1000 500 300 25 Uitstekend mannie- BUREAU VOOR BEROEPSKEUZE EERSTE BLAD es- No. S 69e Jaargang 1931 Uitgave: firma F. VAM DE VELDE Jr., Walstraat 58-60, Vlissingen. Telef. 10. Postrekening 66287 lO JANUARI Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen GEMEENTEBESTUUR OVERHEID EN WERKLOOSHEID KAMEROVERZICHT RAADSOVERZICHT rook zooveel als je wilt, maar u i tsluitend deze sigaret want dat is de beste voor je gezondheid VIRGINIA N.V. Sfooinwasccherij „Volharding' PER K I LG STUKTARIEF N VL1SSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren /2.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove rige landen bij wekelijksche verzending 13.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct HÉ ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels 1.25 iedere regel meer 25 cent Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel. Kleine advertenties betreffende Huur enVerhuur.Koop en Verkoop, Dienstaanbiedingen en-Aanvragen van 1 5 repels 75 ct, iedere regel meer 15 ct. De abonné's in 't bezit eener Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim gulden bi] verlies van een wijsvinger gulden bij verlies van eiken anderen vinger AANGESLOTEN BIJ HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGINÜ „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS" Dit nummer bestaat uit 2 bladen DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Vlissin gen; gelet op artikel 37 der Drankwet doen te weten dat bij hen is ingekomen een verzoek van Theresia Carolina Verhaar, geboren Hess, wo nende te Vlissingen om verlof tot den verkoop van alcoholhoudenden drank, anderen dan sterken drank voor de beneden voor-locali- teit van het perceel Breestraat no. 5 dat vanaf heden, gedurende veertien dagen tegen het verleenen van het gevraagde verlof schriftelijke bezwaren kunnen worden inge diend bij Burgemeester en Wethouders voor noemd. Vlissingen, 10 Januari 1931. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. In de raden van verscheidene gemeenten onzer provincie (Vlissingen, Goes, Breskens, enz.) is de vraag aan de orde gesteld, op ■welke wijze de werkloosheid bestreden kan en moet worden. Wij" willen daarom eens In het algemeen n&saaü, wélke middèTen de overheid (du* ïlet alleen de gemeenten) ten dienste staan om de werkloosheid te bestrijden. Het is- duidelijk, dat ondersteuning der werkloozen geen geneesmiddel is, doch alleen lie gevolgen voor de slachtoffers wat ver zachten kan. Onder de bestrijdingsmiddelen kunnen we dus alleen rangschikken diè maatregelen, die vermindering der werk loosheid ten gevolge hebben en géén onder steuning zijn. Werkverschaffing valt er dus grootendeels buiten, want hierbij wordt aan de uitkeering (zgn. loon) wel de voorwaarde van het verrichten van arbeid verbonden, doch deze arbeid is op geen stukken na het geld waard, dat uitbetaald wordt. De voornaamste bedrijfsmiddelen nu zijn 1. De arbeidsbemiddeling. Door een goede organisatie van den dienst der arbeidsbe middeling wordt de werkloosheid tot de kleinst mogelijke afmetingen teruggebracht. Deze dienst moet zorg dragen, dat voor ieder opengevallen plaats zich onmiddellijk ge schikte candidaten aanmelden. Iedere dag dat een vacature niet vervuld is beteekent een dag onnoodige werkloosheid. Daarbij kan ook bevorderd worden, dat arbeiders over gaan naar bedrijven, waarin werkkrachten gebruikt kunnen worden. 