteren arbeids dag iri te voeren met behoud van de thans bestaande loonen. Wanneer dan meer perso neel noodig mocht blijken, zou de Staat kun nen bijdragen in de kosten. Deze afgevaardigde achtte die arbeids uur-regeling één der belangrijkste punten m deze crisistijden. De heer Van den tempel beeft aan het slot zijner interpellaties met zin dit punt aangeroerd, maar de heer i vond dit punt het voornaamste. Andere leden waren meer van meening dat het debat niet veel klaarheid had gebracht. Dezulken hadden geen ongelijk. CHIEF WHIP vlissingen, 14 februarl Prov. Statenverkiezingen. De lijst van de liberale staatspartij, de Vrijheidsbond, in den kieskring Sluis is als volgt vastgesteld 1. P. Erasmus, Oostburg (aftr.) 2. D. H. van Zuijen, Breskens 3. M. A. Bleiker, Schoondijke 4. A. I. Leenhouts, Retranche- ment5. A. H. J. Beuningh, Groede 6. E. P. van der Werff, Oostburg 7. W. P. Verplanke, Biervliet8. M. E. Pruijsen, Biervliet9. M. Verbrugge, Waterlandkerkje 10. I. Schijve, IJzendijke11. K. Reepmaker, Aardenburg 12. Iz. de Bruijne, Nieuwvliet13. A. Luteijn Azn., Schoondijke 14. M. Wagtho, Groede 15. J. de Hullu, Groede 16. A. Lako, Zuid- zande 17. Iz. Brevet, Sluis18. A. Theri, IJzendijke. „Gezag en Vrijheid". Gisterenavond trad voor de anti-revolu tionaire kiesvereeniging op oud-minister J. J. C. van Dijk met bovenstaand onderwerp. Na ingeleid te zijn door den waarnemen- den voorzitter, den heer G. van de Putte, begon de heer Van Dijk met er op te wijzen dat het onderwerp „Gezag en vrijheid" wel speciaal van toepassing is voor dezen tijd, waar op alle terrein veel verwarring heerscht. Er is verwarring in het maatschappelijk le-t ven, op het terrein van het economisch, ze delijk, kerkelijk leven en vooral ook op het terrein van het staatkundig leven valt er veel versplintering waar te nemen. In de eene staat wil men het maatschappelijk leven wijzigen en in de andere lijdt de vrijheid tot ongebondenheid. Hier ondermijing van het gezag en ginds de dictatuur van een enke ling. Spreker komt dan tot twee verschillen de groepen. De een! groep, die» met God re kening houdt en de andere die in haar we reld- en levensbeschouwing met God geen rekening houdt. Spreker ging uitvoerig na, wat gezag is Het is een gebieden, een gezeggen van de genen die over den mensch gesteld zijn en het gehoorzamen is er onafscheidelijk aan verbonden. En boven alle gezag staat Gods onbeperkte souvereiniteit. Dit gezag wordt onmiddellijk uitgeoefend over het geweten en middellijk over het leven in de maat schappij. Het gezag van den mensch is dus niet onbeperkt, want God stelt eischen. Spreker behandelde vervolgens het mari- taal gezeg, patriarchaal-, kerkelijk- over- heids- en sociaal gezag. De twee eerste lagen reeds in de schepping opgesloten en de drie laatste zijn noodig geworden door de zonde en zijn een gevolg van Gods algemeene ge nade. Voor het geheele leven zijn ordenin gen gesteld en als die opgevolgd worden kcmt de mensch tot zijn volle ontplooiing en houdt men aan deze leyenswp1"- vast, dan is ei pas de ware vrijheid. De overheid werd ingesteld óm den mensch te beschermen, anders zou hij geheel ten onder gaan. De hoogheid van het overheids gezag moet geëerbiedigd worden en de vrij heid kan alleen een goede plaats in het leven hebben als het gezag naar recht gehand haafd wordt. Valt het gezag weg, dan krijgt men een ongebondenheid die niet te beteu gelen is. Spreker toonde aan wat de bron van het overheidsgezag is. Het is geen schep pingsordinantie, maar na den zondeval in gesteld. In de ordinantie dat doodslag moet gestraft worden, ligt de bevestiging opgeslo ten van het goddelijk gezag aan de overheid gegeven. Dit is een daad van ontzaggelijke beteeke- nis geweest, want nu kwam de orde en de waarborg voor de vrijheid. Het instellen van de overheid is een gena degift