%Qê7n&nu\
I betrekkelijk korten tlldj
■roeger was een artikel r,
®nheid en menigeen, di«L
reis voor de ramen van]
gen, vroeg zich af wat]
5 bezit haast wel een lei
I glanzende goedje, dat z
allerlei doeleinden
Uw Zenuwen
VOOR HET KIND
<ttnWh\VBrd* VBn 'M,"!
i handschoenen, die
hden worden getrokken!
k kap over de mouwmai
lol de japon valt.
tws is de handschoen,,
(e een geheel andere 1
be onderzijde. Voor
Bat wel heel practlsch, e
het aanvatten van i
I aan den onderkant
bovenkant. Zoo zijn er li
■schoenen met .een
ele handschoenen mei#
herkant. De donkere
Jniet vanal de vingerlu^
van den handschoen, t»
ols. Voor de rest heettl
|e kleur als de bovenkt
Jfia-handtaschje.
■p verzoek)
Is een patroontje voor t
vroeg ons een jongedan-
jnze handwerkjes volgt
werk gegaan en kwant
ischje, dat bij het i_
oplevert en dus zon
|der kan worden ver
lebben we er voor no.
twee bosjes raffia t
een stukje voering,
satinet of damast.
Igaaè knippen we tot i
■ed is en 32 c.M. lang.
we met raffia blokjes L
bijvoorbeeld over 5 drada
1 de breede en 5 drada
I de lengte. Hebben we 1
•kt met platte steken,
In lap loopen, dan werka
Ikje In andere kleur
■eedte van den lap loopeal
laast werken we als
leer als het tweede,
■rijen zorgen we dat en.
1 in de lengte boven «zl
1 i de breedte valt, terwijl
|>eten verschillen.
ibtf-
fPj
io tn
iQtn.
/Ol.fl I
de kanten af wordt del
ongewerkte zijkanten I
finnen en naaien er de
werk in 3 deelen, elk
ien we tegen de voering
jte een lapje van dezelfde
|rzijde 20, aan de boven*
>et zyn. De hoogte moet,
den onderkant en na
bovenkant 8 c.M. zijn.
in d<- bovenzijde rijgen
20 c.M. lengte,
e het taschje aan de
ïdt cm aan de binnen*,
rslag en het tegenover I
m drukknoopje aan te
bouillon
oni met tomatensaus
hard gekookte eieren
es frites.
esters - macaroni met
tomatensaus.
testers 100 gram, 400 I
•ut, 4 eetlepels tomaten
'eetlepels b'oem, 4 af-
?r, 2 theelepels Maggl'e
nd een vollen eetlepel
kalfsoesters 1» met wat
ijzeren potje, waarin
heet is gemaakt. Dek
het vleesch ïaftgzaant
Het volgend oogenblik waren ze boven een groote
stad. „Dat is vast en zeker Peking, de hoofdstad
van China zei Gerrit. De stad was omgeven door
hooge muren, en door de straten trokken lange
kameelkaravanen, beladen met thee en andere
waren. De menschen keken nieuwsgierig naar bo
ven, maar de jongens vlogen kalm door ze hadden
van de Chineezen hun bekomst f Ze snelden voort
over eenzame hoogvlakten en bergketens, tot ze de
zee bereikten de Japansche Zee, want ze moesten
immers naar Kiu San, het Japansche meisje
(Nadruk verboden.)
„Land I" riep Gerrit eindelijk. „Kijk, daar heb je
Tokio Onder hen lag weer een groote stad, als
een zee van houten huizen Voor de gevels van de
winkels hingen kleurige vaandels als uithangbor
den, met wonderlijk gevormde gouden letters, maar
de jongens konden ze toch allemaal lezen Ook
kwamen ze boven een gedeelte der stad, waar meer
gewone, steenen huizen stonden, en nog verderop
was een prachtig park. Hier daalden ze en neen,
zooiets moois hadden ze nóóit gezien. Over de stille
vijvers lagen ranke, vreemdgevormds brugjes en
boven dat alles hing een rijkdom van blauwen
regen de Japansche wistaria
Maar ze moesten verder, naar Miyajima, en dus
stegen ze weer op. Beneden zich zagen ze de thee-
plukstertjes en theeplukkers, temidden van de geu
rige struiken ijverig bezig de kostbare blaadjes te
verzamelen, die, gerold en gedroogd, de fijnste thee
zouden opleveren. En hoog boven de velden verrees
eenzaam en statig de oude Fujiyama, de gewijde
berg der Japanners. Want volgens den Japanschen
godsdienst is deze berg heillj.