2. Vervroegde uitvoering van openbare werken. De staat, de provinciën, de gemeen ten, de waterschappen kunnen groote werken (wegenaanleg bijvoorbeeld) eerder doen uitvoeren dan men voornemens was, m.a.w. in tijden van werkloosheid méér, in tijden van voorspoed minder werken tot stand brengen dan als normaal aan te mer ken is. Natuurlijk staat men dan ook eerder voor de kosten van rente en aflossing, maar daarentegen zullen de werken in den regel in slechte tijden minder geld vergen dan wanneer er overal volop werk is. Vervroeging der uitvoering is mitsdien over 't algemeen niet duurder. 3. Uitvoering van werken, waarvan de pro ductiviteit nihil is. Dit zijn werken, die nóch winst nóch verlies opleveren. Gaven ze winst, dan zou de overheid ze ook uitvoeren zonder dat er werkloosheid heerschte en zou men ze ten hoogste vervroegd kunnen uitvoeren (zie onder 2). Leverden zij verlies op, dan waren ze als ondersteuning te beschouwen, wat, zooals we boven zagen, geen werkloos heidsbestrijding in den eigenlijken zin is. De Productiviteit dezer werken moet dus inder daad 0 zijn. Een geheel denkbeeldig voor beeld ls het volgende De staat koopt 10.000 M2. grond voor 1000, laat dezen door werk loozen ontginnen, wat aan loon 15.000 kost en verkoopt het ontgonnen land voor 16.000. De geheele onderneming heeft den staat geen cent gekost of gebaat en is dus ..nihil productief". Eenvoudigheidsfialve zijn In dit voorbeeld andere factoren, waarmede Jhen bij het berekenen der productiviteit ter dege rekening te houden heeft, uitgescha keld. De kern der kwestie raakt dit niet, 4. Rationalisatie der overheidsdiensten. Door haar diensten zoo doelmatig („effi cient") mogelijk in te richten, zullen deze Öq overhel^ minder kosten, gullen staat en gemeente minder belasting nocdig hebben. Belastingverlaging nu oefent een gunstigen invloed uit op de kapitaalvorming (geld wordt i.p.v. aan den fiscus betaald in nieuwe ondernemingen gestoken, die werkkrachten opnemen en op de koopkracht van het pu bliek (dat vrijgekomen geld besteedt om voorwerpen te koopen, wier vervaardiging arbeid vereischt). 5. De economische voorlichting. De over heid kan landbouw, nijverheid en handel voorlichten omtrent alle mogelijkheden, die in binnen- en buitenland bestaan en ook tot nemen van initiatief overgaan, zoowel met betrekking tot het zoeken van afzetgebied ever de grenzen als tot het bestudeeren van vestigingsmogelijkheden voor nieuwe takken van bedrijf binnen onze landpalen. Overzien wij nu deze maatregelen, dan blijkt dat de drie eerste hun gunstigen in vloed vrij snel uitoefenen kunnen. Daaren tegen zal de uitwerking der beide andere bestrijdingsmiddelen duurzamer zijn. Buitengewoon talrijk blijken de middelen, waar de overheid over beschikt dus niet te zijn. Wij zullen echter de laatsten wezen om te beweren, dat vaak niet met meer kracht en meer vaste lijn door den staat en de ge meenten op economisch gebied opgetreden zou kunnen worden. Het is te hopen, dat deze tijd van depressie althans dit goede ge volg moge hebben, dat de overheidsorganen zich ook in deze ten volle van hun plicht bewust zullen worden. Tot heil van ons volk. Ec. TWEEDE KAMER. Vergadering van Vrijdag. Economisch Verdrag. Bij den aanvang vroeg de heer De Visser een interpellatie aan over den noodtoestand van de werkloozen en de door de Regeering te nemen maatregelen. Hij wilde die inter pellatie maar liefst op staanden voet, van daag dus of uiterlijk Dinsdag a.s. behandeld zien. Na overbodig lang gepraat van de hee- ren De Visser en zijn brui-genoot Wijnkoop, gebeurde het natuurlijk niet. Niemand steun de hun voorstel om Dinsdag de Kamer bijeen te roepen. Dus gingen wij aan het eenige onderwerp van dezen dag, de goedkeuring van de han delsovereenkomst van Genève van 24 Maart 1930. Men weet dat het resultaat dier confe rentie gering is. En tegen wat er bereikt is, bestaan nog allerlei