xfisstef
Bericht
WOENSDAG 2 JUNI
Gemeentebestuur
feuilleton
Mamie's Huwelijk
KWATTA^
«te-REEP
PLOUVIER HEEFT DE SCHOENEN.
binnenland""
64e Jaargang
1926
©rlingen
e
oomvaart
Antwerpen 265 M
.aio]
eüüNO.13^'
9.20
van
tms
6.50
n Moaart d LmP"0«
Mozart. 4.20 K
S'eggesgesang™-
1 ^,z,nS; Rehbock"
"K Alkohol u„d Di f
sprookjesmuziek,
ERICHTEN
Juni 1926.
gehouden groent I
•rdeit de volgende ,^1
73
postelein 18 a 3„
seVa^ctf"461
■G. bloemkool 10 I
komkommers 12
radijs 1 a 2 ct. J 1
alotten 3 a 5 ct.neei„ I
■rber 9>/2 a 10 ct
illes per bos kervd 11
ct., beiden per mand j
KOERSEN
den', 1 Juni 1926, d,«
•officieel)
ï-koersen.
ri Verkoopen.
8%—f „2-49 1 Londen
Berlijn 59.20-
7.857.90 Parjj,
tpapier.
2.50 Ponden 1209
ten 59.18—59.25-
L827.93 Fransché
rstand 766.4 te Biarritz
terstand 746.1 te An-
len avond van 2 Juni -
tot Zuid-Westelijke
ewolkt. Later tijdelijke
lig of geen regen,
te Vlissingen
v.m. n.qn.
6.31 6.49
7.33 7.56
8.48 9.15
10.03 10,28
AMSTERDAM
n 1 Juni, 3 uur.
de fondsen-markt was
g gekomen. Het voor-
was afwezigheid van
ran de meeste fonc
niet veel bij die van
e Rubberfondsen geen
ondergaan, werden de
r het algemeen op een
rspeil genoteerd. De
het er ndet veel beter
ndeelen kwamen mee-
beneden den prijs van
Iooy Oliewaarden was
t groot meer. Konink-
:h op het niveau van
en zoo goed als onver-
aarten werd zeer wei-
Dnken. Nederlandsche
een beperkte markten
vaardig veranderd.
Schoolgebouw (ia-
lag 31 IVSei toten
tusschen 7 en 8 uur.
School.
IAN RAALTE, BOB-
ert 44, vraagt een
E I S J E
g-
gevraagd een nette
ISTBODE.
eau „Vliss. Courant"
erde
SLAAPKAMER
t volledig pension
Brieven met prijs-
:r O. M„ bureau
int".
tte WASCH
ivraagd.
inderijstraat 14.
f
Aiddelb.-Rotterdam
gelegen plaatsen.
AN PASSAGIERS.
7 EN EN VEE.
v.Midd. v. Ro"
v.111.uur vm.uor
8 1 -
9
:n wordt WoensiM
morgens ten 12 u<"
g gevaren.
ën te bekomen
VL1SSINGSCHE COURANT
EENHOORN, Te -
50STEBHOUT, UL
C BUITENHEK,®1'
ABONNEMENTS-PR1JS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren 2.20 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk 2.50. Week-abon-
nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 1—4 regels 1.10 voor iedere
regel meer 26 cent bij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Kleine Advertenties betreffende Huur en
Verhuur, Koop en Verkoop. Dienstaanbie
dingen en Dienstaanvragen, e»z. prijs, bij
vooruitbetaling van 15 regels 0.75, elke
regel meer 15 cent.
Familieberichten van 1--6 regels 1.70,
iedere regel meer 26 cent.
UITLOTING OBLIGATIEN.
