KAHRELTHEÉ
No-258'
■64e Jaargang!
IQ26
DINSDAG 2 NOVEMBER
GEMEENTEBESTUUR
BINNENLAND
FEUILLETON
EEN NAAM MET EEN SMET.
Stads- en Provincienieuws
Werk niet zoo hard!
moeder heeft 't m,
us vischjes vangen
>ch heelemaal geen
maar even kijken
Is waar, dacht hij
kijken is niet ge-
^lde het binnen in
deed wat hij niet
ag een heel ristje
n met hun schep,
stekeltjes die er
vroeg Wim aan
le.
ie de jongen die
>g veel te klein om
je 't deed zou je
nog moesten
Wim
op-
cwam
ïeb jou
nd ..e,
ischjes
moeg
later,
liggen,
van
1 nijdig,
en je netje
meteen ging hij
zijn ar-
't water,
gezien,"
-ga je mee
t weer niet hoor
rdragen. Een flau-
niet zijn en zonder
)fte hij naast Wim
arm uitstrekken,
teek en zijn eigen
weerspiegeld. Gek,
spiegel dat water,
er trouw in weer-
toe waren eender,
was blauw en zijn
de kleur van zijn
waren zijn oogen,
ïoeder. Hij leek op
een die moeder en
water schommelde,
ezicht ook heen en
in wat moeder wel
dat hij hier lag en
Hij keek weer naar
op dat van moeder
het water weer te
ïeen Piet alsof hij
chudden en hoorde
tNiet doen mijn
hij op. Neen, hij
ijven. Hij lette niet
toeriep. Hij holde
vas hij thuis. Daar
ezen, maar telkens
af naar de jongens
wat later op den
vischjes in den Sin-
pakken kunt
was 't antwoord,
niet vangen hè T
;n, is 't veel te ge
neusde toen weer
gewoonlijk, telkens
of hij nu eigenlijk
en wat Wim mor-
hij hem weer zag.
thuis.
ord vroeg die.
m moeder.
Piet 's vriendje?
in den Singel ge-
:jes vangen of zoo
heeft hem met
Er stonden nog
de plek toen ik er
moeder huiverend,
ar 't gevalletje zal
kou op den hals
avond zoo'n beetje
zijn gedachten bij
durend denken aan
evallen was en hij,
er naar bed, maar
men. Om tien uur
woonlijk nog even
urlijk erg verwon-
vakker vond.
las Vaak niet eens
op en dicht tegen
rtelde hij, dat hij
gevangen, dat hij
voor gelegen had,
as geweest of moe-
aangekeken en hij
eggen „Niet doen
onderd pond lichter
ebiecht. Nu schoot
moeder er wel van
viel mee. Moeder
zich aan, drukte
le wangen en fluis-
e bent mijn groote,
e altijd bij wat je
wat moeder er wel
itig van ja en hoe-
>p was al een groo-
Ide hij zich nu toen
lkindje in moeders
ider klapte in zijn
riep hij, „da*
ia! goed onthouden
met hun gedachten
ngzamerhand kvva-
veer
;n
los.
riep Chris
F, Dolf, „De waar-
lat gezicht dat Piet
is dat geen mooien
best kunnen."
op den Singel
u Chris merkte op,
leelemaal wet ging?
stemmetje van
dat was het
he
zou
eluk
ir
het
Want
l'cllü Uc"
waarschuwde,
Tom toeknikkend,
it passende titel e1
lemaal toestemmen
n morgen aan de
Hm binnen in ee
wat hij best hom
t op school was brj
:ellen maken.
Wordt vervolgd
VLISS1NGSCHE COURANT
ABONNEMENTS PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
keren f 2.20 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk 2.50. Weekabon
nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 14 regels f 1.10 voor iedere
,egel meer 26 cent bij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Kleine 'Advertenties betreffende Huur en
Verhuur, Koop en Verkoop. Dienstaanbie
dingen en Dienstaanvragen, enz. prijs, bij
vooruitbetaling van 1—5 regels 0.75, elke
regel meer 13 cent.
Familieberichten van 16 regels
iedere regel meer 26 cent
f 1-70,
GEMEENTE-BEGROOTING 1927.
