PLOUVIER HEEFT DE SCHOENEN.
DINSDAG 33 JUNI
-üKO.144'
64e Jaargang
1926
mvaart
GEMEENTEBESTUUR
BINNENLAND
FEUILLETON
Mamie's Huwelijk
ERSEN
21 Juni 1926, des
ersen.
rkoopen.
'f R»4r^ i Londe"
Berlijn j 59.24..
/2 7.20 Parijs
2.49 ]/2 Ponden
n f 59.2059.32
7.21 Fransché
o's en Fietsen
uur
9.54
9.54
Vlissingen
vn:
11.51
12.38
DA
n.m.
12.09
12.53
jkheden, Openbare
aderingen enz.
5deren avond bios-
lanvang 8 uur. -
ag- en Zondagmid-
ijks bioscoop-voor-
8 uur. Woens-
en Zondagmiddag
Dinsdag, Donder-
ert.
lag, Donderdag en
Tea-Concert,
lag, Zaterdag en
ante.
dag Tea-Dansante.
or het maken van
Teekeningen,
anvragen,
-tinderwet enz.
o „TIJD", Bureau
Courant".
VGMEISJE
es bureau „Viis-
ït".
MEISJE
melden na 7 uur
es Dokkade 43,
vragen
SION,
2 Augustus. Aan-
volledige opgave
ireau „Vliss. Crt."
)r jonge dame
TEHUIS
keer, in of omtrek
ven letters N. U
gsche Courant".
ddelb.-Rotterdam
tegen plaatsen.
N PASSAOIERS,
)N EN VEE.
v.Midd.|v. Rott.
v.m.uur v.m.unr
9
8
8
wordt Woenrdat
ïorgens ten 12 nar
gevaren.
te bekomen
Transport- en E*P-
ken VOS, Telef.
EENHOORN, Tel. 153
}STERHOUT,Te-284
iLTTENHEK, Tel. W'
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTS-PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren 2.20 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk 2.50. Week-abon-
nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 1—4 regels f 1.10 voor iedere
regel meer 26 cent bij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Kleine Advertenties betreffende Huur en
Verhuur, Koop en Verkoop. Dienstaanbie
dingen en Dienstaanvragen, e»z. prijs, bij
vooruitbetaling van 15 regels 0.75, elke
regel meer 15 cent.
Familieberichten van 1--6 regels 1.70,
iedere regel meer 26 cent.
Zij die zich tegen
1 Juli, voor minstens
drie maanden, op de „Vlis-
singsche Courant" abonnee-
ren, ontvangen de nog ver
schijnende nummers GRATIS.
GEBRUIK VAN VERSCH VLEESCH.
De Burgemeester van Vlissingen,
brengt ter openbare kennis het navolgen
de door den Minister van Binnenlandsche
Zaken en Landbouw aan den Commissaris
der Koningin gericht schrijven
Het zal U H.E.G. bekend zijn, dat de En
gelsche regeering een verbod heeft uitge
vaardigd tot invoer van vefsch vleesch uit
ons land. Dit verbod heeft den afzet van
■vleesch belangrijk verminderd en het
spreekt vanzelf, dat daardoor de Neder-
landsche rundvee-, varkens- en schapen
fokkers, wier bestaan voor een belangrijk
deel afhangt van de mogelijkheid van een
gunstigen afzet van versch vleesch, ern
stig worden getroffen. Om nu het voor be
doelde fokkers dreigende verlies zooveel
mogelijk te beperken, is het gewenscht
maatregelen te nemen, waardoor het bin-
nenlandsch verbruik van vleesch wordt
vergroot.
Om die reden heb ik de eer U H.E.G. te
verzoeken aan de in uwe provincie liggende
gemeenten, welke daarvoor naar uwe mee
ning in aanmerking komen, te vragen het
mogelijke te willen doen, opdat bij inkoop
van versch vleesch door inrichtingen in die
gemeenten (ziekenhuizen e.a.) zooveel mo
gelijk gebruik wordt gemaakt van binnen-
landsch vleesch en hiermede -rekening
wordt gehouden bij aanbestedingen van
versch, dus ook gekoeld of bevroren
vleesch.
