500 300 150 100 25 WOENSDAG 37 NOVEMBER EERSTE BLAD 67e Jaargang UITLIJNEN Auto's, Fietsen rtuigen. TE VLISSINGEN N D A iilrau: firmaUï M HUE Ir., Mimi Sl-tO, (lissinp. Telef. II. fiiliiiniiai UI Verschijnt dagelijks, uitgezonderd og Zendag en algemeen erkende Christelijke feestdagen „De Bossche Toren" in de Jacobsstraat 1629-1929 Het beleg van 's-Hertogenbosch KAMER-OVERZICHT a» UNO.2©0 spruiten spels 10 a 4i/2 ol 2 a tool 14 alles si 8 a 18 a 25 ct.; a 14 ct., alles :t.roode kool 2'/2 savoye a 26 ct.Can. per stukEei. ""«Jet.; peen 41/, ct.rapen 3 a 4 ct, jlles per bosandyvié 4 a 5 ct.belden per 1929 6 November, de volgende prijzen koolrapen 2 a 3 ct. spruiten 4 a 22 ct. itlof 12 a 38 ct.uien 22 ct.kroten 2 a 3 ;ën 2 a 7 ct.rapen 1 prei 2 a 9 ct.sel- er bos savoye kool 2 9 ct.witte kool 2 r andijvie 14 a 62 ct.; tonner witkrop 20 a 81 ct., ajles per kist, STovember 1929. Aanvoer 810 stieren, re runderen, 820 vette e kalveren, 180 vette of lammeren, 121 big- ten, 305 graskalveren, vette koeien 54—57%, 45—47, 41—43, 34-37 -77i/2, 621/2-671/2. eikkoeien ƒ200—ƒ420; stieren ƒ130—ƒ480; vaarzen ƒ170—ƒ215; 300 slachtpaarden 140 veulens 70 1030 biggen l&— 1823 biggen per askalveren ƒ40—ƒ100. vlotten handel, prij- ets williger, oude pry- n handel als 'gisteren ndel iets williger, pry- en tragen handel, prtf- alveren idem, hoogere handel, prijzen duur- ïien handel, prijzen Nov. van Hamburg 25 Nov. Perim ran Rott. n. Japan Nov. Finisterre !3 Nov. Perim Nov. v. Las Palmas 24 Nov. Perim m Kurrachee n. Rott. 29 Nov. te Marseille 24 Nov. van Algiers Nov. te Sabang te Sabang 24 Nov. Beachy Head p. 25 Nov. Perim 25 Nov. Ouessant atavia van Rott. uitr.) p. 23 Nov. Cape van Marseille 25 Nov. Gibraltar p. 24 Nov. Perim Antw. van Hamburg 24 Nov. te Duin- 24 Nov. van Durban 24 Nov. Dover 24 Nov. te Londen 23 Nov. v. Singapore n Calcutta n. Rott. Nov. te Liverpool 27 Nov. te Plymouth 5 Nov. Kaap del Armi Nov. Kaap del Armi Nov. van Sabang 23 Nov. de Azoren Rott. van Calcutta te Buenos-Ayres van fov. van Sjanghai ïmper uur 17 4.22 !8 4.22 9 4.21 H 0 4.20 10.43 23.17 11.30 23.58 12.10 0.37 12.47 rmakclijkhcdcn, neen enz. Dageiyks voorstelling, ïageiüks voorstelling. ;rdag 28 November. :n, o. K. W. O., Con- ir. Lezing Instituut 7ikkeling, Concertge- VLISSINGSCHE COURANT f ABONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ2.20 per 3 maanden. I franco door liet geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove rigelanden bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct. ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels 1.25iedere regel meer 25 cent.Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ct. p. regel.Kleine advertenties betreffende Huur enVerhuui.Koop en Verkoop, Dienstaanbiedingen en -Aanvragen van 15 regels 75 ct., iedere regel meer 15 ct Be abonné's in 't bezit eener Polis, zij" GRATIS verze- I kerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange qngeschikt- heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. guldën bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim gulden bij verlies van een wijsvinger gulden bij verlies van eiken anderen vinger. pit nummer bestaat uit twee bladen Nu het drie eeuwen geleden is, dat het pand Jacobsstraat No. 10 gebouwd is, en ik I ondervonden heb, dat men de geschiedenis Iervan niet of slechts ten halve weet, lijkt het j niet ongeschikt, er iets van mede te dee- I ]en. De aardige gevelsteen, die aan den voor- I gevel van het pand prijkt en „de Bossche I toren" in beeld brengt, trekt vaak het oog I van den vreemdeling, wanneer hij speurend I naar het weinig overgeblevene uit oude tijden e toch zoo