500 300 150 100 25 29 NOVEMBER EERSTE BLAD {hoïSt.fUcoéaasf Geef h Chief Whip de beste sigaret voor ieders gezondheid! e n k* 2L75 Idvertentiën lelburgsche jpij v. Stoomvaart ;No.282 68e Jaargang 1930 e: Fiimi F. VAK UI (UK Ir., Walstraat Sl-H, Vlissingen. Tilcf. ID. Postrekeaing tf 18? Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen aangesloten bij het bureau voor publiciteitswaarde, ingesteld door de vereeniüing „de nederlandsche DAGBLADPERS'' De foren der kerk van Oud-Vlissingen door moordenaars als asyl gebruikt. Rechtspraak ten plaffenlande. TOT EN MET WOENSDAG CORNs HENNING VIRGINIA ardath Ook met kurk en goud /.pDVS)L HOEST KlSJ sj,LLfND, volkomen >o'n schitte- iero-Zilver., prijscourant. egens overcompleet, CHE PIANO, rantie, a ƒ300.—. ters P. T., Bureau nt". HUUR: dzeestraat 7. Modern ans in gebruik bij dswezen als Wacht- its. Te bevragen bij „EIGEN HULP", 7. RLOREN (gouden tientje), ing terug te bezor- Ruyter 56. A-THEATER vraagt ONGEN coop van chocolade a's. Zich te vervoe- ds aan het buffet. n Kamervulkachelj met emaille onder prima, 20. Pl.buls- pl. en kolenbak 10. leerenrijwlelen vanaf aar garantie. P. Krugerstraaf te Vlissingen (oude goed onderhouden WEEVERDIEP1NCS- rieven letters P. >s. Courant". liddelburg-Rofterdaffl ngelegen plaatsen. VAN PASSAGIERS, ;REN EN VEE, v.Midd. i/.m.um 8 V.KOi'- vm.uur 8 8 :mber 1 9 n 4 5 8 9 atien te bekomen? N. V. Transport' e? Erven '1. VOS 1. KKNHOUKN, jreMt j» OOSTERHOUT, 'Cl'ft :brs. BUITENHEK, I» Telefoon VLISSINGSCHE COURANT jjONNEMENTSPRlJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20 per 3 maanden. f0co door het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove- :n bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct ADVERTENTIEPRIJSVan 1—5 regels 11.25iedere regel meer 25 cent. Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel.Kleine advertenties betreffendeHuur enVerhuur.Koop en Verkoop, Dienstaanbiedingen en-Aanvragen van 1—5 regels 75 ct, iedere regel meer 15 ct. Deabonné's in 't bezit eener Palis, zijn GRATIS verze- lerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim gulden bij verlies van een wijsvinger gulden bij verlies van eiken anderen vinger Dit nummer bestaat uit vier bladen II. De dijk van Vlissingen. De kerk van Oud-Vlissingen. De vrijheytder kerk. Deze opnieuw gewijd. De rentmeester „vangt" de „misdaders." Voordat ik het verhoop der gebeurtenissen Terder vertel, moet ik eerst nog eenige kleine opmerkingen maken, wat betreft de dijk en de kerk van oud-Vlissingen, Hoogstwaarschijnlijk is de in den aanvang ran mijn eerste artikel bedoelde dijk, de nieuwe dijk van 1439, die nu bekend is als Boulevard Bankert en Boulevard Evertsen, en die men aangelegd had bewesten Vlissin gen. Deze aanleg was noodzakelijk geworden imdat herhaalde stormen in de eeuw tus- 1330 en 1439 de helft van het Vlissing- grondgebied, dus van de ambachts heerlijkheid hadden weggeslagen. Om een oorstelling daarvan te krijgen, moeten we ns even verplaatsen naar den hoek van de Meet in gedachte den afstand van daar ot Hotel Britannia. Draai dan om en meet gelijke afstand, zeewaarts in, zelfs nog rat verder en ge hebt de kustlijn van het :ar 1331 bereikt. Maak van daar een buiten- ;aarts gebogen lijn tot het eind van het [roothoofd van de Westerhaven en gij hebt geheele kust van Vlissingeir in den aan- ang van de 14de eeuw. Deze geheele opper- lakte was in 1318 nog wei- of bouwland, uccessievelyk is in den loop van de hier- loven genoemde honderd jaar dit terrein ver wenen, d.w.z. het was niet meer door dijken houden, zoodat men in 1439 alle krachten oncentreerde op de nieuwe dijk. Wel was er og in 1454 buiten voor Vlissingen nog zoo cel lari, „dat men daer geen hoofden, bar- nen nogh andere zeeweeren en heeft be oeven gehadt, gelyk men nogh (d.i. 1563) y memorie van menschen veel weylants al- per gezien heeft, sulx eenige getuigen reten" maar-men heeft het niet meer raagd, dat land door dijken te beveiligen te beverschen. 