1000
500
25
eerste blad
DONDERDAG
38 NOVEMBER
No. 2®1
67e Jaargang
1929
g|H: [iima [JU li lillik, WalsM 51-11, tlissiip.Itlil. 19. fsstrttaiijSIM
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen
BINNENLAND
Stads- en Provincienieuws
VUSSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSVoorVlissingenende gemeenten op Walcheren /2.20 per 3 maanden,
franco door het gelieele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove
rige landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct.
ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels 1.25iedere regel meer 25 cent. Bij abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ct. p. regel.Kleine advertenties betreifendeHuür enVerhuur.Koop
enVerkoop, Dienstaanbiedingen en -Aanvragen van l-r-5 regels 75 ct, iedere regel meer 15 ct
De abonné's in 't bezit eener
Polis, zij" GRATIS verze
kerd legen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij dood
door
een ongeluk.
gulden bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bij verlies
van een
wijsvinger
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
en een St. Nico laas- Courant
Een belangrijke beslissing: inzake het houden
van collectes-
In de gisteren gehouden vergadering van
Raad van State, afdeeling voor de Ge
schillen voor Bestuur is o.m. voorlezing ge
daan van de volgende Kon. hesluiten
Ongegrond zijn verklaard de beroepen van
de Stichting Tehuis voor alleenstaande blin
den te Wolfhezen tegen de stuitingen door
Burg. en Weth. van Den Haag, Dordrecht,
Rotterdam, Gorinchem, Haarlem, Bussum,
Hoorn, Utrecht, Nijmegen, 's-Hertogenbosch,
Eindhoven, Venlo, Westdongeradeel, Oost-
dongeradeel, Goes en Groningen, van in die
gemeenten te houden openbare inzamelingen.
De Kroon overwoog hierbij, dat als stui-
tingsgrond moet worden aanvaard, dat 20 a
25 der ingezamelde gelden als colportage-
joon wordt uitbetaald, welk percentage toch,
ook al moet de agent der stichting daaruit
zijn onkosten bestrijden, veel te hoogmoet
worden geacht. Voorts wordt overwogen, dat
weliswaar de inningskosten bestreden Kfrnnen
worden uit de opgehaalde gelden, maar dat
het publiek beschermd dient te worden tegen
een al te hoog opvoeren van die kosten.
Opheffing van het conflict tusschen de
gemeente Breda en de medici.
De bemiddeling van den Commissaris
der Koningin in dc provincie Noord-Brabant
heeft geleid tot de aanvaarding door beide
party sr., van het volgende agreement
1. Herstel voor de heer Hofman en Beinte-
ma, hetzij door herplaatsing in passende
gemeentelijke functies, hetzij door toekenning
van wachtgeld.
Het is verstaan, dat de herplaatsing zal
geschieden voor onbepaalden tijd en dat in
zake de toekenning van wachtgeld zoo
veel mogelijk zal worder. gevolgd de dienaan
gaande bestaande rijksregeling.
2. De medici erkennen den gemeentelijken
geneeskundigen dienst en verklaren zich be
reid tot loyale samenwerking met dien dienst.
Deze dienst zal zonder dat dit geacht mag
worden den goeden naam van den ambtenaar
Payens ook maar eenigszins aan te tasten
uitsluitend ter voorkoming van nieuwe wrij
ving zóó worden ingericht, dat aan den amb
tenaar Payens niet worden opgedragen werk
zaamheden van directoraten of controleeren-
den aard ten opzichte der medici.
3. Een contact-commissie, bestaande uit een
vertegenwoordiger van elk der beide partijen
zal worden ingesteld voor het op vlotte wijze
uit den weg ruimen van moeilijkheden, welke
tusschen partijen nog zouden kunnen rijzen.
Besmettelijke ziekten.
In de week van 17 tot en met 23 Novem
ber zijn in ons land aangegeven 9 gevallen
van buiktyphus, 10 van alastrim, waarvan 9
te 's-Gravenhage en 1 te Wageningen, 1 ge
val van febris undulans, 1 van dysenteria
bacillaria, 1 van dysenteria amoebica, 375
van roodvonk, waarvan 112 in Zuid-Holland
en 53 te Rotterdam, voorts 128 gevallen van
diphterie, waarvan 32 te Rotterdam, 1 geval
van nekkramp, 23 van kinderverlamming,
waarvan 10 in Limburg en 1 geval van slaap
ziekte.
De staking te Sluiskil.
