WOENSDAG DECEMBER RHEUMATIEK IVo, 28964e g^26 GEMEENTEBESTUUR FEUILLETON EEN DROEVE TELEURSTELLING BINNENLAND Stads=en Provincienieuws VIISSINGSCHE COURANT ABONNEMENTS PRIJS Voor Vlissingen en gemeenten op Wal cheren 2.20 per drie maanden. Franco <ioor het geheele rijk 2.50. Week-abon- nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent. ADVERTENTIE-PRIJS Van 14 regels 1.10 voor iedere regel meer 26 cent bij abonnement spe ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel Kleine Advertenties betreffende Huur en Verhuur, Koop en Verkoop. Dienstaanbie dingen en Dienstaanvragen, enz. prijs, bij vooruitbetaling van 15 regels 0.75, elke regel meer 15 cent. Familieberichten van 1-6 regels 1.70, iedere regel meer 26 cent. DIENSTPLICHT. Vrijstelling wegens kostwinnerschap. De Burgemeester van Vlissingen brengt ingevolge art. 44, 2e lid van het Dienst plichtbesluit ter openbare kennis, dat door den Minister van Oorlog, bij beschikking van 4 December 1926, 7e afd. no. 169 V. van den dienstplicht met ingang van 2 Fe bruari 1927 voor twee jaren is vrijgesteld wegens kostwinnerschap, de ingeschrevene voor den dienstplicht dezer gemeente, lich ting 1925, ABRAHAM CORNEL1S BOONE. Tegen deze uitspraak kunnen vanaf he den binnen tien dagen bij de Kroon in be roep komen, de ingeschrevene wien de uit spraak geldt, elk der overige voor deze ge meente voor dezelfde lichting ingeschreven personen, of de wettige vertegenwoordiger. Het verzoekschrift, dat met redenen om kleed moet zijn, moet worden ingediend bij den Burgemeester ter Secretarie dezer gemeente. De Burgemeester zorgt voor de doorzen ding van het verzoekschrift. Vlissingen, 7 December'1926. De Burgemeester voornoemd, M. LAERNOES, L.B. KAMER-OVERZICHT Eerste Kamer. Vergadering van Dinsdagavond. De voorzitter deelt mede, dat de Centrale afdeeling besloten heeft morgen 11 uur in de afdeelingen behalve het wetsontwerp tot goedkeuring van het Belgisch tractaat nog eenige andere wetsontwerpen te doen onderzoeken. De he^er De Zeeuw (S.D.A.P.) zegt, dat het hem spijt dat hier een afdeelingsonder- zóek zal moeten plaats hebben van het ontwerp tot goedkeuring van het Belgisch verdrag dat is aangenomen met een stem- menverschil van Stemmen, terwijl, was de Kamer voltallig geweest, de stèmmen zou den hebben, gesjtaakt Spreker, begrijpt niet dat de regeering het heeft aangedurfd dit ontwerp, dat niet gedragen wordt door de publieke opinie van het NederlancJsche volk, naar deze Kamer te verzenden. Dit acht spreker geen wijs beleid. Interrupties de Tweede Kamer heeft het ons toegezonden. De heer De Zeeuw dat is formeel juist, maar de regeering had een daad kunnen verrichten, waardoor het niet noodig voor ons was geweest dit ontwerp te behande len. Spreker drukt er zijn spijt over uit dat de regeering ons dit ontwerp heeft toege stuurd. De voorzitter merkt op, dat de regeering niet anders heeft gedaan dan hetgeen de Grondwet haar voorschrijft. Tweede Kamer. Vergadering van Dinsdag 7 December, Arbeidsbegrooting. Het groote aantal sprekers over den ge zondheidstoestand, waarvan de volkshuis vesting een belangrijk deel vormt, betee- kende niet dat de discussie zeer gewichtig was. Verreweg het meerendeel was het zelfde en betrof de vraag tot hoe ver de Staat met zijn steun moet gaan bij de be vordering van den woningbouw. De Re geering wil in de eerste plaats helpen om naar het Engelsch van CLARA LEMORE. (Nadruk verboden.) 