1000
500
300
150
100
25
I
:erste blad
LUISTE WEEK IEI imililt
VEREEN. VOOS BEROEPSKEUZE
8 MAART
Firma J. Her voost
6®e Jaargang
1930
Ke: Firma F. VAN DE VEIDE Ir., Walstraat 58-60, Vlissingen. lelel. 10. Postrekening 66287
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag on algemeen erkende Christelijke Feestdagen
GEMEENTEBESTUUR
KAMER-OVERZICHT
SPECIALE KOOPJES IN VITRAGES
BINNENLAND
Rent Ureeilsgnzewascli.bereksiïiip.Kila
Stads- cn Provincienieuws
i No- S7.
H
ensch, 23 jaar, zoekt
REIZIGER. Reeds
in kruideniersbedrijf
weest. Liefst provin-
srieven letters M. S.,
Courant".
1PMEISJE
nnende fietsen, loon
ck
ARS—SIJBRANTS.
ddelburg-Rotterdam
gelegen plaatsen.
v.Midd.
v. Rott.
aarl
v.m.uur
vm. uur
8
8
n
8
8
n
8
n
8
LISSINGSCHE COURANT
IpONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingenende gemeenten op Walcheren ƒ2.20 per 3 maanden,
tancodoor het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove-
l,£landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—5 regels 1.25 iedere regel meer 25 cent. Bij abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ct. p. regel.Kleine advertenties betrefiendeHuur enVerhuur.Koop
en Verkoop, Dienstaanbiedingen en -Aanvragen van 1—5 regels 75 ct., iedere regel meer 15 ct
eabonné's in 't bezit eenei
is, zijn GRATIS verze
il legen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij dood
door
een ongeluk.
gulden bij verlies
van £en
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bil verlies
van een
wijsvinger
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger
bit nummer bestaat uit 3 bJaden
EIEREN VAN WATERWILD.
I De Burgemeester van Vlissingen brengt ter
Ipenbare kennis, dat door den Minister van
inenlandsche Zaken en Landbouw is be
id, dat in het geheele Rijk
a. net zoeken, rapen en buiten openbare
Itegen en voetpaden vervoeren van eieren van
bmphanen, wulpen, scholeksters, grutto s,
tureluurs, meerkoeten en waterhoentjes is
Ingestaan tot en met 28 April 1930
b. het ten verkoop in voorraad hebben, te
;oop aanbieden, verkoopen, afleveren cn
ings openbare wegen en voetpaden vérvoeren
kan eieren van het onder a genoemde water-
Lild is toegestaan tot en met 30 April 1930
I c, het zoeken, rapen, ten verkoop in voor
had hebben, te koop aanbieden, verkoopen,
üieveren, of vervoeren van eieren van zwa-
ganzen, eenden (alle soorten) duikers,
Iwtersnippen en goudplevieren niet is toege-
Vlissingen, 8 Maart 1930.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
VLISSINGEN. SCHIETOEFENINGEN.
Ipe Burgemeester van Vlissingen maakt aan
«varenden bekend, dat op 12 en zoonoodig
J13 en 14 Maart 1930 zal worden geschoten
1st geschut, geplaatst op den Westelijken
pver van de Marinehaven te Vlissingen en
p 18 en zoonoodig 19, 20 en 21 Maart 1930
lust geschut geplaatst ten Z. van het licht
Iran Kaapduinen.
De schietoefeningen zullen te 9 uur v.m.
aanvangen.
of nabij £je batterij, door welke wordt
I geschoten, zal van één uur voor den aanvang
|tot het einde der schietoefeningen een roode
vlag gehehchen zijn.
Zeevarenden wordt verzocht, zich op 12, 13
lea 14 Maart 1930 niet zonder noodzaak op te
I houden in het gedeelte van de Wester-Schcl-
le en op ^e reede van Vlissingen, tusschen ae
ijaen getrokken uit de batterij aan de Ma-
lilnehaven in de richtingen O. en Z. tot een
lafstand van 6500 M. en op 18, 19, 20 en 21
Maart 1930 in een gedeelte van de Galgeput.