Burgemeester en Wethouders van Vlissin
gen brengen ter openbare kermis, dat de
begrooting der plaatselijke inkomsten en
uitgaven voor 1927, met memorie van toe
lichting, alsmede die van het grondbedrijf,
van het bedrijf der groente- en fruitveiling,
van het havenbedrijf, van het badbedrijf,
van het woningbedrijf, van het bedrijf van
den vee- en vleeschkeuringsdienst voor den
kring Vlissingen en van het bedrijf van den
gemeentelijken reinigingsdienst op de se
cretarie (le afdeeling) voor een ieder ter
lezing zijn neergelegd en tegen betaling
der kosten algemeen verkrijgbaar worden
gesteld.
Vlissingen, 2 November 1926.
Burg. en Weth. voornoemd,
M. LAERNOES, L.B.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
BEKENDMAKING.
Burgemeester en Wethouders van Vlis
singen brengen, ter voldoening aan artikel
75, le alinea, der lageronderwijswet 1'92Ö,
ter openbare kennis, dat bij raadsbesluit
van 29 October jl. no. 11, aan het bestuur
der Vlissingsche Schoolvereeniging, over
eenkomstig zijn verzoek, de noodige gelden
zijn beschikbaar gesteld a. voor het aan
schaffen van een compleet springstel be
staande uit een springplank, twee spring-
staanders met koord en een springmat
b. voor het donker maken van de kamer
van het hoofd der school, zoodat deze ge
schikt is voor het lesgeven met een pro
jectielantaarn en c. voor het aanschaffen
van 6 kachelschermen en het verplaatse
van enkele kachels.
Vlissingen, 1 November 1926.
Burg. en Weth. voornoemd,
M. LAERNOES, L.B.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
Het Nederlandsch-Belgisch verdrag.
De Berlijnsche correspondent van „de
Tel." meldt
Het is voldoende bekend, dat de ver
trouwelijke onderhandelingen, die over de
Eupen-Malmédy-kwestie gevoerd zijn, zich
aan Duitsche zijde in handen van den pre
sident der Rijksbank dr. Schacht bevon
den. Uit dit feit alleen reeds blijkt, dat vol
gens de Duitsche opvatting de onderhan
delingen in de eerste plaats een fnancieel
karakter droegen. Daar het niettemin mo
gelijk was, dat ook kwesties van politieken
en economischen aard ter sprake gebracht
waren, zooals de bevoorrechting van Ant
werpen boven Rotterdam, hebben wij ons
tot dr. Schacht gewend, die ons machtigde
tot het publiceeren der navolgende ver-
klaring„In de besprekingen over Eupen-
Malmédy, die door den president der Duit-_
sche Rijksbank, dr. Schacht, gevoerd zijn,
is de kwestie van de haven van Antwerpen
niet aangeroerd".
Naar het Engelsch,
van
L. CAMPBELL DAVIDSON.
(Nadruk verboden.)
32)
..Ben jij dat, Jocelyn vroeg Roger met
heesche stem en zeer moeilijk sprekend.
..Je bent zeker gekomen om mijn einde bij
te wonen 1"
De dokter fluisterde weer „Zal ik u
"ever alleen laten?"
Roger antwoordde voor haar, met een
„Ja. Zeg hem, dat hij gaat".
Toen begon Lauderdale
>,lk ben blij, dat je hier bent. Ik heb je
jets te zeggen, en veel tijd heb ik niet. Ik
«ad niet durven hopen, dat het geluk je me
hierheen zou voeren. Ik dacht dat het je
misschien aangenaam zou wezen, als je
yast wist dat je opvatting van de zaak de
juiste was Ik heb Lang doodgeschoten,
bet was alles mijn ondernemen van het
^gin tot het einde
»0 maar Roger... Hoe kwam je er
toch toe?"
>>Je kunt het heele verhaal te hooren
.jïSen, als ik het zoo ver breng". Er klonk
uitdagende bitterheid uit den toon van zijn
rem „Het was die geschiedenis met de
parten. Ik zou de zaak nooit op Vyvian
geschoven hebben als ik er door zelfbehoud
«•et toe gedreven werd. En het was ook
Makkelijk genoeg... De kolonel liet me bij
L'c" op de kamer roepen. Ik dacht, dat het
'as om de een of andere order te geven
ctreffende Vyvian maar hij overrompel-
7n vroeS om mijn ring. Dien gaf ik
d J bodenken. Toen zei hij mij ronduit,
1 k het had gedaan hij had de krasjes
s Zien, die ik er met den diamant op had
uiaakt. Ik was zoo verrast, dat ik geen
De anti-rev. „Rotterdammer" neemt een
ander -standpunt in ten opzichte van het
Nederlandsch-Belgisch verdrag dan „de
Standaard", waarvan wij gisteren melding
maakten.