23) „Maar natuurlijk Als u wat min-aange- naams tegen mij te zeggen heeft, komt u er dan zoo gauw mogelijk mee voor den dag. Ik begrijp zeer goed, dat u dit maar het aangenaamst moet zijn." „Het verheugt mij,, dat u het zoo ver standig op neemt. Maar het is een feit, dat mijn schoonzuster, de weduwe van Ray mond Freymuth, een geweldig vooroor deel heeft tegen alles of iedereen die iets uitstaande heeft met de ervaringen van haar man in Australië." „Juist juistMéér behoeft u niet te zeggen maar ik begrijp zeer goed dat het u zeer aangenaam zou zijn, als ik hier uit de buurt wegging." Dokter Deane antwoordde niet met ronde woorden maar zijn gelaat helderde zóó aanmerkelijk op, dat dit de duidelijkste bevestiging was, die ooit kon gegeven worden. „Ik kan niet beter de nagedachtenis van mijn vriend eeren, dan door het verlangen J na te komen van degeen, die hem het liefst moet zijn geweestU kunt er van op aan dat mrs. Freymuth niet zal gestoord wor den zelfs niet door de wetenschap van mijn tegenwoordigheid. Inderdaad, ik zal onmiddellijk toebereidselen maken om hier weg te gaan. „Dank u zeer voor uw welwillendheid", sprak de dokter. Maar mr: Lemaistre zei „Geen dank Zooals u zei, we zijn mannen van de we de krotten op te ruimen, in de tweede plaats in de behoefte aan woningen in het algemeen helpen voorzien als het particu lier initiatief te kort schiet en in de derde plaats dit initiatief aanmoedigen en bevor deren waar dit dreigt niet sterk genoeg te zijn. Regel moet zijn dat het particulier bedrijf in den woningbouw voorziet, omdat dit normaal is en goedkooper en sneller werkt. Alleen bij de opruiming der krotten waarvoor natuurlijk duurdere woningen in de plaats komen kan dit initiatief niet af doende zijn omdat het bedrijf niet voldoen de loonend zou zijn. Hier helpt dus de Staat en komt ook de gemeente te hulp om dezen specialen bouw te bevorderen. In het algemeen bouwt het particulier bedrijf 70 van alle woningen. Alleen in de mijnstreek, in Arnhem en in Groningen is het minder goed, maar in do groote ste den is het cijfer ongeveer 70 Wanneer het particulier initiatief na acht jaar nog niet voldoende in de behoefte kan voorzien, dan zou de toekomst wel heel somber zijn. De circulaire van den Minister waarin hij had gezegd dat de Staat alleen zal helpen als de particulieren „volslagen in gebreke" blijven, was hard aangevallen, maar de Minister betoogde dat het doel was om de particulieren flink tot werken aan te zetten. Het bedrag van twaalf millioen dat op deze begrooting is uitgetrokken voor woning bouw en steun daarbij kan zelfs overschre- .en worden als de particulieren zóó ijverig worden, dat aan steun meer geld noodig zou zijn öf zóó te kort schieten dat de Staat moet ingrijpen. De Huurwetten moeten op den duur ver dwijnen meent de Minister zij kunnen niet blijven. Uit de statistische gegevens, meent de Minister, blijkt dat de tijd voor ophef fing nabij is. Die gegevens zijn dan wel heel zonderling. Inmiddels durft de Minis ter de verantwoordelijkheid moreel niet te dragen omdat hij nog nog geen perspectief genoeg ziet in den woningbouw. Het loopt nu nog over twintig gemeenten waar nog huurcommissies bestaan. De plaatselijke overheid moet nu eens overleggen wat ge daan kan worden om den schok van den overgang op te vangen. In Den Haag is er reeds een commissie ter bestudeering inge steld, waarin ook de particuliere bouwers uitgenoodigd zijn. In Leeuwarden is dit ook gedaan en daar is kort daarna de Huurcommissie opgehe ven zonder dat er iets is gebeurd dat schokkend was. De Minister heeft nog geen advies ge vraagd aan den Raad van State over de opheffing. Is dat advies gevraagd en be sluit de Minister tot opheffing dan duurt het nog zes maanden eer de wetten van de baan gaan. Men heeft dus nog allen tijd om te trachten een regeling plaatselijk te treffen, waardoor de moeilijkheden wor den voorkomen. Grauwe theorie is dit na tuurlijk gelijk wij in Den Haag uit ervaring weten. Intusschen kan men alleen