Ik moge hierbij opmerken, dat door den
maatregel van de Engelsche regeering de
prijzen van het vleesch hier te lande wel
licht zullen dalen en mitsdien het verschil
tusschen die prijzen en de buitenïandsche
prijzen zal verminderen, waardoor wellicht
aan een niet onbelangrijk bezwaar tegen
den aankoop van binnenlandsch vleesch
wordt tegemoet gekomen.
Vlissingen, 21 Juni 1926.
De Burgemeester voornoemd.
VAN WOELDEREN.
De Rijksverzekeringsbank.
Het verslag omtrent den staat der Rijks
verzekeringsbank en haar werkzaamheden'
in 1924 meldt, dat de financieele uitkomsten
van het Ongevallenfonds wederom gunstig
warerf, dat het op 31 December 1923 be
staande overschot van 10.562.475 een jaar
later tot 10.742.844 was gegroeid, on
danks de ook over 1924 (ingevolge het
Kon. besluit van 6 Maart 1924, no. 20)
verleende reductie varl 25 op de pre-
miën der ondernemingen, welke op 31
December 1922 reeds bij de Rijksverzeke
ringsbank waren aangesloten.
Het aantal bij de bank ingekomen aan-
Naar 't Engelsch van LEONARD MERRICK
17)
„Hoe aardig om u dan in New-York
terug te zien, sir George", viel miss Piei-
ways in. „Wat mij betreft, ik zou veel lie
ver hier blijven. Ik ken niemand daarginds".
„Maar je zult vrienden maken, Agnes",
zei haar moeder eenigszins verwijtend.
„ja later", antwoordde het jonge meisje.
„Maar eerst die vreeselijke zeereis, en dan
die nieuwe, vreemde stad..."
„U moest maar met dezelfde boot gaan,
sir George", zei mevrouw Van Buren.
„Het zou heel aangenaam voor me zijn
om de reis in uw gezelschap te maken",
antwoordde Heriot lachend. „Ik vrees, dat
mijn gezelschap u zou vervelen."
„Er zullen nog wel andere passagiers
zijn", zei miss Pierways glimlachend.
„Als ze het hoofd een weinig gebogen
hield, zooals nu, dan kwam de lijn van
haar hals op het voordeeligst uit.
„Waarom zou je het niet doen, George
vroeg zijn schoonzuster. „Het zou toch
veel aardiger zijn om samen met de familie
Van Buren de reis te maken. Ik heb je al
booren spreken van een reisje naar Amerika
voor het volgend jaar, zoo lang als ik je
ken..."
Deze handige opmerking werd "gevolgd
dcor betuigingen van den kant van me-
viouw Van Buren dat het haar hoogst aan
genaam zou zijn. Heriot had maar half zin,
doch hij beloofde dat hij den volgenden
ochtend zou telegrafeeren of hij nog een
plaats kon krijgen op de bewuste boot.
Hij wist zelf eigenlijk niet of hij met het
plan was ingenomen of niet. Dat deze reis
zou leiden tot een verloving, kon welhaast
giften vart ongevallen, dat in 1923 93.239
bedroeg, is in 1924 gestegen tot 107.572.
Omtrent de administratiekosten der
bank wordt opgemerkt, dat deze in totaal
over 1924 145.042 minder bedroegen dan
over 1923.
Van het totaal-bedrag ad f 1.133.050.54
van de administratiekosten, verbonden aan
de uitvoering der Ouderdomswet 1919,
kwam op grorfd van bepalingen van artikel
2 van het Kon. besluit van 12 September
1924, Stbl. no. 446, een bedrag van
84.636.52 ten laste van de geheel door
de verzekeringspremie gedekte verzekerin
gen! het restant, ad 1.048,444.02 kwam
ingevolge artikel 4 der Ouderdomswet 1919
ten laste van den Staat.