Burgemeester en Wethouders van Vlis
singen
brengen ter kennis van belanghebben
den, dat den 28 Mei 1926 zijn uitgeloot
a. van de geldleening groot 400.000.
aangegaan in 1888, rentende 3
tien obligatiën van 1000.en wel de
nummers: 34, 42, 55, 113, 123, 166, 263,
301, 319 en 334 en
acht obligatiën van 500.en wel de
nummers 372 A en 372 B 376 A en 376 B,
382 A en 382 B en 392 A en 392 B
b. van de geldleening groot 141.000.
aangegaan in 1911, rentende 4
zes obligatiën van 1000.en wel de
nummers 21, 32, 35, 52, 62 en 124
c. van de geldleening groot 184.000.
aangegaan in 1911, rentende 4
twee obligatiën van 1000.en wel de
nummers 109 en 148
d. van de geldleening groot 37.000,
aangegaan in 1916, rentende 4'/2
één obligatie van 1000.en wel num
mer 8 en één obligatie van 500.en
wel nummer 29.
De aflossing der obligatiën zal plaats
hebben
van de leening sub a op den 1 Septem
ber 1926,
van de leening sub b en c op den 1 Oc
tober 1926,
van de leening sub d op den 1 Juli 1926,
ten kantore van den gemeente-ontvanger
te Vlissingen of van de Assocatie-Cassa te
Amsterdam.
Vlissingen, 1 Juni 1926.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
Het Stedelijk Museum en de
Tachtigjarige Oorlog.
v.
In mijn vorig artikel ben ik geëindigd
met de penningen, die betrekking hadden
op de krijgsgebeurtenissen in het Oosten,
nu volgen er eenige, die meer in het bij
zonder illustreeren, wat er in onze naaste
omgeving plaats had en wel bij Sluis en
bij Oostende.
De stemming in Zeeland was zeer ge
drukt, de handel op de Zuidelijke gewesten
stond gejieel stil, maandelijks kwam de
provincie ƒ40.000 te kort, voor dien tijd
een aanmerkelijke som en dan kwam er
nog bij, dat de Genueesche edelman Frede-
rik Spinola zich in Sluis genesteld had met
eenige op zijn eigen kosten uitgeruste
galeien, die den Zeeuwschen handel ten
zeerste belemmerden en nog meer nadeel
berokkenden dan de rooverijen der Duin
kerkers (een vorig jaar heb ik reeds in dit
blad iets meer verteld van deze piraten).
Zooals men weet had Philips 111 in 1598
allen handel met Spanje verboden en de
in de havens liggende schepen geconfis
queerd.
De meest radicale maatregel om aan de
Duinkerker rooverijen een einde te maken
zou zijn de verovering van die vesting. De
geposteerde wachtschepen op de Schelde
Naar 't Engelsch van LEONARD MERRICK
3)
„Maar Mamie zal het vast en zeker tot
een heele hoogte brengen. Ze heeft echt
aitistenbloed in zich. Het zou onverant
woordelijk van mij zijn om haar te willen
tegenhouden in haar loopbaan. Ze snakt er
f-aar om zich te kunnen onderscheiden. Als
Je eens met haar gepraat hebt, dan zal je
wel van opvatting veranderen".
„Misschien", zei Herriot, die" dit nog als
jte kortste weg beschouwde om een eind
te maken aan de nuttelooze woorden
schermutseling „het kan zijn dat ik het
verkeerd inzie". Hij ergerde zich eenigs-
Zl.ns aan dat ontluikende genie. „Vergeet er
•'iet bij te voegem tegenover de jonge dame
«at het geen onwil maar gebrek aan in
vloed is, die maakt, dat ik hulp weigeren
nioet".
»Ja, dat begrijp ik wel", zei Cheriton
öpstaande. „Ik heb haar verteld, dat ik eens
S'ng zien of jij misschien mijn» oude vriend
was Hij lachte. „Nu stelt ze zich zeker
voor, dat ik terugkom met een stapel intro-
mctiebrieven. Maar nu moet ik gaan. 't Is
a- laats
>Heb je haar vandaag pas hier in East
bourne gebracht'?'
„Neen». Mamie en mijn zuster zijn hier
een week. Goeden avond, Heriot. Zie ik
liegen °°k Kom ons eens opzoeken
Vu Jejust.hebt, liefst op den middag. Belle
e Mansion, niet vergeten hoor."