Het anti-rev. orgaan van de Maasstad
schrijft het volgende
De beschuldiging, alsof hier in Nederland
een atmosfeer geschapen zou zijn tegen
het verdrag is niet houdbaar. Het is een
niet bewijsbare beschuldiging. Te ernstiger
omdat het juist België is, dat zeer egoïs
tisch optrad.
In 't Oostgat der Schelde zullen de Ne-
derlandsche loodsen optreden. Het is wel.
Doch blijkbaar zag België kans om daarop
nog gunstige uitzonderingen te bedingen.
Voor uitgaande schepen geldt deze rege
ling echter nietdaarbij kan men schepen
overhalen of misschien wel dwingen Belgi
sche loodsen te nemen.
België „belooft", dat het op afschaffing
der hinderlijke surtaxes d'entrepot zal aan
dringen het zal „overwegen" om de voor
al voor Terneuzen zoo schadelijke spoor
wegtarieven te wijzigen het is „voorne
mens" om den gratis sleepdienst naar
Dordrecht op te heffen o ja, België heeft
vele goede „plannen" voor de... toe
komst.
Onze minister begrijpt dat best. Hij
acht het zeer juist, dat België een gereser
veerde houding aanneemt, omdat de Hol-
landsche pers zooveel agitatie tegen het
tractaat ontwikkelt.
Dat is wel het toppunt
Nota bene het verdrag brengt ons geen
enkel voordeelwe worden, om met den
heer Brautigam te spreken, door België
met allerlei kunstgrepen beconcurreerd en
als we maar kikken, wordt ons dat kwalijk
genomen.
Zijn we dan een volk met een meelzak-
kennatuur, zonder eenige nationale waar
digheid
Nederland en de Volkenbond.
In verband met de verkiezing van Neder
land in den Volkenbondsraad heeft de Ne-
derlandsche regeering als vertegenwoordi
gers van de permanent raadgevende com
missie, welke overeenkomstig art. 9 van 't
Volkenbondverdrag den raad van advies
dient in militaire aangelegenheden aange
wezen luitenant-generaal b. d. C. van Tui
nen, schout bij nacht H. G. Surie, en luite
nant ter zee le klasse D. Vreede, resp. voor
zoover betreft vragen van weermacht te
land, ter zee en in de lucht.
inbegrip van het loodswezen, bij laatstge
noemd departement onder te brengen.
Andere leden achtten overbrenging van
het loodswezen naar het departement van
waterstaat te verkiezen,
Gevraagd werd verder of de minister
j reeds tot een beslissing is gekomen inzake
de vervanging van zeilschepen voor den
loodsdienst door stoomloodsvaartuigen.
j Sommige leden betooguen opnieuw, dat
i de pensioenregeling voor de loodsen een
i andere dient te zijn dan de algemeene pen-
j sioenregelen voor het rijkspersoneel. Het
zware, inspannende en gevaarlijke werk
van den loods eisqht dé volle arbeids
kracht daarom moet dit personeel vóór
het 65ste jaar gepensionneerd kunnen
worden. De eisch van een langeren dienst-
tijd dan 35 jaar voor het verkrijgen van vol
pensioen, achtte men vooi loodsen niet wel
l mogelijk men drong er derhalve op aan
het pensioen te stellen op 2 per dienst
jaar.
De zaak-Vertinden.
In „de Avondster" te Bergen op Zoom
teekenen de acht gemeenteraadsleden die
26 Februari 1.1. voor de motie tegen den
wethouder Verlinden gestemd hebben, pro
test aan tegen de conclusie van den Eere-
raad. Zij verklaren hun bezwaren tegen
genoemden wethouder te handhaven.
De verhoudingen bij het loodswezen.
