R
r
liilane'.fifwa F. VAH Dl
Aangesloten
EERSTE
„Toch stonden die strikjes lief en vrouwe
lijk," interrumpeerde mama, waarop het
dochtertje het uitproestte en terwijl zij haar
lange zijden-kousebeenen over elkaar slinger
de en gezelligjes een sigaret opstak, becriti-
seerde ze de pofmouwen, de hooge boorden
en de tot den grond reikende rokken van
mama en de tantes.
„Om je een knal te lachen proestte ze.
„Ik wil wedden, dat die heele kleerengeschie-
denis vijf of zes kilo's woog En kijk eens
een, twee, drie, vijf, zeven strikjes aan één
japon En nu reken ik nog niet eens den
achterkant, waar ook wel de noodige tier-
lantijntjes zullen gezeten hebben. Wat een
tijd Wat een idiote, onzakelijke tijd
En ditzelfde meisje zit nu, een half jaar
later, bij haar modiste en bekijkt de aller
nieuwste Fransche modebladen, waarin ze
verscheidene japonnen ziet met vier, vijf,
zes strikjes
„Le dernier crizegt het modistetje. „De
mede wordt meer en meer vrouwelijk. De
Parisicnne wil licht en luchtig gekleed gaan,
maar van de zakelijk strakke lijnen heeft zij
meer dan genoeg
Waarlijk, strikjes zijn weer in de mode ge
komen. De grootmama's en de mama's met
volwassen dochters glimlachen. „Onze tijd
was nog zoo belachelijk nietzeggen zij.
Als sierlijke, dartele vlindertjes prijken de
strikjes op blouses en japonnetjes. Soms be
staan ze alleen maar uit een paar lussen, die
door een lipje in de stof van het kleeding-
stuk zijn geschoven soms ook vormen ze
met het kleedingstuk één geheel. De hals
uitsnijding en de mouwtjes eindigen bijvoor
beeld in lange slippen. Deze slippen worden
samengestrikt of geknoopt en dienen dan
tevens tot sluiting.
Zelfs op de hoedjes en mutsen ontbreken
de kwieke strikjes niet. Op die manier kan
het nog romantisch worden. Nu bijna iedereen
kort geknipte haren draagt, valt er voor
galante ridders niets meer van geniepig uit
stekende boomtakken los te maken. Nu sier
lijke hoedjes met lange lussen aan het topje
van een mutsje wapperen, zal het binnen
kort wel anders zijn.
Weet u, dat
Weet u, dat schroeivlekken dadelijk ver
dwijnen als ze met een doormidden gesneden
ui gewreven worden
Weet u, dat kaarsen niet zullen afdruipen
als de buitenkant werdt bestreken met
blanke vernis
w
Weet u, dat vloerkleeden en loopers niet
zullen omkrullen als de randen aan den on
derkant worden bestreken met Arabische
gom
Weet u, dat roede kool een veel zachteren
smaak krijgt als u er bij het koken, inplaats
van azijn wat citroensap aan toevoegt
Vleeschbroodjes
Tomatensoep
K :'cpjes - andijvie - aardappelen
Appelmoes.
Vleeschbroodjes.
Benoodigd.4 kleine ronde of langwerpige
broodjes, 100 gram vleesch (restanten of an
ders het vleesch uit de soep), 1 d.L. melk,
1 schrale eetlepel bloem, 2 afgestreken eet
lepels boter, wat peper, zout, nootmuskaat,
y2 theelepeltje Maggi's Aroma, 1 eetlepel
fijngehakte peterselie.
Bereiding Snijd voorzichtig van de brood
jes het bovenste kapje af en hol het onderste
gedeelte uit. Bestrijk dan het inwendige van
het broodje en het dekseltje met een ge-
gedeelte van de gesmolten boter.
Verwarm roerende de helft van de nog
overgehouden boter met de bloem tot een
gelijk papje. Voer daarbij langzamerhand de
warme melk en laat het mengsel even door
koken tot een goed gebonden sausje. Roer er
het vleesch door en maak het mengsel af
met de Maggi's Aroma, de peterselie, het zout,
de peper en de nootmuskaat.
Breng het vulsel over in de uitgeholde
broodjes, leg er de dekseltjes op en bestrijk
dan den geheelen buitenkant der broodjes
met de rest van de gesmolten boter. Zet de
broodjes op een bakblik in een vrij warmen
oven en laat ze daarin knappend worden
(ongeveer 20 minuten). Schik ze op een
schaaltje, waarover eerst een vingerdoekje
is gevouwen.