Waar?" riep Heriot uit, plotseling een
«n al belangstelling.
t ""elle Vue Mansion", herhaalde Cheri-
- die hem de hand schudde, 't Is heel
j en de Vlaamsche kust waren geen afdoen-
I' de maatregel, hoe energiek de Zeeuwsche
admiraliteit ook optrad. Bovendien Oosten
de was onze eenige vesting op de Vlaam-
1 sche kust, maar deze was door Albertus
met schansen omringd, dus kon niet veel
hulp verleenen. De Staten, geleid door
Oldenbarneveld, wilden den krijgstocht
naar Duinkerken men zou Oostende lucht
geven, de Vlaamsche kust geheel in handen
hebben en zoo aansluiting krijgen met
Frankrijk enz. Maurits wilde eerst Sluis
innemen en dan langzamerhand Vlaanderen
veroveren. Zooals bekend kregen de „lang-
rokken" hun zin en zette Maurits zich met een
leger vanuit Walcheren in bewegingover
Philippine ging men via Oostende naar
Nieuwpoort, waar in een feilen slag Alber
tus verslagen en Mendoga gevangen
genomen werd (2 Juli 1600). Tegen den
zin der Staten keerde Maurits terug en
begaf zich naar Middelburg.
Albertus had nu het oog geslagen op
Oostende, de rooverijen uit Sluis en Duin
kerken hielden nog steeds aan Oostende
werd nauwer ingesloten door Albertus,
vandaar dat Maurits, om troepen naar zich
toe te trekken het beleg voor Rijnberk
sloeg den uitslag zagen we reeds in mijn
vorig artikel. Albertus liet zich echter niet
van Oostende af lokken. Drie jaar lang
duurde het beleg, een worsteling die her
innert aan het beleg van Troje. Den 22en
September 1604 gaf de bezetting de stad,
nog slechts een puinhoop, over, die meer
dan 70.000 menschen van beide zijden ge
kost had. Ambrogio Spinola ontving de dap
pere bezetting met eerbewijzen en liet haar
met slaande trom en vliegende vaandels
naar de naaste Staatsche vesting aftrekken.
Ook om Oostende lucht te geven had
Maurits in April 1604 een leger van ruim
11000 man naar het toenmalige eiland-van
Cadzand vervoerd, hij nam de schans
Philippine, de vestingen IJzendijke, Aar
denburg en andere Spaansche sterkten en
ving den 19en Mei het beleg van
Sluis aan. Zooals ik reeds opmerkte had
deze stad in de laatste jaren den Zeeuw
schen handel veel last veroorzaakt. Frede-
rik Spinola was er meer dan eens in ge
slaagd om met zijn galeien de waakzaam
heid van den Zeeuwschen vice-admiraal
Joost de Moor te verschalken en Staatsche
koopvaarders te bemachtigen. Eens zelfs
had hij een aanslag op Walcheren gewaagd,
die evenwel door de vloot was afgeweerd.
Spinola's dood in een zeegevecht voor Sluis
tusschen zijn galeien en de wachtschepen
der Staten in Mei 1603, had wel eenige
verbetering in den toestand aangebracht
doch. Sluis bleef nog een gevaarlijk roof
nest. Toen Maurits Sluis belegerde, deed
Ambrogio Spinola herhaaldelijk pogingen
haar te ontzetten, trachtte zelfs Cadzand
te heroveren om Maurits den terugweg af
te snijden, maar al die pogingen mislukten
en zoo was Sluis genoodzaakt zich den
19den Augustus over te geven. De bemach
tiging van Sluis met de omringende schan
sen en vestingen had den Staten een zeer
sterke positie in Vlaanderen verschaft, hun
ruiterij brandschatte en stroopte tot voor
Gent en Brugge, terwijl de vaart op de
Schelde thans voor goed kon worden ge
sloten. De jonge Frederik Hendrik werd
tot gouverneur van „Staats Vlaanderen"
aangesteld.
De nu volgende historiepenningen heb
ben betrekking op de boven kort uiteen
gezette krijgsgebeurtenissen in onze on
middellijke omgeving.