Bij de behandeling der verschillende
hoofdstukken van de marinebegrooting
werd door verscheiden leden als hun mee
ning uitgesproken, dat de verhoudingen bij
het loodswezen niet goed zijn. Het optreden
der superieuren tegenover het lagere per
soneel is dikwijls onjuist. Naast hetgeen ten
vorigen jare omtrent het opleggen van ie
zware en onrechtvaardige straffen is opge
merkt, verwezen zij naar het gebeurde met
den loods Hopman te Vlissingen. Ook het
geen aan den dag trad bij het onderzoek
naar het vergaan van den loodsschoener
„Terschelling II" bevestigt naar hun oordeel
deze meening.
Naar de opvatting dezer leden zou het
gewenscht zijn, dat bij het loodswezen de
hoogere rangen niet langer werden bezet
uit personeel afkomstig van de marine, doch
uit mannen van de koopvaardij. Er is trou
wens een veel grootere samenhang tus-
schen koopvaardij en loodswezen dan tus-
schen marine en loodswezen.
In verband hiermede werd de hoop uit
gesproken, dat bij de door den minister be
oogde reorganisatie der marine er toe zal
worden overgegaan, de afdeeling loodswe
zen van het departement over te brengen.
.Aangezien er ook een aandrang is, om de
afdeeling scheepvaart van het departement
van waterstaat over te brengen naar het
departement van arbeid, handel en nijver
heid, zou het volgens sommige leden wen-
schelijk zijn de geheele scheepvaart, met
oogenblik er bij dacht wat ik deed, maar
het pistool, dat ik in mijn zak bij mij droeg,
op hem richtte en schoot. Ik zweer, dat ik
dit zonder overleg deed.
De ring was intusschen weggerold ik
had nog wel oven naar het ding gekeken,
maar er viel geen tijd te verliezen. Ik dacht
dat die in een reet in den vloer zou zijn
gevallen. Het beste wat ik doen kon was,
dat ik Vyvian wegzond en de menschen in
den waan bracht, dat hij het gedaan had.
Dus ging ik terug naar mijn kamer en'
schreef hem dat hij moest zorgen, zoo gauw
mogelijk weg te komën. Hij deed het, ge
lukkig voor ons beiden, anders had ik toch
een meineed gedaan, dat ik hem had zien
schieten".
Jocelyn hield het hoofd in de handen.
Ofschoon ze het alles zoo wel gedacht had,
was het toch vreeselijk om het aan te
hooren. Die kalme, onverschillige wijze,
waarop hij zijn bekentenis deed. Toch
wilde ze nog enkele woorden van troost
spreken.
„Roger, je bekentenis zal in ieder geval
in zoo verre goed doen, dat zij een on
schuldige van smet zal vrijwaren. Je hebt
toch berouw van hetgeen je deedt Ja, dat
moet wel, anders hadt je het mij niet ver
teld Ik weet dat je berouw hebt..."
„Berouw... Het spijt mij, dat het zoo
geloopen is. Voor mijn plezier deed ik het
anders niet, die kaarten zoo merken. Maar
ik had geen keuze deed ik het niet, dan
zou ik geruïneerd zijn Het was puur onge
lukkig toeval, dat iemand die teekentjes
zag en het was eveneens toeval, dat ik net
een geladen pistool in mijn zak had en mij
zeiven niet langer meester was...
„Maar je moet er toch zeker wel berouw
van hebben... Anders zou je het mij niet
verteld hebben", drong ze.
Hij lachte en die lach had een verschrik-
kelijken klank.
„Waarom ik het je verteld heb... Dat je
weten zoudt, "hoe je de naaste bloedver-
L. Chrispijn Sr.
Op 72-jarign leeftijd is te Amsterdam
overleden de bekende tooneelspeler L.
Chrispijn Sr.
Hij behoorde tot de beste acteurs, doch
als zoovelen van zijn collega's, heeft hij in
de laatste jaren groote teleurstelling onder
vonden. Bij zijn 50-jarig jubileum was hij
zelfs zonder engagement.
Scheepvaartbeweging.
Gedurende October 1926 kwamen den
Nieuwen Waterweg binnen 2043 schepen,
metende 2.758.697 netto reg. ton. Voor
Rotterdam waren hiervan bestemd 1492
schepen, met. 2.048.165 netto reg. Jon.