't Is langzaam door de zee geloogd. De zee spoelde de klei weg en leeft het helder witte zand achtergelaten in behoeve van de toekomstige, nu verrezen als we gezien hebben achtervolgde de tntmeester de zeven „misdaders", die niet crder konden wegkomen dan tot de kerk an Oud-Vlissingen. Welnu, deze afstand was ilet zoo heel groot. Het dorp Oud-Vlissingen gelegen ten westen en ten noorden van Ie tegenwoordige Spuiboezem, dit was de in charter van 28 Mei 1247 vermelde paro ze Vlissingen. Dit gehucht had een kerk, *n pastorie en een cureit. De kerk 2) stond P een kerkhof, dat den vorm had van een ïoekig trapezium. Zuid van het kerkhof, °°r de Papendreef er van gescheiden, lag let Papenhof of de pastorie. De kerk, op een uart van het jaar 1570 afgebeeld, was, als 6 teekening juist is, een langwerpig vierkant Det een afgerond koor. Zij was verdeeld in een en hooger gedeelte. Het hooger deel met he ramen en een koor met een raam aan 'eerszijden. Het lager deel, de voorkerk, met Wee ramen aan weerszijden, is misschien :eri uitbreiding van het hooger deel. De 'teede toren met zijn spits heeft op de teeke- to? veel overeenkomst met den toren van |°st-Souburg's kerk, die evenals die van 1-Vlissingen dependent was aan de West- ^uburgsche kerk. Maatregelen tot het „vangen" misdadigers. der In mijn eerste artikel heb ik vermeld, dat de rentmeester den bijstand inriep van „die van der wet van Middelburch". Natuurlijk riep hij de Middtlburgsche hulp in, want hij resideerde in Middelburg, zooals zijn collega beoosterschelde zijn standplaats in Zierikzee had. Daar bevond zich dan ook de sterke arm der gerechtigheiddit waren niet zoo zeer gerechtsdienaren als wel gewapende burgers of schutterij. Ook in Vlissingen had men drie schutterijen, dit was de burger wacht, en wel van St. Sebastiaan, van St. Joris en het Schuttershof van den bussche of dat der kolveniers. Maar de stad, waar ook eventueel de Hooge Vierschaar gevestigd was, had ook de verplichting zoo noodig bij stand te verleenen, al geschiedde die hulp niet belangeloos, zooals wij nader zien zullen. Ongeveer „een hondert ende vijftich man nen" belegerden weldra de kerk. Nadat men een dag en een nacht de belegering had vol gehouden, kwamen de gebroeders Jan en Andries met nog drie van hun makkers van den toren gedaald en gaven zich gevangen, maar de beide achtergeblevenen, nl. de ge broeders Coppin en Lein Wolfaertskinderen wilden niet beneden komen, zeggende, „dat Zij waeren dair si leven ende sterven wilden". De rentmeester wist wat voor vleesch hij in de kuip had. Deze twee immers hadden niet lang geleden in Borselen „eenen dootslach gedaen" in de parochie van Monster 3). Toen hadden zij zich beroepen „op de vrijheyt" van de parochiekerk van Monster, waarover de parochianen zeer ontevreden waren, zoo dat ze dreigend voor het gebouw samen schoolden. Maar Coppin en Lein hadden de bewoners gebeden en gesmeekt hen vrij te laten uitgaan, dan zouden zij niet meer in geen der zes onderhoorige parochiën 3) terug komen „in 't Westende van Borselen 4) voor dat zfj de misdaad „gezoent" zouden hebben. Dit werd goedgevonden. Ondanks deze be lofte keerden zij den anderen dag weer terug en kwamen weer op het kerkhof van Monster en in de kerk, nu rijk voorzien van „glaviën 5) ende andere stocken", roepende „waer zijn nu dighene die ons gisteren ver jagen wouden" en veel andere uitdagende kreten, terwijl zij dus wederrechtelijk „de vryheyt van der kereke" misbruikten. Vandaar dus dat de rentmeester, die dit alles wist „omme daerin te bewaeren myns genadichs heren recht", nu tot hen zeide „Gij weet wel hoe ge gehandeld hebt in de kerk van Monster, zoodat gij de vrijheid van