De heer J. A. van den Dungen, lid van den
gemeenteraad te Rotterdam, heeft aan Burg.
en Weth. dier gemeente de volgende vragen
gericht
1. Heeft het college van Burg. en Weth.
kennis genomen van het feit, dat er staking
is te Sluiskil aan de cokesfabrieken
2- Is het juist, dat op 28 October jl. de
eerste schuit kolen, bestemd voor Sluiskil, te
Rotterdam is gelost voor de gemeentelijke
gasfabriek
3- Is het juist, dat thans reeds drie schuiten
ttefc kolen, bestemd voor Sluiskil, hier zijn
gelost
Indien bovenstaande vragen bevestigend
worden beantwoord, wat denkt het college
dan tegen dit onderlcruiperswerk te doen
Sint Nicolaas.
Ziet de maan schijnt door de hoornen,
Makkers staakt uw wild geraas
wie onzer doet dit kinderliedje niet
Prettige herinneringen opkomen uit lang ver
stegen jaren. Herinneringen aan den Sint
lc°laasavond, den avond vol mysterie, waar-
°P de edele figuur van den liefdadigen Goed
Heiligman zich overal vertoontin den fa
miliekring, op de daken, op de straten en
pleinen, trouw gevolgd door zijn zwarten
dienaar Pieterman.
Er was een tijd, dat het Sint Nicolaasfeest
burgerrecht had verkregen in bijna geheel
ons land. Doch de evolutie der tijden, welke
in de gansche maatschappij valt op te mer
ken, is ook op de viering van dit specifiek
vaderlandsche feest van invloed geweest. En
dat is heel jammer. Meer en meer wordt
gehoord wy doen daar niet meer aan, wij
vieren het Kerstfeest doch met alten eer
bied voor hen, die dit feest der gansche
Christenheid wenschen te vieren, mag opge
merkt worden, dat het een het ander toch
niet behoeft uit te sluiten. Men blyve zich
houden aan de Sint Nicolaasviering, in de
eerste plaats met het oog op de kinderen, bij
wie de spanning op het gezicht valt te lezen.
Maar vooral ook, omdat dit feest de harten
neigt tot weldadigheid, tot geven, tot het
werpen van vriendelijke zonnestralen op pa
den, die dikwerf een gansch jaar schuil gaan
onder naargeestige sombere schaduwen. Op
den Sint Nico! aasavond vinden de harten
elkander, en klopt ook in de borst van menig
volwassen mensch het hart vol verwachting,
zoowel van hem of haar die verwacht als van
hem of haar die geeft.
Helaas zijn er ook op Sint Nicolaasavond
vele verwachtingen, waarvan nog steeds geen
uitzicht op verwezenlijking bestaat. Hoe vele
jaren reeds wacht iedere belastingbetaler op
een Sint Nicolaas-verrassing van regeerings-
wege in den vorm van een flinke belasting
verlaging, maar hoezeer wekt het uitblijven
van deze surprise telken jare opnieuw teleur
stelling Nog steeds durft de minister van
financiën geen uitzicht te openen op belas
tingverlaging op den normalen dienst, hoe
zeer ook hij erkent dat verlaging van druk
noodzakelijk is.
Onze Nederlandsche bevolking zal telken
jare voor honderdduizend nieuwe tevens een
bestaansmogelijkheid moeten scheppen. Met
nuchtere woorden gezegd zij zal telken jare
zooveel terzijde moeten kunnen leggen, "dat
uit deze besparingen voldoende nieuw kapi
taal kan worden gevormd ten behoeve van
dezen bevolkingsaanwas.
Dit nu brengt mede de onafwijsbare nood
zakelijkheid, dat geen te zware druk wordt
gelegd op het economisch teven. Een gulden
aan belasting uitgegeven, kan men niet meer
als loon uitgeven. Een ondernemer is nu een
maal geen toovenaar, die een gulden twee
maten kan uitgegeven eenmaal aan den ont
vanger en eenmaal aan zijn personeel. En
in een hooge belasting betaalt de arbeider
direct of indirect mee. Beiden hebben der
halve belang by een zoo dragelijk mogelijken
belastingdruk, welke niet de dringend noodige
kapitaalvorming belet. Want een gemeen
schap die haar inkomen verteert, is op weg
naar haar verval. Alten die een inkomen ge
nieten uit arbeid, grond of vermogen, moeten
beseffen, dat dit inkomen is een deel van het
bestaande maatschappelijke kapitaal. Levert
de gemeenschappelijke arbeid geen vruchten
op, die ten volte opwegen tegen hetgeen te
zamen aan inkomen ontvangen wordt, dan
heeft de maatschappij ingeteerd op haar
kapitaal, en is daardoor de kans op welvaart
verminderd.