De verbindend-verklaring van collectieve
arbeidsovereenkomsten.
Verschenen is het advies van den Hoo-
gen Raad van Arbeid over het voorontwerp
regelende de verbindend-verklaring van
collectieve arbeidsovereenkomsten, waarbij
als bijlage is toegevoegd het voorontwerp
van wet, door minister Aalberse bij den
Hoogen Raad van Arbeid aanhangig ge
maakt, met memorie van toelichting, zoo
mede het prae-advies van de commissie
van 12 over dat voorontwerp eri de amen
dementen door die commissie aanbevolen,
alsook de amendementen betreffende de
on geldigverklaring van bepalingen van col
lectieve arbeidsovereenkomsten. In het ad
vies worden de voor- en nadeelen van het
beginsel van verbindend-verklaring nage
gaan en komt de Hooge Raad van Arbeid
met 21 tegen 15 stemmen, gelijk eenigen
tijd geleden reeds met een enkel woord
werd medegedeeld, tot de conclusie, dat
het wenschelijk is, de mogelijkheid te ope
nen tot verbindendverklaring van collec
tieve arbeidsovereenkomsten door middel
van een wettelijke regeling, als in het voor
ontwerp aangegeven, onder bepaalde voor
waarden, waaraan voldaan moet zijn, alvo
rens verbindend-verklaring mogelijk zou
wezen.
Niet in Engeland toegelaten.
De Londensche correspondent van „de
Tel." meldt
Aan de heeren Oudegeest, secretaris van
het I.V.V. te Amsterdam, en E. Fimmen,
secretaris van de Internationale Transport
arbeiders Federatie aldaaris toestemming
geweigerd in Engeland te landen, ter bij
woning van het Internationale Emigratie
congres, dat heden te Londen geopend
wordt.
De minister van binnenlandsche zaken
zette gisteren in het Lagerhuis, in antwoord
op een vraag van Henderson, de redenen
uiteen, welke de regeering hebben doen
besluiten tot dezen maatregel over te gaan.
Tijdens de aigemeene staking hebben,
zoo zeide de minister, beiden getracht zich
te mengen in Engelsche handelsaangelegen
heden, door orders te geven dat Engelsche
schepen in buitenïandsche havens opgehou
den zouden worden. De ministerraad heeft
besloten, hun niet toe te staan Engelsch
gebied te betreden en het hun daardoor
onmogelijk te maken plannen te beramen
voor een nieuwe actie van dergelijken aard.
De onbewaakte overwegen.
De „Telegraaf" schrijft na opsomming
van een aantal ongelukken op onbewaakte
overwegen het volgende Het kan zóó niet
blijven. Van tweeën één óf de bewaking
moet weer worden ingevoerd, óf er moet
voor betere waarschuwingstechniek wor
den gezorgd. Van den minister is, zooal
iets, eer het tweede dan het eerste*te wach
ten. Maar... daar komt de vrees voor het
weigeren van een waarschuwingstoestel
om den hoek. Doch het is toch een zeld
zaam vreemdsoortige redeneering, wanneer
de minister oordeelteen electrisch appa
raat kan weigeren, dus dan maar liever...
niets Vreemdsoortig, omdat een zeer groot
risico zoodoende terwille van een zeer klein
wordt gehandhaafd. Vreemdsoortig, omdat
cok de bewaking door een beambte niet
feilloos is. Sterkerwie durft volhouden,
dat de betrouwbaarheid van mechanische
bewaking zooveel kleiner is dan die van le
vende En tenslotte stappe de heer Van
der Vegte toch nimmer in een lift de
kabel mocht eens breken Rijde hij toch
vooral niet in een auto, nog onlangs raakte
ergens een stuur defect. Neen, alle leven
heeft zijn risico. Maar het gaat niet aan om
de kwade kans van een weigering van een
automaat te misbruiken als mom voor kwa
lijk verboden bezuinigingsdrang a tout
prix Het is hoog tijd, dat niet alleen de
zorg voor beter uitzicht, doch ook de plaat
sing van automatische waarschuwingstoe
stellen wordt ter hand genomen.