„Hortsik, naar Hiyajinabeval Hannes, en even
later daalden ze snorrend neer bij den oever van
de zee. Tegen de helling lag het dorp zacht klok
gelui klonk uit de verte. Aan den waterkant ston
den wonderlijke steenen lantarens, en ranke
hertjes liepen rustig te grazen. Op eenigen afstand
liep een Japansch dametje te wandelen. Dadelijk
liepen de Jongens op haar toe en vroegen, waar Kiu
Hatsu woonde. En nu hoorden ze tot hun verba
zing. dat het dametje niemand anders was, dan
Kiu San, het meisje dat zy zochten. Hannes bracht
nu de groeten over en gaf haar den ring. Het ge
zicht van het meisje glansde van blijdschap
komnn tct rust en worden gesterkt door
Mfjnhardi's ZenuwJ
Glazen Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten
lichtbruin en gaar worden. Voeg, als het te
donker mocht worden, wat water bij.
Breng intusschen in een emaille pan een
ruime hoeveelheid water aan de kook, per
liter een eetlepel zout. Laat daarin stuk voor
stuk de gebroken macaronipijpjes glijden, zoo
dat het water niet van de kook gaat. Sluit
de pan en laat de macaroni zachtjes gaar
koken (ongeveer i/2 uur). Breng ze over op
een vergiet, maar vang het uitlekkende
koolnat op.
Verwarm ln de thans leege pan roerende de
rest van de boter met de bloem tot een gelijk
papje, voeg daarbij onder voortdurend roeren
langzamerhand zóóveel van het macaroni-
nat tot een goed gebonden saus is gevormd
(ongeveer 4 d.L. kooknat). Roer er de
tomatenpurée door en laat in de saus de
macaroni door en door heet worden.
Meng er de Maggi's Aroma door, leg ze op
een 'schaal om de kalfsoesters heen en strooi
over het gerecht de fijngehakte peterselie.
Pommes frites.
Is de bereiding van pommes frites aan allen
bekend Anders herhalen we het nog maar
eens. We snijden voor dit gerecht de geschilde
aardappelen ln lange, dunne reepjes net als
we bij koolrapen doen en zetten ze, bestrooid
met zout op een vergiet een kwartiertje weg,
nu en dan ze omschuddend.
In een ijzeren potje maken we een hoeveel
heid slaolie dampend heet en laten er de
aardappelen Invallen. Na 5 8 minuten zijn
ze alle mooi bruin en gaar. Met een schuim
spaan scheppen we ze uit de olie.
Janhagel.
Benoodigd 250 gram zelfrijzend bakmeel.
350 gram suiker, 200 gram boter, een citroen
schilletje, 50 gram gesnipperde amandelen,
een paar lepeltjes van een geklopt ei.
Bereiding Roer de boter met de suiker tot
room. Voeg daarbij het gezeefde meel en het
geraspte citroenschilletje en kneed alles goed
dooreen. Rol het deeg vry dun uit op een be
boterd bakblik, bestrijk den bovenkant met
geklopt ei en strooi hierover de gesnipperde
amandelen.
Bak den koek in een goed verwarmden
oven vlug gaar en goudbruin. Laat hem af
koelen en snyd hem ln langwerpige, recht
hoekige stukjes.
Vragen moeten worden gericht aan de
Brievenbus dezer courant. Anonieme brieven
komen voor beantwoording niet in
aanmerking.
Mevr. J. M.—K. Een pan die door het
koken van appelen Is aangezet, kunt u weer
schoon krygen door haar te schuren met een
papje van verwarmde slaolie en fyn zand.
Natuuriyk terdege met heet water naspoelen.
Mevr. M. van den B.—G. Bronzen beel
den worden schoongemaakt met een wollen
lapie, gedrenkt in slaolie. Daarna afvegen
met een droeg doekje. Vooral goed in de
hoekjes, daar zich daar anders stof vastzet.
Mej. J. O. te VI. Als u de vlek uitwascht
met lauw zeepwater, zal ze verdwijnen.
Hoe de dief ontmaskerd werd.