Mevr. Van V. te VI. Een patroon voor
een gebreid jongenspak verschijnt binnen
eenigen tijd. Een recept voor een smake-
lijken vischschotel is het volgendeMaak
2 poonen of zeehanen schoon. Wrijf ze in met
wat peper en zout en wentel ze door bloem
Bak ze in 1 d.L. Delftsche slaolie of l1/,
blokje Delfrite rondom mooi bruin en breng
ze dan over in een vuurvasten schotel. Fruit
ia het overgebleven vet een fijngehakt uitje
lichtbruin. Voeg er 4 d.L. bouillon bij (bijv.
van water met 2 Maggi's blokjes) en een
paar takjes peterselie. Laat het mengsel een
oogenblik zachtjes doorkoken. Giet dan de
saus door een zeef over de visch, zet den
schotel (liefst met een deksel of een gebo
terd papier er over) in den oven en laat de
visch nog ongeveer 20 minuten zachtjes gaar
stoven. Klop een ei, meng er een paar lepels
van het sausje uit den schotel door en roer
het mengsel voorzichtig door d» vloeistof, die
bij de visch is achtergebleven. Dien de visch
in den schotel voor, versierd met een paar
takjes frissche peterselie. Presenteer er bijv.
gesmoorde aardappels bij.
VOOR HET KIND
De muziektasch.
Een avontuurlijke ontmaskering.
„Piet, wil je even een boodschap doen
vroeg moeder.
Geen antwoord.
„Pietzei moeder een beetje luider.
„Hè, waarom nou kregelde Piet, „Laat
Nelly het doenHij bewees meteen, dat hij
moeder best gehoord had.
„Nslly is niet thuis, dat weet je toch wel."
„Neen, natuurlijk is Nelly weer niet thuis.
Als er boodschappen gedaan moeten worden,
is Nelly toevallig nooit thuis."
„De bokkepruik op, Piet
„Wat voer een pruik zeurde Piet en hij
voelde warempel eens aan zijn hoofd. Hij
wist niet zoo gauw wat moeder bedoelde.
Toen hij zijn vergissing bemerkte en moeder
hoorde lachen, werd hij nog boozer. „Dat ge
zanik snauwde hij, „Ik lijk wel zoo'n bood
schappenjongen
„Hè vent, wat overdrijf je zei moeder er
kalm tegen in. „Er gaan dagen voorbij, waar
in je géén boodschappen doet. En vind je het
nu heusch zóó erg om eens een enkelen keer
iets te doen, waarin je eigenlijk heelemaal
geen zin hebt Geloof me jongetje, dat
moeten zooveel menschen. Denk je nu
heusch, dat alle moeders er altijd zin. in heb
ben om de gescheurde Iwezelaars en broeken
van haar bengels te naaien en hun kousen,
met gaten als een vuist, te stoppen
Even was het stil. Toen vroeg Piet, hoewel
nog met een norschen klank in zijn stem
„Wat moet ik dan doen
„Goed zoo," prees moeder. „Zoo mag ik
het liever hooren. De groentsnman heeft me
vandaag een mandje peren en appels ge
bracht en daar vil ik omoe en grootvader
wat van geven. Wil jij het even brengen
Ik geloof, dat je ze het best in het bood
schap? ennet kan dr? gen."
„Hè jakkes mopperde Piet al weer. „Dan
ziet iedereen direct, dat ik met appels en
peren sjouw
„Maar vent, dat hindert toch niet
„O neen Nou, 't is nogal wat lekkers
Iedereen ziet je aan voor een piepklein
joggie
„En je bent al zoo'n reuzebaas, hè
plaagde moeder. „Maar wat wil je dan Va
der heeft zijn citybag mee naar kantoor."
„Ik kan Nelly's tasch best even gebruiken.
„Nelly's tasch Welke dan
„Die ze altijd meeneemt als ze naar zang
les gaat."
„Haar muziektasch?" Moeder dacht even
na. Toen zuchtte ze licht en eindelijk zei ze
„Nu, vooruit dan maar. Maar denk er om,
Piet, dat je er niet wild mee bent, hoor I"
„Ik hoepel er toch niet mee," zei Piet
brutaal. „Ligt de tasch op haar kamertje
„Ja, en leg de muziek, die er in zit, maar
op haar tafel."