de kerk verloren hebtgij moet u dus „in Gods name" (d.w.z. op genade of ongenade) overgeven, doet gij dit niet, dan zal ik ge weld gebruiken." Een van hen, den rent meester hoorende, spande, zonder een woord te zeggen, zijn boog en schoot op hem en zijn gezellen, zoodat een van zijn dienaren in het gelaat door een pijl getroffen werd. Toen was de maat vol, zijn onderhebbenden gingen naar boven en sleepten hen beiden naar be neden ze werden nu gevankelijk naar Mid delburg gevoerd, waar ze gevangen bleven totdat de Graaf van Charolais in Zeeland „vierschaar quam houden". Dit muisje had echter nog een staartje M biedt gedurende de eerstvolgende dagen gratis als St. Nicolaas- Geschenk aan een lm. Oud Zilver Reisnècessaire, als hierbij afgebeeld, inhoudende groot formaat tube prima Cream, inwrijflap, Gummi - Vingerbe schermer,uitpoetsdoek en borstel Dit waardevol cadeau geven wij gratis bij eiken contanten aan koop van minstens f 7.50 van ons prima Schoeisel en Warme Pantoffels, zoolang de voorraad strekt. Plouvier's Schoenhandel NIEUWEND1JK. BESTAAT DEGELEGENHEID UW FOTO BESTEMD ALS ST. NICOLAAS-VERRAS- S1NG, OP TIJD KLAARTE KRIJGEN B WW Ateliers voor moderne Fotografie MIDDELBURG Markt C 14 VLISSINGEN Badhuisstraat 63 WIJ VERZOEKEN U ECHTER BELEEFD MET HET OOG OP DE ZWARE EISCHEN, DIE IN DEZEN TIJD VAN HET PERSO NEEL EN ONS ZELF WORDEN GEVERGD, NIET TOT HET LAATSTE OOGENBLIK TE WACHTEN. immers de „cureit van Oude Vlissingen ces seerde van Gods dienst 7), zeggende dat die kereke interdict 7/as". Hij wilde dus den godsdienst niet meer in het ontwijde gebouw uitoefenen. Dientengevolge zond de rentmees ter vijf maal npar den bisschop van Utrecht om „dispensatie ende relaxacie van de ces- seringej", wat hem, erbij inbegrepen ,,'t sa laris van den bode" elke reis 16 schellingen grooten kostte en dus in totaal 4 grooten (24 gulden). Bovendien moest hij de kerk van Oud-Vlissingen laten repareeren en ook „verwyden by den suffragaen 8) van Utrecht", verder de onkosten voor het „vangen" der misdadigers, t geen hem meer dan honderd gouden Pieters 9) kostte, zooals blijken zal uit een gezegeld manuscript van Adriaan Pietersz., Nol Wisse Jacobz. en Jan Mathysz., poorters van Middelburg op den len Januari 1468. De kosten van „relaxacie, absolucie", dus van het weder in gebruik nemen der kerk hebben bedragen XII grooten 72). Deze kosten had hij reeds vermeld in zijn tweede rekeningdit was de 16e, maar in- tusschen is het ook reeds 1468 geworden, ter wijl de bovenomschreven feiten plaats hebben gehad in 1463. Maar nog steeds had de rent meester zijn voorschotten niet betaald kun nen krijgen, want „de heeren van der reke ningen, die waeren in den Hage", m.a.w. de heeren van de Rekenkamer (door Ph. v. Bourgondië voor Holland en Zeeland inge steld) hadden bezwaren gemaakt, omdat het hertogelijk bevelschrift en andere bewijsstuk ken ontbraken. De rentmeester had immers op eigen initiatief moeten handelen en door hun vlucht hadden de misdadigers hem van het een in het ander gebracht, zonder dat hij mandaten had voor de uitgebreide maat regelen, die hij had moeten nemen. Toen had hij zich tot nu wijlen hertog Philips gewend, die het advies gevraagd had van de heeren in den Haag. Dezen verklaarden, dat de rent meester inderdaad in de 2de rekening als ontvangsten had vermeld de som van Vijf honderd par. van XX grooten 't pont" een Parijsch pond is nl. de helft van 't gewone pond, dus 3, doe de waarde is zeer uiteen loopend en wisselt met den tijd) „ter cause van den zaken ende misdaden boven ver- clairt". Het advies van den stadhouder en den Raad van Holland luidde ook gunstig en daar de profijten van den hertog naar aanleiding van de genoemde misdaden zoo groot waren, gaf dit wel den doorslag tot de fiatteering van de uitbetaling aan den rent meester, waartoe de rekenkamer