afwach ten, wat er gebeur.en zal. De overige punten van de discussie bij deze afdeeling waren van minder belang. Veel ervan liet de Minister rusten, o.a. de pleidooien van den heer Kersten tegen den vaccinedwang, die niet aan de orde is om dat het Kabinet dit vraagstuk buiten zijn sfeer heeft gesteld. De replieken brachten nog wat na-ge- kibbel. Niemand vond zijn betoog weer legd, noch door den Minister, noch door één zijner medeleden. Het lange debat heeft niets opgeleverd en men weet nu niet meer dan vóór het debat, nl. dat de Minister den woningbouw wel wil bevor deren maar niet meer dan allerstrikst nood zakelijk is, nl. als het particulier initiatief absoluut onvoldoende is. Vervolgens kwamen er diverse onderge schikte puntjes, waarvan we o.a. noemen de vervalsching in de textielstoffen die hoe langer hoe ernstiger wordt. Het publiek wordt door allerlei namen op een dw£%I- spoor gebracht. Zoo spreekt men van „grasünnen" waarin echter geen spoor lin nen is te vinden. M t wollen dekens knoeit men ook er is al een zgn. kunstwol, die de heusche wol vervangt. Het publiek is daarvan de dupe en mevrouw De Vries reld, en als zoodanig weten we beiden dat de grillen van een vrouw niet altijd zeer redelijk zijn misschien schuilt hierin juist een groot deel van haar bekoorlijkheid... Mijn tegenwoordigheid zou madame Frey muth hinderlijk wezen Dat is voldoende. Ik ben bereid zoo gauw mogelijk te gaan. Goedendag, sir Later, terwijl de dokter ijverig bezig was, keerden zijn gedachten telkens terug naar zijn kort interview met mr. Lemaistre. Wat zou er gebeuren als hij zich eens niet hield aan zijn belofte, en hij bleef toch daar in de buurt hangen Toen de Franschman echter zijn woord had gegeven om Darmouth te verlaten, was hij dit ook ^waarlijk van plan. Hij was zelfs al naar zijn slaapkamer gegaan om zijn port-manteau te pakken. Maar toen hij zoo ver was, viel hem ineens iets te binnen. Miss Freymuth had immers den vorigen avond, bij het goedendag zeggen, haar ver langen uitgedrukt hem nog eens te zien, eer hij' ging Dat op zichzelve was vol doende hem daar te houden tot hij althans aan dat verlangen had voldaan. Er was nog een andere vraag, die bij hem oprees, in verband met Hermione Als Raymond Freymuth een weduwe had achter gelaten, hoe waren zijn beschikkin gen dan tegenover „mademoiselle" De mededeeling dat zijn vriend getrouwd was had hem als een donderslag getroffen. Hij was haar altijd zoo trouw gebleven in zijn vereering, dat nu deze verbintenis met een andere vrouw, Lemaistre een soort heilig schennis moest lijken. Ze was zoo lieftal lig, zoo bekoorlijk en zoo bevallig, die Hermione, dat Ray's ontrouw hem ten eenenmale onverklaarbaar voorkwam. En bij den dood van haar neef was dit aller liefst schepseltje misschien heel alleen Bruins achtte het noodig dat de Regeering het publiek gaat beschermen zooals het dit tegen den namaak van levensmiddelen pleegt te beschermen. Wat met de textiel stoffen gebeurt geschiedt al met de huis brandstoffen, waarin ook geknoeid wordt en waartegen deze zelfde afgevaardigde veiligheidsmaatregelen wenschte te zien uitgevaardigd. De Minister is al voornemens deze pun ten eens te onderzoeken. Als hij dat doet moge hij het gebied nog ruimer stellen en eens nagaan of er niet tal van artikelen onder allerlei namen aan de markt worden gebracht die een indruk wekken dat de deugdelijkheid gelijk is aan bekende kwa liteiten. Het publiek weet wel dat namaak niet hetzelfde is als echt maar het uiterlijk van het namaak is dikwijls zoo volkomen gelijk aan dat van het heusche, dat mis leiding niet is uitgesloten. In niets gaat de techniek zoo ver als In het namaken en iedereen heeft dit wel eens tot zijn schade