1000
500
300
150
100
25
26 JANUARI
No. 23
©Te Jaargang
1929
jtfircfimil, HI IE IE1IE Ir.. Walstrul58 E1. Ilissinien.lilil. II. PislitkniU
Verschijnt degelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen
^garandeerde oplaag 5100 Ex.
EERSTE BLAD
BINNENLAND
Bij Scheren
PUROL
LISSINGSCHE COURANT
.BONNEMENTSPRIJS: VoorVlissingenende gemeenten op Walcheren ƒ2.20 per 3 maanden,
ranco door het geheele rijk 2.50. Voor België, Duitschiand en Frankrijk 3.80. Voor de ove-
ige landen bij wekelijksche verzending 3.80, met Zondagsblad 4.75. Afzonderlijke nrs. 5 ct.
ADVERTENTIEPRIJS: Van 1-5 regels ƒ1.25; iedere regel meer 25 cent Bij abonnement
speciale prijzen. Reclames 50 ct p. regel.Kleine advertenties betreffende Huur enVerhuur,Koop
en Verkoop, Dienstaanbiedingen en -Aanvragen van 15 regels 75 ct., iedere regel meer 15 ct
De abonné's in 't bezit eener
l'olis, zijn GRATIS verze
ild tegen ongelukken voor
gulden bjj levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij
door
een ongeluk.
dood
gulden bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim
gulden bij verlies
van een
wijsvinger
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger.
Uit nummer bestaat uit 2 bladen.
Ter gelegenheid van de her
denking van Mijn 50-jarig verblijf
in ons Vaderland ontving Ik zoo
ontelbare blijken van liefde en
toewijding in woord en daad, dat
het Mij onmogelijk is alle Mijne
landgenooten te bereiken om hun
Mijne erkentelijkheid persoonlijk
tc betuigen.
Daarom wensch Ik op deze
wijze hun, die hier te Lande, in de
Overzeesche Gewesten en in den
Vreemde, hoe dan ook, er toe bij
droegen deze herinneringsdagen
voor Mij zóó schoon en gelukkig
te maken, Mijnen diepgevoelden,
innigen dank uit te spreken.
De indrukken van dit feest, Mij
door ons Volk bereid, staan diep
in Mijn hart gegrift.
EMMA.
Nederland en België.
Een der redacteuren van „het Vad." die op
het oogenblik in België reist, meldt ons het
volgende
Uit gesprekken met en mededeelingen van
ambtenaren en politici blijkt, dat het Neder-
landsche voorstel, waarover de nieuwe Bel
gische nota handelt op zeer essentieele pun
ten afwijkt van het bekende plan van Ko
nijnenburg, op den grondslag waarvan er
verleden jaar gedurende verscheidene maan
den officieuze besprekingen hebben plaats
gehad.
Volgens het nieuwe plan zouden de Rijn-
fichepen op de Wester-Sohelde bij Bath toch
nog denzelfden weg moeten volgen als de
zeeschepen, wat, naar Belgische opvatting
een zeer ernstig bezwaar is, dat in het plan
van Konijnenberg werd opgeheven.
Ook de verklaring van den vaarweg In het
Hellegat,^dat een belangrijk onderdeel vormde
van het plan van Konijnenberg, wordt in de
officieele voorstellen gemist.
De Belgische nota handelt hoofdzakelijk
over deze twee punten.
Scheepvaartinspectie.
Bij Kon. besluit zijn, met ingang van 20
Januari, bij de scheepvaartinspectie be
noemd tot adjunct-inspecteur H. K. Wet e-
laar, te 's-Gravenhage, en C. Oud, te IJmui-
den, beiden thans onderinspecteur voor de
scheepvaart, en tot expert A. L. Meyneke, te
's-Gravenhage, thans technisch scheepsbouw
kundig ambtenaar by de scheepvaartinspec
tie.
Wijziging van het motor- en rywielreglement.
Staatsblad 493 bevat een Koninklijk be
sluit van 21 December tot wijziging van het
motor- en rijwielreglemcnt.
Behalve enkele ondergeschikte wijzigingen
vraagt daarin vooral de nieuwe bepaling de
aandacht, dat het verbod van rijden onder
toezicht in de bebouwde kom eener gemeente
wordt opgeheven.
