500 25 DE VOLKSTELLING. EERSTE BLAD En ook vol goede voornemens voor 1931? Prachtig maar voor alles, besluit Chief Whip te gaan rooken, want het is de beste voor je gezondheid N0.304 68e Jaargang i 1930s tiaveFirma F. VAD DE VELDE Fr., Walstraat 58-60, Vlissingen. Telel. IS. Postrekening 66287 H.V. Stoamwasscheiij „Volharding' PER KILO STUKTARIEF BINNENLAND VIRGINIA Gok met kurk en goud VLISSINGSCHE COURANT BONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren /2.20 per 3 maanden, lanco door het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove- je landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 et ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels 1.25iedere regel meer 25 cent Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel.Kleine advertenties betreffende Huur enVerhuur.Koop en Verkoop, Dienstaanbiedingen en-Aanvragen van 1—5 regels 75 ct, iedere regel meer 15 ct. abonné's in 't bezit eenei oiis, zijn GRATIS verze- rd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij door een ongeluk. dood gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim gulden bij verlies van een wijsvinger gulden bij verlies van eiken anderen vinger ANGE-SLOTEN BI] HET BUREAU VOOR PUBLICITEITSWAARDE, INGESTELD DOOR DE VEREENIGING „DE NEDERLANDSCHE DAGBLADPERS" Dit nummer bestaat uit drie bladen Binnen enkele dagen zal op de geheele be- rollung van Nederland een beroep worden in om mee te werken aan de elfde folkstelling. Het Centraal Bureau voor de tatistiek doet ons daaromtrent onderstaande nededeelingen. Wanneer men ze bewaart de volgende week naast de in te vullen kaarten legt, dan zullen ze het werk gemak kelijker kunnen maken. Het ondeelbare moment, waarop het jaar 1931 zijn voorganger opvolgt, is het tijdstip ier elfde volkstelling. Dit wil zeggen, dat beoogt, een overzicht te krijgen van de bevolking, zooals zij op dat middernachtelijk Üjdstip is samengesteld. Het bevolkingscijfer, dat bij benadering el bekend is, zoo nauwkeurig mogelijk rast te stellen, is noodzakelijk, omdat het den wettelyken grondslag vormt voor de be rekening van de bijdragen van het Rijk in de kosten der gemeentelijke huishoudingen. De bevolkingsregisters vormen een niet ge- oeg te waardeeren bron voor de kennis m dit steeds veranderlijke cijfer, maar geen menschenwerk is onfeilbaar en de be volkingsregisters zijn afhankelijk van de nauwgezetheid, waarmee de bevolking de /oorgeschreven aangiften doet. Een controle eens in de tien jaren is niet te veel. Maar bovendien heeft de nauwkeurige 'aststelling van het bevolkingscijfer nog ander practisch en ook wetenschappelijk be lang, en wordt in alle landen de Volks telling benut om enkele gegevens te verza melen over de samenstelling der bevolking, hare samenwoning, de beroepen, welke hare leden uitoefenen en zoo meer. Voor het ver krijgen van gegevens voor belastingaanslagen dient de Volkstelling niet. In de laatste dagen van December worden de Volkstellingkaarten huis aan huis afge geven, in omslagen, welke er één bevatten voor afzonderlijk levende personen, een aan tal voor gezinnen. Aan de gezinshoofden in dit laatste geval de taak om ze in te vullen. Is een lid van het gezin afwezig, dan vult het gezinshoofd niettemin diens kaart in. Heeft hij gasten of tijdelijk inwonenden, worden hem, behalve de gele en witte kaarten (mannen en vrouwen), ook oranje en (of) rose kaarten voor tijdelijk aanwezi- uitgereikt. Is het geheele gezin afwezig en treft de teller dus als hij de kaarten wil afgeven niemand aan, dan zorgt het ge meentebestuur voor de verdere afwerking. Begin Januari worden de kaarten weer opgehaald. De invuller heeft dus een paar dagen tijd om te doen, wat van hem ver- l wordt. Zoo dikwijls hij