historierijke stad doorkruist en I de meesten zien den steen nog over het hoofd I doordat de straat zelf zoo smal is. Inderdaad I herinnert hij aan de heldendaden van i Vlissinger bij het beleg van 's-Hertogen- I bosch. Zooals men weet, is dit beleg wereld- vermaard geworden omdat een succes onmo- SelUk leek. -Den Spanjaarden leek dit zoo iets absurds, dat ze zeiden indien den Bosch Vergaat, is God Geus. Dit eerste artikel is voornamelijk gewijd aan het beleg van den Boschhet tweede aan den steenen en zil veren Bosschen toren. Aan het bezit van den Bosch was Frederik Hendrik1) veel gelegen, daar met deze stad een groot deel van Brabant onder Staatsch Bezag zou gebracht worden. Bovendien was d't sterke bolwerk in handen van den vijand ln strategisch opzicht een groot gevaar, daar de Spaansche en keizerlijke legers (denk om den nog steeds woedenden 30-jarigen oorlog) van hier uit (en van Wezel) den toegang totr "e groote rivieren beheerschten. De stad lag temidden van moerassen, werd verdedigd d°or 4 a 5000 gewapende burgers, verder 3000 voetknechten en eenige honderden ruiters 0ncter den heer van Grobbendonck, terwijl het Spaansche leger onder den dapperen lichtzinnigen Graaf Hendrik van den Hergh den opvolger van Spinola bij ^esel stond en Gelderland bedreigde. Wederik Hendrik had met al deze moeie- MJhheden rekening gehouden en een voor dien tijd machtig leger van 24.000 man voet volk en 4000 ruiters was in April op de Moo- lcerheide verzameld en sloeg nog voor het einde dier maand den weg naar den Bosch in. Honderden boeren werden uit Betuwe, Veluwe en Zuid-Holland gelicht om met de soldaten de schanswerken te helpen opwer pen, wat met een groote snelheid in een dag of tien geschiedde. Met een aanval van den vijand van buiten af moest ongetwijfeld rekening worden ge houden. Voorloopig had deze nog wel geld gebrek, juist in den tijd der huurlegers was het goud de zenuw van den oorlog, maar alles zou er hem aan gelegen zijn, een spaak in het wiel te steken en daarom moest de Prins zorgen, dat hij een observatieleger van een 20.000 man afzonderde. Gelukkig had Piet Hein door de verovering der Zilvervloot het jaar te voren gezorgd voor ruime financiën, maar desondanks kostte het heel wat moeite, de groote sommen bij elkaar te brengen voor zoc'n groote troepenmacht. De Prins leidde Dommel en Aa af en deed ze langs kanalen in nieuwe beddingen om zijn eigen kwartieren heen stroomen, hij legde groote aanvals- en verdedi gingswerken aan en naderde steeds dichter de belegerde stad. Einde Juni was het eindelijk Van den Bergh ge lukt met 30.000 man en 6000 ruiters den Bosch te naderen, maar de stelling van den Prins was zoo sterk geworden, dat aanvallen erop evenals uitvallen der bezetting vruchteloos bleven. Intus- schen naderde een keizerlijk leger onze Oostelijke grenzen en zoo besloot Van den Bergh zich daarmee te vereenigen en door een gezamenlijk optreden Fre derik Hendrik van den Bosch weg te lokken. Maar 'sveldheers stalen zenu wen waren tegen deze krachtproef wel bestand hij zonderde een deel zijner troepen af om Gelderland te dekken, er werden maatregelen genomen om IJsel, Rijn en Waal te beschermen. Intus- schen had de vijand zich verschanst bij Westervoort, toen hij over den IJsel gekomen was. Noch de Staten van Hol land noch de Prins verloren het hoofd. De laatste bleef onverstoorbaar voor den Bosch liggen, de eersten verklaar den „dat men daer jegens met vigueure ende courage zal gaen" en wilden niet hooren van opbreken van het beleg. Men leende geld, wierf troepen, wapen de duizenden boeren, ontblootte zoo veel mogelijk de vestigen in Holland en Zeeland van