1000
500
300
150
100
25
IEDER
GRATIS
WOENSDAG
12 MAART
EERSTE BLAD
["lijnen
iNo. 60
68e Jaargang
1930
:ht
lissingen
a
S: Firma F. VAH BE VElGt lr., Walstraat 58-60, Vlissinoen. Telef. 10. Postrekening 66287
Verschijn! dagelijks, uitgezonderd cp Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen
Iets tïit de vonnissen van de Hooge Vierschaar te Vlissingen
onder de regeering van Keizer Karei V.
BINNENLAND
llllllllfl!lillillllHllli1llllll!illl'llllllll'HHHli
iitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiitiiiiiiiiiii^
Stoowmasscherii „Volfiardieg"
Stads- en Provincienieuws
$]511.20 Lezingen
tiuziek. 12.15—1,20
Jnofoonmuziek. i.so
Concert. 4.50—7.50
leert. 9.50 Karten-
11.50 gramofoonmu.
ij Biscuitfabrieken.
Inter heeft het aar-
Treetal radio-uitzen-
le directeur, de heer
hder zal mededeelen
pek en de fabricage
e.d. Er wordt een
gemaakt met een
n terwijl het bedrijf
bizonderheden ver-
ioor velen met he
in worden,
voor de microfoon
iderkoor" en de be-
Ben AU Libi met
[itzendingen hebben
Woensdagavond 12
1 uur) en op Dins-
lo. 7.008.00 uur),
ld, hebben ook tal
In op ongeveer de-
In hun resp. onder-
te Berlijn.
isterie voor onder
enwerking met de
chaft op 27 en 28
congres gehouden
fidio. De in het af
in opgedane erva-
lesproken. In het
Rijkheden van het
1 door middel van
1 gezien.
b Perim
t.rt Kaap del Armi
tart Finisterre
van Genua
van Sjanghai
taart v. Zanzibar
lart van Gibraltar
■art Finisterre
|o Maart Galle
Ifaart Kaap Bon
j Maart Galle
lart van Padang
Maart Ouessant
nart van Madras
|art Ouessant
van Havana
[aart Gibraltar
r.) heden 6 uur te
lartv. Las Palmas
irt te Tsingtao
ott, van Japan
thuisr.) 9 Maart
Maart Gibraltar
te East London
^art Perim
(lifa
aart Gibraltar
.rt Finisterre
ktavia n. Amst.
|den te Plymouth
I Maart Ouessant
770.8 te La Co-
741.8 te Memel.
I van 12 Maart
ïerlyke wind, ge-
enkele regen- of
dering in tempe
ldienst,
bnmorgen te 9.35
rtiesein neer
a's, Fietsen
jen.
uur
6.26 w
Iijkheden,
inz.
tijks voorstellihg,
voorstelling, 8
oorstelling),
bare vergadering
Ie Vriendschap",
■fc Maatschappij
een. „de Oude
oneelvoorstelling
ertgebouw, 8.15
Joering Concert-
n Gehoorzaal, 8
LISSINGSCHE COURANT
^ONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ2.20 per 3 "maanden.
jjco door het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove-
elanden bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—5 regels 1.25iedere regel meer 25 cent Bij abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel.Kleine advertenties betreffende Huur enVerhuur.Koop
en Verkoop, Dienstaanbiedingen en -Aanvragen van 15 regels 75 ct, iedere regel meer 15 ct
j abonné's in 't bezit eenei
;„|js, zijn GRATIS verze-
mJ tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij dood
door
een ongeluk.
guloen bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bij verlies
van een
wijsvinger
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger
)it nummer bestaat uit twee bladen
ft
|fen Vlaming onthoofd. Een haringdief krijgt gratie van den nieuwen heer
van Vlissingen, maar wordt met haringen behangen „gescavotteert".
Viissingen en de haringvangst Korte metten met stakers.