I Oostgat en Deurïoo tusschen de lijnen getrok-
I feu uit de batterij te Kaapduinen in de rich-
N.W. en Z. tot een afstand van
11C800 M.
Vlissingen, 8 Maart 1930.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
EERSTE KAMER.
Zitting van Vrijdag.
Justitie.
De begrooting van Justitie bood dit jaar
I *el hesi veel stof. De Tweede Kamer deed
I er Jan» over, de Eerste aapt ook op dit
I Punt na.
Echtscheidingen zijn nu een geliefkoosd
I onderwerp. Niemand weet er raad mee. De
beer Jansse geloofde dat slechts bij uitzon
echtscheiding mag worden uifcgespro-
&n. Dat ook Katholieke rechters meewerken
i echtscheidingen bij verstek, ligt enkel
de lijdelijkheid van de rechters. Maar
I daarom stellen zij hun godsdienstige over-
Mging niet boven de wet, gelijk mr. Knot
tenbelt in de Tweede Kamer heeft beweerd.
Hij achtte de tegenwoordige regeling van de
echtscheiding voldoende.
Rechtbank-uitbreiding is ook altijd een
I geliefkoosd onderwerp en ditmaal was Gies-
sen—Nieuwkerk een heerlijk boutje voor de
Juristen. Ieder heeft er het zijne over.
Zijn er lessen voor wet en rechtspraak te
uit de zaak—Giessen-Nieuwkerk
'r, het geheime dossier, de behandeling
I Van getuigen, enz. zijn algemeen afgekeurd.
Daia is gebleken de minachting voor den
ernst van den eed de wijding voor den eed
to°et daarom ernstiger in het oog worden
^houden, de belofte slechts exeptioneel toe-
Selaten, aldus prof. Diepenhorst.
Wen behoeft echter niet te denken dat wij
1 Veel last van rechterlijke dwalingen hebben,
I tteenöe hij. De revisie is een machtig wapen
daartegen en slechts zelden wordt daarvan
Sebruik gemaakt, en slechts 57 werden toe
gestaan, waarvan 18 gunstig gevolg hadden
'Mg niet eens altijd wegens rechterlijke
dwaling". Gemiddeld komt ér slechts eens
j>Sr jaar een rechterlijke dwaling voor. Ge-
I gevolg hiervan is, dat er hier te lande
b°oge eerbied bestaat voor de rechterlijke
toacht in het algemeen. Zelfs bij een man als
mr. Duys, die niet gaarne complimentjes
maakt, maar in de Tweede Kamer een lof
zang op onze rechterlijke macht heeft ge
houden.
Vroeger, in 1900, heeft hij echter weieens
anders gesproken, o.a. bij de beruchte Pa-
pendrechtsche zaak, zooals professor met een
paar citaten herinnerde.
De heer Hermans had als altijd veel over
gevangenissen en gevangenen.
De voorwaardelijke veroordeeling is verder
een stokpaardje. De heer Heerekens Tyssen
wachtte tenaanzien van de gevangenen en
deze veroordeeling met vertrouwen af wat de
Minister ter verbetering van de inrichting
doen zal. Den bewaarders ontbreekt vakbe
kwaamheid, wat echter ook komt, omdat
geschikten moeten worden voorbijgegaan ten
einde wachtgelders onder te kunnen bren
gen, die niet de geschiktheid bezitten voor
deze betrekking.
Met genoegen constateerde hij dat de Re
geering, speciaal deze Minister, erop uit is
het instituut der voorwaardelijke veroordee
ling uit te breiden, waarbij de hulp van par
ticuliere instellingen onontbeerlijk is. Die
vrijwilligers hebben echter weinig tijd voor
dat werk, en daarom zijn reclasseeringsamb-
tenaren werkzaam gesteld, die echter ook
weer niet te zwaar mogen worden belast.
Hier zij de Regeering niet schriel, het daar
voor bestede geld geeft ten slotte besparing.
Altegader goede adviezen aan den Minis
ter, die ze vriendelijk aanvaardt en toch pre
cies doet wat hij zelf het beste acht.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Vrijdag.
Winkelsluiting.