Tot nu toe was nl. het besturen van een
motorrijtuig onder onmiddellijk toezicht al
leen toegestaan indien buiten de bebouwde
kom eener gemeente werd gereden, hetgeen
dus beteekende dat zij die zich voor het rij
bewijs-examen moesten oefenen, geen gele
genheid hadden om practisch met het ver
keer in de steden kennis te maken. Daaraan
ia thans door bedoelde wijziging een eind ge
maakt, aangezien de beperking tot het rijden
onder toezicht buiten de bebouwde kom
thans is vervallen.
Zij, die zich dus in het automobielrijden
willen bekwamen, behoeven daartoe* niet meer
de buitenwegen op te zoeken.
Gedenkteeken voor de helden der zee.
Onder voorzitterschap van den heer T. Jas.
heeft zich te Hoek van Holland een comité
gevormd, dat zich ten doel stelt gelden in te
*amelen, ten einde een gedenkteeken op te
richten als blijvend aandenken aan de bij
het vergaan der stoomreddingbooten omge
komen bemanningen.
Dr. Willem Royaards t
Dr. Willem Royaards, van wiens overlijden
wy gisteren melding maakten, werd 21 Ja
nuari 18G7 te Amsterdam geboren. Hij was
aanvankelijk bestemd om zee-officier te wor
den, maar verliet spoedig de kweekschool om
zich aan de kunst te gaan wijden. Nadat hij
korten tijd te Amsterdam de tooneelschooi
had bezocht, kreeg hij in 1887 een engage
ment by Charles de la Mar in den Tivoli-
schouwburg in de Nes.
Daarna kwam hy by het Nederlandsch
Tooneel en hy slaagde er in, in het buiten
land op te treden.
Toen ving de periode van de voordrachten
aan, waarmee Royaards zijn naam voor goeü
vestigde.
Een engagement bij den Duitschen too-
neelleider Max Reinhardt te Berlijn gaf hem
de impuls te trachten ook 'a Nederland een
moderne tooneelgroep op te richten.
In den zomer van 1908 stichtte hy „Hei
Tooneel" dat tegen het einde van den oor
log de reputatie genoot van het artistiekste
tooneel in Nederland. Mc den vrede kwamen
er groote moeilijkheden voor het gezelschap
en de bespeling van den 'Amsterdamschen
stadsschouwburg liep op een fiasco uit.
Royaards trok zich spoedig daarna uit de
tooneelwereld terug. Nog slechts enkele malen
is hy als los-vast speler opgetreden.
Met dr. Willem Royaards is een onzer be
kwaamste tooneelspelers en regisseurs heen
gegaan, de man, die zich byzonder verdien-
stelyk heeft gemaakt door zyn Vondel- en
Shakespeare-opvoeringen, door de wijze,
waarop hy deze opnieuw ensceneerde en tot
uitvoering bracht.
Hy v/as soms een geweldenaar, maar die
hechte eenheid bracht in het gezelschap,
waarvan hy de leider was, vandaar dan ook
de bewering, dat hy van zyn acteurs kleine
Royaards maakte.
Begonnen by het gezelschap van Charles
de la Mar leerde hy het melodrama kennen
het breede spel, dat niet naliet van gunsti-
gen invloed te zyn op zyn later werk.
In 1920 werd zijn gezelschap in dat van
het Nederlandsche Tooneel opgenomen, van
welk gezelschap hy directeur en leider werd.
Zyn verdienste voor het ^.ederlandsche
tooneel werd ook officieel erkend door zyn
benoeming tot doctor in de letterkifnde ho
noris causa door den Senaat van de Utrecht-
sche Universiteit.
Verleden jaar herdacht de thans overledene
zyn zestigsten verjaardag. Hij was toen iy-
Iende, doch vond nog de kracht om in een
van zyn glansrollen „Mercadet" op te treden.
Bekend was zijn geweldig geheugen, waar
door hy in staat was groote dichtwerken uit
het hoofd voor te dragen, met een voordracht,
welke zoowel meesterlijk van dictie was, als
van het weergaloos zuiver naar voren bren
gen van des dichters bedoelingen.
Een Engelsch professor in en boven
Nederland,
In de Transactions van de Norfolk and
Norwich Naturalists' Society treft de „N. R.
Ct." een artikel aan van den hoogleeraar in
de botanie aan de universiteit van Londen,
dr. F. W. Oliver, die ons land heeft bezocht
om de interessante proeven met het Spar-
tina-gras ter vastlegging van modder banken
in brak water (met het doel om gemakkeiy-
ker en sneller te kunnen overgaan tot land
aanwinning) in Zeeland te bestudeeren. Prof.