In October 1925 kwamen den Nieuwen
Waterweg binnen 1133 schepen, metende
1.632.436 netto reg. ton. Voor Rotterdam
waren hiervan bestemd 916 schepen, met.
1.345.692 netto reg. ton.
AIzoo voor den Nieuwen Waterweg een
vermeerdering met 910 schepen, metende
1.126.261 netto reg. ton, en voor Rotterdam
een vermeerdering met 576 schepen en een
vermeerdering met 702.473 netto reg. ton.
Sedert 1 Januari zijn aangekomen
Schepen N. R. T.
N. Waterweg 1926 16.669 23.974.753
1925 11.596 17.640.759
Rotterdam 1926 11.954 17.606.641
1926 9.294 13.935.663
De natte Octobermaand.
Het filiaal van het Kon. Ned. Meteor.
Instituut te Amsterdam meldt
De regenval in October bereikte met 105
mm. een hcog bedrag nog natter waren
de Octobermaanden in de jaren 1917, 1911
en 1923, toen in. den Hortus 197, 139 en 112
mm. werden afgetapt. De droogste Octo
bermaand was die van 1920 met 10 mm.
De waarnemingen in den Hortus zijn in
1909 begonnen.
VLISSINGEN, 2 NOVEMBER.
Kon. Maatsch. „de Schelde".
Gisteren had de jaarlijkscbe uitreiking
j^Iaats van medaljes, getuigschriften en gra
tificatiën voor 40- en 25-jarigen dienst aan
de Maatschappij.
4 ambtenaren, 3 bazen en 34 werklieden
hebben in den loop van dit jaar deze dienst
tijden volbracht.
De uitreiking geschiedde door de direc
tie, in tegenwoordigheid van hoofdambte
naren, afdeelingschefs, het bestuur der ba-
zenvereeniging, het bestuur der arbeiders
vertegenwoordiging, de bazen der fabrieks-
afdeelingen, waaruit werklieden voor een
medalje in aanmerking kwamen, alsmede
van het bestuur der afdeeling Middelburg
van de Nederlandsche Maatschappij voor
Nijverheid en Handel.
Onder het aanbieden van hartelijke ge-
lukwenschen aan de jubilarissen, werden
uitgereikt
De gouden medalje van de Kon. Maat
schappij „de Schelde", met bijbehoorende
gratificatie, voor 40-jarigen dienst aan 1
ambtenaar, 1 baas en 17 werklieden, nl.
W. P. Edelman, F. H. Schmidt, H. van
Beek, C. van den Ent, P. Everse, N. Groe-
nenberg, K. H. Kemeling, F. Koekman, D.
J. Labruyère, B. L. Legemaate, J. Looisen,
A. Masclee, J. Mondeel, A. Mudde, J. Naere-
bout, H. van Oosten, A. J. B. van Opbergen,
L. J. Ratelband en J. Siebols.
De zilveren medalje van de Koninklijke
U kunt Uzelf veel werk be
sparen door een pak Rinso te koo-
pen en de Rinso waschvoorschriften
te volgen. Dit moderne zeeppoeder
bespaart U het zwaarste werk van
den waschdag. Snel gereed, een
keurig heldere wasch en veel minder
moeite, dit is wat Rinso U brengt.
wante was van een schurk. Dit zou mis
schien een onoverkomelijk bezwaar wezen
in het oog van den man, dien je dan zoo
verre verkiest boven fnij Ik ken je nauw
gezetheid van geweten, nichtje-lief. Ik weet
dat je eerdèr sterven zoudt, dan dat je je
man een haam met een smet zoudt willen
aanbrengen. In ieder geval zal je dus niet
aan een ander schenken, wat je mij niet
geven wildet. Dan hoef ik mij ten minste
niet om te keeren in mijn graf van erger
nis Ik ken den man, dien je liefhebt 1"
Haar handen vielen slap langs haar neer.
Ze kon zich niet indenken in zoo'n ge-
moedsgesteiheid, welke een mensch nog
lust deed gevoelen om op wraak te zinnen,
terwijl de dood al zoo nabij was
„Je kent hem herhaalde zij.