De liberalen zijn eigenlijk de eenigen die
zich principieel verzetten tegen de winkel
sluiting, omdat zij daarin een aanranding
van de bedryfsvrijheid zien De vrijzinnig
democraten daartentgen zien in dit ontwerp
een middel om regelend op te treden in dit
bedrijf, zóó dat de winkelier zijn vrijheid
niet aan het bedrijf behoeft op te offeren.
Door de concurrentie heeft hij herhaaldelijk
een deel van zijn vrijheid moeten opofferen
omdat zijn concurrent het ook deed. Hij kan
zyn winkel niet sluiten omdat zijn concur
rent het ook niet deed. Men stelt het wel
voor alsof dan de Staat den winkelier tegen
zichzelf wil beschermen, maar dat achtte de
heer Oud onjuist. De winkelier deed het
niet omdat hy geen begrip van zyn eigen
vrijheid had, maar omdat hij gedwongen
werd door een ander.
Het is de al dikwijls herhaalde opvatting
die theoretisch aardig lijkt. Practisch echter
zyn zeer velen onmiddellijk de dupe van de
nieuwe bepaling.
Een gemeentelijke regeling had de heer
Oud wel graag gehad, maar hij erkende dat
de verschillen in die regelingen ernstige be
zwaren met zich meebrengen. Algemeene re
gelingen als grondslag zijn dus wel te aan
vaarden.
Wat de Zondagssluiting betreft, betreurde
de heer Oud het dat het motief Zondagshei
liging wordt aangevoerd. Dat is onjuist en
het overgroote deel der natie wenscht zich
geen Zondagsheiliging opgelegd te zien. Ie
der moet vrij zijn om zijn Zondag te beste
den zooals hij zelf wil, maar hij moet daarbij
een ander niet dwingen te werken. Onjuist
was de tegenstelling die prof. Visscher maak
te dat men zyn Zondag alleen maar kan
doorbrengen in religieuse wijding of in licht
zinnig vermaak. Dit is een onware beoordee
ling van velen die hun Zondag noch op de
ééne noch op de andere wijze doorbrengen
en die categorie is zeer groot.
Kon de heer Oud zich in het algemeen
dus met het ontwerp vereenigen, hij wensch-
te een compromis voor de Zondagssluiting.
Nadat nog van de zijde der Kerstianen
het tegen van winkelsluiting en vóór Zon
dagssluiting was behandeld, kwam de Minis
ter aan het woord. Met veel geestdrift ver
dedigde hij het ontwerp van zijn voorganger
niet. De kwestie der winkelsluiting is lang
zamerhand gerijpt en de Minister zette de
lijn der continuïteit voort. Het principieele
in de regeling is z.i. dat dit ontwerp de ge
legenheid tot Zondagsviering geeft. De Re
geering kan een Zondagsheiliging niet opleg
gen, maar zij kan de voorwaarden scheppen
waaronder deze mogelijk Is. Zonder de Zon
dagssluiting zou dit ontwerp de pit en de
smaak missen en zou de Minister er al zeer
weinig voor gevoelen.
Winkelsluiting is een middenstandsbelang
bij uitstek en al zijn vele middenstanders
daarvan terug gekomen er zijn er nog velen
die ze wel degelijk willen. Er is een onver
brekelijk verband tusschen werktijden-rege
ling en sluiting- als middel om de geslagen
wonden te heelen. Er is twijfel geopperd of
het opportuun is thans met een voorstel te
komen. De Minister-acht de sluiting thans
eep compensatie die juist urgent is. De
rechtsgrond voor dit ingrijpen in het be
drijfsleven ligt in de bedrijfsgemeenschap,
dat nl. niet één persoon een betere regeling
voor allen kan tegenhouden,
Iedere vrijheidsbeperking wekt in ons land
altijd een onbehagelijk gevoel en wekt ver
zet. Het ontwerp lijkt kras van aard maar is
in wezen niets dan de bevrijding van het be
drijfsleven.
Een middenstandsbelang staat vóór-op.Het
is een eisch van rechtvaardigheid den Joden
hun sabbath te laten en vrijheid te geven op
Zondag te werken om hen niet te dwingen
twee dagen per week te rusten. Intusschen
wenscht de Minister de uitzonderingen op
Zondag niet te vermeerderen. Met veel over
leg is dit punt opgebouwd, in overleg met alle
organisaties die er bij betrokken zijn.