zich voor een r gesteld ziet, waarop het antwoord niet eens voor al vaststaat, moet hij nagaan is de toestand op 31 December te mid dernacht wie maken op dat moment deel uit van mijn gezin wat zijn op dat moment beroepen van mij en van mijn gezinsle den en zoo verder. Ziehier de beteekenis van het „tijdstip der telling", het nul uur nul tus- schen oud en nieuw. De kaarten bevatten drieërlei. Op de voorzijde, heel bovenaan, staan vragen, welke reeds door het geméentebestuur zijn beantwoord men moet ze nazien en, waar noodig, duidelijk zichtbaar verbeteren. Alleen de leeftijd moet er nog worden bij- Het „onderdeel" der gemeente, waar men geboren is, heeft in hoofdzaak belang voor de Friesche gemeenten. Aan denzelfden kant is, onder de dubbele streep, een reeks vragen gesteld, waarop antwoord moet worden gegeven. Vragen be antwoorden is lastig, maar vragen stellen niet minder. Om een en ander te vergemak kelijken, zijn aan de achterzijde der kaarten toelichtingen gegeven. De eerste vragen betreffen het gezin. Uit 3 toelichting blijkt, dat gezin is op te vatten Is „huishouding". Het „inwonend" dienst personeel wordt bedoeld personeel dat nacht- verblijf heeft in het huis van het gezins hoofd. Bestaat dit personeel uit een gehuwd paar, dan vormt dit paar (al of niet met kinderen) een afzonderlijk gezin. Hun kaar ten behooren in een afzonderlijken omslag liggen en door het hoofd van dit gezin te worden ingevuld. Voor inwonende famille- ti wordt door het gezinshoofd opgegeven In welke betrekking ze tot hem staan (moe der, schoonzuster, enz.) Bij den burgerlijken staat moeten gehuw den, ook als ze niet ih dezelfde woning wo nen, invullen „gehuwd". Zijn ze krachtens rechterlijke uitspraak „gescheiden van tafel en bed", dan vullen ze dit laatste in, i &y de vraag naar de kerkejijke gez; is een reeks officieele bekende kerkgenoot schappen en zelfstandige kerkelijke gemeen ten in de toelichting opgegeven. Daaraan moet nog worden toegevoegd het, na het af drukken van de kaarten bekend geworden kerkgenootschap „Gereformeerde Kerken in hersteld verband". In geval van twijfel om trent den juisten naam van het kerkgenoot schap, waartoe men behoort, kan men op geven, bij wien men ter kerke gaat of welke kerk men bezoektde Gemeentesecretarie zal er dan den juisten naam bij kunnen zetten. Wie niet tot een kerkgenootschap gerekend wil worden, geeft op„geen kerkgenoot schap". Beantwoording met „onverschillig" kan tot misverstand aanleiding geven, invul ling met een streepje tot twijfel. Het een noch het ander is geoorloofd. De beantwoording der vragen naar de be zetting der beschikbare woonruimten ver- eischt oplettendheid en juist inzicht. De eerste van deze vragen is alleen voor gezinshoofden bestemd bij de aantallen, in het antwoord in te vullen, en aangevende de samenstelling van het gezin, hebben zij zich zelf mee te tellen. De volgende vragen zijn zoowel voor gezinshoofden als voor alleen wonende personen. Onder de voor bewoning bestemde vertrek ken moeten slaapvertrekken wél worden meegeteld, die dan ook nog eens afzonderlijk worden opgegeven, doch mogen bijvoorbeeld bergzolders en -kelders niet worden meege rekend, zelfs al is men door gebrek aan vol doende woonruimte gedwongen zoo'n berg zolder of -kelder als woon- of slaapruimte te gebruiken. Men vindt in dit geval twee af zonderlijke vragen daarvoor aan het slot van deze rubriek. Gangen, portalen, vestibules zijn evenmin voor bewoning bestemde vertrekken dwingt te krappe behuizing bijvoorbeeld een portaal als nachtverblijf in te richten, dan geldt hiervoor weer hetzelfde als voor de bergzol ders. Evenzoo wanneer een hall als wacht kamer wordt gebruikt. Daarentegen moeten een badkamer waar in geslapen wordt