Even later had moeder de appels en peren
in de tasch gepakt. „Deze reus van een peer
kan er niet meer in. Dien mag jy oppeuze
len."
„Moet ik niets tegen omoe en grootvader
zeggen
„Neen, alleen de groeten en dat ik van. de
week nog wel eens kom."
„Nou, dan ga ik maar. Dag
„Dag vent. Opletten met oversteken, hoor."
Daar ging Piet, zijn neus in den wind. HU
voelde zich altijd erg, maar nu nog een
beetje meer, omdat hij een muziektasch
droeg. Dat er appels en peren inzaten, dat
wist geen mensch. Misschien^ hielden ze hem
wel voor een jongen, die naar zangles ging.
Want dat het een muziektasch was, dat kon
iedereen, die een beetje Engelsch kende, zien.
Op den overslag van de tasch stond namelUk
in zilveren letters het woord „Music", wat
„Muziek" beteekende. Nu, en wie geen En
gelsch kende, las er toch wel „Muziek" uit.
Zooveel verschilden de woorden niet.
He, wat keek die meneer Die dacht mis
schien wel, dat hij naar vioolles ging. Of neen,
dan moest hij ook een viool bü zich hebben.
Och, beslist noodzakely'k was dat niet. De
vioolleeraar kon best een viool bij zich thuis
hebben, uitsluitend voor zijn leerlingen. Dat
spaarde gesjouw en daardoor meteen het in
strument.
Misschien ook hielden ze hem wel voor een
jongen, die naar pianoles ging. Maar pianoles
.was niet zoo leuk. O jakkes neen, pianoles
had hU zelf thuis. Iedere week, zonder uit
zondering, hoor C, d, e, f, g, a, b, c
c, b, a, g, f, e, d, cHij vond het een melig
gedoe. Als hij nu maar eerst zoo ver was, dat
hij liedjes mocht tingelen, maar de juffrouw
zei, dat ze daar nog lang niet aan toe waren
en dat ze eerst nog heel wat vingeroefeningen
moesten afwerken.
De menschen zouden hem ook kunnen hou
den voor een fluitist en dan zouden ze na
tuurlijk denken, dat zijn fluit in de tasch zat.
Maar
„Hé, daar heb je PietZoo Piet, zie je ons
niet Dat rijmt, hè
Piet stond opeens voor twee jongens van
zijn school. HU was op die ontmoeting eigen-
lUk heelemaal niet gesteld, want Jaap en
Wim hielden dolveel van plagen. Ze plaagden
niet gemeen, hoor, al vond Piet van wel. Ze
deden het altUd alleen maar om een beetje
plezier te maken.
„Waar moet je naar toe vroeg Jaap.
„Naar waar ik nog niet ben," .zei -Piet
snibbig.
„Wat is dat riep Wim, „Muziek Loop
jU met een muziektasch
„Gaat het je wat aan snauwde Piet,
maar toch gestreeld omdat de tasch was op
gemerkt.
„Moet je dan naar muziekles -informeer
de Jaap.
„Waarom zou ik anders met zoo'n ding
'loopen, hè zei Piet, den nadruk leggend op
.kling" Ze moesten vooral denken, dat hU
Iret zelf heel gewoon vond.
„Daar heb je nooit wat van gezegd," zei
Wim.
„O, is dat noodig Moet ik jullie alles aan
l^je neus hangen
„Wat voor les heb je dan Pianoles
„Pianoles heb ik 'natuurlijk thuis."
„Nou, wat voor les dan
„Jij bent ook niet nieuwsgierig."
„Jö, ik wil het niet eens meer weten. MU
een zorg waar jU les in krijgtWat mij be
treft leer je op een doedelzak spelen kwam
Wim geraakt.
„Die is goed, zeg lachte Jaap. „Ik hoor
hem alNeen maar Piet, alle gekheid op de
punt van een wandelstok, naar welke mu
ziekles ga je dan
„Naar vioolles," zei Piet en hU trok er een
waardig gezicht bU. Iemand, die viool kon
Spelen, was toch ook maar niet de eerste
de beste.
„Zeg, is 't warempel Speel jU viool
riep Paap.
„En waar is dan je viool informeerde
Wim achterdochtig.