Reeds den avond tevoren had moeder het
voorspeld. „Als we morgenochtend geen dik
pak sneeuw vinden," had ze gezegd, „nu, dan
weet ik het niet. Ik heb nu en dan van die
vreemde steken boven m'n oogen en als ik
die voel, dan duidt dat altyd op sneeuw."
„De vreemde steken" hadden inderdaad
met de sneeuw ln verband gestaan. Toen ze
den volgenden ochtend wakker werden, was
het eigenaardig licht in ds kamer. De kin
deren sprongen hun bed uit en snelden naar
het raam. Jawel hoor, alles zag witOp de
straten, de boomen, de daken van de huizen
en de vensterkozijnen lag een smettelooze,
donzige massa en daarboven hing laag een
dikke, gryze lucht, die nog meer sneeuw
voorspelde.
De kinderen juichten van belang. In de
jongenskamer maakten Luuk en Frits en in
de meisjeskamer Rie en Willy een dansje van
plezier. Ze trippelden met hun bloote voeten
op het zeil en dachten aan geen kou.
.Hebben jullie 't gezien schreeuwde
Frits, tikkend tegen den muur, die de jon
genskamer scheidde van de kamer der
meisjes.
„Veel eerder nog dan jullie 1" riep Willy
plagend terug, waarop Luuk haar een sneeuw
bal beloofde, waar ze stellig onder bedolven
zou worden.
„Goed Bestglide Willy. „Wacht maar
mannetje, ik zal Jou straks eens door de
sneeuw rollen tot je me smeekt je los te
laten
Op die verzekering brak op de jongens
kamer zooiets als een Indianengeloei los.
Neen maar, wat hadden meisjes toch een
verbeelding, vonden ze. Maar ze zouden
Willy en natuurlijk ook Rie, want deze
zou in die pocherij wel eveneens een aandeel
hebben straks wel „klein krygen".
Moeder kwam, gewekt door al dat lawaai,
eens een kykje nemen. „Zouden jullie er nu
heusch niet nog een kwartiertje ingaan?"
vroeg ze. ,,'t Is pas half acht en 't Is Zon
dag I"
Maar een koor van protesteerende stem
men klonk op. 't Nog warme holletje tusschen
de dekens kon ze geen steek meer schelen.
Nu ze sneeuw hadden gezien, waren ze niet
meer te houden. Ze kleedden zich dan ook
vliegensvlug aan en toen ze gereed waren
en naar beneden stoven, wilden ze regelrecht
de gang door en den tuin in. Maar moeder
wachtte ze aan de trap op en dreef haar druk
en woelig viertal eerst de huiskamer in om by
den warmen haard een warmen neus te halen
en zich even goed te doen aan een dampend
kopje thee met een beschuitje.
Nauweiyks was dit op of ze stormden naar
buiten. Luuk nam een aanloopje en liet zich
midden in de sneeuw neerploffen. Dit was
het sein om hem te bekogelen. De sneeuw
ballen vlogen bU zes, zeven tegeiyk door de
lucht. Luuk zag van boven tot onder wit.
„Je lykt wel een oliebolgierde Rie.
„Jammer dat we pas Oudejaar hebben ge
had Je zou vast geen raad figuur als be
suikerden oliebal hebben geslagen
PatsVoor straf kreeg Rie twee sneeuw
ballen, waarvan er een net op haar neus uit
een ketste.
„Luuk, weet je wat je Ujkt?" riep Willy.
„Een sneeuwpop
„JaPreciesriepen ook Rie en Frits en
dadeiyk daarop volgde een éénstemmig
JLaten we een sneeuwpop maken 1"
Weldra waren vier paar handen, die geen
kou schenen te voelen al zagen ze paars,
yverig aan 'fc werk en langzaam, maar zeker,
verrees daar midden ln den tuin het beeld
van een sneeuwman. Ze waren zelf verrukt
over hun kunstwerk. Willy ging moeder halen
en ook deze was vol bewondering.
„Is vader al op, moeder vroeg Luuk.
„Ik geloof dat ik zooiets al heb gehoord
za moeder. „Rcr nwsir eens, dan kan vaclei
den sneeuwman vast voor het raam zien."
„Vader Vader gilden ze.
Geen antwoord.
„Mep een sneeuwbal tegen 't raam stelde
Willy resoluut voor.
