1000 500 300 150 100 25 IEDER GRATIS VEREEN. VOOR BEROEPSKEUZE ZATERDAG 31 SEPTEMBER EERSTE BLAD 67e Jaargang 1929 Verschijn! degelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen KAMER-OVERZICHT BINNENLAND No. 233 VLISSINOSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren ƒ2.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschland en Frankrijk 3.80. Voor de ove rige landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct llillin: Firn f. ÏSH QE VElDElr., Uitat 58-60. illissiiiii. Tilsl. 10. Postrikening 6f 181 ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—5 regels ƒ1.25; iedere regel meer 25 cent Bij abonnement speciale prijzen. Reclames 50 ct. p. regel.Kleine advertentiesbetreffendeHuur enVerhuur,Koop en Verkoop, Dienstaanbiedingen en -Aanvragen van 15 regels 75 ct., iedere regel meer 15 ct. De abonné's in 't bezit eener Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. gulden bij dood door een ongeluk. gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim gulden bij verlies van een wijsvinger gulden bij verlies van eiken anderen vinger. Dit nummer bestaat uit 4 bladen. die zich van heden af voor drie maanden op de VLISSINGSCHECOURANT abonneert, ontvangt deze Courant tot 1 October EERSTE KAMER. Antwoord op de Troonrede. Mr. Mendels heeft weer eens de leegheid der formaliteit van het antwoord op de Troonrede van H. M. de Koningin aangetoond en op afschaffing aangedrongen. Terecht meenen. wij. Het stuk is zoo beneden de waar digheid van een verstandig mensch en zoo'n holle leelijke frase, dat het onbegrijpelijk is hoe er nog zijn, die dit in stand willen hou den. Het argument, dat de Eerste Kamer pas in Februari politieke besprekingen houdt en de Troonrede bespreekt, is toch belachelijk. Met het oog daarop steunt men dus geen nietszeggend stuk. Het antwoord is als een leege taartjes-doos. TWEEDE KAMER. Vergadering van Vrijdag. Het begin. Mr. Van Schaik werd door den heer Scha per met een hartelijk woord welkom geheeten als de nieuwe voorzitter, waarna deze met een vrij uitvoerige rede zijn ambt aanvaardde. Van belang waren in deze rede de passages over de vraag of het parlementaire stelsel al dan niet ziek is en herstelling behoeft. De voorzitter sprak aldus „Men spreekt en schrijft tegenwoordig veel over de crisis van het parlementaire stelsel, over den ziektetoestand, waarin dit zou ver- keeren en zint op middelen om den patiënt zijn vroegere jeugd en gezondheid terug te geven. Ik heb mij wel eens afgevraagd, of deze diagnose der minder bevredigende toestan den op parlementair gebied wel geheel juist is, en cf de zoogenaamde genezingspogingen wel resultaat zullen hebben. Moet men niet veeleer tot de conclusie komen, dat het ge heele maatschappelijke en'staatkundige leven op dit oogenblik in een sterken ontwikkelings toestand verkeert, waaraan niet in de laatste plaats de wetgever bezig is en voorloopig be zig zal blijven nieuwe vormen te geven En ligt het dan niet voor de hand, dat ook de staatsinrichting zelve en het vertegenwoordi gend ste'sel op den duur hun natuurlijk deel in deze hervormingen zullen krijgen Men late zich niet door bepaalde doctrines over de werking van het parlementaire stel sel uit hei veld slaan en geloove niet te sterk aan ziekteverschijnselen. Een volksvertegen woordiging, die zich klaar van de groote vraagstukken voor dezen tijd bewust is en die bezield is met den vastberaden wil om de oplossing daarvan met alle kracht te bevorde ren, zal haren rechtmatigen invloed niet ver liezen en veel ten bate van het land kunnen tot stand brengen. - Aan gezonden werkelijkheidszin, gepaard met