garnizoen om de Oos telijke gewesten te kunnen helpen de veldmaarschalk graaf Ernst Casimir had weldra 20.000 man voetvolk en ruiterij, ook gedeeltelijk uit het leger voor den Bosch, onder zijn bevelen en zou bij Arnhem de verdediging leiden. De vijand had zich bij Dieren en Brummen gelegerd en stroopte op de Veluwe, maar waagde het niet met het oog op zijn flankbedreiging de sterke stelling aan den IJsel te verlaten en dieper door te dringen. Enkele dor pen als Velp en Rheden werden ver brand, het Geldersche landvolk vluchtte naar de steden, verscheidene familiën weken naar Holland. Begin Augustus kwam van den Rijn het verwachte keizerlijke leger onder graaf Montecuculi. Van den Bergh, de legerplaats van Ernst Casimir links latende liggen, trok nu over de Veluwe naar het Utrechtsche, het oog gericht op het zwakke Amersfoort. De Staten van Utrecht wankelden, de Staten- Generaal verlegden hun zetel van den Haag naar Utrecht, dus naar het bedreigde gewest om den twijfelmoedigen een hart onder den riem te steken. De Prins bleef voor den Bosch, ook al ging .den 14den Amersfoort over en al was de paniek in de bedreigde provincie groot. De Staten-Generaal en die van Holland verdubbelden hun energie. Bouw- en weiland werd onder water gezet, zoodat Utrecht een zee geleek, waar „zoute en zoete baren bruisen en wellen over vee en stal". Fel was de tegenstand der boeren, die weinig gediend waren van het inundeeren der landerijen. Holland moest zoo goed als alleen zorgen voor het bijeenbrengen der gelden, de aangevallen provincies, maar ook Zeeland en Friesland lieten niets van zich hooren. Zeeland begon ongerust te wor den over de dreigende bewegingen van het garnizoen te Breda en de daar allengs door den vijand verzamelde benden, die de rivie ren begonnen te verkennen. Nog erger was, dat Van den Bergh met vriendelijke brieven de bedenkelijke neigingen in sommige' Gel dersche en Utrechtsche steden bleek te wil len aanwakkeren, terwijl Montecuculi met de zijnen alom plunderend schrik verwekte. Plotseling kwam de redding. De gouver neur van Emmerik, Otto van Gent, heer van Dieden, had reeds lang het oog gevestigd op Wesel, de belangrijke vesting aan den Bene den-Rijn, die, zooal niet 's vijands operatie basis, toch hem zeer in den rug steunde, zijn betrekkingen met Brabant beheerschte en van een grooten voorraad levensmiddelen was voorzien, die hem bij zijn verblijf op de kale Veluwe van veel dienst kon zijn. Den 19en Augustus slaagde Van Gent er in, de stad te verrassen, een gebeurtenis, die den zinkenden moed bij velen deed herleven en den vijand ten zeerste ontstelde. Een paar dagen later ontruimde Montecuculi werkelijk reeds Amersfoort en trok zich naar de Velu we en vóór het einde der maand met Van den Bergh en diens zeer verzwakt leger nog grootendeels achter den IJsel ln de Graaf schap terug. De legerplaats bij Steenderen aan den IJsel ter bescherming van de schipbrug bij Dieren bleef ook intact, want daarover kon den de arme boeren op de Veluwe steeds worden geplaagd en de daar telkens nog rondzwervende troepen konden zich dan te rugtrekken. Met voorzichtigheid, maar tevens met toe nemend succes had de Prins zijn moeielijk belegeringswerk voortgezet, door middel van watermolens den drassigen grond droogma kend ten behoeve van zijn loopgraven en dijken. Toen eindelijk de stadsgracht was bereikt en een groote bres in den muur was gemaakt door het laten springen van mijnen, die de Prins had aangelegd, begon Grobben donck te onderhandelen. Op dit heugelijk bericht begaven de Staten-Generaal zich uit Utrecht naar Bommel en vandaar naar het legerkamp te Vucht om met den Prins te