Gods, evenals de instelling van volken en Staten. Hierdoor kon de overheid haar taak eerst goed aanvatten. Het handhaven van de maatschappelijke orde is haar nu opgedragen, want door de zionde moet het recht door macht gehandhaafd worden voor het nationale en internationale leven. De vraag is nu of elke overheid dit erkent. Er zijn voorbeelden genoeg dat dit niet zoo is. Dan vinden we ellende en armoede, en spreker gaat de vreeselijke toestanden na, welke in Rusland heerschen, waar met God in het geheel geen rekening gehouden wordt, waar Hij zelfs weggebannen is en de geloo- vigen om hun geloof vervolgd worden. Er is een vrijheid, die geen vrijheid meer is, maar de revolutie haar knellend juk op vreeselijke wijze doet voelen. Ook wijst spreker op Italië, v/aar ook langs revolutionairen weg het ge zag veroverd is en uitgeoefend wordt. In alle omliggende landen ziet spreker een samenspannen om de revolutie te ontkete nen en met angst vraagt hij zich af, waar óit heen moet. Het is zelfs al doorgedrongen tot ons land. Hier zijn ook machten die strij den om het gezag omver te werpen en in de grootste moeilijkheden, die er voor een regee ring kunnen ontstaan, zeggen zij hun mede werking op. Tegenover de verwarring van dezen tijd stelde spreker de roeping van den anti-revo lutionair om de beginselen hoog te houden. Een krachtige strijd is noodig en waak zaamheid geboden om te blijven in de rechte banen. Na eenige gedachtenwisseling werd de ver gadering door den heer Van Dijk met dank gebed gesloten. De geneeskundige behandeling en de Ziektewet. In de „Geneeskundige Gids" komt weder een artikel voor over den strijd om de macht om de verzekering van geneeskundige behan deling in de ziektewet, door J. A. Berger, hoofdcommies van den Raad van Arbeid te Middelburg. De schrijver toont aan dat de verhouding van arts tegenover fonds niet die is van loon dienst. Maar wat voor bezwaar kan er dan zijn hem vertegenwoordiging te gevén in het bestuur van de ziekenfondsen, vraagt schrij ver. Ook al zouden de artsen het fonds be- schouden als hun fonds. Indien zij dit doen is er hoogst waarschijnlijk slechts dit het gevolg van, dat zij voor de belangen van het fonds op de bres zullen staan, terwijl in het tegenovergestelde geval zij met de belangen van het fonds misschien minder rekening zouden houden, dan wenschelijk en noodig is voor het. fonds. Schrijver is overtuigd, dat het mogelijk is. Een bewijs hiervoor is de samenwerking, die mogelijk was tusschen ar beidersorganisaties en werkgeversorganisa ties, eerst bij de uitvoering der Land- en Tuinbouwongevallenwet, thans bij de uit voering der Ziektewet. Alhambra-Theater. The great Gabbo. Jannes Cruze, de onberekenbare regisseur en de man, die o.a. De huifkar en Jasz maakte, geeft ook hier een mengeling van het trinale en het geniale. De prachtige grondidee de langzaam tot waanzin stij gende pathologie van den buikspreker, wiens pop de verpersoonlijking van zijn beter ik, de afscheiding van een deel zijner psyche is geworden. Daartegenover de grootsche revue- scènes wel met zeer leuke en fraaie effecten, als die met de zwart en witte man tels, het onvermijdelijke fragment in natuur lijke kleuren, het beenheffen van liefst maar 350 girls en boys, en de dialogen als aange name concessies aan het publiek. Doch overal voelt men de nabijheid van Stroheim, wiens fijne humor en ironie in de persiflage op Amerika „De Huwelijksmarsch" te velen ontging, omdat die niet geleerd hadden een film te zien. De laatsten, waar onder ook velen, die zich tot ocrdeelen ge roepen achten, ontzagen daartoe de studie en moeite. In de filmwereld, bij de vakmen- schen en perscritici snelt de roep van een groote rolprent altijd vooruit en weet men maanden van te voren reeds, dat deze of die film van belang moet zijn. Een ernstig vak man vangt dan zijn onderzoek reeds aan, is dan al werkzaam met zijn geestelijke voel horens. Zoo ging het ook met „The Great Gabbo", waarvan men bijzonder veel ver wachtte, een film, die stellig ook trekken zal. Het gegeven is van beangstigende ro mantiek, Von Stroheim's hand speurt men in elk detail en toch kunnen wij ons een machtiger greep op het publiek voorstellen, desnoods zonder schitterende revue-conces sies aan het publiek, door iemand als bijv. Jacques Teyder, den genialen maker van Thérèse Raquin. 