ernst en waardigheid, heeft het dit col- loge nooit ontbroken. Dit maakt het leiding geven aan zyn beraadslagingen, die reeds in het eerste jaar dezer parlementaire periode fteer dan ooit belangwekkend beloven te worden, tci een onmiskenbaar voorrecht." Hierovtzou een lang artikel zijn te schrij ven en misschien is de theorie niet heelemaal Juist. Het gezichtspunt is nieuw en dus aan trekkelijk. Tal van commissies werden vervolgens be noemd, waarbij zich geen blzonderheden voor deden. Bij de regeling van werkzaamheden word bepaald, dat de begrootingen voor 1930 °,P 1 October in de afdeelingen zullen worden onderzocht, alsmede een lange reeks wetsont werpen o.a. de Arbeidsbemiddelingswet, de regeling der Pacht, het ontwerp-v. d. Bergh Inzake bestrijding ven den woeker. Tegen 15 Or' - -v'ten in o"sn!ywf behan deling komen v..^lillende wsiconUerpen, w.o. de regeling van den rechtsstoestand van de ambtenaren. De heer Kortenhorst wilde ook nog de Winkelsluitingswet aan de orde stellen, omdat het wenschelijk is deze vóór 1 Januari af te handelen. De voorzitter was bereid dit tegen 15 October nog eens te over wegen. De heer Wijnkoop wilde de eergisteren aangevraagde interpellatie-de Visser ook nog aan de orde stellen. Ook daarover zal de voor zitter zich nader beramen. De heer Duijs vroeg een interpellatie aan over de behandeling van de rechtszaak der beide personen in Giessen-Nieuwerkerk De heer Wijnkoop vroeg interpellaties aan over de arbeidersbeweging in het Noorden, Zaandam en Maastricht èn over de houding der Regeering tegenover de Sovjet-republiek. Op deze aanvragen wordt 15 October beslist. Alastrim of zwarte pokken. Het Tweede Kamerlid mej. Groeneweg heeft aan den minister van arbeid, handel en nijverheid de volgende vragen gesteld Is het waar, dat de hoofdinspectie bij het Staatstoezicht op de Volksgezondheid op een bewijs van overlijden, waarop door een Rot- terdamsch medicus als doodsoorzaak was in gevuld „variola haemorrhagica" (zwarte pokken), deze aanduiding heeft veranderd in „alastrim" Is de hoofdinspectie daartoe bevoegd Is de minister bereid, indien mocht blijken van eenig onbevoegd optreden der hoofdin spectie, mede te deelen, welke maatregelen hij getroffen heeft of nog zal treffen om herhaling daarvan te voorkomen De Zuiderzeewerken. In de memorie van toelichting geeft de minister van waterstaat een uitvoerig over zicht van de berekeningen der Zuidèrzee- werken, welke telkens wouden overschreden er. steeds hooger worden. De minister kan zich niet onttrekken aan den indruk, dat on danks de uitvoerige gegevens, het vorig jaar door de regeering verstrekt, een gevoel van onvoldaanheid is blijven bestaan, over de overschrijding der ramingen. Volgens de memorie van toelichting van 25 Mei 1926 was de raming van den afsluit dijk negentig millioen. Vrij spoedig bleek deze raming te laag. De opnieuw, naar na der bekende gegevens opgemaakte raming dier werken wees voor den afsluitdijk plm. 128 millioen aan, m*»t inbegrip van de kosten der werken, verband houdende met de af sluiting. De minister betoogt, dat in den loop van een vijftiental jaren, telkens wisselende cijfers voor den dag kwamen, gevolg van de omstandigheid, dat de voor handen gege vens ook telkens wisselden. Het is dus mogelijk, dat zich nog eenige verhooging der kosten daargelaten verzwa ring der aan de werken te stellen eischen zal voordoen, voorshands valt niet te ver- wachten dat de ramingen zullen worden over schreden. Het Kon. Instituut der Marine. De feesten voor het 75-jarig bestaan van het Ken. Instituut voor de marine te Den Helder zijn gisteren voortgezet met de aan