beraadslagen over de voorwaarden der capi tulatie, die den 14den September geteekend werd. Bij die capitulatie werd niet meer dan vrijheid van geweten voor de Katholieken in de stad in hare omgeving bedongen, maar de geestelijkheid mocht de schilderijen, beelden en sieraden uit de kerken nemen en de ker kelijke goederen ten plattenlande en in de neutrale plaatsen der Meierij behouden, ter wijl die in de stad aan de Generaliteit zou den vervallen, maar de monniken en nonnen aldaar, desverkiezend, zouden voor hun leven uit de inkomsten dier kloosters worden on derhouden de stad behield haar oude pri vilegiën maar voor de eerste maal zouden de Prins en de Staten-Generaal de regeering aanwijzen. De gunstige bepalingen voor de geestelijkheid had deze te danken aan den Prins, die den ijver der Calvinisten zooveel mogelijk zocht te temperen, hierin weder een bewijs gevend van zijn gematigde gezind heid op kerkelijk gebied, ook ten opzichte der Katholieken. Wereldvermaard is dit beleg geworden, ik merkte het reeds op in den aanvang van mijn artikel en tal van vreemde veldoversten kwamen Frederik Hendrik in zijn legerplaats bezoeken. Minder bekend is, dat een Vlissin ger zich zeer verdienstelijk heeft gemaakt vlak vóór de overgave en dat het door hem gebouwde of gekochte huis in de Jacobsstraat daaraan zijn ontstaan te danken heeft. Het langdurige beleg en de vijandelijke invasie sleepte veel menschenverbruik met zich en overal werd dan ook de werftrom geroerd waar ieder burger in den wapen handel geoefend werd en bij de burgerwacht was ingelijfd, waren er genoeg menschen, die er voor in de termen vielen en zoo gaven zich verscheidene Vlissingers op en onder hen een zekere Pieter Janssen, die vroeger als sergeant onder de Spanjaarden gediend had, en van hen een eervol ontslag en paspoort had gekregen. Misschien is het dezelfde, die in het Poorterboek den 3en Mei 1629 inge schreven is als afkomstig van Gent. Hij was hier gehuwd met Cornelia Laevan en voorzag in zijn levensonderhoud als kleermakers knecht. Toen deze oudgediende in het leger voor den Bosch aankwam, werd hem door Zijne Hoogheid gevraagd, of hij meer had gediend en zijn paspoort vertoond hebbend, werd hij aangesteld tot vaandrig onder de vrijwilligers, die uit Vlissingen gekomen wa ren en diende in die kwaliteit zoo lang tot er bres geschoten was, waarvan ik hierboven reeds repte. H. G. VAN GROL. D Vgl. Blok, Geschiedenis v/h Nederl. Volk, Deel II, aan wien ik de bijzonderheden van het beleg meest letterlijk ontleend heb. N V. v/h De Vey Mestdagh KUNSTVOORWERPEN Be 11 amy park 58 Tel69 TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag. Binnenlandsche Zaken. Wij waren nog lang niet aan het eind der sprekers, die over het binnenlandsch bestuur hun opmerkingen maakten. Vandaag eerst nog wat over stemplicht, evenredige vertegen woordiging, waaraan sommige leden alweer aardig gaan knagen. Er zitten fouten in het stelsel, maar wie die aanwijst moet middelen tot herstel aangeven en dat doet men niet. Het is gemakkelijk te zeggen dat de partijen en niet de leiders daarvan de baas moeten zijn, maar hoe wil men dat veranderen Over burgemeesters werd nogal gejammerd die van Franeker, omdat hy de A.J.C.'ers ont ving die van Zaandam, omdat hij politie re- quireerde tegen de stakers die van Sleen en nog meer. Vooral die van Franeker moest het bij den heer Beumer ontgelden, wijl hij zoo onpaedagogiseh is geweest met die ont vangst. Het waren niet minder dan 23 sprekers die de Minister te beantwoorden had en toch waren het niet zooveel onderwerpen, want het grootste deel was onderling gekibbel. Over allerlei puntjes liep de