bezwaren. De overeen komst brengt oa. mede, dat Nederland zich tegenover de mede-verdragsstaten zal ver binden niet tot verhooging van het douane tarief over te gaan. Tegenover die gebonden heid staat dan de te verwachten remmende invloed op de protectionistische stroomingen. Veel heeft deze gansche conventie niet te beduiden, maar er zit nog wel iets in dat het de moeite waard maakt om ze te aanvaarden. Het is een eersten stap op een beteren weg, meende de heer Boon en daarom aanvaardde hij het verdrag. Ook de sociaal-democraten vereenigden zich er mee en eigenlijk was niemand er te gen, maar geestdriftig er vóór was evenwel geen enkel lid. Eigenlijk was men de mee ning toegedaan de heer Nolens zei het duidelijk dat niet-aanvaarden van het verdrag Nederland in een moeilijke positie zou brengen. De Minister heeft toegezegd, dat hij wel de toetreding ervan afhankelijk zal maken of de ons omringende landen ook toetreden. Na die toezegging was er geen bezwaar meer en met 67 tegen 4 stemmen de communisten, Van Poll en Van Voorst tot Voorst werd het verdrag aanvaard. Na gerulmen tijd wegens ziekte afwezig te zijn geweest, was de heer Huson gisteren weder in ons midden. De voorzitter wenschte den heer Huson geluk met zijn herstel en hoopte, dat hij nog vele jaren voor zijn gezin gespaard mag blijven. De heer Huson bracht den voorzitter dank voor zijn vriendelijke woorden en de leden voor hun instemming daarmede. De voorzitter hield daarna zijn nieuw jaarsrede. Zeer uitvoerig ging hij daarin na wat 1930 voor onze gemeente heeft opgeleverd. Naast veel reden tot dankbaarheid kwam op het einde van het jaar de werkloosheid als een donkere wolk opzetten. Als wij eens na gaan hoe het spook der werkloosheid allerwe gen rondwaart, dan hebben wij hier, met onze groote arbeidersbevolking nog geen klagen. Zeker er is werkloosheid en de toekomst ziet er zeker somber uit, doch procentsgewijze is het werkloozencijfer hier neg l&ag. WU hopen natuurlijk allen vurig, dat wij voor verdere uitbreiding van dit maatschappelijk euvel ge spaard blijven en zooals de voorzitter in zijn rede opmerkte het spook der werkloosheid aan onze gemeente moge voorbij gaan. Dan is er reden om de havenfeesten met opge wektheid te vieren. In een tijd van maat schappelijke depressie gaat dit niet van harte. Hoeveel te opgewekter zouden wij dit feest kunnen vieren, als de donkere wolken, welke nu overdrijven zijn weggetrokken en de zon weer helder schijnt. De havenuitbreiding heeft haar beslag ge kregen en de N.V. kan eerlang de exploitatie ter hand nemen. In dezen malaisetijd kunnen soliede en voorzichtige fundamenten worden gelegd, waarop later kan worden voortge bouwd. Het jaar 1931 zal voor onze gemeente van bijzondere beteekenis worden en wij spreken den hartgrondigen wensch uit, dat de nieuwe haven een tijdperk van bloei voor onze gemeente moge openen. De badplaats is ook een der levenspezen van onze gemeente. Hier doet de ongunst der tijden zich mede gevoelen. Ware dit niet het geval dan zouden de pogingen van den bur gemeester, cm meer hotel- en pensionruimte te stichten wel succes hebben gehad. Nu zijn de geldschieters schuchter om eenig risico op den hals te nemen. De voorzitter kon in zijn rede gelukkig ook op heel veel wijzen, wat optimistisch klinkt. Onze groeiende bevolking, de opening van de groote keersluis, het toenemend gebruik, das van het bunkerstation wordt gemaakt, dat zijn allemaal feiten, waarmede de welvaart van de gemeente samenhangt. Als wij de rede op den voet volgen is er nog meer dat tot dankbaarheid stemt en kunnen wü met vertrouwen de toekomst tegemoet treden. De crisis is er, doch als