komst en intocht der reünisten. Het waren tusschen de drie en vier honderd oud-leer lingen van het instituut onder wie vele be kende personen uit den lande, zoowel burgers als officieren, die met den extratrein van 3.10 uur in hun oude studieplaats aankwa men. Te zeven uur begon de reünisten-maaltijd in de amusementszaal van het instituut. Prins Hendrik, die tot de gasten behoorde, werd onder het spelen van het Wilhelmus binnen geleid. Daarna opende vice-admiraal Van den Bosch als tafel-praeses den maaltijd, door het instellen van een dronk op de Koningin en op de gezamenlijke leden der Koninklijke familie, „het vorstelijk klaverblad van vier dat geluk aanbrengt". De tafelvoorzitter verwelkomde daarna- de officieren van het te Nieuwediep liggende Argentynsche oorlogsschip. Hij stelde een dronk in op den president van Argentinië. Even later stond admiraal Van den Bosch opnieuw op en hield een geestdriftige rede over het instituut, dat spreker ruim zestig jaar geleden heeft bezocht. Spreker herin nerde aan de oude vriendschap en kame raadschap onder de adelborsten. Het zee mansleven, zoo besloot spreker, is een leven van roeping en vol liefde voor de Koningin, voor het Vorstenhuis en het vaderland. Prins Hendrik sprak een oogenblik later, herinnerde er aan, dat hy reeds drie keer gedurende het laatste jaar Den Helder be zocht heeft, dankte den praeses voor zijn ver welkoming. en noemde zich zelf „reünist" tusschen aanhalingsteekens de rang immers, waarin spreker in de Nederlandsche marine het eerst is opgetreden, die van schout bh* nacht, was voor hem wel een beletsel om het instituut te bezoeken (daverend gelach). Als oudste actief-dienende admiraal naar anciën niteit, wenschte de Prins dat het instituut nog lang een zegen voor de marine en het vaderland ma? zijn. Vice-admiraal Quant sprak als de op een na oudste vlag-officier der marine en verze kerde den Prins, den oudsten vlag-officier, dat de groote belangstelling van den Prins voor de marine zeei op prijs wordt gesteld en evenzoo het /ereerend bezoek van de Ko ningin en Prinses Juliana op Zaterdag. Spreker bracht hierna namens de reünisten hulde am de reunie-commissie, speciaal aan kolonel Hartkamp en den heer Klaassen, of ficier van administratie. Namens alle actief dienende officieren dankte spreker de vele aanwezige oud-offi cieren voor hun opkomst. Hij eindigde met een betuiging van trouw der marine aan Koningin en vaderland. Telegrammen van hulde werden gezonden aan de Koningin, de Koningin-Moeder, en de Prinses. De gepensionneerde vice-admiraal W. T. de Booy ging daarna in een uitvoerige rede na wat er sinds den ouden tijd in de marine ver anderd is en besloot met een heildronk op haar. Tijdens de mededeeling van ingekomen ge- lukwenschen, waaronder er een was van de weduwe van luitenant G. de Jong, die eenige jaren geleden by het redden van een milicien is omgekomen, stonden de aanwezigen op om de nagedachtaenis van luitenant De Jong te eeren. Eere-comité voor de Wereldtentoonstelling 1930 te Antwerpen. Bij Kon. besluit is ingesteld een eere comité voor de deelneming van Nederland aan de in 1930 te Antwerpen te houden We reldtentoonstelling voor Koloniën- Zeevaart cn Vlaamschf Kunsten zijn tot leden van dit eere-comité benoemd de minister van buitenlandsche zaken, van onderwijs, kunsten en wetenschappen, van waterstaat, van ar beid. handel en nijverheid en van koloniën de buitengewone gezant en gevolmachtigde minister teBr usselde buitengewone gezant en gevolmachtigde minister van Z. M. den koning der Belgen, te 's-Gravenhagede burgemeesters van Amsterdam, Rotterdam, Dordrecht en Vlissingen