Oliver was by dit bezoek de gast van de hee-
xen dr. J. P. Lotsi en dr. J. W. O. Goethart.
Aan het bezoek werden studietochten ver
bonden naar Noord-Brabant, Gelderland,
Overysel, Drente en Friesland. Ook heeft de
professor boven ons land gevlogen, om ten
slotte door de lucht naar zyn eigen land
terug te keeren.
Een paar foto's verlevendigen dit aardig
geschreven artikel, waarin prof. Oliver het
succes kon constateeren van de Spartina-
proefnemlng in Het Sloe, en waarin hij met
opgetogenheid en waardeering gewaagt van
hetgeen hy elders in ons land op botanisch
en, in het algemeen, natuurhistorisch gebied
mocht aanschouwen.
Prof. Oliver heeft hier te lande goed uit
zyn oogen gekeken, en hij heeft kunnen
waarnemen dat ons volk niet alleen op het
gebied van groenten- en plantenkweek be-
langryke dingen doet, maar ook dat de na
tuurbescherming hier met kracht en enthou
siasme wordt uitgeoefend. Over het stads-
schoon van Middelburg was prof. Oliver ver
rukt.
KAMER VAN KOOPHANDEL.
De gisterenavond gehouden vergadering
van de Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor de Zeeuwsche eilanden in de raadszaal
te Middelburg, werd door den voorzitter, den
heer C. Boudewijnse geopend met een Nieuw
jaarsrede.
Spr. meent, dat 1928 in menig opzicht reden
tot tevredenheid gaf, al waren er natuurlijk
ook teleurstellingen. Dit geldt zoowel voor
Nederland in het algemeen als voor het
Kamerdistrict in het bijzonder. Ten aanzien
van den voornaamsten tak van volkswelvaart
in het Kamerdistrict, den landbouw, mag
worden gezegd, dat 1928 een goed jaar was.
Het weer werkte mede de opbrengst der ge
wassen, ook wat de kwaliteit betreft, was
goed te noemen en al had men gaarne voor
sommige producten de pryzen hooger gezien,
waren voor enkele, met name bruine boonen
en ajuin, de pryzen hoog.
De bieten hadden een hoog suikergehalte en
de opbrengst van dit gewas, was op enkele
uitzonderingen na goed. Ook voor de aard
appelen was het een goed jaar. De tuinbouw
neemt nog steeds grooteren omvang aan,
hiervoor was evenwel het afgeloopen jaar niet
gunstig. De hooioogst was goed.
De droge zomer had op de melkproductie
een nadeeligen invloed, doch overigens on
dervond de rundveehoudery geen tegenspoed.
In den toestand van de paardenfokkery is
weinig verbetering gekomen, voor de varkens-
fokkery was het geen gunstig jaar, de pluim-
veehoudery breidt zich gestadig uit en onder
vindt steeds meer belangstelling.
Omtrent den handel, voor zoover niet be
trokken by land- of tuinbouw, valt niet veel
van bij zonderen aard te melden, in sommige
takken is men tevreden, in andere acht men
den zakengang minder gunstig. Wat den
kleinhandel betreft, werd van een zijde mede
gedeeld, dat voor zaken in huishoudelijke ar
tikelen de toestand niet onbevredigend is en
voor zaken in consumptieartikelen ongeveer
gelijk aan dien in 1927, hoewel veel concur
rentie wordt ondervonden van de groote win-
kelmaatschappijen. Van een andere zijde
werd de toestand minder gunstig geacht, o.a.
door toename van het aantal zaken, terwijl
de bevolking niet of niet noemenswaard toe
neemt. In meer gunsfcigen zin werd gelijk
luidend gerapporteerd omtrent zaken in luxe
artikelen, gedeelteiyk ook als gevolg van een
groot vreemdelingenbezoek. Te Vlissingen
werd schade ondervonden door de staking.
Omtrent den groothandel in het district
beschikt spr. niet over gegevens en wat de
Ideinindustrie betreft noemt hy 1928 in het
algemeen vry gunstig. Over de bedrijven van
middelmatlgen omvang komen gegevens in
het jaarverslag.
In de grootindustrie was 1928 een buiten
gewoon jaar door de staking aan de Schelde,
welke meer dan 4 maanden heeft geduurd,
schade berokkenend aan velen, behalve aan
diegenen, die in de arbeiderswereld leven van
het aankweeken van ontevredenheid en van
het aanzetten tot strijd. De dageraad voor
een bestendigen vrede, ook in dit opzicht, ligt
helaas nog in een zeer ver verwyderd ver
schiet.