of die als linnenkamer wordt gebruikt, of een serre die tot slaap vertrek dient, wel bij de woonvertrekken meegeteld. Het onderscheid is hier niet zoo groot als bij een bergzolder "of -kelder. In het algemeen tellen badkamers mee als woonvertrek, tenzij ze slechts bestaan in een afgesloten ruimte b.v. onder een trap met douche of waschgelegenheid. Bedsteden, welke als kast of zoo worden gebruikt, tellen niet mee. Een voorbeeld een gezinshoofd heeft voor zich en voor zijn gezin beschikking over 3 voor bewoning bestemde vertrekken, waarvan er 1 dient als slaapvertrekin zijn woning is 1 bedstede, als zoodanig in gebruik. Bo vendien heeft hij beschikking over 2 eigen lijk niet voor bewoning bestemde ruimten, welke echter noodgedwongen toch bewoond moeten worden en wel 1 daarvan als slaap vertrek. De opvolgende vragen geven gelegen heid al deze cijfers in de genoemde volgorde in te vullen. Tot de lastigste vragen behooren die welke het beroep betreffen, omdat zich op dit ge bied zooveel verscheidenheid voordoet en het te doen is een zoo gespecialiseerd mogelijk overzicht te krijgen van alle beroepen welke in het land worden "uitgeoefend. Beoogd wordt bijvoorbeeld ten aanzien van hen, wier werkzaamheid ligt op het gebied van zaken, ondernemingen, bedrijven of in stellingen een splitsing te maken in 4 zoo genaamde beroepsposities a. personen, die in hun beroep als „zelfstandigen" moeten worden beschouwd dit zijn zij, die eigenaar zijn van een zaak, een onderneming, een be drijf of instelling of die voor eigen rekening zonder personeel hun beroep uitoefenen b. personen, die als bedrijfshoofden zijn te beschouwen, b.v. Directeuren van Naamloo- ze Vennootschappen of van Coöperatieve in stellingen, in het algemeen dus personen die aan het hoofd van zaken enz. staan, zonder dat zij daarvan eigenaar zijn c. personen, die in meer ondergeschikte positie in een zaak enz. werkzaam zijn en belast zijn met toezicht over het gewone per soneel (b.v. bedrijfsleider, opzichter, mees terknecht, depot- of filiaalhouder, winkel chef e.d.) d. personen, die als het gewone personeel zijn te beschouwen en dus ^een der onder a, b en c beschreven posities innemen (ar beiders, waaronder ook voormannen, em- ployé's, beambten en dergelijke in een zaak enz. werkzaam). Om het mogelijk te maken de verschillen de door de bevolking uitgeoefende beroepen in een aantal groote bedrijfsklassen en deze wederom in kleinere bedrijfsgroepen in te deelen, wordt voorts gevraagd den aard van de zaak, de onderneming, het bedrijf of de instelling op te geven, waarin men werkzaam is. Vermelding van de afdeeling, waarin men werkzaam is, is In vele gevallen onmisbaar om een juiste kennis van den aard van het opgegeven beroep te verkrijgen, b.v. in een machinefabriek, de afdeeling bankwerkerij. Opgave van de bijzondere, in gebruik zijnde benaming van de werkzaamheid strekt al mede om het juiste inzicht in den aard van het beroep te bevorderen. Naam en adres van de zaak, waar men werkzaam is, worden gevraagd om gelegen heid te openen tot het vragen van nadere in lichtingen, ingeval de beantwoording onvol doende is voor een juiste rangschikking. Beantwoording met algemeene bewoordin gen als „arbeider" of „werkman" is het blijkt wel uit het bovenstaande geheel on voldoende. Wederom een voorbeeld een „sterker" in de N.V. Textielmaatschappij „Twente" heeft op te geven, dat hij is „sterker" in dienst van een ander „Ja" en wel bij „de N.V. Textielmaatschappij Twente" te „Hengelo", „Textielfabriek", afdeeling „weverij". Be stuurder, „neen", belast met toezicht „neen". Personen, die meer dan één beroep uitoefe nen, vermelden alleen hun hoofdberoep, na melijk dat hetwelk de voornaamste dagtaak vormt. Gepensionneerden