Minister dus glad heen. Over den stemplicht is de meening der Re geering niet veranderd en er is dus geen koersverandering te wachten. Men wacht het toegezegde rapport van onderzoek af. Wijzi ging der Kieswet is zeer moeilijk ieder stel sel heeft fouten, maar de Regeering wil het stelsel der evenredige vertegenwoordiging nog wel eens in beschouwing nemen en het advies vragen van het Centraal Stembureau. Bij annexatie van gemeenten moet ieder geval op zichzelf worden beschouwd uit sociaal en cultureel oogpunt. De nieuwe wet op de gemeentefinanciën zal een moeilijk punt in de toekomst gemakkelijker maken, omdat dit punt geen verschil meer zal ma ken tusschen de gemeenten. Het is onmogelijk een algemeene leiddraad te geven voor grens wijzigingen en annexaties de adviseurs moe ten in ieder geval vrij zijn in hun advies en niet aan een leiddraad gebonden zijn. Verschillende burgemeesters passeerden ook bij den Minister de revue. De burgemeester van Sleen heeft de volle aandacht van den Minister, die niet zal aarzelen in te grijpen als het noodig is. Het ging hier o.a. om het werven van z.g. onderkruipers, maar volgens anderen was het alleen om werkwilligen te beschermen. Deze burgemeester heeft al een terechtwijzing te pakken. Het is moeilijk in gevallen van staking altijpl precies de orde te handhaven zonder dat iemand- aanstoot daar aan neemt. Ieder moet volle bewegingsvrij heid behouden en dat moet algemeen worden aanvaard en de burgemeester heeft daarvoor te waken, maar verder moet hij niet gaan. De burgemeester van Franeker, die de A. J. C. ontving, is gecritiseerd. De Minister heeft geen afkeuring uitgesproken, want de burge meester voerde het besluit van Burg. en Weth. uit en het gaat dus niet aan, den burgemees ter daarvoor aansprakelijk te stellen. Verder ging de kwestie niet en hetgeen de heer Beu mer wilde, nl. een toezicht de: Regeering op de burgemeesters bij ontvangst van jeugd organisaties, is onmogelijk. Men kan zelf een oordeel hebben dat daarvan zeer afwijkt, men moet de burgemeesters in dit opzicht vrij laten. De Minister heeft het recht niet daar over een oordeel uit te spreken, omdat hier geen wet wordt geschonden of fouten worden begaan. Het is hier een persoonlijke opvatting. Omtrent de andere burgemeesters, die tot opmerkingen aanleiding gaven, zal de Minis ter nog andere inlichtingen verzamelen. In- tusschen betoogde de Minister, dat in de eerste plaats de gemeenteraad met den bur gemeester heeft te handelen en dat dat col lege allereerst de zaken dient te onderzoeken. Van de overige puntjes maakte de Minis ter zich nog gemakkelijker af. Trouwens dit is een eigenaardigheid van dezen Minister, dat hij heel vriendelijk om het onderwerp weet heen te draaien, maar er juist niet aan raakt. Men kan dat tact en sfcaatsmanswijsheid noe men, maar het kan ook iets anders zijn. Zoo dra het een gevaarlijk punt dreigt te worden, wordt het een beetje achter-af gezet en zegt de Minister hoogstens toe er zijn aandacht nog eens aan te zullen wijden. We kennen datvoor het oogenblik is de klager tevre dengesteld en hij hoopt op nog meer voldoe ning. Maar die blijft als regel uit. De herziening van het kies-stelsel begint Dubbel is het genot met Wybert-tabletten.de keel is tegen ontsteking be veiligd, de adem zuiver! men algemeen te verlangen, maar de Minis ter heeft er den tijd mee. Hij gaat adviezen; vragen. In ieder geval zal het volgend jaar het zelfde zich grootendeels herhalen. En dan 1b er misschien iets meer opgelost. Het was nu magertjes. Avondvergadering. Begrooting van Waterstaat. In deze avondvergadering was de afdee- ling spoor- en tramwegen aan de orde, waar