Verlijdt V van Jan van der Mote
geseijt van Tricht van Gend gedaen
buten allen banden en pijne den 2
December 1549.
tjan van der Mote, gevangen genomen we
ns diefstal en roof, bekende dat hij eertijds
li Brugge „om zijn overdadige overlast" ge-
«seld was, „de oogen verbonden", en voor
i!n tijd van vijftig jaar uit het land van
[underen was verbannen op. straffe van
Éjn hals te verliezen, als hij wederkeerde.
Daarna is hij naar Portugal gegaan, ver-
LedelijlC met een der vele kraveelen, die
ugge toen nog bezochten. Het vorige jaar
s hij echter teruggekomen naar Zeeland,
jwas „te half vastene nu lestleeden" naar
(ïnt, waar zijn oom woonde, gegaan, on-
s den ban. Zijn oom had hem onderhou-
II tot Paschen, maar toen was hü weggegaan
Iar Dendermonde. Vandaar trok hij den
Igenden morgen „goets tijts voor noene"
ischen 8 en 9 uur naar de poort om naar
itwerpen te gaan. Daar zag hü een jongen,
■tjes in het zwart gekleed met een roode
op het hoofd, die ongeveer 14
15 jaar oud was. Hij sprak hem aan en
X hem, waar hij naar toe moest. De jon-
Iging naar Mechelen, waar hij een broeder
i, die daar een ambacht leerde. Jan had
,gd, dat hij daar ook heen mbest, toen de
Ilongen' zei, dat hij niet goed den weg wist.
Bij had aangeboden hem te vergezellen, maar
ris opzettelijk een verkeerden weg opgegaan
en had bij hem geïnformeerd, of hü wel geld
bil zich had. Eerst wilde de jongen niets zeg
gen, maar Jan had hem gerustgesteld en was
1 te weten gekomen, dat hij 8 a 9 guldens
bi] zich had, die ook gedeeltelijk voor zjjn
breeder bestemd waren. Hij leidde hem Op
een afgelegen zijweg, vroeg hem het geld te
zien en op zijn weigering bond hij mé* een
riem zijn handen vast en nam hem zijn beurs
il. Hierin was- een waarde van 8 Caroli gul
dens, o.a. een dubbele dukaat, een Portvigee-
sehe of Spaansche gulden en nog ander klein
geld. Hij bond den jongen aan een hek vast
en liep zelf zoo hard hij kon weg, ondanks
het roepen van den knaap; hij ontmoette een
,seaperken",(d.i een kleinen schaapherder) .gaf
den een groot G/ao gulden) met verzoek den
un het hek vastgebonden jongen los te ma
len. Het „scaperken" was blij en ging dade-
lijk op weg naar den gebonden knaap en hij-
zelf liep over Baersrode naar Antwerpen
Door verschillende dorpen is hij vervolgens al
urervend getrokken, het geld geraakte wel
op, maar hij had „diverse gelagen gedronken"
ander betalen en had ook „op den huisman
geteert." Hij belandde te Brussel, waar hij
lantarens maakte en verkocht. Van een
vleeschhouwer nam hij een goeden mantel,
dien hij ruilde tegen dengene, dien hij nu
droeg, waarbij hij nog 10 stuivers toe kreeg.