ervaren. Over subsidies is nog even gesproken. Enkele zijn weer verminderd, andere iets verhoogd. Tot de laatste behoort die voor vreemdelingen-verkeer, waarmede men zich wel kon vereenigen. Criterium bij de sub- sidieering is de vraag of de zaak over heidstaak is of niet, maar dat criterium gaat niet altijd op. Gelijk de Minister zeide is de kwestie der subsidies één der moeie- lijkste deelen van zijn taak. Men maakt altijd ontevredenen. De afdeeling Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbemiddeling bracht al dadelijk heel wat sprekers in het debat. Het is een oud stokpaardje van vele leden. De heer Joekes, die op deze begrooting voorkomt voor 2000 verlofs-traetement, gaf zijn wijsheid ten beste over de werkloosheids bemiddeling. Kan je makkelijk doen als je je dik eet aan de staatsruif. Op deze afdeeling komen wij morgen terug, als de Minister heeft gesproken. Avondvergadering. Waterstaat. Vier en twintig sprekers, die allen plaat selijke en streekbelangen bepleitten. Het was nog erger dan in den ouden districten- tijd, toen men eikaars districten respecteer de, terwijl nu telkens leden van verschil lende richtingen zich op hetzelfde belang wierpen. Tot na elven duurden de vier en twintig redevoeringen bij de afdeeling Waterstaat Toen kwam eindelijk de Minister aan het woord voor zijn zwerftocht door alle dee len van ons land. Het was na middernacht, toen de Minis ter meende de sprekers „min of meer" be antwoord te hebben. Daarna, stonden er nog achttien sprekers bij de artikelen van. de afdeeling Water staat ingeschreven. En het plan was deze afdeeling geheel af te doen. Het verdrag Nederiand-België. Naar wij vernemen, zal een dezer dagen .een adres, geteekend door een groot aantal anti-revolutionairen uit verschillende ge deelten des lands, worden gezonden aan de anti-rev. leden der Eerste Kamer. In dit adres zal met nadruk verzocht worden niet zonder meer over te gaan tot aanneming van het wetsontwerp tot goed keuring van het verdrag met België, gelijk dit aan de Eerste Kamer is voorgelegd. Binnen eenige dagen zal het adres met de namen der onderteekenaars publiek worden gemaakt. Daarna wordt gelegenheid .gege ven in verschillende gedeelten van het land adhaesie-betuigingen aan het adres toe te voegen. De pers bij spoorwegongevallen. De voorzitter van den Nederlandschen Journalistenkring, heeft zich gewend tot den minister van justitie, den minister van waterstaat en de directie der Nederlandsche spoorwegen, met de mededeeling, dat aan vertegenwoordigers der pers bij meer dan een spoorwegongeval in den laatsten tijd belemmeringen in den weg zijn gelegd bij de vervulling van hun werk. achtergelaten zonder vrienden en zonder dat iemand voor haar gezorgd had 1 Ondanks zijn veertig jaren en zijn ruw leven daar ginds in de Nieuwe Wereld, was Lemaistre nog de ridderlijkheid in persoon gebleven tegenover een vrouw. En nu was deze vrouw juist zoo jong en zoo aantrekkelijk. Mocht hij deze bloedver wante van zijn ouden vriend dus op de een of andere wijze van dienst kunnen zijn, dan zou hem dit waarlijk gelukkig maken. Onmiddellijk keerde hij naar de koffie kamer terug en schreef daar het volgende briefje „Mademoiselle, Of vanavónd, óf morgenochtend keer ik naar Londen terug. Eer ik ga, zou ik het een eer rekenen, als u mij een interview wilde gunnen. Als ik u soms in mijn onwe tendheid van Engelsche etïkette een gunst verzoek, die u mij onmogelijk kunt toestaan dan zegt u dit maar vrij. Kan u mij wel ontvangen, zoo zou mij dit een waar genot wezen. Ontvang, mademoiselle, de verze kering van mijn diepsten eerbied, Uw dienstw. dienaar, JOSEPH LEMAISTRE". Dezen brief zond hij opzettelijk met een bode te paard, die op antwoord