Deze maatschappij was in 1928 in het al
gemeen voldoende van werk voorzien, doch
door de staking ondervond het bedrijf ern
stige stagnatie. Afgeleverd werden een motor
passagiers- en vrachtschip, een torpedoboot-
jager, een motorvrachtschip, een scheeps
machine-installatie en een aantal stoom
ketels. De getalsterkte van het personeel was
op 31 December meer dan 2400.
Voor The Vitrite Works te Middelburg was
het afgeloopen jaar gunstig, de afzet nam
belangrijk toe. Eensdeels was dit een gevolg
van toegenomen consumptie, voor een ander
deel van byzondere maatregelen, welke wer
den getroffen om verloren afzetgebieden ge
deeltelijk te herwinnen. Ook hier dreigden
een oogenblik moeilykheden en dientengevolge
een aanmerkelyke inkrimping van de pro
ductie, doch gelukkig behoefden geen ingry-
pende maatregelen te worden genomen, zoo
dat de productie kon worden opgevoerd en de
getalsterkte van het personeel tot boven de
600 op 31 December steeg,
In het handelsregister waren op 31 Decem
ber 2467 zaken ingeschreven, er werden 2375
inlichtingen uit verstrekt tegen 1835 in 1927,
het aantal afgegeven certificaten van oor
sprong bedroeg resp. 402 en 373.
De havenbeweging te Vlissingen was groo-
ter dan in 1927 en in de buitenhaven kwamen
297 schepen bunkeren. De werkzaamheden
ter verbetering der buitenhaven werden
krachtig voortgezet, de hoofdkademuur kwam
gereed en de geheele haven wordt thans op
diepte gebracht. De outilleering der haven is
in voorbereiding.
Het passagiersvervoer naar en van Enge
land met de Zeeland was toenemende. Spr,
herinnert in dit verband aan het bezoek der
Krefelder Handelskamer aan Vlissingen en
Middelburg in Mei jl. en aan de pogingen
aangewend om een betere treinverbinding te
krygen. Thans kan spr. met voldoening mel
ding maken van een bericht van de Neder
landsche Kamer van Koophandel voor
Duitschiand, dat In het a.s. voorjaar een
directe treinverbonding Vlissingen—Krefeld—
•Industriebezirk zal worden ingevoerd, wat
ook voor het Kamerdistrict een welkome ver
betering zal zyn. Spr. komt dan op het nog
steeds niet bestaan van vooruitzichten, dat
ook in de verkeersverbinding van het Kamer-
district met België verbetering zal komen.
Spr. noemt het vreemd, dat men voor Ant
werpen gebruikt maakt van een autobus
dienst en dat men per Pullman trein den
weg ParysEsschen in 5 uur aflegt, maar
dan eerst 5 f2 uur later te Vlissingen kan zijn.
Spr. herinnert dan aan de moeilykheden
voor bedoelden autobusdienst, die werden op
gelost aan andere autobusdiensten en aan
den dienst MiddelburgZierikzee, waarvoor
men wil trachten te verkrygen dat de reis
Vlissingen—Wolphaartsdyksche veer geheel
met spoor kan worden afgelegd. Hierover
heeft een bespreking met de bootcommissie
plaats gehad en het ligt in het voornemen de
wenschen aan de directie der Ned. Spoorwe
gen kenbaar te maken.
Voor de verbindingen over de Wester-
Schelde is de ferrybootdienst Vlissingen—
Breskens gebleken een groote verbetering te
zyn. Vooral wat de tarieven betreft blijven
wenschen bestaan. Spr. meent, dat gezegd
mag worden, dat de Provinciale Autoriteit
aan de verkeersaangelegenheden hare zorgen
blyft wyden en juicht de verkeersconferenties
toe.
Inzake de Kanaalbrug te Middelburg is op
een schry ven aan den minister van waterstaat
over electrificatie van de brug antwoord ont
vangen. dat van electrificatie van deze brug
is afgezien, maar dat het in het voornemen
ligt, binnen niet te langen tyd de brug door
een nieuwe te doen vervangen, waarbij dan
op electrische beweging en verlichting zal
kunnen worden gerekend. Spr. acht ook voor
het district van beteekenis het tot stand ko
men Van rivierovergangen ten behoeve van
het toenemende autoverkeer met Holland. De
goed geslaagde propagandabyeenkomsten
werden door den secretaris bygewoond. Ver
betering van de veerverbinding ZypeAnna
Jacoba blijft de aandacht vragen. De
haven te Zijpe is by de regeering een object
voor nieuwe plannen geworden en een be
zoek heeft spr. en den secretaris overtuigd,
dat het plan van de regeering als het meest
logische de voorkeur verdient.