19. Deze is geslagen op het vernielen dei-
galeien van Spinola bij Sluis en wel te
Middelburg.
Voorzijde een oorlogsschip met rand
schrift
IMPERATOR MARIS TERRAE DOMINUS
(Wie meester ter zee is, gebiedt ook
te land).
Keerzijde wapen van Zeeland, met
randschrift
LUCTOR ET EMERGO 1603.
20. Deze, eveneens geslagen te Middel
burg, is van 1604 en illustreert eveneens
BetgrdanOoed^BI^E
het nemen der 10 galeien maar tevens de
inneming der vesting Sluis.
Rond het wapenschild van Zeeland is het
andschrift
BEATUS POPULUS CUIS ADJUTOR
DEUS.
TRAHIT DUX1T DEDIT QUE 1604.
(Wel gelukzalig is het volk, wiens helper
God is De Heer heeft ons getrokken,
geleid en gegeven nl. de stad. 1604).
Om het wapenschild van Zeeland
CALC(ULI) CAM(ERAE) RAT(IONUM)
OR(DINUM) ZEL(ANDIAE).
(Legpenningen van de rekenkamer der
Staten van Zeeland).
De beide nu volgende hebben betrekking
op Oostende.
21. Op de verdediging van Oostende.
Voorzijde stelt voor de fabel van de Vos,
die den waakzamen haan, op een boom ge
vlogen, zoekt te bepraten, met randschrift
ALIUD IN LINGUA, ALIUD IN PECTORE
(Anders op de tong, anders in het hart).
Op de keerzijde ziet men de vesting
Oostende met het randschrift
IN ADVERSIS VIRTUS 1603.
(Dapperheid in tegenspoed).
22. Op de capitulatie van Oostende.
Voorzijde de stad Oostende, vervolgens
Rijnberk, Grave, Sluis, Aardenburg en de
schans IJzendijke, die gedurende het beleg
waren veroverd als randschrift staat aan
beide zijden
PLUS TRIENNIO OBSESSA HOSTI
RUDERA PATRIAE QUATUOR EX ME
URBES DEDI 1604
(Door mijne meer dan driejarige belege
ring heb ik den vijand puinhoopen en het
vaderland vier steden gegeven, 1604).
Zooals ik reeds vroeger heb uiteengezet
begon men aan beide zijden naar den vrede
te verlangen, al was er ook een machtige
partij tegen onderhandelingen met den
vijand, die ten slotte zouden leiden tot het
Twaalfjarig Bestand. De intrigue had na
tuurlijk vrij spel. Het was een bekende om
standigheid, dat bij de veelhoofdige regee
ring in de Nederlandsche gewesten het
altijd mogelijk was voor geld achter staats
geheimen te komen en dat menig lid der
Statenvergaderingen tegen het goud ook
zelfs van den vijand niet bestand was. Zoo
had men getracht Cornells Aartsens, den
griffier der Staten van Holland, om te
koopen, deze had echter zelf het verraad
uitgebrachthierop ziet de penning, ge
slagen in 1607, die tevens tot volharding in
den oorlog aanspoort.
23. Aan de eene zijde ziet men Mercurius,
vredesbrenger, deze geeft aan den schran-
deren Ulysses het kruid Moly om weerstand
te kunnen bieden aan de listen en lagen
der toovenares Circe. Het randschrift luidt
MENTEMQUE MANUMQUE
(èn hart èn hand).
Op de andere zijde biedt een hand den
olijftak van vrede aan een gewapend Ne
derlander met dit randschrift
NON TEMERE FALLITUR NON FIDENS
(Een wantrouwende wordt niet licht
bedrogen).
Gedurende het twaalfjarig bestand met
zijn burgertwisten was in Duitschland in
1618 de 30-jarige oorlog uitgebarsten. De
aartshertogen hielden zich gereed om tot
hulp van de katholieke partij in te grijpen
Spinola had een leger verzameld en zou
naar de Paltz trekken, teneinde den naar
Bohemen getrokken keurvorst in diens
stamland aan te vallen. Engelsche troepen
kwamen in de Nederlanden onder Sir
Horace Vere, den beroemden leerling van
prins Maurits. Toen Spinola met 20.000
man in Augustus 1620 oprukte, overschreed
Prins Maurits de grenzen en legerde zich
voor Wezel. De Staten van Utrecht sloegen
een penning op den oorlog en de beroe
ringen in Duitschland.