Luuk had er al een klaar en net had hy
deze met een zwaai in de richting van vader's
slaapkamer gegooid of het raam ging open
ende sneeuwbal kwam precies in vader's
gezicht terecht
Ze proestten het uit. Vader zelf niet in 'fc
minst. „Wacht maar riep hy en hy maakte
ballen van de sneeuw, die op de vensterbank
lag en wierp deze naar beneden. En vader
wierp goed ook. Menige bal bereikte zijn doel.
,Hériep vader ineens, „Wat is dat voor
een bleeke sinjeur daar midden in den tuin
„Een sneeuwman, vader Hoe vindt u onzen
sneeuwman
.Krachtig 1" prees vader. „Maar zoo'n def
tig heerschap dient een hoogen hoed op te
hebben. Ik heb er wel een. Wacht maar."
Vader verdween van 'fc raam en de anderen
bleven er onder staan praten. Plotseling,
midden in een gesprek over sleden, viel er
iets naar beneden, 'fc Was een hooge, zijden
hoed, die met de opening precies op Frits'
hoofd terecht kwam en halverwege over zyn
gezicht zakte.
Aan 't lachen scheen schier geen einde te
komen, 'fc Was me dan ook een vertooning
Maar hoe grappig Frits ook den veel te wyden
hoed stond, hy verhuisde toch naar den bol
van den grijnzenden sneeuwman. Toen ver-
maakter ze zich nog een poosje door te pro-
beeren den hoed met sneeuwballen af te
mikken en daarop was het tyd voor het
ontbyt.
Met vuurroode wangen, en oogen nog tin
telend van pret, zaten ze aan tafel. Ze brach
ten een buitengewonen eetlust mee en moeder
moest wel tweemaal de broodschaal vullen.
Ineens riep Rietje verschrikt„O lieve
tydIk ben myn ringetje kwyt 1"
Een ieder keek naar Rietje's hand, waar
aan het smalle gouden bandje met het schit
terend roode steentje, dat ze met Kerstmis
van oma had gekregen, ontbrak.
„Ligt het misschien nog op de wasch-
tafel opperde vader.
„Vast niet. Neen, vast niet," stamelde Rie
ontdaan. „Ik doe het nooit af."
„Had je het vanmorgen nog aan?"
„Janeen"aarzelde Rie. „Eigeniyk
weet ik het ook niet."
„Tjazei vader, „dan is het zoeken
lastig."
Rie begon al te huilen. Ze was dan ook zoo
biy geweest met het ringetje, waar ze zoo
naar had verlangd. Maar moeder troostte
haar. ,Kom, nog maar niet alle hoop opgege
ven. Misschien is het vannacht met woelen
van je vinger gegleden en ligt het nog tus
schen de lakens."
„Daar zul je het hebben schertste vader.
„Het ding bedankte er natuuriyk voor om ln
de kou te zyn en besloot nog wat tusschen de
warme dekens te blyven
Maar Rie vond toch niets. Ze klopte de
dekens en lakens uit, keerde de matrassen
om, doch er rolde geen ringetje op den grond.
„Dan is er nog de mogeiykheid dat je het
in de sneeuw verloren hebt," zei moeder,
waarop Rie met een schep den heelen tuin
ging doorzoeken. Tevergeefs, 'fc Ringetje met
het roode steentje was weg en bleef weg 1
Opnieuw barstte Rie in tranen uit en er was
niemand, die haar troostte, want Willy en de
jongens hadden het zoeken allang opgegeven
en waren op de straat, voor het huis, gaan
sleetje ryden.
Daar kwam vader den tuin Ingestapt.
„Wel RIetepetiet, zorg jy dat we nog een
beetje water krygen 't Lekt en druppelt an
ders al genoeg, hoorMerk je wel hoe het
warme zonnetje de sneeuw doet smelten
„O vader en.enne 't was toch zoo mooi
Zoo vreeseiyk mooi f Op school vond iedereen
het even prachtigsnikte Rie, ongevoelig
voor het feit dat de zon de sneeuw in water
deed verkeeren.
„Tja", zuchtte vader, „tja, 't is een naar
gevalDe eenige troost ls, dat het nog we)
eens opnieuw Kerstmis zal zyn en je dan
weer een ringetje zou kunnen vragen, Ik.
Ze stoven e llebei verschrikt een eind ach
teruit. Vlak voor hun voeten was Iets neer
geploft. Het hoofd van den sneeuwman, die
door den gloed van de stralende zon al hoe
langer hoe magerder en zieliger was gewor
den, had zich eindeiyk begeven en lag daar
in waterige sneeuwhoopjes op den grond. Ver
bouwereerd stonden vader en dochter er op
neer te zien, maar ineens schreeuwde Rie
„M'n ringetje en uit de waterige hoopjes
sneeuw had ze iets glinsterends opgeraapt.
