derband (Ui,
fiSTOFFEI
DE
DONDERDAG 16 JUNI
'gemeentebestuur
feuilleton
binnenland
65e Jaargané!
!l 9J7!
igië.
E
a.s.
69, 4.59
snt af
ÏASSCHEN
11.50 hoo%"er
RVGORRAAD
Advertent
delburgsche
ppij v. Stoomvaar
16 - 8 7
EINDELIJK OPGELOST
Donderdag 23 tem draait
voor den halven prijs
voor Leden en Donateurs
in de Aihambra-Biosooop
Stads= en Provincienieuws
!-No.139
ARS FIAT
APSTER
ten
2.57
1.47
schen
•papier
0.54
0.14
hen 0.49
0.49 en 0.29
tjes 0.39 en 0.29
estasschen2.79
che modellen
O
el nu Uwen
nd Juni, begin Juli.
heikolen f 1.95
30/
5<
10/
3(
f 1
f2.90
f2.90
OK.Q. ÏV.H.L.)
en worden aangfr
de broodbezorgers
Winkels tot Vrij-
17 Juni a.s.
aan niet-Leden.
cu Verhuur, Koop en Verkil?
ca en DIenst&anTragen, M
uitbetaling, van
legel meer 15 ceil
2e hands Dames-
leerenfiets 15—10;
igelsche Dames-, zij»
ƒ55, alles spotkoop-
Walstraat 3.
dzeeboulevard vraagt
RJUFFROUW en een
JKENMEISJE.
een nette
DIENSTBODE.
's avonds na half acht
.ireau „Vliss. Courant'
gevraagd voor net l'-
WONING
zenhuis. Brieven onder
bureau „Vliss. Crt.
JIS te huur,
d of ongemeubileero
genHotel „Albion
Middelburg-Rotterdan
tengelegen plaatsen
VAN PASSAGIERS,
IEREN EN VEE.
v.Midd. v. Rot
Juni v.m.uur v.m.uu
17 - 9
20 8 -
21 - 9
natiën te bekomen
N.V. Transport- en Ei?
Erven O. VOS, TeleW
B. EENHOORN, Telef.
v. OOSTERHOUT. Tel.
3ebr». BUiTENHEK, Tel. I»
VLISSIINGSCHE COURANT
voor Damei
hebben geleerd!
onderricht dool
r Jr week te Vlisl
ïgenheid voor H.H|
Dames-Salon willei
'lb, Rotterdam!
ABONNEMENTSPRIJS:
Voor Vlissingen en gemeenten Wal
cheren 2.20 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk2.50. Week-abon-
nementen 17 cent, alles bi? vooruitbete-
Ung.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 14 regels: f 1.10, voor iedere
regel meer 26 centbij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Kleine Advertenties betreffende Huur en
Verhuur, Koop en Verkoop, Dienstaanbie-
dingen en Dienstaanvragen, enz. prijs bij
vooruitbetaling van l5 regels f 0.75, elke
regel meer 15 cent.
Familieberichten van 16 regels f 1.70,
iedere regel meer 26 cent.
(Herplaatsing wegens misstelling.)
UITLOTING OBLÏGATIEN.
Burgemeester en Wethouders van Vlis
singen,
brengen ter kennis van ^belanghebbenden,
dat den 27 Mei 1927 zijn uitgeloot
a. van de geldleening, groot 400.000,
aangegaan in 1888, rentende 3dertien
obligatiën van 1000 en wel de nummers
17, 22, 45, 87, 93, 118, 149, 165, 178,
189, 195, 218 en 275 en twee obligatiën
van 500 en wel de nummers 378 A en
378 B
b. van de geldleening groot 141.000,
aangegaan in 1911, rentende 4 zes
obligatiën van 1000 en wel de nummers
27, 44, 59, 100, 134 en 138
c. van de geldleening groot 184.000,
aangegaan in 1911, rentende 4 twee
obligatiën van 1000 en wel de nummers
51 en 181
d. van de geldleening- groot 37.000, aan
gegaan in 1916, rentende 4?V£ één obli
gatie van 1000 en wel nummer 2 en één
obligatie van. 500 en wel nummer 25.