En dan ook de kaartWij leven in een
maar klein landje, waar voor ontdekkings
reizigers niets meer valt te doen. De direc
tie der spoorwegen zal toch zelf wel weten,
waar de onbewaakte overwegen zijn te
zoeken. En als zij opmerkt, dat het in kaart
brengen der overwegen gevaarlijk is, om
dat de kaart bij vergrooting van het aantal
niet meer betrouwbaar is, dan mag men
toch opmerken, dat spoedig in kaart bren
gen van de overwegen uiterst gewenscht is,
juist omdat daardoor een tegenwicht ge
schapen zal worden tegen het nóg meer
doen aangroeien vhn het verkeersgevaar.
Doch het zou heel wat beter zijn, wan
neer een deel der 'onbewaakte overwegen
verdween. Daartoe is geld noodig, en de
minister gevoelt daarvoor dan ook geen
sympathie. Maar nu ware het aan te beve
len, een kleine, doch deskundige commissie
in het leven te roepen, die door eigen waar
neming gaat onderzoeken, welke overwe
gen de gevaarlijkste zijn. En dan worde een
beroep gedaan op die corporaties, die alle
in nauw verband staan met de verkeersvei
ligheid op den Algemeenen Ned. Wielrij-
dersbond, op de Kon. Ned. Automobiel
club, op de Ned. vereeniging voor Vreem
delingenverkeer. Hun leden behooren tot
de aan de gevaren der onbewaakte overwe
gen het meest blootgestelden. Laten zij dan
voor de gevaarlijkste overwegen doen, wat
de in aanmerking komende instanties nala
ten geld beschikbaar stellen, om hetzij een
bewaker aan te stellen, hetzij een behoor
lijk waarschuwingstoestel aan te brengen,
het is ongetwijfeld niet fraai, dat op parti
culiere lichamen een last wordt geschoven,
die op de spoorwegen en den Staat behoort
te drukken. Doch het is erger, wanneer de
toestand blijft gelijk hij thans is, nu wij
geen dag de krant opslaan zonder automa
tisch de vraag te stellen is er op den een
of anderen onbewr.akten overweg weer een
ongeluk gebeurd
Er moet een oplossing komen. Spoedig
Socialisme in de praktijk.
Het spreekt vanzelf dat sociaal-democra
ten die openbare functies vervullen wel
eens moeten' deelnemen aan officieele
plechtigheden, welke niet met de socialisti
sche ideeën overeenstemmen.
Zoo hebben nu de sociaal-democratische
wethouders Wibaut en De Miranda te
Amsterdam deelgenomen aan den feest
maaltijd door het gemeentebestuur van
Amsterdam aangeboden aan de officieren
van den Amerikaanschen kruiser „Pitts
burgh" tijdens zijn verblijf in de hoofdstad.
Hierover is een inzender iri „het Volk",
een zekere heer Heins, slecht te spreken en
hij uit zijn verontwaardiging in het volgende
schrijven
Het gemeentebestuur werd vertegen
woordigd door onze wethouders De Miran
da en Wibaut bij deif afscheidsmaaltijd,
door de stedelijke overheid den vice-admi-
raal en de officieren van zijn staf aange
boden.
Ik meen dat een ernstig protest tegen
deze vertegenwoordiging door partijgerfoo-
ten, niet achterwege mag blijven.