„Thuis
„Thuis O krijg je dan les op je vijf vin
gers
Piet keek Wim uit de hoogte aan. „Méneer
heeft natuurlijk vopr zijn leerlingen een viool
bU hem thuis," fantaseerde hij.
„Zoo, zoo," spotte Wim. „En wanneer
krijgen wij je eens te hooren
„Och zanik niet. Vooruit, laat me door."
„Neen jongetje, eerst zeggen wanneer je
ons komt voor-fiedelen."
„Laat je me er doorschreeuwde Piet
boes.
Maar Wim bleef voor hem staan en Jaap
sprong om hem heen, terwyl hij zong
„Hier is Piet, de violist,
Die steeds al zUn snaren mist
„Als jullie nou toch niet weggaan tierde
Piet en hij zwaaide met zijn muziektasch.
„Niet vóór je ons zegt wanneer je ons
kemt voorspelen."
„En niet vóór je ons zegt waar die viool
leeraar woontzei Jaap, die er een beetje
aan begon te twy'felen of Piet wel waarheid
had gesproken.
Dit maakte Piet zóó razend, dat hij zijn
tasch ophief en....... een regen van appels
en peren over de jongens liet neerdalen. Deze
waren het eerste oogenblik zóó verbluft, dat
ze beurtelings Piet, de tasch en de vruchten
met open mond aangaapten. Maar even later
brulden ze het uit. v
„Neen," maar die is èenig schaterden ze.
„Wat een moeilijke,, muziek is datPiet, kun
je die wel spelen
En Piet O, Piet zou wel door de straat
gillen zinken van schaamte. Met een kleur
als vuur raapte hij dé appels en peren op
en borg ze weer in de ongelukstasch.
Opeens schoot hem iets te binnen. „Heb
ben jullie je eens leelUk laten foppen zei
hij, zoo gewoon mogelijk.
„Ja, nu wil je het goed praten, hè zei
Wim. „Wat moet dat
„Aanpakken," beduidde Piet. „En jij ook,
Jaap
Hij hield ze ieder een appel vopr. Jaap
keek hem eens strak aan. „Wees maar niet
bang, dat we het aan de andere jongens zul
len vertellen, hoorzei hU eerlUk. „Zoo
gemeen zijn wij niet."
Piet kleurde, want hu had met den appel
werkelijk de stilzwijgendheid van Jaap en
Wil willen inroepen.
„Goed," zei hU- „Neem hem toch maar. En
nu ga ik er van door."
„Nou b'sjoer," zei Wim, tamelUk vriend
schappelijk.
Jaap bromde maar wat. t Klonk toch niet
kwaad.
Maar met dat al was Piet gerust en hU
kwam eigenlijk heelemaal overstuur bij omoe
aan. Deze vroeg hem dadelijk wat er was en
Piet was blij zijn hart en angst eens even te
kunnen luchten.
„Jongetje, jongetje," zei omoe zacht, „zoo
zie je eens waar al die trots toe leidt. Ga
jij maar liever recht door zee en wil nooit
méér toonen dan je in werkelijkheid bent.
Dé.t mag je trots zUn. Gelukkig zijn Jaap en
Wim ronde jongens en zullen er wellicht niet
aan denken het op school rond te vertellen.
Maar stel je eens voor, dat je andere jongens
had ontmoet, die het wèl zouden doen
Piet huiverde bij het denken aan de moge
lijke gevolgen. Wat zou iedereen hem ge
plaagd hebben. Wat zou hij het op school en
ook daarbuiten naar hebben gehad
„Ik ken voortaan alleen maar dien anderen
trots, omoe, dien trots om niet méér te wil
len schy'nen dan ik in werkelijkheid ben," zei
Piet en het klonk als een belofte.
En toen gaf omoe haar kleinzoon een zoen
en sprak„Dan zal ik trotsch op jou zyn I"
Als 't avond is.
Het maantje:
Kleine Jantje, o wat zie ik,
O wat heb je weer gedaan
Al je spoortjes en je blokken
Heb je maar weer laten staan.
Jantje
Maantje, 'k héb er o zoo'n spijt v
Toe, vergeef het me maar weer.
Heusch, ik wil je vast beloven
't Is de allerlaatste keer
Voo taan heb ik 's avonds alles
Naar mUn kastje toegebracht.
maantje
Nu, dat is een goed besluit, hoor.