De aflossing der obligatiën zal plaats
hebben
van de leening sub a op den 1 September
1927
van de leening sub b en c op den 1 Oc
tober 1927
van de leening sub d op den 1 Juli 1927,
ten kantore van den gemeente-ontvanger
Vlissingen, of van de Associatie-Cassa te
Amsterdam.
Vlissingen, 31 Mei 1927.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
KAMER-OVERZICHT.
Tweede Kamer.
Vergadering van Woensdag.
De C. A. O. Nieuw-Malthusilaansche
Bond.
De collectieve arbeidsovereenkomst is
door de Kamer goedgekeurd' met 74 tegen
5 stemmen. Tegen stemden de heeren Ver
aart, Kersten, Zandt, Braat, L. de Visser.
De heer Veraart is hier wel in zonderling
gezelschap geraakt, een afdwaling die niet
is te begrijpen.
Het wetje in zake den zevenjarigen leer
plicht wordt toch nog vóór het reces afge
daan, maar toch gaat de Kamer Vrijdag
naar huis. De voorzitter heeft gedreigd met
een avondvergadering op Donderdag.
Het weigeren der goedkeuring aan de
statuten van den Nieuw-Malthusaaanschen
Bond heeft den heer Kleerekoper tot een
interpellatie gebracht. De Minister deed het
bij zijn afwijzing voorkomen alsof deze
Bond ontoelaatbaar is en dus een verboden
vereeniging. Als dit zóó is waarom wordt
ze dan niet uiteen gedreven Wat de Mi
nister nu doet is- half werk.
De heer Kleerekoper stelde deze vragen
Wil de Minister in stelligen vorm ant
woorden op de vraag of de Nieuw-Malthu-
siaansche Bond is een bij de wet verboden
vereeniging
Acht de Minister artikel 140 van het
Wetboek van Strafrecht toepasselijk op
hen, die aan voormelden bond deelnemen
Naar het Engelsch van MAVIS TRENT.
(Nadruk verboden)
12)
„De Cedway's hebben een aardig bezit
hier", sprak mr. Dobbs. „En je kunt wel
gerust aannemen wat niet tot het kasteel
behoort, dat is allemaal' van- het goed
Cedway. Wat zou dat een uitgestrektheid
wezen, als dat alles eens bij elkaar kwam
overlegde hij. En Louise, die intusschen
haar eigen gedachtengang gevolgd had,
sprak „Ik houd ai verbazend veel van het
kasteel. De portier heeft me van allerlei
verteld van de Grants, die er vóór ons
woonden. Ze waren niet erg geliefd en
niemand had; er spijt van, dat ze de plaats
verkochten. Daar ben ik maar blij om, want
ik zou 't niet prettig vinden, om zoo alge
meen als indringer beschouwd1 te worden
„Ik zou ook wel eens willen weten, wie
ons als zoodanig beschouwden Ik heb het
goed toch rechtens gekocht en ik hoop het
te behouden. Ik voor mij, ik hecht niet aan
al die oude familiegeschiedenissen en zoo
'k zal goed zijn voor mijn pachters en ver
wacht omgekeerd hetzelfde van- hen."
Dit zeggende, ging de groot-grondbezit
ter eens met zijn rentmeester spreken, ter
wijl Louise van haar vrijen ochtend zou
genieten, door een heerlijke wandeling in
de bosschen te maken. Nadat ze zoowat
een half uur tusschen het hout geloopen
had, kwam ze aan een pad, dat-wel een
°pen weg scheen atthans, toen ze over
stak, kwam ze een grbepje fietsers tegen
Acht Minister de weigering der erken
ning van dezen-bond van afdoenden invloed
tef beteugeling van zijrf werkzaamheid, die
toch naar 's Ministers oordeel een. gevaar
oplevert voor de openbare orde en goede
zeden
Zoo neen, wekt dan niet die weigering
den schijn een gevaar te keeren dat inder
daad ongemoeid blijft
Zou het niet de voorkeur verdienen in
dien dit stelsel van erkenning van vereeni-
gingen werd" vervangen door een registratie
„als bedoeld fn het ontwerpVan Raalfe in
1906?