Ieder toch, die in hart en nieren socialist
wil zijn, kan niet anders dan haten-
alles wat met het militarisme in verband
staatzal dus ook haten al het militaire
machtsvertoon en alle militaire propagan
da, welke natuurlijk ook aan het bezoek
van de „Pittsburgh" ten grondslag lagen.
Hij zal dan ook geen deel willen en kunnen
nemen aan een festijn, waar de konin'klijke-
er. militaire macht gehuldigd worden. Neen,
als socialist zal hij zich verre houden
daarin is in zijn isolemerit zijn kracht.
Als in het algemeen socialistische leiders
zich niet ontzien om, uit hoofde van welk
ambt ook, een gemeenschapsdronk te
drinken met lien die krachtens hun ambt
behooren tot de vijanden van een waarlijk
menschelijke samenleving, die niet door
geweld of door wapengekletter, maar door
menschelijkheid en rechtvaardigheid gedra
gen wordt, dan dient het socialistisch kamp
dezulken niet meer als leiders der socialis
tische beweging en dragers der socialisti
sche idee te erkennen, al moge overigens
hun persoonlijkheid nog zoo sympathiek
zijn. Want er kan en mag geen gemeen
schap, zelfs geen vriendschappelijke ver
houding bestaan tusschen de dragers van
de socialistische en de imperialistische
idee een zoodanige gemeenschap betee-
kent in' zijn diepste wezen den dood voor
het socialisme.
Nederlandsch Mettray.
Gisteren werd het 75-jarig bestaan van
bet rijksopvoedingsgesticht „Nederlandsch
Mettray", bij Zutfen gelegen, feestelijk her
dacht. In den loop van 75 jaar hebben
reeds 2387 jongens hier hun opvoeding
genoten.
Opvolgende directeuren zijn geweest de
heeren J. W. Schlimmer A. Meeter J. P.
Aaelink P. G. Appelboom en G. H. VeeJ-
behr, de tegenwoordige directeur.
Als bijzonderheid kan nog vermeld wor
den, dat een der oud-leerlingen die als licht
matroos naar Amerika ging, daar multi-
millionair werd en later groote sommen
aan de stichting vermaakt heeft.
PROVINCIALE STATEN VAN ZEELAND.
Zomerzitting.
Begrooting 1927.
De door Ged. Staten ter vaststelling aan
geboden begrooting der provinciale inkom
sten en uitgaven over 1927 wijst een eind
cijfer aan van 1.956.494.63 met een post
onvoorzien ad 19.969.13.
In hun toelichting tot deze begrooting
wijzen Ged. Staten er op, dat gelijk in de
laatste jaren gebruik is geworden, in deze
begrooting geen saldi van vorige dienstja
ren zijn opgenomen. Eensdeels, omdat deze
saldi, voor zooverre zij vaststaan, reeds
geliquideerd zijn, anderdeels, omdat zij, en
dit betreft meer in het bijzonder het saldo
van den dienst 1925, thans nog slechts bij
benadering zijn te bepalen, terwijl in de
maanden, die nog verloopen moeten, voor
en aleer het betreffende dienstjaar kan
worden afgesloten de thans bekende gege
vens nog wijzigingen kunnen ondergaan.
Ged. Staten hebben gemeend een post
buitengewone uitgaven te moeten uittrek
ken en wel van 100.000 ter bestrijding van
de kosten van verbetering van wegen. Hier
voor doen Ged. Staten nog een nader voor
stel, dat echter nog niet in druk is versche
nen.
De oogenschijnlijk niet ongunstige stand
der provinciale financiën gelijk die uit de
begrooting zou kunnen worden afgeleid,
en die in hoofdzaak veroorzaakt wordt door
de hooger geraamde opbrengst der belastin
gen en door de vermindering van de bijdra
ge der provincie in de kosten der verple
ging van behoeftige krankzinnigen, mag in
geen enkel opzicht aanleiding zijn, om de
tot dusverre steeds betrachte zuinigheid uit
het oog te verliezen, zoowel waar die tot
uiting komt in de beperking der onvermij
delijke, als in het achterwege blijven der
niet-noodzakelijke uitgaven. Naast de uit
breiding en verbetering van het wegennet
met zekerheid voorspeld worden hij had
een gevoel, dat hij geprest was en dat
hinderde hem. Hij was het liever met zich
zelf eens geworden.