Vervolgens ging hü naar Gent en vertoefde
dear in een herberg „in de Vuylstede". Daar
Iriam hij „een Caproen en twee slaaplakenen
regvoor den caproen kreeg hij een dubbele
stuiver, en voor de lakens 8 stuivers. Hij nam
S een zak weg, die te drogen hing en bond
dien om Zijn. lijf. Toen vond hij een makker,
Aartke de Matmakere, met een schram op
rijn neus, deze was ook uit Vlaanderen ge
bannen ze ontnamen een jongen een bonnet
terwijl hfj sliep, verkochten deze voor 4 stui
ters en verdronken het geld. Niet lang ge-
toten is hij te Middelburg gekomenna 4 of
dagen in een herberg te hebben 'vertoefd
gaf de waard" hem te verstaan, dat hü geld
'rrechte. Hij verzekerde, dat hij den vol-
Eenden morgen „een sticx werks" 4ou gaan
haken, stond vroeg op, nam „de tabbaert"
tan de waardin weg, die zwart was en met
..kalf offet" gevoerd en geboord met een
►rood fluweelen boordeken", verder nam hij
ba bouwen Cd.i. overrok van kostbare stof)
«11 een slechte huik (d.i. lar.ge mantel zoo-
W vobr mannen als voor vrouwen) van de
dochter, een vrouwenhemd en een maushemd
en uit een beurs een stuiver en een twaelfaert,
er niet meer in was en kwam met
dazen buit haar Vlissingen. Hij verkocht het
ttouwenhemd voor 3 stuivers in het straatje
»P de Markt en wilde de rest ook verkoopen,
foaar werd toen achterhaald en gevangen
Gnomen. Hoewel de „pacient" al deze streken
baljuw had bekend en ook bij de Hooge
fechaar, en men het recht had den ge
vangene op te hangen,besloot men „bij
gratie" hem op de plaats, waar men „executie
pleegt te doene", te onthoofden, het lichaam
op een rad te pronk te leggen, evenals het
hoofd en dit alles onder de galg.
Aldus is geschied den 3en December, dus
onmiddellijk den volgenden dag.
Een ander kwam er eenigen tijd later heel
wat gemakkelijker af, doordat hij de eerste
veroordeelde was, nadat Maximiliaan van
Bourgondië zijn vader Adolf als heer van
Vlissingen was opgevolgd, en aan dit feit had
hij het te danken, dat hy gratie kreeg. Het
vonnis betrof een Adriaan Adriaanse, die
„sonder eenige torture ofte pyne en buten
allen banden van ij zere", het nu volgende
bekende. Dit beteekent dus, dat hy buiten de
pijnbank alles bekend heeft, wat echter niet
wegneemt, dat hij eerst wel gepijnigd zal ge
weest zijn, want zoo gebeurde het vaak.
Het vorige jaar het geding dateert van
28 Januari 1541 had hy „in de teelt", d.w.z.
tijdens de haringteelt (d.i. de tijd 3) der drie
reizen voor de haringvangst, nl. 11 Nov.
Lichtmis(2 Februari)van Lichtmis—Paschen;
van Paschen—Pinksteren)achtèr het huis van
Jan Willemsen op de nieuwkaeye Nieu-
wendijk) een halve ton haring „dieflyk" ge
stolen en verkocht aan Herman Jansen, voor
gevende dat dit zijn portie was, en wel voor
zes schellingen. Niet lang 'daarna had hij
nog een halve ton weggenomen uit „de Gast-
huysplaetse" (dit gasthuis, dat tot 1547 dienst
gedaan heeft, stond tegenover den Westdijk
aan het begin van de Breewaterstraat, de
oude naam Gasthuishoofd herinnert er nog
aan), die hij verkocht had aan Robbert
Ootsken in Sint Jacob (dit was een herberg
aan de Bierkaai, nu Bellamypark Westzijde,
later de Biekorf). Ook nam hy uit het Gast
huis later nog een gedeelte van een ton ha
ring, die hij aan een'vrouw verkocht ten
huize van Catharina Tollenaars. Dit jaar had
hij een halve ton haring gestolen van Hen-'
drik Versterre en had deze voor 28 stuivers
verkocht aan vrouw Swartkens. Verder had
hij op de Vischmarkt (in de Noordstraat
tegenover de Lange Zelke) een heele ton ha
ring gestolen, die Jan Smit behoorde deze
ton had hij op een „cordewagen"4naar vrouw
Swartkens vervoerd. Zoo ook had hy op de
Markt by het „Bierhuysken" (vermoedelijk
het huis van het bierdragersgilde) een heel vat
haring benaderd, dat hij ook met een „corde
wagen" wilde vervoeren, maar de bierwerkers
waren tusschenbeide gekomen en hadden het
hem belet. Van het plaatsje van Cornelis de
Zeylemaker heeft hij onlangs twee halve ton
nen haring genomen, waarvan hij de eene
verkocht had aan Mr. Ysebrant en de andere
aan Coppe den trommelslager, elk voor 28
stuivers. Een jaar geleden had hy bij Leynken
Leys een vrouwenhuik genomen, dien hij ge
bracht had naar „Adriaan de Schuytman",
hem verzoekende, dien den volgenden dag naar
den Lombard te brengen. Deze had dat ge
daan en had daarop geleend vyf schellingen.