Belastingverlaging blijft derhalve voor
leder het meest te begeeren Sint Nicoïaas-
geschenk. Wij allen hebben er al zoo lang
den goeden Sint om gevraagd misschien
zulten wij het nu eens spoedig in onzen
schoen vinden
VLISSINGEN, 28 NOVEMBER.
Hullebroeck-avond C.K.W.O.
Concertgebouw.
Een overvolle zaal en een stemmig tooneel,
hetwelk de intimiteit nog verhoogde. Op
het podium de schitterend gerestaureerde
Steinweg-vleugel, welke in den loop van den
avond zijn goede hoedanigheden zou bewij
zen, en veel zou bijdragen tot het uitnemend
slagen van het geheel. Immers een goed zan
ger zonder goede muzikale begeleiding is half
werk, en werkt deprimeerend op wat ge
zongen wordt. Doch wij kunnen volmondig
verklaren dat de vleugel aan de hoogste
eischen op muzikaal gebied heeft voldaan en
de heer Hullebroeck uitte dan ook zijn groo-
te tevredenheid hieroverhet was voor hem
een verrassing. Een woord van hulde aan den
restaurateur van het instrument, den heer
J. van der Burgt is hier geheel op zijn plaats.
De voorzitter der C.K.W.O., de heer J. Ma
rijs, opende op de gebruikelijke wijze de bij
eenkomst en heette in het bijzonder den
heer Hullebroeck welkom die met applaus
werd begroet zijn blijdschap uitsprekende
over het geheel herstel van den dichter-
zanger.
De heer Hullebroeck begon met zijn gehoor
een reis door Vlaanderen te maken. Vlaan
deren dat onze taal spreekt. Het land van de
vroolijke kermissen en zingende torens. Helaas
ook voor een gedeelte nog achterlijk, door
het steeds onthouden van goed onderwijs.
Twee goede hoedanigheden kenmerken het
Vlaamsche volk, waarvan de eerste is zijn
grooten eenvoud, die ten grondslag ligt aan
het Vlaamsche volksleven, hetwelk zijn
grootste sieraad is, zich uitend in de liefde
voor het gezinsleven. Als vertolking daarvan
zong de heer Hullebroeck het teere, innige
„Moederke alleen."
De tweede goede hoedanigheid van het
Vlaamsche volk is zijn onkreukbare gods
dienstzin. Het is een geïoovig volk en doet
nog niet mee aan de verderfelijke praktijken,
die een land ten ondergang brengen. Ter
illustratie hiervan kregen wij te hooren en te
genieten „Hemelhuis".
Vervolgens gingen wy in gedachten met
den spreker het schoone Vlaanderenland
rond en waanden wy ons verplaatst in de
nauwe straatjes van het oude Brugge en za
gen de kantklotsters daar zitten, die de Belgi
sche kant beroemd hebben gemaakt over
de heele wereld. „Vóór 't kantkussen", vol
sprankelend bewegen, maakte de zaal en
thousiast, en den dichter-zanger aanleiding
gaf zyn groote tevredenheid over den vleugel
uit te spreken.
Vervolgens brachten wij een bezoek aan de
Leuvensche studenten. Studenten hebben den
naam van een rumoerig volkje te zijn. De
oorlog heeft echter ook op hen zijn stempel
gedrukt, een stempel van grooten ernst. Hij
wilde nu echter doen hooren twee vroolijke
studentenliederen, waarvan het eerste was
„Testament van een Student."
Wij moeten echter niet denken, dat zulke
lustige liedjes weerklinken in ieder huizeke
van Vlaanderen. Zeker niet bij de stoere
werkers, die dag op dag afdalen in de mijnen
of bij de 70 k 80.000 boeren en boerenarbei
ders en bij diegenen die jaarlijks Frankrijk
binnentrekken om ojjfcfret land te werken.
Spreker heeft lang verkeerd in een lachend
dorpje in Zuidelijk Vlaanderen en daar de
boerenzonen zien terugkeeren uit het wufte
Frankrijk, veten lichamelijk en geestelijk
gebroken. De Vlaamsche strijd is niet alleen
om te behouden de Nederlandsche taal, maar
ook een strijd van groote geestelijke en soci
ale beteekenis. Iets daarvan beluisterden wij
in het voorgedragen aandoenlijke lied „Brief
uit Frankrijk".