moest wachten. In een groot uur ontving hij het volgend antwoord terug „Waarde Heer, Ik zal u ontvangen vanmiddag tusschen tweeën en drieën, in het portiershuisje. Mrs. Freymuth voelt zich niet jn .staat om be zoek te ontvangen. Ik hoop dus dat u mij deze weinig-officieele manier 'niet kwalijk zult nemen Hoogachtend, HERMIONE FREYMUTH." Hij heeft er op gewezen, dat een goede voorlichting door de pers een publiek be lang is en daarom den ministers en de spoorwegdirectie verzocht, hun invloed te willen aanwenden, opdat aan de journalis ten in dergelijke gevallen alle mogelijke medewerking worde verleend voor een rich- tige uitoefening van hun taak. Invaliditeitswet Op 1 November 1926 werden 7049 we- duwenrenten en 8445 weezenrenten krach tens de Invaliditeitswet genoten, terwijl op genoemden datum krachtens art. 373 dier wet 54.992 personen in het genot verkeer den van een als vrucht hunner verzekering verkregen ouderdomsrente van drie gulden per week. Voorts genoten 14.750 personen een in- validiteitsrente, als bedoeld in art. 71 dier wet. Krachtens de vrijwillige verzekering, ge regeld in de Ouderdomswet 1919 waren op vorengenoemden datum 108.221 personen in het genot van een als vrucht 'hunner verzekering verkregen ouderdomsrente van drie gultien per week. Fleming-reddingboot bij de „Nederland". Van de werf „Het Fort" van de firma G. de Vries Lentsch te Nieuwendam is te water gelaten een zgn. Fleming-redding boot. De tewaterlating geschiedde vlot. De boot is onmiddellijk afgeleverd aan de Stoomvaart maatschappij „Nederland", ter plaatsing aan boord van het nieuwe mail schip dezer maatschappij „P. C. Hooft". De bouw van deze boot geschiedde onder lei ding van den heer F. Fleming uit Liverpool, die bij de tewaterlating aanwezig was. Het is de eerste Flemingboot, die te Am sterdam is gebouwd en eveneens de eerste Flemingboot van de Stoomvaart maat schappij „Nederland". Zij biedt plaats voor 32 personen. VLISSINGEN, 8 DECEMBER. Voorstel aan den gemeenteraad. Door Burg. en Weth. is het volgende voorstel aan den gemeenteraad gedaan Den laatsten tijd is er in uwen Raad enkele malen op aangedrongen de noodza kelijkheid van het weder instellen eener ge meentelijke werkverschaffing te overwegen. Onze meening te dien opzichte is, dat de werkloosheid alhier thans, mede als gevolg van de groote bedrijvigheid in de bouwvak ken, niet van dien aard is, dat tot bovenbe doelden maatregel zou moeten worden overgegaan. Het doet ons dan ook genoegen U te kunnen mededeelen, dat de commissie van advies voor de crisiswerkloosheid in deze gemeente in hare vergadering van den 3en December jl., na rijpe overweging, tot de conclusie is gekomen, dat het thans nog niet noodzakelijk geacht moet worden van gemeentewege een werkverschaffing in het leven te roepen. Wel is bedoelde commissie van oordeel, dat voor eenige werkloozen, nader door haar aan te wijzen, welke niet als doorloo pend werkloos zijn aan te merken, jets moet worden gedaan. Zij spreekt in haar brief van een vijftiental personen, doch hiervan hebben eenigen intussc/ien reeds weder werk gevonden. De commissie wijst er op, dat binnenkort enkele straten zullen moeten worden aange legd, in verband waarmede zij adviseert zoo spoedig mogelijk met deze werken te beginnen en de bewuste werklieden daar bij alsdan te werk te stellen. Wijders is zij van meening, dat het loon, dat aan deze arbeiders betaald zal moeten worden, minstens gelijk moet zijn aan het loon, dat in het particuliere bedrijf door on geschoolde arbeiders genoten wordt, terwijl zij ten slotte gaarne zon zien, dat het werk Maandag 13 December a.s. een aanvang nam. Wij kunnen ons met het advies der com missie, hetwelk wordt overgelegd, wel ver