Zoo ook nam hy van Adriaan de Bakker een
huik, dien hij door een arbeider eveneens naar
den Lombard had laten krengen, waarvoor
hij ook weer 5 schellingen gekregen had. Van
„Coppen de lapper" nam hy een paar vis-
schershczen, die echter door den wettigen
eigenaar weer teruggehaald werden. Ook heeft
hij gedurepde „deze teelt" een oud „roksken"
genomen uit een haringbuis, die er hing te
drogen aan een paa touwen.
Door al deze „dieveryen" had de delinquent
de galg verdiend, maar door de byzondere
gratie van „myn Heere van Beveren van der
Veere, Vlissingen etc." wordt hem als zyn
eerste gratie den 28en Januari het leven ge
schonken, echter wordt hy „geschavotteert"
met verbonden oogen en wel een uur lang,
en dat behangen met haringenvervolgens
wordt hy uit de landen van Holland, Zeeland
en Friesland voor vyftig jaren en een dag
gebannen, op straffe van opgehangen te wor
den dezen dag zal hij de stad en morgen het
land van Walcheren moeten verlaten.
Den 7en Februari 1541 werd Maximiliaan
van Bourgondië als heer van Vlissingen ge
huldigd. Hij bevestigde het in het jaar 1444
verleende privelege van den haringtol. De
haringvisscherij had in deze tyden een groo-
ten omvang genomen, ook al omdat Biervliet
„par la commodité de Vlissinghe a perdue la
traffyeque des harenz", die zich naar hier
verplaatst had. Daarom was dan ook Maxi
miliaan van planten gerieve van de buizen
en schuiten der haringvisschers een nieuwe
haven te maken uit het „molenwater wezende
de veste", van de poort vap. Altena tot de
Blauwpoort. Voorloopig stuitte dit plan af op
de rivaliteit van Middelburg, die vreesde dat
deze haven ook door den koopman zou ge
bruikt worden. Reeds aan het einde van de
13e eeuw, dus in het laatst van de regeering
van Floris V, waren de vlsschers niet meer
tevreden met de gewone visschery, maar
wenschten met grooter schepen op de Schot-
sche kust zich aan de haringvangst te wyden.
Het zooeven genoemde privilege van den
haringtol bepaalde, dat geen visch tousschen
Welsingeroord en den hoek van Westkappel
ter markt mocht gebracht worden dan alleen
„ten afslage" binnen Vlissingen.
Men had ook een zeer abrupte manier om
stakingslustigen de gelegenheid er toe verder
af te snijden. Zoo trof mij een vonnis van 21
Sept. 1540, waarbij het St. Jansgilde, d.w.z.
het gilde der arbeiders, die we nu kortweg in
een groote stad „bootwerkers" noemen, opge
heven werd. De arbeiders van dit gilde waren
verplicht de poorters, die hun poorterseed
afgelegd hadden, evenals den vreemden koop
man, den schippers enz. hun diensten te ver-
leenen „sonder eenige weygeringe", dit tegen
„behoorlijk loon", niet alleen omdat zij zelf
ook hun poorterseed. hadden afgelegd, maar
ook krachtens de ordonnantiën. Zy hadden,
blijkbaar op een zeker oogenblik, geweigerd
te werken en dientengevolge wordt het gilde
opgeheven. Ieder koopman of schipper kan
nu een of twee arbeiders nemen, dit zijn nu
losse arbeiders geworden, zooveel als hy er
noodig heeft, tegen een behoorlyk loon „ofte
zoo goeden coop als hij kan", 't zy ze poor
ters of „onvrije" (dat zyn niet-poorters) zijn.