24. Voorzijde verscheidene personen,
geknield op de aarde, heffen onder het
wapen der stad Utrecht hunne handen naar
den hemel, vanwaar zich een helder licht
alom verspreidt. Het randschrift luidt
LIBERATIO FIDELIUM PROPE 1620.
(De verlossing der geloovigen is nabij).
Keerzijde Boven het Statenwapen van
Utrecht ziet men den draak of het beest
met zeven hoofden en verscheiden benden
tegen elkaar oorlog voeren, van welke ver-
scheidenen zich ter aarde werpen om het
aan te bidden (Joh. Openb. CXIII, vs. 4, 7
en 8) binnen het randschrift
FUTURA IN TERRIS DESOLATIO
(De aanstaande verwoesting op de aarde).
De tachtigjarige oorlog werd zooals be
kend besloten met den vrede van Munster
in 1648. Reeds tevoren bleek de vrede op
komst, een in 1647 in Middelburg geslagen
penning maant tot voorzichtigheid aan.
25. Voorzijde Een slagvaardig oorlogs
schip, met randschrift
TIMIDE AC PRUDENTER
(Beschroomd en voorzichtig).
Keerzijde het wapenschild van Zeeland
met randschrift
LUCTOR ET EMERGO 1647.
H. G. VAN GROL.
KAMER-OVERZICHT
Tweede Kamer.
Zitting van Dinsdag 1 Juni.
België en Nederland.
Zonder discussie besloot de Kamer van
daag het verdrag België en Nederland
weer naar de afdeelingen ter onderzoek
terug te zenden, aangezien er een additio
neel protocol bij gekomen is en omdat se
dert het eerste afdeelingsonderzoek de
Tweede Kamerverkiezingen hebben plaats
gehad.
Allerlei onderwerpen werden vandaag
afgedaan, w.o. de conversie der Indische
lteningen, de dubbele belasting op het
scheepvaartbedrijf, de besteding der gelden
van het Kon. Nat. Steuncomité. Wat dit
laatste betreft, is er een bedrag van acht
ten dat gebruikt zal worden voor steun
aan de rentetrekkers en de oud-gepension-
neerden. Veel zal die steun niet beteekenen
gezien het groot aantal van deze personen.
Niemand was daarover tevreden en de
heeren Ketelaar, Heemskerk, Vliegen, Van
Gijn en Boon uitten hun ontevredenheid.
De Minister wil geen algemeene regeling
maar een individueele steunverleening. Na
eenige jaren zal blijken hoeveel gemiddeld
noodig is en dan kan aanvuling overwogen
worden. De stichting krijgt dus het karak
ter van een staats-armbestuur, maar eenigs-
zins verkapt, nl. door middel van een
stichting. De Minister weigert een recht-
stieeksche steunverleening in te richten
omdat het onmogelijk is voor dergelijke
regeling normen te stellen. Ieder geval moet
op zichzelf beoordeeld worden.
Vervolgens was aan de orde de motie
Van Rappard om met het oog op de paar
denfokkerijen het totalisator-verbod ofk te
heffen. In 1911 is dit door de aanneming
van een amendementVan Vuuren inge
steld. Het gevolg daarvan is ook geweest
dat de bookmakers het terrein hebben be
treden. Dit is veel erger dan de totalisator.
De heer Van Rappard wilde een deel der
winsten van den totalisator gebruiken voor
de paardenfokkerij. Natuurlijk kwam de
heer Van Vuuren weer op tegen pogingen
om zijn amendement ongedaan te maken.
Dc heer Albarda bleef vóór het verbod
omdat de gokkers zich om het paard niets
bekommeren maar alleen gokken om het
spel zelf. En daaraan hielp hij niet mede.