Flink zoo ventje. Goeden nacht I
't Heerlijk avondje is gekomen
Knikkeren is een geliefd spelletje, zoowel
voor meisjes als voor jongens. Nu het net
knikkertijd is, zie je heel wat uitpuilende
mantel- en broekzakken. Stel je voor, laatst
vertelde een jongen me, dat toen hij op
school zy'n zakdoek uit zijn zak trok, er
meteen een stuk of tien knikkers naar buiten
sprongen en kletterend op den grond terecht
kwamen. Het gevolg was natuurlUk een booze
onderwijzer, een verstoorde les en een portie
strafregels voor mijn vriendje. „Ja maar
jongetje," zei ik, „knikkers moet je ook
maar niet zoo los in je jas of je broek dra
gen. Je moet ze in een linnen zakje bewa-
ren En teen ik merite, dat hy' zoo'n zakje
niet bezat, heb ik er een voor hem gemaakt.
KUk, het ziet er uit, zooals je op de teekening
ziet. Ik had toevallig een gebloemd lapje
katoen in myn handwerkmandje, 12 c.M.
breed en 25 c.M. lang. Ik vouwde het één
keer dubbel, naaide met een dubbel naadje
de zU kanten dicht en zoomde de opening van
het zakje netjes om. In den zoom legde ik
twee stiksels, ongeveer 1 c.M. van elkaar ver
wijderd. In deze tusschenruimte reeg ik een
koordje, waarmee het zakje open en dicht
getrokken kon worden.
Heb je soms een broertje of zusje, een neef
je of nichtje, dat ook de knikkers zoo maar
los bij zich draagt Maak er dan ook een
zakje voor. Je weet nu, hoe het gemaakt
moet worden en je kunt er zeker van zy'n,
dat hij of zU er blU mee is.
Wat is dat nu Een poppenwieg
Goed geraden. Een poppenwieg, waarmee
je een klein zusje of een nichtje met Sint
Nicolaas kunt verrassen. Kom, kom, kijk niet
zoo ernstig. Het is heusch niet zoo moeilUk
te maken. Als je onder een leeg sigaren
kistje, dat je eerst goed hebt schoongeboend,
op eiken hoek een leeg garenklosje lijmt, ben
je al een heel eind op streek. Neen, dan ben
je eigenlijk al haast klaar. Wat je dan alleen
nog maar hebt te doen is van het deksel
twee smalle latjes te zagen. Het eene lijm of
spUker je dwars aan hét andere en het ge
heel lijm,je tegen^den smallen wand van het
wiegje, precies in het midden. Waar deze
stellage voor is Om er een gordijntje over
te hangen, dat moeder of groote zus mis
schien wel wil maken.
Als je nu nog een dubbeltje rijk bent, koop
je bij den drogist een busje witte lak, waar
mee je het wiegje helderwit schildert. Je zult
eens zien hoe aardig het er dan uitzien.
Ons leuk Raadselhoekje.
Daar komt een heele bezending pluimen
aan om deze op de hoeden te steken van de
kinderen, die 5 goede oplossingen hebben in
gestuurd. Wie er zoo fraai worden uitgedost
Luister maar. Het zynGreet PostTina
van Akkeren Toos SohierDina Quite
Mien Stroo Ko Dommisse Bram van der
Hof Jopie Wielemaker W. Pereboom
Christien SupplyLouis SupplyEmiel
Supply Marie de Visser Janny de Bruyne;
Sjaan Wielemaker Greet van der Peijl
Anna LagendUk Lieven Minderhoud Mina
Kopmels Zangertje (heeft zU geen andere
naam Johan VermeulenAli van der
Vies Mies Smits Gientje Bieker Jo Poppe.
Hoe vind je dat? Geen enkel kind, dat
een foutje heeft gemaakt.
De oplossingen zUn
1. Kip of haan.
2. De pot verwUt den ketel, dc.t h'j -'wart
ziet.
3. Geduld overwint alles.
4. Berk-wilg-eik-den-iep.
5. De neus van ee i schoen.
Wie stuurt de oplossingen in van de nieu
we raadsels ZU moeten weer ..iterlUk Dins
dagavond aan het bureau van de krant zijn
Op de enveloppe of het netjes dichtgevouwe;
briefje moet staan Aan ons leuk Raadsp!
irkje, de Vlissingsche Courant te Vlissinger
1. Met welken mond <can men niet eter
'2. Verborgen plaatsen
Jo stuurt twee grieven. Lo één brief
Frits is wilder van karakter jan George.