Als de mannen uit Frankrijk terugkomen,
wordt niet de vlag maar de bezem uit
de huizekens gestoken, vertolkt door „Bezem-
boerekerremis". Niemand kan zeggen waar
dit gebruik vandaan komt, doch het is een
gebruik van oude tijden her. Ook kregen wij
nog te hooren „Vlaamsche kermis".
En wanneer dan 's avonds na een drukken
dag het gezin en geburen rond het haardvuur
zitten, dan moet naar oud gebruik ieder zin
gen, of hij kan of niet. Eenigen tyd geleden
heeft spreker een oud liedje ontdekt, dat hij
getoonzet heeft en nu in Vlaanderen op aller
lippen is, nl. „Klaes die sprak zijn Moeder
aen" hetwelk de zanger onder groot enthou
siasme ten gehoore bracht.
't Vlaamsche land is ook zeer rijk aan
plaatselijke liedjes. Hy gaf „Klompenliedeke",
waarvan hy de aanwezigen verzocht het
refrein mede te zingen, waaraan eerst
schuchter, doch later met élan werd voldaan.
Nu spreker ontdekt had welk een verbor
gen talenten onder zyn gehoor schuilden,
zou hij meer liedjes laten meezingen. We
kregen nu het tweede studentenliedje „De
Gilde viert".
Kostelijk was de humor, waarmee de heer
Hullebroeck de aanwezigen wijze lessen gaf
in de zangkunst. Het sloeg in en van minuut
tot minuut verbeterde de zang van hét
auditorium.
Vóór de pauze gaf de zanger nog een
liedje, wat in ons land en in Vlaanderen
geacht wordt te behooren tot de sfeer onzer
lage landen en wij kunnen het niet meer
missen, nl. ontleend aan de beierende klok
ken. Vlaanderen is op dit gebied ons land een
beetje vooruit, want by elke gelegenheid
beieren de klokken over het schoone Vlaam
sche land.
Wanneer het honderden jaren geknechte
Vlaanderenland volkomen zich zal opgericht
hebben uit zijn druk, dan zullen zijn klokken
hun zegelied zingen en spreker hoopt dat dan
de zilveren stemmen der Nederlandsche
klokkenspelen hiermede zulten instemmen.
Indrukwekkend klonk het„De Vlaming is
niet langer knechtDe Vlaming bekomt zijn
volte recht
„In het liedje van den Beiaardier", vol
leven en zang, jubelden 'de tonen van het
klokkelied, voortgebracht door de meester
hand op den vleugel, waarop de lieer Hulle
broeck zich ook een bekwaam virtuoos toont.
De heer Hullebroeck heeft zijn land harts
tochtelijk lief, en ook op de aanwezigen, het
kon niet anders, ging Vlaanderen in zijn
zwaren strijd, met zijn schoone geschiedenis
en zijn folklorisme meer dan. tot nu voor ons
leven.
Na de pauze gaf de heer Hullebroeck nog
verschillende liederen „Aan U alleen", „dc
Kwinkstaart", een zeer eenvoudig doch tref
fend hoerenliedje „Als 't Zondag is" en
„Marleentje". Ernst werd afgewisseld door
tintelenden humor. Vooral aandoenlijk was
„Jan en Annemie", weergevend de geschie
denis van het menschelijk bestaan van de
wieg tot aan het graf, de bruidsjaren, kin
derzegen en op het graf der oudjes na een
gelukkig teven het eerste ware kruis.
De dichter-zanger houdt van schrille
tegenstellingen en gaf nu „Lapper Krispijn",
die het heelemaal niet met zijn vrouw kon
vinden. Na dit onder onbedaarlijk joiyt aan
gehoorde liedje, dat niet zeer vleiend was
voor de dames, wilde hij het bij hen goed
maken door te zingen „De Ooievaar".
Spreker bezong nog verder de lotgevallen
van een der tweelingen, nl. in „De Biefce-
bouw" en vervolgens kwam de gelukkige va
der aan het woord in „Mijn Fientje". Ook
kregen wij nog te hooren het liedje van een
verstokten ouden vrijgezel„Van Jan den
Mosselman".
De heer Hullebroeck had hierna gelegen
heid er op te wijzen dat het Vlaamsche volk
25 jaar geleden weer in zijn eigen Vlaamsche
taal begon te zingen. De slechte Fransche
deuntjes verloren langzamerhand terrein.