de voorzitters van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Amsteraam, Rotterdam, Dordrecht en om streken en voor de Zeeuwsche Eilanden en de voorzitter van den Middenstandsraad. Aan den voorzitter van den Middenstands- raad, den heer mr. A. I. M. J. baron van Wijnbergen, is in verband met diens aanwij zing als lid van het eere-comité, eervol ont slag verleend als lid der centrale commissie voor de deelneming van Nederland aan de in 1930 te Antwerpen te houden Wereldtentoon stelling voor Koloniën, Zeevaart en Vlaam- .sche Kunst. Onderscheidingen. Bij Kon. besluit is benoemd tot. ridder in de Orde van Oranje-Nassau A. G. H. van Hoogenhuyze, predikant bij de Nederduitsch Hervormde te Amsterdam is benoemd tot grootofficier in de Orde van Oranje-Nassau mr. K. F. Creutzberg, vice-president van den Raad van Nederl.- Indië. VLISSINGEN, 21 SEPTEMBER. Kostelooze inenting en herinenting. Wij vestigen de aandacht op de bekend making van Burg. en Weth. betreffende de gelegenheid tot kostelooze inenting en her inenting op Dinsdag 24 September, resp, des avonds van 7 tot 8 en van 8 tot 9 uur. Gisteren is van de gelegenheid tot inenting en herinenting reeds dadelijk een druk ge bruik gemaakt. Er was pokstof aanwezig voor 150 inentingen. Daar het aantal personen dat gevaccineerd wenscht te worden echter veel grooter was, zullen deze nu a.s. Dinsdag a "i de beurt komen. De film „Nano". In het Alhambra-theater zal binnenkort vertoond worden de film „Nano", die wordt uitgebracht door „The Netherlands Fox Film Corporation". „Nano" is de schitterende beschrijving in beeld van de Poolexpeditie, die in de gele genheid was, de overblijfselen van de in 1913 verongelukte expeditie van Vilhjalmar Stefansson te ontdekken. De leider der ex peditie was in 1913 teruggekeerd, maar acht man, wier treurige overblijfselen door H. A. Snow en Sidney Snow gevonden werden, waren vermist. Herraid Island was de plaats waar men de treurige herinneringen van de ontdek kingsreizigers vond Deelnemers aan de Snow-expeditie waren de beroemde Pool- en Afrikareizigers H. A. Snow, zijn broeder Sidney, een onverschrokken fotograaf, kapi tein Louis Lane, eveneens een bekend Pooi- onderzoeker, en een aantal Eskimo's, die als scheepsvolk dienden. De reizigers vertrokken van uit San Fran cisco naar Alaska, om van daar uit koers te zetten naar de Poolgewesten. Men voer en zwierf over honderden kilometers onbekend, onherbergzaam land. Ket eenige eenigermate bekende punt, dat men bereikte was Herald Island, benoorden de kust van Alaska. Hier was het, dat men zooals gezegd de geraamten der leden van de Stefansson-expeditie vond. „Nano" kenmerkt zich door de prachtige beelden der Pooldieren, zee-olifanten, wal- visschen en zeeleeuwen. De walvischvangst is opgenomen met een realiteit zooals men die zelden of nooit op de film heeft gezien. Wie zijn meer te bewonderen, de onverschrik- ken jagers, of de dappere fotografen, die eveneens hun leven op het spel zetten om voldoende negatief te verzamelen. In het gebied van het eeuwige ijs en sneeuw ziet men een groote hoeveelheid Poolvogels en viervoeters. Men heeft zich een weg weten te banen door het by na onbreek bare ijs en is zoo gelukkig, een prachtexem plaar van een ijsbeer te vinden. Het dier wordt vervolgd in een kleine walvischjagers- boot en men slaagt er eindelijk in, hem met touwen te vangen en hem aan boord van de „Herman" te sleepen. Men zegt dat dit de allergrootste ijsbeer is, die men in den laat- sten tijd gevangen heeft. Eindelijk nadert men het eiland.... Men landt op ongeveer eenige honderden meters afstand. Op het eiland vindt men