Inderdaad, het was het verloren gewaande
sieraad Natuuriyk was het by het maken
van den sneeuwman van Rietje's kouden
vinger afgegleden. Nu had ze het terug Wat
een vreugde
Maar nu moesten de anderen het gauw
weten. Rie riep ze allen in huis en vertelde
daar in kleuren en geuren de gelukkige ont
dekking.
„Zoo'n dief riep Frits, op den sneeuwman
doelend. Wie zou hebben gedacht dat zoo'n
hoog gedopte heer nog zulke streken zou
uithalen, hè
„Maar de zon heeft hem ontmaskerd
riep Rie en ze ving de gouden stralen, die
door het raam naar binnen vielen, in het
mooie roode steentje van haar weergevonden
schat op.
Ons leuk RaadseJhoekje.
De raadsels leken niet zoo moeliyk, maar
o wee, by het oplossen vielen ze lang niet
mee dat rymfc, hè Maar wéér is het. Vooral
dat laatste raadsel kon niet iedereen oplos
sen. Zoo zien we al weer, dat schyn bedriegt.
Luister eens wie 5 goede oplossingen hebben
ingestuurd Kruidje roer my nietKlaver
blaadje n Vlindertje Hannes Mop Narcis;
Goudkindje Prinsesje Sterremuur Wim en
Beppie Louwerens Jacob van Hiele; Ramme
laartje ^Ivert Hertstein.
4 goede oplossingen stuurdenHand werk-
stertje De Sportvriend Tuiniertje Lenie
ten Heuvel.
De oplossingen zyn
1. Maas sluis. Maassluis.
2. Overflakkee.
3. Al va. Alva.
4. Kan
Aal
Rek
Wei
Een
Iep Dus Karwei.
5. Kamerameublement (beuk-lam-mat-em-
mer-naam-een).
Daar zijn alweer nieuwe raadsels. Onder de
goede oplossers zal het tweede deel van
„Arretje Nof" verloot worden. Wie dat boekje
al heeft, moet het maar schryven, die dingt
dan natuuriyk niet mee. Want om twee zelfde
boekjes te'bezitten, daar heb je niet veel aan.
Daar komen de raadsels dan
1. Maak uit de volgende dooreen geworpen
letters den naam van een plaats in Friesland
oetnsarv.
2. Myn eerste deel vind je in de gang, mUn
tweede in een schilders-werkplaats. Het geheel
vind je soms in deuren en ramen.
(Beide ingezonden door Apolonia van Liere)
3. Het geheel bestaat uit 16 letters en is de
naam van een admiraal uit de Vaderlandsche
Geschiedenis.
11, 10, 5, 4 is een ander woord voor oogen
blik.
6. 15, 6, 7, 9 is een bloem.
1, 2, 3 is een Jongensnaam, die ook meisjes
wel dragen.
8, 4, 9, 12, 13 is een winterspys.
16, 7, 14 is iets waarin men beelden plaatst.
4. ..x.. is een jongensnaam.
,.x.. ls een ander woord voor spieder.
..x.. is een stad in Zuid-HoUand.
,.x.. is een roofvogel.
,.x.. is een lichaamsdeel.
..x.. is een bekende stad in EJrankrJjk.
,.x.. is een plaats in Drente.
..x.. is fijngemalen steen.
,.x.. ls een jaargety.
Op de kruisjesiyn komt van boyei^ naar
onderen gelezen de naam van een plaats in
het Gooi.
S. Met een maak Ik leven, met een h
wuif ik zachtjes in den wind, met een p ver
hef ik my hoog in de lucht, met een z zwem
ik in het water.
De oplossingen moeten uiteriyk Dinsdag
avond aan het bureau van de krant zyn. Op
de enveloppe of het netjes dichtgevouwen
briefje moet staan Aan ons leuk Raadsel -
hoekje, de Vlisslngsche Courant te VHssingen.
Ons gezellig Brlevenhoekje.