Wil de Minister de voorbereiding van
een regeling in dien trant overwegen
Het was de bedoeling van den interpel-
lant te weten waar de N. M. Bond aan toe
is. Na vijftig jaar wordt het alles onzeker
en dus dient dit vraagstuk opgelost te wor
den. De Minister treedt in waardeering van
het doel der vereeniging en dat is volgens
den interpellant uit den booze, omdat de
Regeering zich op onzijdig standpunt heeft
te stellen vooral ten aanzien van de ethische
beginselen. Volgens den Minister kan men
de vereeniging niet verbieden, maar haar
alleen rechtspersoonlijkheid onthouden. Die
weigering is alleen een formaliteit, een ge
baar, een leeg gebaar van afkeuring. Wat
zou de Minister ervan zeggen als een dog
matisch vrijdenker weigerde de statuten
der Zendingsvereenigingen goed te keuren
Het antwoord van den .Minister valt wel
te begrijpen, omdat hij zijn weigering reeds
uitvoerig heeft toegelicht. Het gaat weer
om de vage begrippen „openbare orde en
zeden" over welker beteekenis iedere mi
nister zijn eigen beslissing kan nemen.
Deze Minister acht het doel dezer vereeni
ging zeer ernstig uit den booze en dus in
strijd met de openbare orde en zeden. Als
hij kon verbood hij de vereeniging, nu blijft
het tot een demonstratie van onmacht.
Het is. de oude geschiedenis wie een
bepaalde opvatting van de zede heeft, acht
iedere andere opvatting uit den booze en
tracht die dus te bestrijden. Heeft hij de
macht dan tracht hij daarmede zoo ver
mogelijk te gaan als de wet hem toelaat, al
is het dan een uiting van onmacht. Vroeger
is er een' minister geweest die deze statuten
goedkeurde en toen kwam van den andereu
kant het verzet. Een bevredigende oplos
sing zal alleen mogelijk zijn als iedereen
den ander vrij laat in zijn denkbeelden.
Het resultaat was alleen dat de heer
Kleerekoper per motie vroeg een wijziging
van het stelsel der erkenning door alleen te
registreeren en weg te laten het stelsel der
goedkeuring. Natuurlijk was dit in strijd
met de beginselen der rechterzijde.
Op den achtergrond was de theologie in
het debat en wij weten dat de stemming
dan altijd lichtelijk geprikkeld is.
Het Nederlandsche Roode Kruis.
Een herdenkingswoord van Prins Hendrik.
Morgen, Vrijdag 17 Juni, bestaat het Ne
derlandsche Roode Kruis zestig jaar. De
voorgenomen feestelijkheden zijn, in ver
band1 met de jongste stormramp afgelast.
Alleen zal er morgenmiddag 4 uur in het
gebouw Princessegracht 27 te 's-Graven-
hage een receptie plaats hebben, waar ge
legenheid bestaat den voorzitter, Prins Hen
drik der Nederlanden, en de overige leden
van het Hoofdbestuur geluk te wenschen.
Naar aanleiding van dit jubileum heeft de
voorzitter van den Nederlandschen Journa
listen-Kring tot Z-K.H. Prins Hendrik het
verzoek gericht, een enkel woord voor de
pers te willen schrijven. De Prins is zoo
welwillend geweest aan dit verzoek te vol
doen, en stond het volgende ter publica
tie af.
Woord van herdenking.
Morgen herdenkt het Nederlandsche
Roode Kruis zijn zestig-jarig bestaan. Deze
herdenking zal op de meest eenvoudige wij
ze geschieden, met het oog op den nood
ir verschillende provinciën, tot de leniging
waarvan wij thans al onze krachten moe
ten inspannen. Het vijftig-jarig bestaan,
vallende in den rampspoediigen oorlogstijd,
werd' eveneens zonder eenige feestelijkheid
herdacht.