Natuurlijk zijn er vele moeilijkheden maar
ze zijn alle nagegaan, gewikt en gewogen.
Uitzonderingen zijn niet te missen zelfs de
zeer strenge Zondagswet heeft uitzonderin
gen. Van art. 9 (afwijkingen in bepaalde ge
meenten) zal een ruim gebruik gemaakt
worden.
De godsdienstvervolging in Rusland.
In de memorie van antwoord op het voor-
loopig verslag der Eerste Kamer betreffende
de begrooting van buitenlandsche zaken zegt
de minister o,m. het volgende
De ontroerende berichten omtrent in Rus
land genomen maatregelen tot onderdrukking
van deh christelijker» goé-.Jien^fc hebben de
ernstige aandacht der regeering. Voor het
geval het voor de regeering al of niet in over
eenstemming met anderen, mogelijk mocht
zijri hier iets in het belang der geloofsvrijheid
te doen, zal zij voorzeker zulks niet nalaten.
Voorshands schijnt die mogelijkheid evenwel
niet groot.
Erkenning van sovjet-Rusland.
Onze regeering laat zich ten opzichte van
geen enkel land slechts leiden door gevoels-
motieven. Dat zij met de regeering van sov
jet-Rusland geen betrekkingen onderhoudt,
berust op zakelijken grondslag.
De ervaringen, door andere landen, zelfs
de grootste, tengevolge van het aanknoopen
van betrekkingen met de regeering der sov
jet-unie opgedaan, zijn niet van dien aard,
dat de Nederlandsche regeering het in 's
lands belang acht dien weg op te gaan.
De minister wijst erop, dat het niet zoo
zeer de erkening van sovjet-Rusland is, die
de Nederlandsche regeering niet wenscht, als
v/el het aanknoopen van officieele betrek
kingen. Zij erkent, gelijk vanzelf spreekt',
het bestaan van de sovjet-regeering doch
zij oordeelt het tot dusver niet dienstig met
deze in ambtelijke relatie te staan.
Onze verhouding tot België.
Met instemming heeft de minister van
buitenlandsche zaken kennis genomen van
de zienswijze en de wenschen van de leden, die
bij de begrooting voor buitenlandsche zaken
aan het woord waren. Het verzekeren van
een duurzaam goede verhouding tusschen de
beide landen moet inderdaad het doel zijn,
dat ook bij het al dan niet ingaan op een
openbare bespreking van de bij die verhou
ding betrokken vraagstukken nimmer uit het
oog behoort te worden verloren.
Hij houdt zich overtuigd, dat ook deze le
den zullen gevoelen voor het standpunt, van
andere zijde aanbevolen en overeenkomende
met zijn inzicht, dat thans na de tusschen
de beide regeeringen gewisselde nota's an
dere wegen tot het bereiken van het primaire
doel moeten worden bewandeld. Of intus
schen instelling eener commissie, die o.m.
zou bestaan uit scheepvaartkundigen en
andere, met het transportbedrijf bekende
personen, de meest geschikte weg zou blijken
om tot dat doel te komen, meent de minis
ter na rijpe overweging te moeten betwijfe
len. Hy is niet overtuigd van de doeltref
fendheid van commissoriale behandeling op
den in het voorloopig verslag aangegeven
voet. Het staat te vreezen, dat ook wegens
het onvermijdelijk min of meer groote aantal
leden van een zoodanige commissie deze niet
het meest geschikte orgaan zou blijken.