Toen hij bericht kreeg, dat hij een plaats
op de boot kon krijgen, kon hij wel niet
anders doen, dan die te nemen, ieder was
ingenomen met het plan. En toen Heriot
op den avond voor het vertrek met zijn
broer een sigaar zat te rooken, zei sir
Francis „Beste jongen, vraag en u zal
gegeven worden
„Ik geloof wel, dat je gelijk hebt", ant
woordde Heriot. „Dat zal dan ook het einde
zijn. Ze doet me denken aan een goed in
elkaar gezette machine, vindt je niet, met
garantie tegen gebreken
Zijn broer keek hepi verwonderd aan,
waarop Heriot er haastig aan toevoegde
„O, ik waardeer haar goede, vrouwelijke
eigenschappen... maar..."
„Wat maar George, wat ben je toch
een zonderlinge kerel".
„Zoo sta ik toch niet bekend", antwoord
de Heriot koel. „Ik geloof, dat ik juist voor
bizonder practisch doorga".
„Toch heb ik gelijk", hield zijn broer
vol „daar heb je nu een mooi meisje, een
aardig meisje, een ontwikkeld meisje, dat
zeker dol graag je vrouw zou worden...
Maar wat ter wereld, verlan'g je dan
„Ik wilde alleen meer van haar houden.
Ik geef toe, dat al wat je van haar zegt,
waar is ik zou alleen van haar willen
houden".
„Dat moest je ook doen maar wat
komt het er eigenlijk op aan Ze zal een
goede vrouw en moeder zijn erf dat is toch
maar de hoofdzaak, vra«fc ft «iet
Had zijn broer gelijk
Heriot dacht na over deze woorden ge
durende zijn eersten dag aan boord. De
familie Van Buren bleef in hun' kajuit tot
Queensborough, en in dien tijd liep hij heen
en weer op het dek terwijl hij nadacht, en
nu en dan een' haal deed aan zijn pijp.
„Ze zou een goede vrouw en moeder
zijn, dat was de hoofdzaak", had zijn
bioer gezegd.
Agnes van Buren verscheen met haar
moeder aan de kajuittrap, terwijl hij liever
had gehad dat zij maar was weggebleven
en hij zette stoelen' voor ze gereed, schikte
de kussens en gaf vervolgens de brieven
aan den hofmeester, die voor de post be
stemd warén.
Toen ze Queenstown voorbij was, werd
mevrouw Van Buren heel erg zeeziek en de
dochter was dus geheel op het gezelschap
van Heriot aangewezen. Samen liepen ze
na het ontbijt op het dek op en neer tot ze
vermoeid werd. Dan ging ze liggen op haar
dekstoel en nam hij naast haar plaats.
Ze bracht nu en dan een vluchtig bezoek
aan: haar moeder, die in haar kajuit bleef
maar het grootste deel van den dag was
zij op het dek óf in den salon óf in de
leeszaal. Heriot was degeen op wie ze
hoofdzakelijk rekende voor gezelschap. Als
hij twintig jaar jonger was geweest, zou
hij haar waarschijnlijk al lang ten huwelijk
gevraagd hebben éér ze Sandy Hook in het
gezicht kregen. Hij verbaasde er zich zelf
over dat hij zoo lang talmde. Een vrouw
is nergens zoo verleidelijk en een man is
nergens zoo ontvankelijk als op een zeereis.
Hoeveel manfeschijn flirtations aan boord
zijn niet gehouden voor gevoelens van
liefde Het eindelooze water en de zilve
ren maneschijn wekken eigenaardige ge
voelens op, aap wier machtigen invloed
noch man noch vrouw ontkomt.