Wanneer ik terugblik op aller wat het
langs de paden aan weerskanten stonden
echter waarschuwingen tegen „overtre
ders".
„Op het goed van oom Albert kan er
voor mij toch van geen „overtredingen"
sprake zijn", zei ze tot zichzelve en bij
voorkeur koos ze toen de kleinere, en dicht-
overgroeide paadjes, waar ze handen vol
campanula's en koekoeksbloemen plukte,
die hier en daar den grond als met een dik
tapijt overdekten.
Het ti of haar wel dat er telkens ver
schrikt een vogel opvloog uit het dichte
struikgewas, maar ze vond het erg dwaas
van dat gevleugelde volkje, om zoo bang
voor haar te zijn. Eéns zelfs, toen ze even
struikelde, omdat haar voet verward raakte
in het dichte groen, jaagde ze daardoor
onwillekeurig een heele vlucht patrijzen
voor zich uit 1
Op eens kwam er, van rechts, een jacht
opziener, met een geweer over den schou
der en die haar aansprak met een uiterst
verontwaardigde stem.
„Misschien weet u niet, miss, dat u hier
op verboden terrein is
„Op verboden terrein herhaalde zij
eveneens verontwaardigd en zich oprich
tend in haar volle lengte. „Op het goed van
mijn oom kan ik toch onmogelijk op verbo
den terrein wezen. Ik ben een nichtje van
mr. Dobbs."
Doodkalm sprak de opzichter
„Het bosch aan dezen kant van den weg
hoort aan lord Cedway en zijn lordschap
Iaat in 't minst geen overtredingen toe. Zoo
even liep ik in het dichte struikgewas en
daar vond ik dit..." Hij hield-een peau-de-
suède handschoen omhoog, waarvan zij-den
twéede bij zich droeg.
[J INSTITUUT VOOR
]"f RBEIDEBSONT'ftiKKEime
11
Roode Kruis, sedert zijn oprichting door
wijlen Koning Willem Hi, in Nederland,
zijne koloniën en bezittingen, en in den
vreemde heeft mogen verrichten, dan ge
voel ik mij gedrongen om aan allen, die in
het verleden het Roode Kruis hebben ge
steund met hun persoonlijken arbeid, met
hun ambtelijken invloed en met hunne gif
ten, mijn hartelijken dank uit te spreken
voor hetgeen zij door onze bemiddeling
voor de lijdende menschheid hebben ge
daan. Zij zijn zóó overtalrijk en zóó over
het geheele land verspreid, dat ik niet be
ter weet te doen, dan ook ditmaal daarvoor
de hulp van de dagbladpers in te roepen.
In de geschiedenis van de menschheid
beteekenen zestig jaren zeer weinig. En wie
van de menschheid spreekt, gewaagt van
het Roode Kruis, dat geen onderscheid kent
van ras, nationaliteit, godsdienst of poli
tieke overtuiging, dat gereed staat voor
vriend en voor vijand. De verloopen zestig
jaren zijn dan ook te beschouwen als een
eerste begin-tijdperk in de vlucht van de
Roode-Kruis-gedachte over de wereld. Een
groote toekomst ligt nog voor ons open.
Moge het Roode Kruis ook in die toe-
l'.cmst steeds kunnen rekenen1 op de liefde
en toewijding van allen, wien het lot des
naasten ter harte gaat.
De voorzitter van het Nederlandsche
Roode Kruis
HENDRIK,
Prins der Nederlanden.
Het verplichte zevende leerjaar.
Verschenen is de Memorie van Antwoord
op het voorloopig verslag van de afdeelin-
gen der Tweede Kamer inzake de wetsont
werpen tot wijziging van de artikelen 56,
97 en 203 der Lager Onderwijswet 1920 en
tot wijziging van art. 3 der Leerplichtwet.
Met teleurstelling vernam de minister, dat
vele leden het bij deze wetsontwerpen be
paalde ten eenenmale onvoldoende achten.
Voor het postvatten van de meening dat
men na de aanneming door de Tweede Ka
mer op 19 November 1926 van de motic-
Suring c.s. een regeling van verdere strek
king had mogen verwachten, heeft de re
geering geen aanleiding gegeven.