Johan en Henk huizen zoolang in de
keuken.
Els, ga meteen naar den kapper, want i
haren zUn veel te lang.
3. X--. is een lichaamsdeel.
X... zit in de kachel.
X... is een meisjesnaam.
X... groeit langs de sloot.
X... is niet kort.
X... is een watervogel.
X... is een groote waterplas.
Op de kruisjeslUn komt, van boven n
beneden gelezen, de naam van een stad
ons land.
(Alle raadsels zU'n ingezonden d
Greet Post.)
4. Vul dit figuur zoo in, dat van links n
rechts en van boven naar beneden deze:
woorden komen. In de eerste ry een familie I
No. 2
lid in de tweede iets waarmee we schrijven-
in de derde een meisjesnaam.-
(Ingezonden door Mies Sn
5. Wat staat hier
[abonnementsprijs
Franco door het geheelej
elanden bij wekelijks(|
jrje abonné's in t bezit
Polis, zijn GRATIS v|
L,() tegen ongelukken i
Ipit nummer bestad
(Ingezonden door Babj
Ons gezellig Brievenhoekje
Vergeet-my-nietje. - Is het dan een bruto. I
pop Dan vind ik geel en oranje of geel
korenblauw erg lief. Je mag wel erg dl
wol nemen, want het poppenkind, dat i
de Indische warmte gewend is. heeft het to I
ons land natuuriyk voortdurend koud Vertol I
je eens wat het wordt
Springertje. Is er niets by de Sint Nico. I
laas-voorbeelden, die nu iedere week in 1
kinderhoekje staan Zoo'n Iepelvaasje l»t I
me wel aardig en nuttig. Zoo'n stofdoeken.
of brievenzakje ook. Je bent heel wat
plan, hoor Is je spaarpot zoo goed gevuld 11
Borduurstertje. dan zou ik den I
maar om nieuw postpapier vragen. Dat is een I
nuttig geschenkje, dat de goede
vast graag geeft.
Pratertje. - Wat een beelderig papfe I
*t Is net een echt gepltsseerd strookje, hêll
Heb je Gicheltje alles geschreven van het I
bezoek aan grootmoe
Zangertje. Neen, dat boek heb lk nota I
gelezen. Waar gaat het over Je bent n» I
een boffertje Ben je altyd zoo gelukkig 1
verlotingen
Zonnebloem. Harteiyk welkom Wat z
het nu zonnig worden in ons Raadselhoekje, I
Want een zonnebloem is net een stralende I
zon. Heb je dat wel eens opgezet?
Zonneschijn. Van harte welkom! Maarl
ik ben geen meneer, hoor 1
Blondje. Harteiyk welkom 1 Heb je wer-
kelnk blonde haren? Dan komt dit aardig» I
schuilnaampje net van pas.
Teekenaresje. Van harte welkom I It I
kan best begrypen, dat je een kraan in tee
kenen bent. Je schryft zoo keurig. Keung I
handschrift verraadt gewooniyk aanleg -
teekenen. Stuur eens een krabbeltje in,
vind ik zoo prettig.
Goudhaartje. - ja, ik heb ook een kaait I
van Gicheltje gekregen. Wat heeft ze
om ons gedacht, hè Ik heb haar een briefje I
teruggestuurd, want gelukkig heeft ze haar
adres vermeld. Dus jij bent uit logeeren ge-
weestEerst bij grootmoe, daarna by tante!
o, o, wat een uitgaanstertje
Breistertje. Dat is een goede keus. B I
denk wel, dat de Sint je wensch verhoorea
zal. Maar als je een doos postpapier krijgt,
moet je er erg zuinig mee zyn, hora-, en t I
papier niet gebruiken voor kladjes.
Jan Klaassen. Harteiyk welkom I Alle
begin is moeilijk, maar ais Je altyd je 1
doet met schryven, zul je eens zien hoe moo! I
het wordt en hoe gemakkeiyk het je op den
duur afgaat.
De Tuinman. Als het nu heel hard vrie
zen gaat, moet jé den grond maar afdekken
met stroo, anders hebben de ranonkeltjes te
veel te lijden. Ja, ik houd erg veel van bloe
men. De tuin Is nu leeg, maar binnen In de
kamer heb ik mooie bloeiende planten.