eenigen. De straten, welke de commissie op het cog heeft, zijn de De Lannoystraat en de Zoo gebeurde het dus, dat in het minst niet met het idee om den dokter te misleiden mr. Lemaistre's vertrek toch uitgesteld werd. Toen hij op den afgesproken tijd aan de portierswoning kwam, vond hij miss Frey muth daar reeds op hem wachten, in het kleine spreekkamertje, waar het heel som ber was wegens de gezakte gordijnen. „Heel vriendelijk van u om nog te ko men", zei ze. „Ik had niet graag gezien, dat u weg was gegaan, zonder dat ik in de gelegenheid zou zijn geweest u te bedan ken voor uw vriendelijkheid van gisteren". „Niets te danken, mademoiselle Het doet mij leed, dat u er zoo slecht uitziet „Zie ik er zoo slecht uit O, ik voel mij natuurlijk innig bedroefd. Ik zou wel den heelen dag kunnen schreien. Want wilt u wel gelooven, monsieur, dat ik zoo'n on aangename gewaarwording over mij heb, of wij nog niet aan het eind zijn van alle leed Dat gevoelen kan ik maar niet van mij afzetten „Dat is toch anders niets verwonder lijks, mademoiselle -Uw zenuwen zijn eenmaal geschokt en dat komt niet weer zoo gauw terecht. Misschien voelt u zich ook wat eenzaam in uw leed „Neen moeder en ik zijn aldoor samen. Mrs. Freymuth sluit zich op in haar kamer en wil niemand ontvangen". „O, de weduwe bedoelt u Ik heb pas een paar uur geleden gehoord dat arme Raymond getrouwd was. Dit bezorgde mij een grooten schok, mademoiselle. Gedu rende al die jaren van onze intieme vriend schap was hij zoo trouw aan uw onder linge belofte." Hij keek haar ook zóó oprecht aan met zijn eerlijke, grijze oogen, dat zij zich zeer goed Ray's vriendschap verklaren kon Opzienbarende genezing. Acht jaar aan bed of stoel geketend. Onmachtig te loopen. Een zooge naamd hopeloos geval door mij IN VIER WEKEN GENEZEN. Probeer mijn Behandeling Gratis. Zou men zich e«n ernstiger geval kunnen voorstellen dan dat van den Heer E. J. Brandts. Marten van Rossumstraat 56. Arnhem Zestien jaar leed hij aan Iachias en Zenuw-rbeu- matiek. De laatste acht jaar 266 ernstig dat hij noch bed, nocb stoel kon verlaten en alle hoop bad opgegeven ooit weder te kunnen loopen. Acht maanden in een ziekenhuis doorgebracht, plets mocht hem baten Alles vreeselijk pijnlijk en lichaam totaal verslapt. En nu Is bij het onderwerp van elk gesprek in Arnhem. De geheele stad is er vol van. Hij, die zich niet verroeren kon. dien de menschen sedert acht jaar niet meer hadden gezien, ioopt weder zoo goed door de stad, alsof hij nooit iets gemankeerd had Lees hetgeen hij o.m. schrijft: „Na uw Behandeling gedurende een maand te hebben toegepast, ben ik volkomen genezen. Ik kan weder goed loopen, hetgeen »k in geen ncht jaar heb gekund. Alle hoop had ik opgegeven; het scheen ongc'ooflijk ooit weder zoover te kunnen komen. En nu is bet werkelijkheid. Van mijn coot kruis, na zoo lange jaren en zoo vreeselijkc pijnen te h bben geleden, ben ik nu, dank zij „Duo Formula", verlost." Mijn gratis aanbod. Laat ieder lijder, die dit leest, om een gratis 10 dageD voorraad dezer merkwaardige behandeling schrijven. Het geva! van den Heer Brandts bewijst, dat er geen te ernstig is om door deze behandeling genezen te worden. De Heer Arthui Richards, in wiens privé-laboratorium zij gevonden werd. zegt: „Ik zal niet rusten alvorens ik ieder lijder aan Rheumatiek, Ischias, Jicht, Knobbeljicht of eenige andere Urinczunrzlekte de gelegenheid gegeven heb mijne Behandeling gedurende 10 dagen op mijn kosten te beproeven". Hoe dit aanbod aan te nemen. Zend nocb geld. noch postzegels. Zend eenvoudig Uw naam en adres met de woorden „Gratis Voorraad", per 10 ets. briefkaart, waarna de 10 dagen Cratis Behandeling (e zamen met verklarende Brochure en de