Ook thans moet de minister zich blijven
verzetten tegen onmiddellijke wederinvoe
ring van de zevenjarige leerverplichting
niet alleen omdat hij het noodzakelijk acht,
dat de maatregelen om overal het onderwijs
in dat leerjaar te kunnen volgen, vooraf
gaan, maar ook omdat de regeering de .gel
delijke gevolgen eener onmiddellijke weder
invoering niet voor haar rekening kan ne
men.
Wanneer met de algemeene invoering
van. het zevende leerjaar het herstel van de
zeven-jarige leerverplichting samenviel, zou
daarvan het gevolg zijn, dat op nog al te
veel scholen van de naleving dier verplich
ting niets terecht zou komen wegens ge
brek aan plaatsruimte.
Verschillend recht zou gelden, naar ge
lang de kinderen verschillende scholen be
zoeken. Ja zelfs zou dit zich allicht voor
doen ten opzichte van leerlingen van de
zelfde school. De eerbied voor de wet wordt
door een dergelijken toestand niet bevor
derd.
Aan de Memorie van Antwoord is toege
voegd, een staat, waaruit blijkt dat op 31
December 1926 het totaal aantal leerlingen
in het rijk was 1.000.610. Het aantal leerlin
gen in het zevende leerjaar bedrpeg 39613,
waarvan 19218 leerplichtig waren. Voor de
„U heeft daar ook geloopen en dat mag
ik niet toelaten, omdat de vogels dan op-
gejaagdi worden."
„Ja, ik heb hier overal in het bosch ge
loopen, in de gedachte dat het mijn oom,
mr. Dobbs, behoorde, 't Spijt mij dus wel,
maar het was een onwillekeurige over
treding."
„Ik dacht, dat een jonge dame als u toch
wel met meer omzichtigheid te werk zou
gaan sprak de opzichter steeds strenger.
„Als u een meisje uit het dorp was, dan
zou ik proces-verbaal.
Hier- hield hij op en zou er ook zeker
niet weer op teruggekomen zijn, als zij
hem maar een fooitje in de handi gestopt
had maar ongelukkig had ze niets bij zich.
Met leedwezen dacht ze, dat die kennisma
king tusschen de bewoners van het kasteel
en een afgevaardigde van, het geslacht
Cedway nu niet zoo héél vriendschappelijk
van aard' was, en dat oom Albert dan ook
erg boos en teleurgesteld zou zijn, als hij
van dit voorval' hoorde.
„Wijst u mij dan maar even den kortsten
weg uit het bosch. U weet nu mijn naam
en adres wilt u dus verder werk maken
van die overtreding..."
De opzichter lachte, en op onbeschaam-
den toon, ging hij voort
„Neen, dat ben ik niet van plan en dat
begrijpt u ook wel, miss. Maar prettig is
het niet, als je zoo op eenmaal al je goede
zorgen te niet gedaan ziet door de grillen
van een jonge dame, die 't in haar hoofd
haalt, om nu juist hier te loopen, waar ze
niet .loopen moest.
Opeens -klonk daar een stem, vlak ngast
hem ,4k geloof, «.dat je vergeet, hoe je tot
een.dame spreekt,-Harris
openbare scholen zijn deze aantallen resp.
448.009, 17.379 en 8116, voor de protestant-
sche scholen 230.583, 12.552 en 7278, voor
de R.-Kath. scholen 309.555, 9155 én 3640
en voor de andere scholen 12463, 527 en
184.
De Ziektewet.
Naar wij vernemen heeft het ontwerp
van wet tot wijziging der Ziektewet ter fine
van advies van den Raad* van State het
departement van arbeid, handel en nijver
heid verlaten.
Verlaging posttarieven.
Met ingang van 1 Juli a.s. wordt het port
der binnenlandsche brieven met een ge
wicht van ten hoogste 20 gram verlaagd
van 10 tor V/2 cent. Voor brieven, zwaar
der dan 20 gram, blijft het tarief onge
wijzigd.