Wie by „obstinatigheyd" v.ei^eren zal, zal uit
Zeeland gebannen worden op verbeurte van
een lid van zijn lichaam. Verder zullen de
dekens de „sloten van hun huuske" het St.
Janshuis overgeven tot ,,'sHeeren Wille"
en er geen gebruik meer van kunnen maken.
Hier zy bij aangeteekend, dat by resolutie
van 29 Augustus 1595 een huisje voor de
St. Jans weder is gebouwd in de Brandery-
straat. Toen was het gilde dus weer in aan
zien. Als bewijs hoe goed het Vlissingen in de
17e eeuw ging, zij., nog vermeld, dat 12 No
vember 1636 het getal der St. Jans 185 be
droeg.
H. G. VAN GROL,
Archivaris.
Verlydt van verliden, vgl. ndl. belyden,
d.i. bekennen, verklaren, erkennen, ook in
rechte, dus bekentenis.
2) Waarschynlyk taftaf of taft nu taf
(uit Perzisch taftah „weven"). Naam van een
zijden stof. Zoo een ander voorbeeld uit. een
inventaris van 1524 „Eenen langen swarten
fluwelen tabbert met taftaf gevoedert".
3) Nog heden is op Walcheren „teelte" in
gebruik voor „de voor iets geschikte tyd van
het jaar" b.v. om te zaaien.
4) Een cordewagen of crodewagen ook
crudewagen. Een erode of crodewagen is elke
wagen, die geduwd (van crudenstooten,
dringen vgl. het ys kruit, maar ook duwen,
stooten, vgl. stootwagen) wordt, in tegenstel
ling met wagens, die getrokken worden, er
kan dus behalve ons kruiwagen ook een twee
wielige duw- of schuifkar onder verstaan
worden.
Rijksrechercheur De Jong.
Het Tweede Kamerlid de heer F. Vos heeft
den minister van justitie de volgende vragen
gesteld
Is het juist, dat de rijksrechercheur De
Jong, bekend uit de "Giessen-Nieuwkerkzaak,
is geplaatst bij de pascontrole te Hoek van
Holland
Zoo ja, bezit de minister dan voldoende
waarborgen dat deze man, die in andere
functiën ongeschikt is gebleken, op dezen ver
antwoordelijken post kan worden gehand
haafd
De doodstraf.
De vragen van den oud-voorzitter der Eer
ste Kamer, baron Van Voorst tot Voorst, be
treffende een weder-invoering van de dood
straf, hebben enkele linksche bladen aanlei
ding gegeven met kracht tegen de weder-in-
voering van de doodstraf op te komen.
Het hoofd-orgaan van de anti-revolutio
nairen, „de Standaard" schryft dat het den
schyn had, alsof een groot deel van ons volk
koud bleef bij het anti-revolutionair pleidooi
vc de wederinvoering van deze straf.
Dit is echter slechts schijn, zegt het blad.
Men moet er maar eens op letten, hoe ons
volk telkens reageert, als het opnieuw van
een gruwelijken moord verneemt. Er gaat dan
niet alleen een kreet /an afgrijzen op, maar
ook een kreet om recht wordt gehoord. Daar
is een diepe veront- asting over den gang /au
onze rechtspraakriep mr. Heemskerk niet
uit in onze Tweede Kamer, dat er in ons land
schandelyk licht wordt gestraft inzake do
delicten tegen het leven En ook is er een
groote teleurstelling over het telkens weer
ontsnappen van de daders. Werd nu dadelijk
na een gruwelijken moord, zooals verleden
jaar in Grootegast en nu weer by W.olfheze,
een volksstemming gehouden, dan zou het
doodvonnis voor den dader zeer zeker in
groote meerderheid worden geëischt. Men
roept dan om de doodstraf.