Wim en Beppie Louwerens. Neen hoor
dat ls heelemaal niet erg. Moeder zal het wel'
zóó doen, dat Jullie toch zelf ook moeten na
denken. Wat een lieve moeder, hè, om haar
drukke werk in den steek te laten en zich
met Jullie over de raadseltjes te bulgen. En
Bep, nu even een woordje alleen voor Jou,
hoewel Wim ook mag luisteren, dat spreekt
vanzelf. B(J voorbaat al wel gefeliciteerd met
den grooten dag van morgen. Tante Truus
hoopt dat Je een heel groote Bep wordt, waar
we allemaal tegenop moeten zien. Een prettig
dagje, hoor en de volgende week moet Ja maar
eens schrijven hoe het allemaal was. Groeten
aan moeder terug.
Prinsesje Sterremuur. Lieve Prinses
Sterremuur Daar je een briefje schrijft, dat
vol staat met mededeelingen aan mij gericht,
neem lk de taak van mijn vrouw over en
schrijf je eigenpootig een briefje terug Ik
bedank Je wel voor Je vriendelijke groeten en
zal eiken dag naar je uitkijken om te zien of
Je al komt. Want ik ben dol op kluifjes, moet
Je weten. Ben Je zoo nieuwsgierig oni te weten
hoe ik er uit zie Nu. ik ben natuurlijk een
pracht van een hond M'n vrouw heeft me
gisteren Juist gewasschen, alleen maar, ver
beeld Je, omdat lk een beetje bemodderd
thuis kwam Heeft zy altijd schoone schoe
nen aan als ze over een vleze straat heeft ge-
loopen Enfin, op dat gewasch ben lk heele
maal niet gesteld, maar om m'n vrouw een
plezier te doen, houd Ik me maar stil. Als
Ut afgedroogd ben, krijg lk een koekje, nu en
dan kijk Ik m'n vrouw maar weer vriendelijk
aan. Nu dag Prinses Sterremuur. Ik maak
een diepe buiging voor uwe Hoogheid en ben.
Hoogachtend uw dienstwilligen dienaar
PRINS.
Goudkindje. Dat zal wel een aardige op
voering worden. En ben jy dan Goudkindje
k Ben nieuwsgierig wat dat Goudkindje alzoo
op die reis beleeft. Misschien vertel je het de
volgende week wel eens.
Narcis. O, o, wat zit die stoutigheid er
dan al vroeg in I En steekt hy tegen vader en
moeder ook al zyn tong uit? Wat een on
dankbare broeren dan verwennen jullie
hem nogal zoo I
Handwerkstertje. - Dus dat is dan een
em dat Je ze best zelf kan maken,
t Waren mooie raadsels, hoor
De Sportvriend. - Krygen we nog eens
een sport-raadsel Dat vinden de Jongens
zoo leuk.
Hannes Mop. Best Hannes Je bent, dat
begrijp Je al, van harte welkom
Lenie ten Heuvel. Arme moeder I Geluk-
kig dat ze Jou heeft en ze nu niet behoeft te
tobben hoe alles ln de hulshouding zal gaan.
Want Ik geloof wel, dat Je een handige Lenie
Jf. n,le,' Zet maar oen heeI opgewekt,
gezichtje, al lykt het werk Je soms ook wat
zwaar. Want een opgewekt gezicht om zich
heen zal moeder stellig opbeuren, 't Beste er
mee.
Jacob van Hiele. En ls Kora weggeble
ven ook Dat geloof lk niet, anders zou je er
wel meer van geschreven hebben dan dat
eene zinnetje. Een paar mooie cyfers 1 Het
eerste is zeker voor schrlfteiyk, het tweede
voor mondeling, ls 't niet Die ongelukkige
JaimyNooit die dingen al te dicht by de
kachel hangen, hoor
J!tadertJe- Nu' da' 15 óan een meeval,
lertje voor Slen. 't Had evengoed anders kun
nen zyn, dat merk Je wel aan ons Klaverblad.
Heerlyk, dat Jullie het altyd zoo goed met
elkaar kunnen vinden I Al die gezellige
avondjes thuis zul Je niet licht vergeten
Klaverblaadje II. Wat zal moeder ln
haar schik zyn geweest i De tasch zal er wel
mooi hebben uitgezien, 't Was natuuriyk
„Net iets wat lk noodig heb!". Wat een
narigheid met dien voet van je. Houd nu
maar goed rust, dan kan Je met een paar
weekjes weer de polka dans»n
Kruidje roer me niet. - Dat was natuur-
U* een kou-tje I Gelukkig dat Je gauw naar
bed bent gegaan, zoodat Je ook weer gauw