te Brussel gemachtigd werd. Men ziet dus hoe ook weer hier de rent meester „gecomposeerd" heeft met de mis dadigers, al was zijn plan te wachten totdat de hooge vierschaar bijeen kwam. De laatste „hooge vierschaar" was gehouden in 1460. Het straffen der zware misdaden kon moei lijk wachten totdat hij weer bijeen zou ko men, men moest dus wel alles aan den rent meester overlaten, maar het behoeft geen verwondering te baren, dat de toestanden ten plattenlande zienderoogen verergerden. Wel werd in 1477 bij het Groot Privelege bepaald, dat alle „goede" steden (volgens art. 49) voortaan „recht ende justitie" mogen doen, maar ir de praktijk is daar ook niets van gekomen, omdat weldra Maximiliaan den ouden toestand herstelde en zich van het Groot Privelege niets aantrok. Dit was ook het geval met de rechtspraak. In 1490 wordt dan ook geklaagd, dat er geen hooge vier schaar wordt gehouden en dat, dus ook nu weder, de misdadigers ongestraft konden rondloopen. In 1501 wordt de eerste hooge vierschaar weer gehouden, die tevens ook de laatste zou zijn. Eerst in 1517 is de stads- vierschaar van Middelburg aangewezen voor het geheele platteland van Zeeland Bewester Schelde om op te treden in crimineele zaken als hooge grafelijke vierschaar. Dit is zoo CHIEF WHIP LONDON gebleven tot 1572. De hooge heerlijkheden en steden waren reeds in dt; 14e en 15e eeuw in het bezit van eigen rechtspraak in crimineele zaken gekomen. Voor dec niet-grafelijke stad Vlissingen, immers in ue 15e eeuw aan den heer Van Borselen behoorende, werd deze kwestie geregeld bij het privelege van Maxi miliaan van 18 Nov. 1497, waarin duidelijk wordt bepaald, dat, op verzoek van Philips van Bourgondië, (niet te verwarren met hertog Philips 10)), heer van Vere en Vlissingen, de aan dezen toebehoorende steden voortaan rechtspraak zouden hebben in alle crimineele zaken. Dit had dus betrekking op Vlissingen, Vere, Westkapelle, Domburg en Brouwers haven. Eenige malen heb ik reeds gesproken over „de misdaad zoenen" e.d.daar het een zeer typisch Zeeuwsch verschijnsel is, dat bij zgn. „zoenverdragen" ook voor ernstige mis drijven bedevaarten werden opgelegd, m tegenstelling met Holland, waar ze alleen voor lichte misdrijven werden toegepast, zal ik een afzonderlijk artikel aan deze eigenaar dige instelling wijden. H. G. VAN GROL, Archivaris. 1) Zie de artikelen in het proces van het jaar 1563. 2) Ongeveer op de plaats, waar nu de per- ceelen zijn, bewoond door de heeren Hexxrard en De Greef, dus Badhuisstraat 107 en 109. 8) Monster, Te Wijk, West'.ierke, Oostkerke, Wolfertsdorp en St. Katharinakerk zijn in WmsZSiégMA ohjmop/ossend mmmKÊHÈlkÊmÊÊaÈmimm tn Doozen 20 en 30 cent. Bij Apoth. en Drogisten latere jaren, 1530 nl., door de golven ver zwolgen. 4) Vgl. de op Zuid-Beveland veel voor komende familienaam „van 't Westende". 5) Glaviën, meerv. van glavie, oudfra. glaive, vgl. lat. gladius lans, speer, spiets. 6) Stok, hier een met ijzer beslagen of met scherpe punten voorziene stok. 7) Cesseeren het doen stilstaan, schor sen van kerkelijke (of maatschappelijke) ver richtingen of plechtigheden in de Latijn- sche kerktaal ook cessatio a divinis genoemd. 8) Suffragaan bisschop, eigenlijk „wij bisschop", verwijden is opnieuw wijden. 9) Munt met het beeld van den apostel Petrus, van onzekere waarde meest Leuven- sche Pieters, ook geslagen onder Philips van Bourgondië de waarde schommelt tusschen 1.20 en 1.75. i°) Philips van Bourgondië, die heer van Vlissingen, Vere enz. was, is een zoon van Anthony „den grooten bastaard", die een natuurlijke zoon was van hertog Philips. Deze Philips was gehuwd met Anna van Borselen, dochter van Wolfaert "in Borselen, die geen zoons naliet, vandaar dat Vlissingen nu aan de Bourgondische bastaards kwam.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1930 | | pagina 1