Haakstertje. Nu, misschien blyven er
van de kleedjes en kussens nog wat kluwtjes
over, die je voor mutsjes en dasjes voor de
pop mag gebruiken. Vraag het moes maar.
Ik denk wel, dat ze „Ja zegt.
Billie. Van harte welkom 1
Poppenmoedertje. - Harteiyk welkom)
vertel Je me ook eens iets van je kindertjes?
ik houd zooveel van poppen en poppenge-
schiedenissen.
Duinviooltje. - ik kyk al vol verlangen
naar de volgende week uit. Jammer, dat Je
kranten kwyt bent of heb je de hand
werkjes en knutselarytjes er al uitgeknipt?
Huishoudstertje. ja, Naaistertje
nebben we al. Ze doet wel niet Iedere week
mee, maar we houden haar plaatsje toch
open. Maar Zonnebloem vind lk ook lief. Sé,
t doet zoo denken aan de zon.
Lezeresje. We konden Je dus wel Borst-
Plaatje noemen I O. o, wat een zoetertje ben
JU. Heelemaal niet erg, hoor! Ik houd oofc
veel van borstplaat, vooral van chocola- en
offie-borstplaat. Mag je ze zelf wel eens
van moeder maken Je bent al zoo groot,
K denk dat je het best kan.
Roodkapje. Die arme Theo Wat scheelt
iem? Houd hem maar gezellig gezelschap
•'-i lees hem wat voor, dat zal hU wel prettig
nden.
VLISSINGENj
Kunst naar 3
„Be O
Een ouderwetsche avo:
gfe:r en.... met oudei
ling. Ja lezer, 't is heuse
toen wU binnen traden,
ilink uitgewreven, omdat
cinatie dachten. Doch ner
gelijkheid. En dan nog o
regen pypesteelde uit de
certgebouw de uitgaande
botvierde. Een volle zaal
op te worden. De verse]
aanmerking genomen
Kracht" zich alzoo vleii
wel de opr-schte sympatl
ceelachtig te zijn. Laat
spoorslag zy'n met alle
als ernstige dilettanten
beoefenen.
Verdient d,e vereeni;
lOngetwyfeld, want zij is
■programma's zoo varieen
mogelijk te maken. Wé
Irpijslijst van Zaterdag te
Lmijnheer en mevrouw
liuurlijk een echt kolfje
lóie „eten zich vol en vet'
M te slaan", maar in 't
(ruim elf uur een veel te
afwerking van het
tb beginnen, wat uit een
„Bekentenissen", een
dolle een-acter „Het le-
paar" bestond. In „den
begon men ongeveer op
in orde brengen van
Indien men een volgend'
rekening mede houdt,
dit verslag nog meer de
Terdege gevoelen wU de
reen club met vele leden
planken komen wil
eenige opofferingsgezinj
I recht wedervaren en i<
Een bonte reeks cab
de pauze. Enkele kr
j stemmlddelen beschikkei
veel succes. Toch rade:
meer aandacht aan h'
den, daar deze werkelij'
was. „Goed gesproken is
tog immer ook hier
Diverse stemmingen
ernstige zUde van het I
I to „Als ik naar je b.
I liefde werd vanzelf nietj
Je bent myn schat" en
meisjes" en aan de coi
dans werd in „Mag ik'
&ngo dansen een p
dance-girls waren leuk i
„Showdance". Met lie
dienstelijk werk geleverd
gen vermogen nog rh
I Êracleuser te worden. D
Ealondans, de Menuet 1
hni) al mag het in sty'
tevreden zUn over de wi
langzamen, statigen.afgi
Kranschen dans uit d-
XIV heeft uitgevoerd. C
der niet genoemde nur
ring, opsomming van t
Toch willen we nog eve
Eeri op „Helden der ze
maar al te zeer weet ij
visschers te worstelen t
dere malen als slachtoi
hun pogingen om ons
banket te verschaffen,
^erkers, die den naam
houdenMedelUden en
öer nagelaten betrekkiii
f«tel van de Hollanj
«fêffend voorbeeld gaf
daad duur betaald
ons nog eenige
Kees de RuUter, den
e tn de eerste plaa'
schillende décors wist
Jen met een gijntje, eei
behoort steeds tot de fc
den avond. Ook nu -
„De minister op bezoe]
evenals het melodie
^^arbij ook de typeerb
was.
De huiskapel onder
harles Haaze voerd<