het ma teriaal dat aan de verongelukten der Ste fansson-expeditie hèeft toebehoord. De verweerde hondenslede die de ontdek kers trachtten te gebruiken, om terug te keeren tot de bewoonde wereld, blikken met voedsel, messen in verschillende grootte, ge weren, horloges, verrekijkers, ijsbylen, kom passen, lucifers, een gebroken thermometer, zijn als zooveel droevige herinneringen aan mannen, die het leven lieten te midden van hetgeen zij zich als hun taak hadden ge dacht. De Snow-expeditie is succesvol geweest. Haar medewerkers zijn behouden thuis ge komen, als filmdocument hebben zy iets buitengewoons gebracht, dat de kennis om trent de poolstreken ontegenzeggelijk zal verrijken De Eeuwige Stilte. Wij on' ingen een groot aantal recences over de film „de Eeuwige Stilte" welke Dins dag, Woensdag en Donderdag a.s., des avonds 8 uur in het Concertgebouw alhier wordt vertoond. Men verzoekt ons de aandacht op deze persbeschouwingen te willen vestigen. De „N.R.Ct." zegt dat de mooie, sobere film ontroert, omdat de reis van Scott toch altijd een weergaloos stoute verrichting blijft, omdat zij de spanning geeft van een genialen roman van avontuur, omdat zij grootsch is van menschelijken moed, menschelijke volhar ding, menschelijk idealisme. De „Nieuwe Apeldoornsche Ct." schrijft De Excelsior-bioscoop van Rotterdam, komt met een geheel nieuwen indruk uit, die het in vele opzichten wint van die, welke we eenige jaren geleden zagen. Ook nu treft en boeit weer de grootschheid van het Poolsche ijs- en sneeuwlandschap, zooals Ponting die voor ons op het gevoelige lint heeft vereeuwigd. Zooals we ook met interesse volgen het die renleven in de Zuidpoolstreken, het leuke gedoe van de pinguins en dat van de zeehon den. Welk een geduld zal noodig geweest zijn om de fraaie resultaten te verkrijgen, welke Ponting, de man, die den tocht over sneeuw en ijs verfilmde, heeft mogen behalen. En dan de niet minder interessante kieken van de expeditie zelf, die een zoo treffend beeld geven van de geweldige beteelenis ervan. De Scott-film is van groote opvoedkun dige waarde. Zij oj. ent ons landen, die tot dusver een boek voor ons waren, gesloten met zeven maal zeven zegelen. Zij doet ons in .■erbiedige bewondering en ontzag opzien naar die machtige wereld aan den voet der aarde, waar. sneeuwstormen en schier niet te verdragen koude de wachters zyn van haar maagdelijke ongereptheid. De „Prov. Geldersche en Nijmeegsche Ct." zegt, dat zij de film zonder eenige reserve kan prijzen. Er is niet één plaat by, welke bene den het gemiddelde peil ligt. Hetzij we de „Terra Nova" zien afvaren van Lyttleton. hetzij we de levende have, menschen, paarden tn honden zien ontladen, dan wel, dat we de .annen de slede zien voorttrekken over de eindelooze ijs- en sneeuwvlakten, het is alles mooi en spant. Men geniet van de plaats, die voor oogen komt en verlangt tegelijkertijd TE VLISSINGEN. A.s. DINSDAG 24 SEPTEMBER zitting van 7J49 uur in het voormalig BURGER WEESHUIS a/d BADHUISSTRAAT. Raadpleeg, alvorens een beroep voor Uw kind te kiezen, het Bureau. Adviezen worden kosteloos verstrekt. naar de volgende. Ook de klucht, die der prin.itieve natuur eigen is, ontbreekt hier niet. We denken aan de zeehonden- en pin- guinplaten, vooral de laatste. Alle of zeer vele platen hier memoreeren is den ganschen tocht vertellen door het land van den Pool nacht. Nog dit ééne de ontroering ontbreekt niet, als kapitein Oates, die aan den dood t offer moet vallen, heengaat om dien te vinden, ten einde zijn makkers niet langer op te houden of als Scott's laatste dagboek woorden op het doek verschijnen en zijn