De bedoelde verlaging is mede van toe
passing in het grensverkeer naar Duitsch-
land en België era in het verkeer met Suri
name en Curacao.
Voor brieven naar deze bestemmingen is
dan verschuldigd voor een gewicht tot en
met 20 gram 7/2 cent en voorts voor elk
volgend gewicht van 20 gram 5 cent daar
boven.
Het overleg, dat met de Nederlandsch-
Indische postadminisratie gevoerd wordt
omtrent invoering van een soortgelijke ta
riefsverlaging, is nog niet beëindigd, zoo-
dat voor verzending naar Nederlandsch-
Indië het bestaande tarief nog van toepas
sing blijft.
De stormramp.
De collecte te Zwolle heeft opgebracht
10.219 te Goes 2660 te Ridderkerk
5400 te Baarn 6330 te 's-Bosch
f 4765 te Breda 6136.
De eerste passagiersvlucht» naar Oost-Indië
Het Fokker-vliegtuig met den heer Van
Lear Black aan boord, is gisterenmiddag
om 4 uur te Boedapest aangekomen.
Geysendorffer heeft dus in. 7,/2 uur dc
1200 K.M. afgelegd. De piloten hebben on
derweg uitstekend weer gehad. Zooals be
kend, zullen zij heden naar Konstantinopel
vertrekken.
Nederland als toeristenland.
Wij lezen in „de Telegraaf"
Wat hun houding en gedrag tegenover
buitenlandsche toeristen betreft zijn er over
de Hollanders nogal eens harde noten ge
kraakt. Dat zij echter niet steeds reden tot
klagen geven, doch integendeel ook de vol
doening van uitheemsehe reizigers kunnen
L—lb—m
opwekken, zoodat deze ons land prijzen als
een genoegelijk vacantieoord, moge onder
staande door ons ontvangen „tevreden
heidsbetuiging" leeren. Zij is van niemand
minder afkomstig dan van den bekenden
Engelschen krantenmagnaat Lord Beaver-
brook, die blijkbaar met veel genoegen ons
land bezocht heeft.
„Ik heb verscheidene dagen in Nederland1
vertoefd en er steden bezocht ook heb ik
het plattelandi bereisd. De hoffelijkheid en
de vriendelijkheid van de bevolking hebber,
mij zoozeer getroffen, dat ik mij gedrongen
voel u mede te deelen, met hoeveel genoe
gen iemand zijn vacantie in dit gelukkige
land kan doorbrengen. De taxi-chauffeurs
deden geen poging onredelijk hooge prij
zen te vragen, althans niet van mij, en> de
chauffeurs in het algemeen waren opmer
kelijk gematigd.
Ik keer naar mijn land terug met het
voornemen om mijn vrienden aan te bevelen
hun vacantie in Nederland door te bren
gen".
Ned. Aannemersbond.
Op de jaarvergadering van den Neder
landschen Aannemersbond gisteren te Hil
versum gehouden, werd een bindend, be
sluit aangenomen om op alle werken zon
der onderscheid, hetzij deze worden uitbe
steed door de overheid, hetzij door parti
culieren, van toepassing te verklaren de
bindende besluiten betreffende arbitrage
voor alle geschillen, termijnsverlenging bij
werkstaking en uitsluiting en afschaffing
der borgstelling.
VLISSINGEN, 16 JUNI.
Scheepvaartbericbt
Heden is naar Bergen (Noorwegen) ver
trokken het Grieksche stoomschip „Elerri
S. Jossifoglus", komende van Montevideo,
na alhier gebunkerd» te hebben.
Sanatoriumfonds „Ons Belang".
Gisterenavond had in de groote zaal van
„de Oude Vriendschap" een trekking plaats
van de Koninklijk goedgekeurde loterij,
waaraan een feestelijk cachet was gegeven.
In het openingswoord door den voorzit
ter werd doel en streven van de onderoffi-
ciersvereeniging „Ons Belang" naar voren
gebracht, waarin hij 'vooral deed uitkomen
het mooie en hooge doel waarvoor gewerkt
wordt.