4 De geschiedenis van den grooten Gabbo, den variété-artist, geen psychologische ontwikkeling, doch slechts bladen uit een levensboek, is het verhaal van een buikspre ker, Gabbo, dien men nooit ziet zonder Otto, zijn tweede ik, de pop met wie hij spreekt in de eenzaamheid van zijn kamer. Dit spreken is spel, is ziel. De pop antwoordt, de pop is het geweten, het innerlijke van den grooten artist, dien" het succes verblind maakt en di« zijn ondergang tegemoet valt. Niets wispel turiger dan de wankele volksliefde en tra gisch is hij, die blind daarop vertrouwt. Gabbo wordt door het publiek op de handen, gedragen en waant zich middelpunt der wereld. Steeds meer wordt de afschuwelijke grijns van het levenlooze kind, Otto, het symbool van de verstarde ziel van den, variété-artist. De vrouw, die hem lief heeft, zorgt voor hen beiden, voor Gabbo en Otto. Wanneer zij weg is, praten zij samen over haar. Maar steeds verder woekert de waanzin in het hoofd van den meester. De caesarenwaan van den buikspreker, en kennen wij niet vele kleine godheden uit eigen kring, stad, pro vincie, land met dien caesarenwaan. Opper machtig heerscht hij in eigen wereld als een tyran. Een monster van onwellevendheid en onhebbelijkheid toont hij zich. Maar hij mag dat. Hij is immers de gróóte Gabbo, waar ieder mee wegloopt en wiens naam op aller lippen is Maar de groote Gabbo zal eens Mary's woorden begrijpen „Een mensch krijgt al leen dót uit het leven terug, wat hij er zelfl aan heeft gegeven." En als Mary hem ver laten heeft, dan sust hij in eigenwaan zijn geweten, de pop, die hem verwijten maakt „Ik heb niemand noodig. Wat kan zij zonder mij, den grooten Gabbo." Zijn goede ik, zijn geweten, Otto, die hem op de hielen volgt en waarvan Mary getuigde „Het eenige vrien delijke woord, dat je ooit sprak, kwam van Otto", dit innerlijk-zelf onder den waan brengt dan de knaging van de herinnering aan de zorgen en de liefde van Mary. Doch Mary treedt thans op in een kost bare en prachtige revue. Weelderige, lange scènes, met dans en zang, eindelooze rijen girls, steeds grootscher show.... maar geen moment vergeten wij, dat hij, de trotsche, verwaande gek, dien de girls achter zijn rug uitlachen, déar achter de schermen is. In Gabbo leeft de hoop, dat zij eenmaal zal terugkomen, en weer voor Otto en hem zal zorgen. De liefde verbinden succes en geweten. En Gabbo spreekt tegen Otto, als nooit te voren. Een ziel, die ontstemd is, en. onbewust snakt naar het ontbrekende uit zelfbehoud. Doch als Mary terugkomt, is zij dezelfde niet meer en eindelijk begrijpt Gab bo zijn verlies, dat voorgoed een afscheid is. Dan krimpt de wereld van Gabbo samen in die kleurige finale, waarin z ij de hoofdrol heeft, waar hij binnenloopt met het eeuwig lachende kind, Otto, op den arm om er zijn roem te verbrijzelen. Sober is deze scène, sterk van filmisch zeggen, van tragiek. Wat. gebeurt er Het einde Gabbo loopt over het tooneel en het kind, dat zijn ziel was, bengelt achter hem aan met het hoofd naar beneden. Van den gevel halen mannen do lichtende woorden „The Great Gabbo" om laag. De man, bij wien het geweten en het genie los schoten, omdat het cement der liefde niet hield, buigt in wrang, wreed kervend gebaar van alleenling en verlorene tegen do

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1931 | | pagina 1