Nu moet men bij zulke gemoedsstemming
wel onderscheiden
Als wy om de weder-invoering van de
doodstraf vragen, dan is dit niet uit een ze
ker wraakgevoel, maar alleen om handhaving
der ordinantie Gods ook voor het recht.
De roep om dedood van den gruwelijken
misdadiger, die delijk na de misdaad in het
volk opryst, bevat ongetwyfeld een onzuiver
element, dat meer naar den kant van de wraak,
dan naar dien van het recht is georiënteerd
maar er zit cok een goed element in. Het is
het besef van den eisch der geschonden ge
rechtigheid, die in het menschelijk hart dan
nog duidelijk spreekt En van dat besef heeft
de oud-voorzitter der Eerste Kamer zich tot
tol' gemaakt, toen hij zijn bekende vragen
aan de regeering stelde.
De „Nieuwe Ct." laat een geheel ander
geluid hooren. Dit liberale blad schrijft o.a.
Laten we een paar landen noemen, waar
de doodstraf nog steeds wordt toegepast
Duitschland, Frankrijk en Engeland. Hoe
staat het daar met de criminaliteit? Als de
vrager buitenlandsche couranten leest, moet
hy toch wel getroffen zijn door het feit, dat
deze dag in dag uit als het ware doorspekt
zyn met verhalen van gruweldaden van ze
ker 'niet minder beteekenis dan de jongste
gebeurtenissen op dat gebied hier te lande.
Tal van onverlaten zijn er ter dood veroor
deeld, maar dat dit ook maar den minsten
invloed zou hebben op de criminaliteitssta
tistiek, is niet te ontdekken. Als voorbehoed
middel tegen misdaad deugt dus de doodstraf
niet. Maar waarom zouden wij haar dan in
voeren, tenzy er andere motieven dan de
heer Van Voorst tot Voorst aangeeft zijn aan
te voeren
Ook „de Telegraaf" is tegen de doodstraf
Nimmer is gebleken, zegt dit blad, dat de
dreiging van eigen levensverlies geschikt was
om van anderer levensberooving te doen af
zien. En wie bedenkt, dat het geloof in eigen
ontsnappingskans, het vertrouwen op onont-
dekt-blyven, steeds een der domineerende
eigenschappen van een misdadigers-psyche
pleegt te zijn, kan zich over dat gemis van
afschrikkende werking der doodstraf ook
geenszins verbazen. Maar dan is het ook on
juist om tusschen den aard der straf en de
mate van veiligheid het verband te leggen,
dat de heer Van Voorst blijkbaar aanwezig
acht. Wil men de doodstraf verdedigen, men
zal te gast moeten gaan by de theorie die,
op welke diepere gronden dan ook, het be
ginsel der evenredige vergelding, het wraak-
beginsel, naar den voorgrond schuift. Ontle
ding van deze theorie blijve hier achterwege.
Winkelsluiting.
Het dageiyksch bestuur van het Christelijk
Nationaal Vakverbond in Nederland verzoekt
in een adres aan de Tweede Kamer, te be
vorderen de totstandkoming van een wette-
lyke regeling van de winkelsluiting en den
algemeenen regel der Zondagssluiting, met
het oog op de groote beteekenis der Zondags
rust, zoo scherp mogelijk door te voeren en
de uitzonderingen op dien regel zooveel mo
gelijk te beperken.
De Prins in den raadskelder tc Utrecht.
Prins Hendrik heeft gisteren een bezoek
gebracht aan den raadskelder te Utrecht. Bij
het binnentreden speelde de mechaniscne
muziek „Het Wilhelmus", voor de plaat ge
zongen door het Kon. Bossche Mannenkoor.
De burgemeester heeft den waard aan den
Prins voorgesteld, waarna deze met groote
belangstelling de gewelven in oogenschouw
heeft genomen. Er heerschte aan het noen
maal een opgewekte en vroolyke stemming.
De Prins en zijn adjudant J. W. Termytelen,
hebben hun handteekening geplaatst in het
Guldenboek van den raadskelder. Ook het
genoegen vr een Goudsche pijp hebben zij
niet versmaad, terwyl de Prins zyn pijp als
aandenken medegenomen heeft.