grafheuvel oprijst voor het oc Ten slotte zullen wy nog een aanhaling dOvu uit de „Leeuwarder Kerkbode" Er zijn onder ons zeer ernstige bezwaren tegen bios coopvoorstellingen. Dit wil echta* niet zeggen, dat wij geen film zouden gaan zien, zoo schoor en leerzaam als deze over de Zuidpool expeditie van kapitein Scott. Wij hoorden nog van niemand die er niet zeer mede was ingénomen. Alhambra-Theater. Haar vier jongens. Heden danst Mariette. De critiek van het oude Europa op de Ame- rikaansche filmproductie heeft ongetwijfeld een gezonde uitwerking gehad. Inplaats van surrogaten wordt het publiek goede waar voorgezet, soms zelfs prima natuurboter. Wij juichen dit toe. Na indigestie van de Ame- rikaansche markt-producten kan slechts ge zonde spijs het vertoonde weer in evenwicht brengen. Het oude werelddeel, dat aan on macht door eigen verdeeldheid, geacht werd alles in de maag gestopt te kunnen worden, blijkt meer weerstand en drang tot zelfbe houd te hebben, dan bij „over there" ver moed werd. De film „Moeder" niet die naar den ge- lijknamigen roman van Maxim Gorki, waar tegen een winderig stukje fascistische jeugd in Brussel kreten slaakte, maar die welke oorspronkelijk „Over the Hill" heette is verschillend beoordeeld. Het oude recept „een lach en een traan", maar dat het pu bliek toch in stroomen trok. De film specu leerde op de oerinstincten der toeschouwers. „Haar vier jongens" is stukken beter, wel vol sentiment, nooit overslaande naar het sen- timenteele, een voortreffelijke brok gedegen, arbeid. De rolprent is intelligent geregisseerd, al is er hier een rasecht jong Amerikaansch re gisseur aan den arbe'd. Teieren, dat ons voorgetooverd wordt, is wel wat Fliegende- Blatter-achtig, maar de typeering is raak, is uitnemend, zoodat men gretig met ge spannen aandacht toekijkt. Met de techniek zijn de details en atmosfeer glorieus ge slaagd. De fotografie is meesterlijk. Bij het zien van deze héél, héél mooie film gaat men van de personages houden. Ze léven voor ons de burgemeester (naar wien niet geluisterd wordt), de eenige postbode met het Hindenburg-uiterlijk,de vier pracht kerels van jongens met hun eerlijk gezicht, en de grootste aantrekkelijkheid van deze film, de zestigjarige, beminnelijkste en be koorlijkste, oude vrouw, Margaret Mann, die zoo laat plotseling film werd. Ongekun steld, onbestudeerd is deze laatste, die iets goeds heeft volbracht en daarmee gelukkig is. Zij doorleeft de rol van Moeder Bernle, die de grootste smarten van het moederschap lijdt, smarten, door den oorlog oneindig ver groot. Met welk een kracht wordt het lijden gedragen ten voorbeeld voor hen, die de kleinigheden des dagelijkschen levens ook al gróót v'nden. Welk een offer. Drie van haar vier mooie jongens sneuvelen, waarvoor Voor „Z. M. den Keizer". Wees dankbaar, vrouw, dat je dit offer mag brengen Men las toch „lm Westen nichts Neues" en vooral ook „Gewachs 1902", de ellende van de loop graven en den smartelijken ondergang van net familieleven met de strekking, dat het niet de jonge generatie was, die den oorlog en den naijver en den haat en de verdeeld heid op velerlei gebied bracht Te vlijmscherp misschien is het prototype van den gehaten Pruis, den karikaturalen majoor, voor wiens vertolking Carl Foxe ons een openbaring was. Ofschoon de domme dwang van een aanmatigende kaste ging werkelijk ver, heel ver in Beiereen zelf ge noot men niet meer dan van een karikatuur cp de groep, die het Germaansche rijk in dwazen overmoed zich te pletter deed loo- pen. Het ging toch werkelijk zoo. De opge-

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1929 | | pagina 1