wij het devies van het Zeeuwsch wapèn voor oogen houden, zullen wij ook nü wedëj: al worstelend te bo ven komen. Na de rede van dehT<,voorzitter heeft ons oudste lid, de heer M. Laernoes, den voor zitter dank gebracht voor zijn juiste uiteen zetting van den toestand. Hij voegde daaraan de raededeeling toe, dat hij dit voor het laatst zou doen, waaruit dus te concludeeren valt, dat de heer Laernoes niet meer voor een herbenoeming in aanmerking wenscht te komen. Hij feliciteer de den voorzitter met zijn succes, dat hij be reikt heeft met de totstandkoming van de nieuwe haven, wat voor een groot deel zijn werk is. De heer Laernoes maakte tevens van de gelegenheid gebruik om den wensch uit te spreken die opening van de haven te ver schuiven tot het eind van. den zomer, welke tijd meer geschikt is, omdat de illuminatie een der voornaamste deelen van de feesten zal zijn en in Juni of Juli een illuminatie niet tot haar recht komt. De heer Laernoes wees er in zijn toespraak nog op, dat wij hier aan ups and downs gewoon zijn en zoo kon hij zich optimistisch over de toekomst uitlaten. De toespraken van den voorzitter en den heer Laernoes vonden bij onze vergadering groote instemming. Onze agenda bevatte wel heel wat punten, doch de meeste gaven geen aanleiding tot op- of aanmerkingen. Er werd vrij uitvoerig gediscussieerd over het voorstel van Burg. en Weth. betreffende toekenning van vergoeding aan de neutrale school voor een boventalligen onderwijzer. Er bleek verschil van meening te bestaan ten opzichte'van de wettelijkheid van deze ver goeding. De heer Van Hal noemde het geval twijfelachtig, waartegenover de voorzitter en de wethouder van onderwijs verzekerden, dat de school aan de Hendrikstraat recht heeft op de vergoeding. Een beslissing werd nog niet genomen, er zal eerst nog een nader on derzoek worden ingesteld, teneinde alle twij fel op te heffen. Het verzoek van de afdeeling Vlissingen van den Nieuwen Bond van Ned. Koffiehuis houders om vermindering van belasting voor het hebben van mechanische muziekinstru menten in de koffiehuizen, ging onder den hamer door. Een tweede verzoek van dezelfde adressante om het tapverbod op te heffen, vond steun bij den Vrijheidsbond. De heeren Wesseling en M. Laernoes verklaarden zich tegen den dwang, die bij het tapverbod behoort. De heer Laernoes haalde er zelfs Amerika bü, waar de drooglegging negatief resultaat heeft opgeleverd. Hiertegen verzetten zich de hee ren De Meij, Van Oorschot, Sorel en Van Spanning, die het in den heer Laernoes af keurden, dat hij de drooglegging in Amerika aanhaalde. Veel wat daaromtrent gezegd en geschreven wordt is afkomstig van brouwers of daarmede verwante personen. De heeren Van Oorschot en De Meij vroe gen, welke nadeelige gevolgen het tapverbod heeft opgeleverd. De laatste was zelfs zoo'n voorstander van het tapverbod, dat hij voor behoud van de kermis zonder deze bepaling, niet zoo gemakkelijk zou stemmen. Mej, Meijer wilde wel afschaffing van het. tapver bod, mits de kermis dan niet later dan tot middernacht geopend bleef, CHIEF WHIP ar dat h Ook met kurk en grond LOKDON Het resultaat was dat het tapverbod ge handhaafd blijft. Alleen de vrijheidsbond stemde voor afschaffing, omdat de leden van dien bond in het tapverbod een vrijheidsbe perking zien. Het werkloosheidsvraagstuk is van actueel belang, omdat wij ons voor feiten geplaatst zien, die opgelost moeten worden. De vraag is hoeverre de overheidszorg zich moet uit strekken. Dat er geholpen moet worden spreekt vanzelf. De overheid heeft een taak te vervullen, waaraan zij zich niet kan ont trekken. Dit bleek uit de gisteren gevoerds debatten