De beweging kwam van ónder uit het volk
op, daar de hoogere standen er vijandig te
genover stonden, onder Franskiljonschen in
vloed. Het Vlaamsche lied is nu over alle
steden en dorpen verspreid, en verdwenen
zijn de Fransche schunnige liedjes. Bovenal
de Vlaamsche jeugd werd begeesterd.
Het is een heerlijk schouwspel te ervaren
dat het zaadje, vóór 25 jaar gestrooid, zulke
rijke vruchten heeft gedragen. Hij gaf nog
zulk eenvoudig mooi liedje, nl. „Karlyntje".
Wanneer men de menschen gelegenheid
geeft tot zingen, dan doen zij het ook. Het
lied is de grondslag van ons volk, zoowel in
België als in Nederland.
Zingende menschen zijn gelukkige men
schen. Wanneer hij iets tot dit besef heeft
mogen bijdragen en dit heeft mogen aan
wakkeren, dan is hij meer dan voldaan.
Nederlanders en Vlamingen zyn kinderen,
van éénzelfde moeder, spruiten uit denzelfdn
stam en als symbool daarvan eindigde de
heer Hullebroeck met het zingen van „De
Vlaamsche Leeuw" dat door alten staande
werd aangehoord en daarna met het „Wil
helmus" dat staande werd meegezongen.
De voorzitter was de tolk van alle aan
wezigen den dichter-zanger hartelijk dank te
zeggen vcor de genotvolle uren ons geschon
ken, die onvergetelijk zulten blijven en on
getwijfeld den band tusschen Vlamingen en
ons zullen versterken.
Hedenavond zal de heer Hullebroeck voor
het andere gedeelte der leden der C.K.W.O.
hetzelfde programma voordragen.
Directeur van den loodsdienst te Antwerpen.
De heer G. J. r, Bly, inspecteur van den
Belgischen loodsdienst alhier, is benoemd tot
directeur van den loodsdienst te Antwerpen
en zal binnenkort deze functie aanvaarden.
In onze Tijdinghal.
De nieuwe burgemeester van Roermond,
oud-minister Waszink, is als zoodanig ge
ïnstalleerd. Onze fotc.raaf maakte hiervan
een opname.
Heden herdenkt d^ heer J. A. Frederiks te
's-Gravenhage zijn 80en jaardag. De heer
Frederiks, geboortig uit Middelburg, was
vroeger architect der Abdijgebouwen. Heden
houdt de jubilaris receptie in het genoot
schap „Pulchri Studio" te 's-Gravenhage. Wij
etnleeren een portret van den bekenden
kunst-historicus.
In Suriname zullen ook weldadigheidszegels
worden uitgegeven. Ee reproductie van de
ze zegels kan men in onze Tijdinghal bezich
tigen.
Aernout Castel.
Slechte weinir Nederlandsche zeelieden heb
ben den weg gevonden naar de wateren be
noorden Canada en Alaska. Wellicht zijn het
er nog wel meer, dan van wie wy' weten
maar zelfs al waren ons alle gevallen bekend,
dan nog zou het een kleine schare zyn. De
bekendste onder hen was de vermaarde zee
officier L. R. Koolemans Beynen, die in de
jaren 1875—'77 tot driemaal toe in het Noor
den was en cp één van die reizen onder
Alten Young op de Pandora in 1875 in de
Peel-sond was geweest.
Van een tweeden Hollander die veertig
jaar later in de wateren ten Noorden van
Canada den goeden naam van ons "land zou
hooghouden, heeft de „N. R. Ct." dezer da
gen melding gemaakt, nl. van Aernout Castel,
die in de buurt van Point Barrow (Alaska)
zyn verblijf heeft, of daar tenminste zijn
adres heeft.
Aernout Castel is een Vlissingsche jongen.
DOOR WEER EN WIND
alle«dag weeraan, is geen
pretje. Zorg er voortegen kou
en vocht gewapend te zijn.
Neem Lakerol! Dat warmt
van binnen en behoedttegen
verkoudheid en keelaandoe-
&ningen. Lakerol islekkeróók!
Let vooral op da groene dooet
Hij is echter al een kleine twintig jaar niet
meer in ons land geweest. Wel correspondeert
hij nog geregeld met zijn ouders en andere
familie, die te Souburg woont. Castel is. be
noorden Alaska ter walvischvangst geweest
en maakte deel uit van een der expedities
van Stefansson.