beschrijving van meerdere wonderlijke genezingen, u per keerende post franco zal bereiken- Adresseer» Mr. Arthur Richards, Room 126 50, Gray's Inn Road, (o) London, W. C. 1. Engeland. Porto naar Engeland: Briefkaarten 10 ct. Brieven 15 ct. Dr. Ottestraat". Eerstgenoemde straat zal de verbinding vormen tusschen de Van de Manderestraat en den Singel, terwijl laatst genoemde van de Paul Krugerstraat naar den Singel komt te loopen (langs den muur bij de RüB.S.) Wij zouden het uurloon op 45 cent be- paald willen zien. Op dezen basis worden de totale kosten van aanleg (loopen, materialen enz.) door ons op rond 8000 geraamd, welke kosten ten laste van het grondbedrijf gebracht kunnen worden. Op grond van het bovenstaande hebben wij de eer uwen Raad voor te stellen over te gaan tot den aanleg van de De Lannoy straat en de Dr. Ottestraat en zulks op de wijze als hiervoor nader is omschreven. 11 December 1926. Het bestuur van den „Vlissingschen Oranjebond" verzoekt ons ter kennis van de leden te willen brengen, dat de veree- niging door een bestuursdeputatie met het vaandel zal worden vertegenwoordigd bij de door „Vlissingëni Vooruit" voorbereide ontvangst van den burgemeester en me vrouw Van WoelderenSprenger, bij hun terugkeer van de huwelijksreis, op aan staanden Zaterdag 11 dezer en dat leden, die zich daarbij wenschen aan te sluiten, worden uitgenoodigd, op gemelden datum, uiterlijk half twee, aanwezig te zijn op de achterplaats der voormalige kazerne Wil lem III in de Oranjestraat en zich aldaar bij de opstelling van den stoet, onder num mer 5 van dezen, te scharen achter het vaandel der vereeniging. Zangvereeniging „Looft den Heer J" Blijkens achterstaande advertentie geeft bovengenoemde zangvereeniging op Woensdag 15 December in het Concert gebouw haar Kerstuitvoering. Voor de pauze zullen o.a. uitgevoerd worden „Die heilige Nacht" van N. W. Ga de en „Die Flucht der heiligen Familie" van M. Bruch. „Die heilige Nacht" is geschreven voor koor en orkest niet altsolo. Alle partijen zijn daarin gedeeld, zoodat o. h. w. twee koren zich beurtelings daarin doen hooren. De „Athalia" is een door Racine geschre ven treurspel, waarvoor Mendelssohn de keren componeerde, die oorspronkelijk be doeld waren voor vrouwenstemmen met piano. Na een uitvoering op een hofconcert Waarom de arme jongen zijn vriendschap zoo verloochend had, bleef haar nog altijd een geheim. Ze kon er Lemaistre zeiven ook niét naar vragen, maar wilde enkel haar neef nog verdedigen met haar antwoord „Het was mijn schuld, monsieur. Hij was bereid en ook verlangend om ons verdrag te handhaven en ten uitvoer te brengen maar ik geloof, dat ik te lang gewacht had. Mijn gevoelen, was bekoeld en ik ontsloeg hem van de belofte, die hij mij had ge daan „En het bezit?" vroeg de Franschman. „U wilt mij die nieuwsgierigheid toch wel vergeven maar gisterenavond hoorde ik een paar menschen in het hotel spreken en daaruit meende ik op te maken, dat u niet goed-af zoudt zijn. Als oud vriend van Raymond voel ik mij in zekeren zin ver antwoordelijk tegenover hem, voor één die hem zoo dierbaar was. Ik mag u immers toch ook wel mijn vriend achten „Heel graag riep ze, en stak hem de hand toe. Eigenaardig maar gedurende heel dien laatsten omgang met haar neef, had ze zich niet zoo nabij haar geliefde van vroeger gevoeld als nu, al pratende met zijn ouden vriend. Als mr. Lemaistre zoo van hem sprak, op dien teeder-bedroefden toon, dan voelde ze zich veel dichter bij den ridder lijken, stoutmoedigen Ray, dien zij vroeger had liefgehad, dan in gezelschap van den schichtigen, wispelturigen man zooals zij Raymond nu het laatst had gekend. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1926 | | pagina 1