Daarna werd overgegaan tot het afwer
ken van een klein doch mooi programma,
De zon lokf naar buiten, doch - het is
waschdag. En de.waschdag stelt zijn eischen. De
huisvrouw kan het goed niet in den steek laten.
Toch kan zij vlug klaar zijn, door Rinso te gebruiken,
's Nachts weekt dan al het vuil los, hetwelk 's mor
gens al het zware werk bespaart. Nog vóór den
middag kan het goed al buiten hangen, klaar om
te strijken. Koop nog heden een pak!
DE LEVER'S ZEEP MIJ, VLAARDINGEN
De opzichter werd vuurrood en zijn hand
vloog naar zijn pet, terwijl hij een nauw-
hoorbare verontschuldiging prevelde.
,,'t Was mijn schuld", zei Louise, terwijl
zij de diep-blauwe oogen naar hem opsloeg.
Hij was lang en slank, en als hij lachte,
zag hij er op eens veel jonger uit.
„U ziét er wordt trouw tegen overtre
dingen gewaaktmaar daarom hééft Har-
ris nog riet het recht om zoo lomp te zijn
Uit naam van mijn grootvader vraag ik dus
wel excuus voor den overlast, dien u werd
aangedaan."
Louise lichtte nader toe, hoe ze tot de
bewuste „overtreding" gekomen was.
„Ik dacht, dat het bosch tot het goed van
oom Albert hoorde", zei ze. „En van vo
gels, dié niet mochten opgeschrikt worden,
had ik nooit van te voren gehoord. Zijn die
dan zóó van belang, mr...
„Ik ben Raimond' Cedway", stelde hij
zich voor.
„En ik Louise Stone. Oom Albert... mr.
Dobbs, bedoel i'k, heeft het kasteel Hertin-
dree gekocht van de Grants en nu zijn wij
hier komen wonen."
Raimond knikte.
„Dat hebben we gemerkt", sprak hij
langzaam. „Met de Grants hebben wij nooit
kennis gemaakt. Mijn grootvader is dan
wel zeer gebrekkig, moet u weten, en moe
der... Maar we zijn betrekkelijk heel na
buren, en dus zullen we elkaar wel dikwijls
zien
Dat zijn moeder de bewoners van het
kasteel niet zou gaan bezoeken, was wel
een uitgemaakte zaak, want mrs. Cedway
had zich over de Dobbses uitgelaten als
over parvenu's, met wie alle omgang im
mers onmogelijk was
„Bevalt u Hertindree vroeg Raimond
verder.
„Ik vind het prachtig", antwoordde ze
hartgrondig. „We zijn al dikwijls buiten
slands geweest, maar nog nooit heb ik iets
gezi'en, wat mij zóó zeer aantrok als deze
plaats."
Ze liepen nu samen een eind op en
scheidden op den Weg, die tot den „be
twistbaren grond" behoorde, zooals Rai
mond het uitdrukte tot niet geringe ver
wondering van Louise.
„Waarom noemt hij dit zoo vroeg ze
zich af, terwijl ze zich dus huiswaarts be
gaf. 't Lijkt wel, of er een ernstige veete
bestaat tusschen onze beide families. Wat
een dwaasheid Ik zal tante Polly van mijn
avontuur vertellen en ik denk, dat oom er
nu toch wel niet boos om zal wezen, 't Zal
mij benieuwen, of mrs. Cedway ons nu
vanmiddag ook bezoekt, en of hij zal mee
komen
Maar, nóch dien middag, nóch de vele
dagen, die volgden in dien langen prachti-
gen zomer, hield het rijtuig van Cedway-
Park in die oprijlaan van het kasteel stil,
waaruit dus bleek, dat de familie van zijn
lordschap geen omgang verlangdé met mrs.
en mr. Dobbs. Tante Polly zou er maar
niet langer over tobben, want er waren er
dan toch nog velen, die met het grootste
genoegen van haar gastvrijheid profiteer
den ja, er zich zelfs door vereerd voelden.
Maar al zei Louise er ook niet veel van
haar hinderde het heel erg
(Wordt vervolgd.)