„Zeker... De liefde maakt spitsvondig,
niet waar, en denk je niet dat ik alles las
op de uitdrukking van je beider gelaat,
toen je oogen elkaar zooeven ontmoetten,
terwijl jij hier binnen kwam en hij zijn
plaats inruimde
HOOFDSTUK XXXVIII.
Jocelyn staarde hem aan. Ze begreep niet
hoe iemand zoo, met die gevoelens van
haat en wraak in het hart, yan de wereld
wilde scheiden.
Huiverend legde ze haar trillende vingers
op zijn hand. Hij sloot die in de zijne,
drukte ze met een kracht waartoe zij hem
niet meer in staat had geacht, en keek op*
in haar gelaat.
„Ja, ik zag hem en ik zag ook den blik,
waarmee hij je aankeek. Verbeeld je niet,
dat hij de liefde kent, zooals ik die ken
Zijn gevoelen is daar slechts een flauwe
afdruk van.. Ik zou ik wee,t niet wat
voor misdaad hebben bedreven om jou
maar te krijgen en ik zou je ook gewon
nen hebben, als ik maar was blijyen leven
Nu moet ik je verlaten en zou.hij zeker
denken, dat zijn beurt kwam Maar dat is
dan toch misgerekend.Jij zult nooit de
zijne willen worden, als je een neef hebt,
die valsch speelde en iemand in koelen
bloede doodschoot. Dezelfde reden, die je
van mij afhield, zal je ook uit zijn armen
houden Hoe is zijn naam Dien alleen
ken ik nog niet."
Ze antwoordde niet. Ze wist zelf heel
goed, dat Launcelot en zij voor altijd ge
scheiden zouden zijn door Roger's schuld.
Maar, hoe de schuldige zelf daar nu zoo
over praten kon, was afschuwelijk.
„Spreek Hoe is zijn naam", drong hij,
haar hand nog vaster in de zijne klemmend.
Ze keek hem recht in het gelaat.
„Nu je het vraagt en het zoo zeer ver
langt te weten, zal ik het je ook zeggen
Het is Launcelot Vyvian. Hij is de broer
van dengeen dien je geruïneerd, en zeker
ook gedood hebt, zoo zeker als je dien
ander doodde Nu weet je het
Hij liet een schorren kreet hooren. Of
dat nu echter van schrik, van verrassing of
van blijdschap was, kon zij niet uitmaken.
Zijn hoofd zonk achterover. En zij
sprong op, enkel en alleen vervuld van
groot medelijden, want nu was het oogen
blik ingetreden dat de dood kwam.
„Roger... o, Roger... ik vergeef het je.
En ik weet, dat hij het je oolc wel vergeven
wil..."
Zijn antwoord was een stille, ietwat
spottende lach.
De dokter trad binnen.
„Zoo, laat mij nu maar alleen met hem",
zei hij, het hoofd van den patiënt op zijn
beurt ondersteunende Hij keek al uit, of
er geen tranen kwamen of eenig ander
teeken, waarmee het jonge meisje haar
aandoening verraadde. Maar ze leek zeer
kalm, ofschoon ze doodsbleek zag.
„Dit is een verschrikkelijk oogenblik
voor u geweest", meende, hij. „Maar u
moet maar denken nu is hij ook tot rust
gekomen. Hij zou vreeselijk geleden heb
ben als hij nog langer had moeten leven.
Als ti er maar eenigszins meer aan gewend
W
Voor engros Firma GEBR. STEENLAND,.
Stationstraat MIDDELBURG.
Maatschappij „de Schelde", met bijbehoo
rende gratificatie, voor 25-jarigen dienst
aan 3 ambtenaren en 2 bazen, nl. C. j.
van der Eijk, K. B. de Kat, B. M. Verheul,
J. C. H. Bode en F. J. van Dierendonck.
De zilveren medalje met vereerend ge
tuigschrift van de Nederlandsche Maat
schappij voor Nijverheid en Handel, en
gratificatie van de Koninklijke Maatsch.
„de Schelde" voor 25-jarigen trouwen
drenst aan de volgende 17 werklieden
W. J. Arde wijn, P. Brasser, P. van Gessel,
B. Goedhart, J. Haverhoek, J. A. Huser, C.
D. In den Bosch, C. Lagendijk, C. J. Mom
maas, M. Nouse, F. C. Perwez, G. Poppe,
F. Potters, W. M. de Rooij, G. Schot, J.
Stroo en C. A. van der Velden.