geven op „zonder beroep" wanneer zij tenminste geen beroeps werkzaamheden meer verrichten. Doen ze dit wel, dan geven ze deze werkzaamheden als beroep op, ook al vormen ze geen volledige dagtaak. V/ie uitsluitend leeft van rente, uitkeerin- gen en dergelijke, vermeldt„zonder be roep". Wie hoofdzakelijk leeft van huizen- bezit (verhuren) geeft op „huizenexploi tant". Bijzondere moeilijkheden geeft het tellen van schippers en woonwagenbewoners. Een afzonderlijke regeling is getroffen voor deze personen zonder vaste woonplaats. Wanneer voor hen of door hen telkaarten zijn inge vuld en ingeleverd, wordt hun daarvoor een ontvangbewijs uitgereikt, dat zij gedurende de maanden Januari, Februari en Maart 1931 moeten toonen aan eiken ambtenaar van het Openbaar Gezag, die daarom vraagt. Het is van belang, dat zij er op letten dit bewijs gedurende die maanden goed te be waren. In de omslagen bevinden zich ook groene kaarten. Deze dienen voor de Bedrijfstelling, welke gelijktijdig met de Volkstelling zal worden gehouden. Hierdoor wordt een afzon derlijke mededeeling uitgegeven. Ten slotte nog een korte mededeeling over een afzonderlijk onderzoek, dat op 31 De cember in een aantal gemeenten vanwege de Nederlandsche Vereeniging tot bevordering van den arbeid voor onvolwaardige arbeids krachten (A. V. O.) zal worden ingesteld, doch dat geen deel uitmaakt van de volks telling. De bedoelde vereeniging hecht er terecht groote waarde aan, zoowel uit wetenschappe lijk oogpunt als om helpend te kunnen op treden, in het bezit te komen van een over zicht van die inwoners van ons land, die lij den aan lichamelijke of geestelijke afwijkin gen. Een eerste stap hiertoe zal worden ge daan door de besturen van een aantal ge meenten, welke zich op uitnoodiging van de vereeniging A. V. O. daartoe bereid hebben verklaard, en wel door aan de volkstellers, die de volkstellingsformulieren rondbrengen SINGEL 1 VLISSINGEN WASCHT EN TEGEN Q en ophalen, tevens ter uitreiking mee te ge ven afzonderlijke vraaglijsten, tot dit doel samengesteld. Ofschoon de beantwoording van deze vraaglijsten, welke buiten de volks telling vallen, niet verplicht is, verdient het wel aanbeveling door een juiste invulling mee te werken aan de door de vereeniging A. V. O. ondernomen poging, welke niet anders beoogt dan het belang der bevolking zelve. De uitbarsting van den MerapL Uit nader door den minister van koloniën, van den gouverneur-generaal ontvangen te legrafische berichten is gebleken, dat ter leniging van den nood van het door de uit barsting van den Merapi geteisterde gebied, belangrijke geldelijke steun onontbeerlijk is. Een dringend beroep wordt derhalve gedaan op de hulpvaardigheid van allen, die in het moederland tot verzachting van de gevolgen van deze ramp willen meewerken. Na ontvangst van deze berichten heeft op het departement van koloniën een nadere bespreking plaats gevonden met de bedoeling om uit de van vele zijden spontaan getoonde neiging tot medewerking aan dit doel, te ko men tot de vorming van een comité, dat aan den arbeid om op ruime schaal bijdragen te verzamelen, leiding zal kunnen geven. Een voorloopige commissie heeft met in stemming van den minister de taak op zich genomen om verschillende personen uit te noodigen om in dit comité zitting te nemen, zoodat verwacht kan worden dat binnen en kele dagen dit comité zich zal hebben ge constitueerd. Een Havas-telegram uit Parijs meldt, dat de president der Fransche republiek, Dou- mergue, de Koningin een telegram heeft ge zonden, waarin hij zijn deelneming betuigt bij de ramp, door de catastrophale eruptie van den Merapi op Java veroorzaakt. CHIEF WHIP

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1930 | | pagina 1