In den ochtend zag miss Pierways er
heel wat minder bekoorlijk uit dan in het
zilveren maanlicht, als ze geleund stond
over de verschansing. Was het daardoor
dat Heriot nog steeds draalde om met zijn
aanzoek voor den dag te komne Hij deed
toch zoo zijn best om verliefd op haar te
worden en alles werkte mee om hem daar
mede te helpen maar de dagen verstrekert
en de gewichtige vraag bleef uit.
„We zullen er nu gauw wezen", zeide
miss Pierways op een avond, dat ze, na
het diner, op dek wandelden. „Ik begin er
naar te verlangen. Heeft u wel opgelet, hoe
ieder, die je voorbijgaat, nu praat over
New-York
„Bijna ieder met wien ik even gesproken
heb, schijnt de reis al eenige keeren ge
maakt te hebben", zei Heriot. „Ik krijg
zoo'n onbereisd gevoel over mij, als ik in de
rookkamer zit. Wannteer gaat u naar den
Niagara, miss Pierways Ik zou niet in
Engeland durven terug komen, zonder dien
te hebben gezien. De Amerikanen schijnen
bizonder veel van hun land te houden",
ging hij voort.
„Ik heb hooren beweren dat ze het niet
lan'ger dan zes maanden in Europa kunnen
uithouden. Ik geloof, dat Amerikanen de
meest vaderlandslievende menschen ter
wereld zijn ze nemen het zich zelfs kwa
lijk als ze nog van eenig ander land dan
het hunne houden".
„Nu, het heeft ook heel veel goeds".
„Ja, ik weet wel, dat ik tijd zou willen
hebben om er meer van te zien. Ik zou
graag eeris naar het verre Westen al
thans naar Californië gaan".
„Californië zou ik voor geen geld ter
wereld willen zien", verklaarde miss Pier
ways heel beslist. „Ik zou zoo bang zijn,
dat mijn1 illusie mij benomen zou worden.
Mijn voorstellingen van Ierland waren
gegrond op de tooneelstukken van Dion
Bouciault ik verwachtte dus alle boeren
ir. schilderachtige kleederdracht te zien
met het lange haar op den rug, zooals ze
op het tooneel verschijnen. De werkelijk
heid was verschrikkelijk. Wat een ontgoo
cheling
„Dat kan ik mij indenken", zei hij.
„Wie weet hoe New-York u zal tegenval-
Voor engros Firma GEBR. STEENLAND,
Stationstraat MIDDELBURG.
zal ook de voortgezette electrificatie van
Zeeland in de toekomst offers blijven vra
gen, al vertrouwen Ged. Staten, dat die of
fers gaandeweg zullen verminderen. Daarbij
komt de in uitzicht gestelde wijziging van
de wet op de personeele belasting, welke
een geduchte vermindering der inkomsten
ook voor de provincie zal ten gevolge heb
ben.
Mede naar aanleiding van een vraag in
de vorige vergadering gedaan door den
heer Wallien, doen Ged. Staten eenige me-
aedeeüngen betreffende de financieele ver
houding tusschen de provincie en de N.V.
Prov. Zeeuwsche Electriciteits maatschap
pij. Aan de N.V. werd tot eind 1925 uit de
provinciale fondsen 2.456.100 verstrekt,
waarvan 100 van de gemeente Sas van
Gent werd terugontvangen. Van het over
blijvende bedrag van 2.456.000 vertegen
woordigt een som van 998.000 de stor
ting van 50 op de aandeelen der provin
cie, terwijl het overige ad f 1.458.000 bij
wijze van geldleening door de provincie
werd verstrekt.