In een der andere kelders had inmiddels
een noenmaal plaats van 180 burgemeesters
en directeuren van gemeentewerken van ver
schillende gemeenten.
Centraal Genootschap.
Mogelyk uit vrees voor herhaling van den
strengen winter, was de bezetting der eerste
groepen kinderen in 1930 beneden de ver-
die zich van heden af
voor drie maanden op de
.VLISSIHGSCHE COURANT"
abonneert, ontvangt de
nummers tot 1 April
wachting. De volgende groepen echter laten
zich gunstig aanzien, dank zij de groote ac
tiviteit van veT- afdeelingen.
Nog ongeveer een maand en in 9 van de 10
koloniehuizen van het Centraal Genootschap
zullen de vroolyke kinderstemmetjes schallen
.en niet langer daarna zijn alle 10 huizen ih
vol bedrijf.
De zomerbezetting zal waarschjjnlyk weer
buitengewoon groot zijn en tot October of
November zullen de huizen tot het uiterste
zijn bezet.
De plaats, die Nederland inneemt in de zorg
voor het zwakke kind, wordt mooier en eer
voller, ieder jaar weer.
Het stille jubilé van 25 jaar verpleging
wordt in de afdeelingen van het Centraal
Genootschap door toenemenden arbeid voor
het kind herdacht. Vele afdeelingen storten
een feestgave in de algemeene kas, één der
grootste afdeelingen zelfs een bedrag van 500
gulden.
De intens gevoerde winterpropaganda loopt
weldra ten einde. ïn plm. 50 afdeelingen ia
dan de mooie r' uwe film vertoond, met ge
volg dat weder nieuwe afdeelingen zyn op
gericht en bestaande afdeelingen uitgebreid.
De algemeene vergadering zal dit jaar op 3
Mei te Leiden worden gehouden. Eenige een
voudige feestelijkheden des avonds zullen
den volgenden dag met een rijtoer in de om
geving worden voortgezet. Men hoopt en ver
trouwt, dat deze jaarlijksche bijeenkomst
even druk en enthousiast zal zijn als die te
Groningen in 1929. Immers het persoonlek
contact van vele werksters en werkers op het
veld der kinderhygiëne, is van groot belang
voor de uitbreiding en de verbetering van
het werk en geeft steeds nieuwe moed en
nieuwe krac'
N. V.
SINGEL 1 - TELEF. 50
DROOG TOE 25 ct.
PERS-OPMAAK 30 ct.
MANGEL-OPMAAK 35 ct.
Alle wasschen blijven streng
gesepareerd en behoeven niet
gemerkt.
Voor kleine wasschen en voor
hen, die van het Kilo-tarief
geen gebruik wenschen te ma
ken, berekenen we ook p. stuk
VLISSINGEN, 12 MAART.
Christelijke Zangwereeniging „Hosanna"
Concertgebouw
De uitvoeringen van deze vereeniging wor
den wèl op hocgen prijs gesteld. Ook giste
renavond was de zaal weer niet alleen eivol,
doch zeer velen waren nog teleurgesteld
moeten worden, zoodat. de voorzitter, de
heer Ph. J. Woltering deelde dit in zyn
openingswoord mede het bestuur over-
wegen zal in den vervolge op twee avonden'
een zanguitvoering te geven.
Er wordt door dit koor, onder de vakkun-.
dige leiding van den directeur, den heer J.
W. Bommeljé, met veel ijver en toewydïng
gestudeerd, wat blykt uit de wyze, waarop
ae liederen ten gehoore worden 'gebracht.
Men heeft thans geheel a capella gezongen
aan goede voordracht en nuanceering was
zeer veel aandacht besteed en ook de zuiver
heid en het op toon blyven liet niet te wen
schen over. Meerdere malen was fraaie koor
zang te beluisteren, de verschillende stem
groepen lieten elkander recht wedervaren ett