In totaal werden tot nog toe uitgereikt
aan: 141 ambtenaren, bazen en werklie
den de gouden medalje van de Koninklijke
Maatschappij „de Schelde" voor 40-jarigen
dienst. 78 ambtenaren en bazen de zilveren
medalje van de Kon. Maatsch. „de Schel
de" voor 25-jarigen dienst. 588 werklieden
de zilveren medalje met vereerend getuig
schrift van de Nederlandsche Maatschappij
voor Nijverheid en Handel voor 25-jarigen
dienst.
Het brandbluschapparaat „Total".
Voor enkele weken heeft het Technisch
Handelsbureau Joh. Visser te 's-Gravenha-
ge, op een terrein van de Kon. Maatsch.
„de Schelde" alhier, een demonstratie ge
houden met haar brandbluschapparaat
„Total", welke demonstratie verrassende
resultaten heeft opgeleverd.
Gisterenmiddag werd weder op een ter
rein van de Kon. Maatsch. „de Schelde"
een demonstratie gehouden en waren thans
behalve directie, ingenieurs en technische
ambtenaren van „de Schelde" ook tegen
woordig de directie en enkele hoofdambte
naren van de stoomvaart-maatschappij
„Zeeland" en de directie van de electrische
tram.
De demonstratie van gisteren had voor
namelijk ten doel de bluschkracht te be
proeven van het rijdende blusch-apparaat
„Total". Deze wagen bevatte 80 K.G.
bluschpoeder dubbel koolzure natron,
waaraan gekoppeld was een 8 K.G. kool-
zuur-cylinder, waardoor de poeder in een
groote bluschwolk met kracht over den
brandhaard wordt gespoten. Door de sa
menwerking van de koolzuur met de poe
der wordt een blussching in een minimum
van tijd bereikt.
De demonstratie van gisteren heeft we
der op afdoende wijze de deugdelijkheid
van „Total" bewezen. Het reservoir met
stookolie gevuld werd weder, nadat er rij
kelijk benzine tusschen de olie was gewor
pen, in brand gestoken. De vlammen ver
spreidden zich dadelijk ook tusschen de
is, zult u er ook mee verzoend zijn, dat hij
nu vrede heeft
Het was toch ook zoo ellendig, dacht de
dokter, dat dit huisje zoo weinig gelegen
heid bood voor Jocelny om eens kalm alleen
gelaten te worden met haar leed. In de
eene kamer lag de verongelukte, de man
die onmiddellijk dood was geweestin dit
tweede vertrek de kapitein, die zoo even
overleden was in de keuken huisden de
menschen zelf en van een logeerkamertje
was geen sprake
„O, bekommer u heusch niet te veel om
mij", zei Jocelyn. „Ik ga een eindje wan
delen. De frissche lucht zal mij goed doen
en ik ben liever hier weg van de2e plaats."
De dokter kon ook niet zoo lang tijd
wijden aan haar en de dooden namen zoo
danig zijn aandacht in beslag. Hij toch was
de eenige autoriteit, behalve de veldwach
ter, die haastig ten tooneele verschenen
was.
„Zoodra ik kan, kom ik u halen", zei hij
tot Jocelyn. „Dan neem ik u mee naar mijn
vrouw en u moet vannacht bij ons logee-
ren. U zoudt nu toch niet meer naar Lon
den terug kunnen."
Hij liet het jonge meisje dus voorloopig
aan haar lot over, zich wel even met ver
wondering afvragend, waar toch de man
was gebleven die den stervende mee de
laatste hulp had geboden. Als die ergens
te vinden was, dan kon die met haar mee
gaan en haar gedachten was afleiding be
zorgen. Maar hij was er niet. De veld
wachter had hem reeds zijn vragen gesteld
en nu was hij een eind den weg opgeloo-
pen liefst wilde hij zoo ,yer mogelijk ver
wijderd zijn van het huisje, ofschoon dit
anderzijds toch ook weer een groote aam
trekkingskracht voor hem bezat.
Hij had het verblindend licht van de
ondergaande zon in de oogen, dus had hij
het slanke figuurtje niet gezien, dat daar
aan den kant van den weg liep.
(Slot volgt.)