Deze posten komen ook op de balans
der P.Z.E.M. voor. De gelden worden door
de provincie aan de P.Z.E.M. verstrekt zon
der nadere aanwijzing, voor welk doel zij
moesten dienen. Daarvoor bestond aanvan
kelijk ook geen aanleiding. Deze ontstond
eerst, nadat de uitkomsten van de exploi
tatie bekend waren en dit was in den zo
mer 1924, toen de balans en de exploitatie
rekening over 1923 waren vastgesteld. Prof.
Feldmahn schreef in zijn rapport destijds,
dat het aanbeveling verdient de aanvanke
lijk te lijden verliezen te dekken door rente-
looze voorschotten van de provincie, die
door het electriciteitsbedrijf terugbetaald
zouden moeten worden, zoodra en tot het
bedrag dat er winst wordt gemaakt. Het
totaal dezer verliezen is thans te stellen op
238.189.85. Trekt met dit bedrag af van
de door de provincie in het geheel uitbe
taalde som ad 2.456.000 dan volgt daar
uit. dat aan kapitaal in den eigenlijken zin
is verstrekt 2.217.810.15. Voor Zeeuwsch-
Vlaanderen is geraamd 2.700.000 en rest
dus nog een bedrag van rond 482.000. De
N.V. vergoedt slechts rente en aflossing van
het bedrag, waarmede het haar -uitbetaalde
kapitaal de som van één millioen te boven
gaat, aangezien dit millioen aan de N.V.
verstrekt is als storting van 50 op de
aandeelen, van welk bedrag uit den aard
der zaak eerst rente kan worden vergoed,
wanneer de N.V. rendabel zal zijn gewor
den.
Rekening 1924.
Ter vaststelling wordt aangeboden de re
kening der provincie over 1924, aanwijzen
de in ontvangst 4.185.312.45)^2 en in uit
gaaf 4.339.124.39'/^, alzoo een kwaad slot
van 153.811.94.
Gebruik van de steigers in de provincie.
Bij het toenemend verkeer komt het her
haaldelijk voor, dat bestuurders van auto-
len", hernam ze. „Maar vee! tijd om u te
ergeren zult u niet hebben wanneer ein
digt uw vacantie
„Ik moet in Londen terug zijn' den vier
en twintigsten van de volgende maand. Dan
ben ik zelf bijna eert Amerikaan geworden.
Ik heb tegen dien tijd een vluchtigen
indruk van het land gekregen en zal er een
boek over moeten' schrijven.
„U heeft wel wat beters te doen dan
flauwe boeken te schrijven zei ze. „Uw
betrekking lijkt me zoo gewichtig en inte
ressant. Als ik een man was, zou ik ook
advocaat zijn geworden. U zoudt versteld
staan', als u wist hoeveel levensbeschrijvin
gen van beroemde rechtsgeleerden ik heb
gelezen. Als kind was ik er soms geheel
van vervuld. Ik ken geen andere loopbaan,
die me zoo aantrekt als de rechterlijke
macht! Neen >daar moet u nfet om
lachen maar soms onder het praten,
moet ik onwillekeurig naar u kijken en dan
denk ik aan het lot van al die menschen
dat u in handen heeft gehad".
Ze sloeg de oogen naar hem op.
Heriot begreep dat zich thans opnieuw
een gelegenheid voordeed, doch weder
talmde hij. Haar geestdrift leek hem zoo
opgeschroefd en weinig natuurlijk. Hij wist
nu wel dat van haar kant geen weigerend
antwoord viel te duchten. Hij zag al hoe
ze een oogenblik zou dralen en het hoofd
buigen en' dan zou ze enkèle woorden
spreken, die hij zonder eenige blijdschap
zou aanhooren. Als ze op dat oogenblik,
zooals ze nu naast elkaar stonden, dat nie
mand hen kon gade slaan, haar hand zou
vatten... Hoe koudfc hoe saai en onver
schillig zou dit alles in zijn werk gaan
Hij zou geen zweem van ontroering gevoe
len en een' oogenblik later zouden ze
hun wandeling voortzetten...
(Wordt vervolgd.)