zeer duidelijk. Alle leden waren het er over eens, dat er voor de bestrijding van de werkloosheid doortastende maatregelen genomen moeten worden. Door de arbeiders vertegenwoordigers van linies en rechts was een voorstel ingediend om reeds dadelijk een beslissing te nemen over het toekennen van een toeslag voor steenkolen en voor huishuur. De wethouder van financiën wilde daarvan niet hooren. Hij is eveneens overtuigd, dat de gemeente moet helpen, doch hij wil eerst de financieele gevolgen weten. De heeren De Meij, Van Spanning, Sorel, De Ridder, Andrlessen en Poppe hebben allen hun voorstel verdedigd om dadelijk kolen- toeslag te geven, nadat zij den huurtoeslag voorloopig hadden teruggenomen om hun voorstel niet in gevaar te brengen. De heeren Wesseling, Paap en Huson wil den geen beslissing nemen, alvorens de kosten bekend zijn. Een crediet van 5000 te ver leenen aan Burg. en Weth. zooals de heer Sorel wilde, vonden zij een te hoog bedrag en meenden zij met 1000 te kunnen volstaan. De heer P. G. Laernoes bleef op het stand punt staan, dat nog geen enkele beslissing genomen kon worden. Hij wilde de zaak aan houden tot de volgende vergadering, die zoo als de voorzitter verklaarde, op het laatst van deze maand gehouden zal worden. Dan kun nen Burg. en Weth. hun prae-advies gereed hebben en kan de draagwijdte an eventueele voorstellen worden nagegaan. Het voorstel van den vèrst-strekkenden aard was dat van den wethouder P. G. Laer noes, om nog geen enkele beslissing te nemen. Dit voorstel werd verworpen met 10 tegen 8 stemmen. Daarna werd gestemd over het voorstel Van Spanning c.s. toekenning van toeslag op brandstoffen en huishuur waarover de stemmen staakten. De verdere behandeling moest daarom worden aangehouden tot de volgende verga dering. Wij kunnen ons dus prepareeren op een heropening van het werkloozen-debat, omdat het vraagstuk dan in zijn vollen omvang aan de orde komt. De heer Poppe maakte bij de rondvraag enkele opmerkingen over de wijze waarop de uitkeering van de Kerst- en Nieuwjaarsgave heeft plaats gehad. Dat dit niet gegaan is, zooals spreker had verwacht, was de schuld van den wethouder van sociale zaken. De SINGEL 1 VLISSINGEN WASCHT EN TEGEN - TE VLISSINGEN. Zitting op a.s. DINSDAG 13 JANUARI in het voormalig Burgerweeshuis aan de Badhuisstraat, van iy29 uur. Inlichtingen, zoowel voor meisjes als jon gens, worden kosteloos verstrekt. Ouders, kiest een beroep voor uw kind in overleg met het Bureau. Illilltllliin heer Laernoes nam hiervan acte en meende te kunnen volstaan, dat hij naar zijn beste wenschen de uitkeering heeft geregeld en daarbij ook vooral heeft gelet, dat de finan ciën der gemeente zoo goed mogelijk worden, besteed. H« heeft trouwens bij de behandeling van het voorstel in de November-vergadering ge waarschuwd voor de onbillijkheden die zou den voortvloeien uit het voorstel en waarop thans door den heer Poppe aanmerkingen werden gemaakt. Alvorens de vergadering te sluiten wenschte de voorzitter onzen nestor, den heer M. Laer noes, geluk met zijn 70en jaardag. Hij bracht den heer Laernoes daarbij dank en hulde voor al hetgeen hij in den loop der jaren in het belang der gemeente, waarin hij met uit zondering van zijn verblijf in Amerika altijd heeft gewoond heeft gedaan. De heer Laernoes dankte den voorzitter voor zijn gelukwensch en gaf de verzekering altijd datgene te hebben gedaan, wat hij in het belang van de gemeente achtte, die hem zoo dierbaar is. De woorden van den voorzitter zoowel als van den jubilaris vonden algeheele instem ming. Het twintigste Raadslid.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1931 | | pagina 1