Voorts is een goede verhouding tot België
zoozeer een algemeen belang, dat het der re
geering minder juist schijnt, behartiging
daarvan op te dragen aan vertegenwoordi
gers van bepaalde kringen of groepen der
bevolking
Met verwondering nam de minister verder
kennis van de klacht, dat hij de Nederland
sche natie en de Staten-Generaal dikwijls
onkundig laat omtrent de belangrijkste aan
gelegenheden. Deze klacht komt hem onbil
lijk voor en hij moet haar afwijzen Zooals
de minister reeds vroeger mededeelde, zal hij
gaarne een zoo groote mededeelzaamheid
blijven betrachten,, als het welslagen der za
ken hem zal voorkomen te gedcogen
De bemanning van de „Hertog Hendrik"
Het Tweede Kamerlid Brautigem heeft
den minister ven defensie gevraagd
I. Is het den minister bekend
a. dat ten vori^on jare het vertrek van het
pantserschip „Hertog Hendrik" naar West»
Indië dermate overhaast geschiedde, dat door
de bemanning het gebruikelyke voorafgaande
verlof bij een reis naar de tropen of het o 1i-
tenland niet kon worden genoten en voor vele
opvarenden zelfs geen gelegenheid bestond
afscheid van hun betrekkingen te nemen
b. dat krachtens beschikking van den
vlootvoogd, op een daartoe strekkend veizoes
der bonden van marine-personeel, aan deze
bemanning by terugkeer van het schip geen
verruiming van verlof zal worden verleend,
doch slechts het gebruikelyke verlof van 14
dagen zal worden toegekend
II. Is de minister bereid, gelet op de in
vraag I, ouder a, genoemde feiten, te bevor
deren, dat alsnog de leden der genoemde be
manning in het genot van een ruimer verlof,
bijv. van een maand, worden gesteld
Onze weermacht op Curasao.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
den heer Van Kempen betreffende toezending
aan de Tweede Kamer van het tweede ge
deelte van het rapport der commissie-Hoor-
weg-Bennewitz nopens de reorganisatie der
militaire en politioneele machtmiddelen op
het eiland Curagao, heeft de minister van
koloniën geantwoord
Het tweede gedeelte van het rapport dezer
commissie is du or den minister ontvangen.
Het ligt niet in zijn voornemen om dit ge
deelte aan de Kamer ter kennisneming toe te
zenden.
Ter toelichting van dit standpunt dient, dat
het eerste gedeelte van dat rapport, hetwelk
uitsluitend den overval te Willemstad op
89 Juli 1929 tot onderwerp had, aan de Ka
mer is overgelegd teneinde haar zoo volledig
mogelijk omtrent die gebeurtenissen in te
lichten. Het tweede gedeelte houdt te dien
aanzien geen nadere gegevens in, doch bevat
uitsluitend de door de commissie-Hoorweg-
Bennewitz aan den gouverneur van Curagao
ingediende met redenen omkleede voorstellen
inzake een herziening van de organisatie der
machtsmiddelen in het gewest Curagao. In
dien die, thans nog in overleg zijnde voor
stellen aanleiding mochtep geven tot wijzi
ging in fte samenstelling van de landmacht
in Curagao, zal de Kamer te zijner tijd in de
gelegenheid worden gesteld zich daarover uit
te spreken, in verband met de omstandigheid
dat de kosten voor die landmacht bij het Xle
hoofdstuk der rijksbegrooting komen.
Vervroegde pensionneering onderofficieren.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
den heer Tilanus betreffende gegrondheid
van in vak- en dagbladen voorkomende ge
ruchten over gedwongen afvloeiing door ver
vroegde pensionneering van onderfficieren
van de landmacht heeft de minister van de
fensie geantwoord dat die geruchten van al
len grond ontbloot zyn.
De gijzeling niet meer van onzen tijd
Het lid van de Tweede Kamer, de heer
Duys, heeft aan den minister van justitie de
volgende vragen gesteld
Is het den minister bekend
dat zich op dit oogenbhk een vader van vier
kinderen in gijzeling bevindt op verzoek van
een papierhand laar, een zekeren Dorgelo,
uit Gouda, op grond van het feit, dat deze
laatste van den eerste zou hebben te vorderen
een bedrag v- 37.50, en dat deze gijzeling
reeds meer d?n honderd dagen heeft ge
duurd
dat de gegijzelde, na zijn faillissement te
hebben aangevraagd, dit faillissement wegens
gebrek aan actief zag ppgeheven en daarna
opnieuw gegijzeld werd
dat daarna de gegijzelde opDieuw faillisse
ment aanvoeg, dit echter werd geweigerd op
grond van het feit, dat er geen actief was en
de man, die hier gegijzeld was, straatarm
bleek te zijn
Is, indien deze feiten juist blijken, de mi
nister niet van v.ordeèl, dat ook hier weder
TE VLISSINGEN.