De „N. R. Ct." geeft zijn portret, in Pool-
kleedij, en ook een interessante foto van een
der schepen, waarop hij in het Hooge Noor
den heeft gevaren en in het ys heeft gezeten.
Scheepvaartberichten.
Het Duitsche stoomschip „Sirius" dat bij
Bath omhoog was gevaren, is gisterenmiddag
met hoog water met sleepboot-assistentie vlot
gekomen, waarna het schip de reis naar
Antwerpen heeft voort..ezet.
Fe* motorschip „Anna" schipper Kint, ge
laden met tarwe naar Wormerveer, hetwelk
bij Walsoorden met machineschade lag, is
door de Doris Rijkers" binnengesleept. De
„Anna" zal aldaar repareeren.
Gemeenteraad van Middelburg.
In de gisterenmiddag voortgezette vergade
ring van den gemeenteraad van Middelburg
kwam de gemeente-begrooting aan de orde.
Daarby werd door verschillende leden aan de
algemeene beschouwingen deelgenomen.
De heer Cornelisse meende dat de pessi
misten over den financieelen toestand geen
gelijk hebben. In verband met de nieuwe wet
vraagt hy of Burg. en Weth. reeds plannen
hebben inzake de belastingheffing. De ge
meentebedrijven leveren goede winst op en
spr. meent dat het tijd is te denken over
verlaging van den electriciteitsprijs. Als men
van 24 op 23 cent gaat, blyft er nog een zoet
winstje over. Spr. betreurt het, dat geen voor
stel voor invoering van een vastrechttarief'
is gedaan. Spr. juicht het toe. dat Burg. en.
Weth. zulten komen met een voorstel tot uit-'
breiding der zwemgelegenheid en hy wacht
met belangstelling het eerste rapport van den'
schoolarts af. Hij dringt aan op bespoediging
inzake de voorziening in woningen voor arme
gezinnen. Hij vraagt hoe het staat met de
slachthuisplannen en meent dat de werk-'
loosheid blijvend zal zijn, al is zij op het
oogenblik vrij gunstig. Spr. bepleit ten slotte
instelli van studiebeurzen.
De voorzitter zegt, dat over de gevolgen,
van de nieuwe wet niets te zeggen is en dat
aan het abattoir wordt voortgewerkt, het zal
op den Poelendalesingel worden voorgesteld.
Mevrouw Weyl meent, dat de bedrijven
geen geheel vormen en als de waterleiding
verlies oplevert mogen winsten op andere be
drijven dit iet dekken. Zij vraagt of het
besluit van Vlissingen inzake de coöperatieve-
slachtplaats reeds is goedgekeurd.
De voorzitter meent, dat van Vlissingen te
dezer zake niets meer is te wachten.
Mevrouw Weijl komt ook op de woningen
voor groote gezinnen terug en meent, dat
men ook volwassenen moet leeren zwemmen.
De heer Jeronimus wijst er o.a. op, dat het
vermogen van Middelburg dalende is, wat
volgens den voorzitter komt door lage koer
sen van effecten.
De heer Jeronimus meent, dat vóór verla
ging van den hoofdelyken omslag die van
opcenten op de vermogensbelasting of van de
straatbelasting moet gaan. Spr. is het er niet
mede eens, dat de financiën van Middelburg
er zoo gunstig voorstaan.
De heer Mes wil de straatbelasting geheel
opheffen, omdat zij de huishuren drukt, wat
de voorzitter ontkent.
De heer Mes dringt aan op zoo weinig mo
gelijk uitvoeren van werken in eigen beheer.
De heer Hondius zet aan de hand van.
cijfers uiteen, dat Middelburg nu niet zulk
een mooi figuur maakt op het gebied van de
belasting op het inkomen.
De heer Streefkerk meent, dat men de ter
reinen aan den Kleverskerkschen weg in han
den van speculanten moet geven. Spr. voelt
veel voor vastrechttarief, maar zegt dat men
dit niet overal op denzelfden voet kan regelen.
De heer Vertregt is tegen verlaging der
electriciteitstarieven. Spr. vraagt of van de
zwemgelegenheid niet te veel personen ge
bruik maken die best lid der zwemschool
kunnen zijn. Met de werkverschaffing kan de
gemeente niet blijven doorgaan.
De heer Van der Feltz meent, dat geen
stuwkracht voldoende is en vele dUigci