voor al aanstonds vijftien sprekers aan bod waren. Oude en nieuwe klachten wisselden elkaar af. Daar was de oude quaestie van de onbe waakte overwegen, waarvoor volgens den, heer Hermans een behoorlijk systeem gevon den is door twee fuctionnarissen van het spoorwegbedrijf der Staatsmijnen, welk sy steem echter volgens den Misiister niet doel matig is. En dan de autobusquaestie.' Prof. Visscher wees op de verwerpelijke verkeers- politiek, die trein en tram kunstmatig be schermt tegen het nieuwe, den autobus, die doodgedrukt wordt, terwijl voor de tram soms het „Dwing ze om in te gaan" ge schreven schijnt. Omgekeerd worden ook tramwegondernemingen wel- eens gedupeerd, met. name door de A.T.O., over wier min of meer deloyale concurrentie prof. Van der, Bilt de bekende klachten van de particuliere vervoerondernemingen liet hooren. i Scheepvaart en autoverkeer hebben vaak veel te lijden van het spoorwegverkeer, dat de spoorbruggen en overwegen gedurende langen tijd afsluit. 'De heer Duymaer van Twist nam het op voor de scheepvaartvoor Leiden, dat zoo gedupeerd wordt door den bekenden overweg bij het station, pleitten mevr. van Italië, die een nieuw station aan beval en mr. Schokking. die veel waardee ring voor ons spoorwezen heeft, maar die het Leidsche schandaal toch zoo spoedig mogelijk uit de wereld wil zien gebracht. Tot de oude klachten behoorde ook de quaestie van de weinig ruime inrichting van vele 3e klasse wagons en van de Zondags rust op de spoorwegen. De Christ.-Hisfcori- schen verklaren, dat op Zondag het trein verkeer niet kan stopstaan. De heer Duy maer van Twist zou gaarne alle middelen van vervoer op Zondag willen stopzetten, maar aangezien de overheid slechts over <ie openbare middelen iets te zeggen heeft, begrijpt de anti-rev. spreker, dat al- geheele stopzetting daarvan het autoverkeer sterk zou doen toenemen. Daarom zouden beide sprekers er vrede mee nemen, als dö goedkoope treinen en extra-treinen, op Zon dag geheel vervielen, terwijl minister Reymer, evenmin als zijn voorganger, daar toe geneigd is, al wil hij, dat ze „groote uit zondering" blijven. Die goedkoope treinen mogen volgens den Minister alleen rijden, als vervoer op andere wijze de Zondagsrust nog meer zou storen, maar hoe dit te be- oordeelen Al dit geschipper kon natuurlijk den woordvoerder der Staatk. Gereformeer den niet bevredigen. Neen, zoolang er nog één trein of tram ergens in Nederland rijdt, zal ds. Zandt blijven jammeren, dat Gods Woord geschonden wordt en dat anti-revo lutionairen en christ.-historischen niet zui ver in de leer zijn. Van meer practisch belang was de aan drang van mr. Boon om toch proeven téi nemen met verschillende uitvindingen ter verzekering van de veiligheid np onbewaakte overwegen, die vooral bij ongunstig weer een, gevaar zijn en blijven. Is hier, zooals de libe rale afgevaardigde scheen te gelooven, on wil in het spel Tegen middernacht, na eën zeer onstich telijke ruzie tusschen de heeren Zandt ert Duymaer van Twist (die eerstgenoemde re- clamezucht ten laste legde) kwam de heer Wijnkoop, zooals gewoonlijk als hekkeslui- ter, den woordvoerder van de S. D. A. P.'scho spoorwegarbeiders in het zonnetje zetten. Waarna minister Reymer in het nachte lijk uur de lange serie sprekers mocht be antwoorden. Hoe vriendelijk zijn toon ook was, waarschuwde de minister toch tegen te groot optimisme over ons Spoorwezen. Uit gaven van millioenen staan voor de deur (o.a. voor stations) en de autobus doet den spoorwegen ernstige concurrentie aan. Van tariefsverlaging kan dan ook helaas geen sprake zijn.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1929 | | pagina 1