Het vreemdelingenbezoek aan sommige dee-
len van het district was in 1928 weer zeer
groot, en gehoopt mag worden, dat het be
zoek, dat een aantal buitenlandsche journa
listen aan enkele deelen van hst district
brachten, op verdere toename van gunstigen
invloed zal zijn.
Enkele posttarleven werden verlaagd, terwyi
op telefoongebied de plannen tot invoering
van een gesprekkentarief voor locaal verkeer
behooren te worden gememoreerd. Bij de
Kamers, op een enkele uitzondering na, heb
ben die plannen een slecht onthaal gevonden,
en spreker vertrouwt, dat al komt het tot een
gesprekkentarief, waardoor aan de populari
teit van de telefoon een gevoelige slag wordt
toegebracht, althans het voorgestelde tarief
geen werkelykheid zal worden.
Voor het district is van groote beteekenis,
dat in 1928 aan de electrificatie van de zg.
noordgroep een begin van uitvoering kon
worden gemaakt en dat eindelijk ook die voor
de Middengroep werkelykheid zal worden.
Hoewel een oogenblik voor de middengroep
het gevaar heeft gedreigd, dat zy en dien
tengevolge misschien ook de beide andere
groepen het slachtoffer zou worden van een
oneconomischen opzet, kan nu met voldoening
v/orden gememoreerd dat tegen het einde van
het jaar in deze aangelegenheid een gunstige
wending is gekomen.
Spr. wil thans nog enkele beschouwingen
van meer algemeenen aard aan het boven
staande toevoegen.
Het wil hem voorkomen, dat er geen reden
Is om over den toestand van handel en in
dustrie in ons land te juichen maar dat hier
en daar toch weer verbetering viel waar te
nemen, niettegenstaande de vele moeilijkhe
den, welke vaak ondervonden worden, vooral
in de industrie, mag toch met eenige voldoe
ning worden geconstateerd. Weliswaar staat
by vele arbeidsbeurzen een vry groot aantal
werkloozen ingeschreven, ook in gemeenten,
waar de bevolking niet steeg, doch het is de
vraag of, als men ook over gegevens omtrent
de werkloosheid in de jaren vóór den oorlog
beschikte, een nauwkeurige vergelyking hier
mede wel een belangrijk verschil zou aan-
wyzen. Toch zijn er vroeger welvarende in
dustrieën geweest, die nog steeds met groote
moeilykheden hebben te kampen, o.a. doordat
de export van onze producten zich nog voort
durend belemmeringen In den weg ziet ge
legd. Economische Volkenbond-conferenties
hebben nog geen ander practisch resultaat
kunnen bereiken dan dat in- en uitvoerver
boden, behalve voor enkele artikelen van by-
zonderen aard, waarschynhjk zullen worden
afgeschaft. Spr. zegt waarschynlijk,omdat de
desbetreffende conclusies van den Volken
bond nog door meerdere landen moeten wor
den geratificeerd. Van groote beteekenis is
dit resultaat echter niet, zoolang er nog lan
den zyn, die door verhooging van invoerrech
ten den import trachten tegen te houden, en
het moet, helaas, aldus spr., worden erkend,
dat te dezen opzichte het afgeloopen jaar eer
géén Pyn en naschrijnen of stukgaan
der huid, indien men vóór het inzeepen
de baardoppervlakte inwryft met
Doos 30, Tube 80 ct.
een verslechtering dan een verbetering heeft
te zien gegeven.
Het is, materialistisch gesproken, begrijpe
lijk, dat Amerika, dat de oude wereld niet
noodig heeft, de mededinging met zichzelf
uitsluit, maar dat de staten van Europa, die
elkaar noodig hebben voor afzetgebied, het
elkaar lastig maken, moet diep worden be
treurd. Dit uit een oogpunt van economie,
maar nog meer uit een van vredelievendheid.
Bij de actie voor ontwapening en oplossing
van geschillen door arbitrage schijnt men
een der geweldige bronnen voor geschillen,
het economisch egoïsme, niet te kunnen of te
willen dichten.