Het Bureau houdt zitting op a.s. DINSDAG
11 MAART van 7.309.90 uur in het voor
malig Burgerweeshuis aan de Badhuisstraat.
Inlicbtiuger zoowel voor jongens als meis
jes, worden kosteloos verstrekt. Kies Uw be
roep in overleg met het Bureau.
uit blijkt, dat het instituut der gijzeling niet
meer is van onzen tijd, en r de minister be
reid. een wetsontwerp aanhangig te maken,
waarbij dit geheele instituut wordt afgeschaft,
hetzij zoodanig rdt herzien, dat althans een
gebruik ervan al hier geschiedt, voor de toe
komst onmogelijk wordt gemaakt
Werkverschaffingen en premie Ziektewet.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft aan den Ned. Landarbëidersbond me
degedeeld, althans voorshands, geen vrijheid
te kunnen vinden om te voldoen aan het
verzoek om de door de Ziektewet te betalen
premies voor de tewerkgestelden in de werk
verschaffingen geheel voor rekening der re
geering te nemen. Die afwijzing vindt haar
grond in het feit, dat de particuliere werk
gevers in het landbouwbedrijf ook de helft
van de premie op het loon hunner arbeiders
inhouden, terwijl volgens den minister, de
loonen van de werkverschaffing den toets
van vergelijking met die van het vrije bedrijf
kunnen doorstaan.
KL
Jhr. mr. J. H. van Reenen t
Te 's-Gravenhage is -In den ouderdom van
81 jaren overleden jhr. mr. J. H. van Reenen,
oud-voorzitter van de Algemeene Rekenka
mer, commandeur in de Orde van den Ne-
lerlandschen Leeuw.
Gedurende bijna een halve eeuw is de
thans ontslapene by de Rekenkamer werk
zaam geweest, eerst air secretaris, daarna als
lid en gedurende acht jajren als voorzitter.
SINGEL 1
TELEF. 50
DROOG TOE 25 ct.
PERS-OPMAAK 30 ct.
MANGEL-OPMAAK 35 ct.
Alle wasschen blijven streng
gesepareerd en behoeven niet
gemerkt.
Voor kleine wasschen en voor
hen, die van het Kilo-tariei
geen gebruik wenschen te ma
ken, berekenen we ook p. s(uk
VLISSINGEN, 8 MAART.
Nutsspaarhank.
In de Nutsspaarbank aan de Coosje Bus-
kenstraat alhier werden in de maand Febru
ari 1380 inlagen gedaan tot een bedrag van
108.612.70 en 300 terugbetalingen tot een
bedrag van 43.323.14. Er werden in dia
maand 133 nieuwe boekjes uitgegeven, waar
door het aantal spaarders steeg tot 6182 en
hun tegoed tot 2.018.830.06.
Ter lediging werden 55 spaarbusjes aange
boden inhoudende 601.57 en met 4982
spaarzegels werd bespaard 248.52, welke
bedragen op de spaarboekjes werden bijge
schreven.
Alhambra-Theater.
Het liefdeleven van Lord Nelson
Gewoonlijk is de populaire meening over
iets vrij ver van de werkelijkheid verwijderd.
Zoo willen boeken en couranten nog al eens
den lezers wijs maken, dat de Noorderlingen
op het pad der liefde koel en onkwetsbaar
zijn, omdat deze ongevoeligheid bij enkelen,
uiterlijk althans, heel gekleed en vooral de
gelijk staat. Vaak is echter huichelachtig
heid het kleed en is de degelijkheid maar een
dun vernis je.
De historie is er, die bewijst dat de harts
tochten ook op het terrein der liefde bij de
Noordelijke volken een groote rol speelden,
alleen in het Zuiden wellicht is deze wat
openlijker. Internationaal is ook de belang
stelling voor het liefdeleven van groote man
nen en zoo is de moderne verhaalwijze, d<*