Maar economisch egoïsme is eigeniyk een
paradox, of het ook welbegrepen eigenbelang
is staat nog te bezien. Spr. zou althans in
Europa geen land weten aan te wyzen, dat
zyn kracht zoekt in bescherming en waar het
de industrie in het algemeen zooveel beter
gaat dan in Nederland en dat dus in dien zin
ons land ten voorbeeld zou kunnen zijn, er
zyn nu eenmaal zoovele andere factoren,
welke op het al of niet welgaan van een in
dustrie van invloed zyn. En is het niet ty
peerend, dat een jaar geleden nog aanhangig
was het aardewerkwetje, dat werd afgestemd
en dat nu in een der K' Tiers van Koop
handel de voorzitter in zyn nieuwjaarsrede
kon zeggendat de verkoop van tegels en
huishoudelijk, maar voornamelijk sanitair
aardewerk, een stygende lyn vertoont, en
daar 2800 arbeiders of 500 meer dan in 1927
werkzaam waren. Zonder beschermende maat
regelen in andere landen zou de afzet onzer
producten veel grooter zijn en daarom wil
men een z.g. actieve handelspolitiek. Als dit
bedoelt actief zyn bij het doen van zaken en
zich met kracht en klem beklagen over en
verweren tegen onbillijke en onheusche bui
tenlandsche maatregelen zou dit natuurlijk
slechts kunnen worden toegejuicht, maar
wanneer de actieve handelspolitiek zou moe
ten zyn het aanbinden van een strijd met
repressaillemaatregelen, en dit is toch eigen
lijk wat de voorstanders van een actieve han
delspolitiek wenschen, dan zou een dergelijke
activiteit voor het kleine Nederland, dat be
halve voor geld, voor zooveel op het buiten
land is aangewezen, wel eens een pijniyke
nyptang kunnen worden.
Spr. zegt ten slotte, dat het Kamerdistricfc,
vooral door zyn hoofdbronnen van bestaan,
geen onwelvarend district is. Het moge dan
al in den eenen tak van volkswelvaart wat
beter zyn dan in een anderen, dooreengeno-
men is er, aldus spr.. reden voor tevredenheid.
Spr. hoopt dat van 1929 dit ook zal kunnen
worden getuigd, en wenscht allen, particulier
zoowel als in zaken, in het nieuw ingetreden
jaar toe, dat het hun wèl moge gaan.
De leden gaven blyk van instemming met
het gesprokene.
De heer M. Laerr.oes meende namens alle
lc-den te spreken als hij den voorzitter dank
bracht voor het volledige overzicht over het
afgeloopen jaar. Spr. zou niet weten, wat hij
daar nog aan toe te voegen heeft. Alleen
wil spr. den wensch uitspreken, dat ook
voor den voorzitter 1929 zoowel presooniyk
als in zaken een goed jaar moge zyn. Spr.
hoopt, dat men dit jaar eens in de gelegen
heid zal zijn aan de uitnoodiging van de
Kamer van Crefeld voor een bezoek te vol
doen, en b.v. van de nieuwe treinverbinding
gebruik te maken.
De voorzitter zegt den heer Laernoes dank
voor zyn woorden en zal de nieuwe treinver
binding goed in zyn geheugen prenten.
De heer De Vos bejammert een deel van de
rede van den voorzitter inzake de ferryboot.
De voorzitter meent dat het niet de ge
woonte is over nieuwjaarsredevoeringen te
debatteeren.
De heer De Vos zal er by de rondvraag op
terugkomen.
Na behandeling van mededeelingen en in
gekomen stukken, werden herkozen tot voor
zitter der Kamer, van de afdeeling groot
bedrijf en van de afdeeling kleinbedrijf, resp.
de heeren Boudewijnse, M. Laernoes en Stof-
koper, en tevens alle leden der verschillende
subcommissies.
De voorstellen tot wyziglng van de begroo
ting 1928, tot het zenden van een adres aan
de Tweede Kamer tot afschaffing der zake
lijke belasting op het bedryf, en om niet te
voldoen aan het verzoek van den Bond van
bedryfsautohouders om een afgevaardigde te
benoemen in de door den Bond ingestelde
verkeerscommissie, doch wel namen op te
geven van leden, die bij aanbod een benoe
ming zullen aannemen, werden aangenomen.
Op een en ander komen wy Maandag nader
terug, evenals op de rondvraag, waarby de
heer Jeronimus toestanden by de post en
de heer De Vos de ferryboot ter sprake
brachten.