Van den Minister van Justitie is geen
voorstel tot opheffing van den totalisator
te wachten-.
■gemakkelijk te vinden een groot rood huis
op de Esplanade".
HOOFDSTUK II.
Heriot begafzich den volgenden dag
daarheen, met nieuwsgierig verlangen. Als
het meisje, dat zoo zeer zijn aandacht had
getrokken nu bleek de dochter van Cheriton
te zijn, wat zou dat eigenaardig wezen
Hij hoopte dat dit het geval zou zijn
maar werd zijn vermoeden bewaarheid,
dan zou het hem toch onaangenaam aan
doen', omdat hij dan nog meer zou beseffen
hoe hij langzamerhand een man werd op
leeftijd. Hij bedacht, hoe dat kindje uit het
siordige atelier al kon opgegroeid zijn tot
het jonge meisje dat hij bewonderde. Zijn
eigen vooruitgang gedurende dat tijdsver
loop, leek hem voor dat oogenblik onbedui
dend. Hij voelde dat in den tijd dat een
baby een volwassen vrouw was geworden,
hij het nog veel verder zou kunnen ge
bracht hebben. Hij was teleurgesteld dat
hij het nog niet tot rijks-advocaat had ge
bracht, want dit was toch altijd zijn stre
ven geweest, al had hij dan ook zoo'n
flauw vermoeden, dat het hem nog wel
eens reden kon geven er berouw van te
hebben. Zijn praktijk had uitgewezen, dat
hij er niet onder lijden zou en toch had hij
zijn sollicitatie nog een tijd uitgesteld. Zijn
motto was tot nog toe „Langzaam en
zeker", maar nu leek het hem ineens of hij
tè langzaam was geweest. Hij had zich veel
te lang tevreden gesteld met zijn inkomen
van jongste deelgenoot op het kantoor.
Hij belde, en het dienstmeisje dat de
deur voor hem opendeed, Het hem binnen.
In het vertrek bevond zich slechts één per
soon en dit was het jonge meisje van
het balkon. Glimlachend trad ze op hem toe.
„Ik ben Mamie Cheriton", zei ze. „Va
der verwacht u".
Haar accent was Amerikaansch, maar de
stem zelf was vol en zacht. Hij drukte haar
eenigszins zenuwachtig de hand overigens
was hij even stijf en vormelijk als gewoon
lijk.
„Aangenaam kennismaken, miss Cheri-
tcn", begon hij.
„Gaat u niet zitten vroeg ze. „Vader
■zal dadelijk komen".
Heriot gaf gevolg aan die uitnoodfging.
„Toen ik u het laatst gezien heb, was u
nog een kind", begon hij het gesprek.
„Ja, u zult wel verbaasd zijn geweest,
dat u vader ontmoette, na zooveel jaren.
Eigenaardig dat u nu juist hier was, niet
waar Of, misschien komt u dikwijls in
Eastbourne
„Neen, dikwijls kom ik hier niet. Hoe
bevalt het u in ons land, miss Cheriton
Me dunkt, u zult u haast Engeland niet
meer herinneren
„Ik zal blij zijn als ik goed en wel in
Londen ben. Want daar verlang ik naar.
Niet naar het verblijf op een badplaats,
zooals tante. Wel... o neen, ik zeg nog veel
te dikwijls „Wel Dat is Amerikaansch
en ik moet nu zuiver Engelsch praten. Maar
ik spreek toch niet door mijn neus, is 't
wel, mr. Heriot
„U spreekt voortreffelijk", zei hij glim
lachend. „Ik hoop dat dit u volkomen ernst
is", hernam ze. „Mijn stem is van het
grootste belang voor me. Het zou toch al
heel erg zijn als ik mijn moedertaal niet
behoorlijk kon spreken, en dat dit een be
zwaar zou zijn om mijn plan te doen sla
gen. Ik zal toch met genoeg moeilijkheden
te kampen hebben."
„Dat vrees ik ook", beaamde hij ten
volle. „Het spijt mij zeer, dat ik u in dit
geval niet van dienst kan zijn."
Ze glimlachte en verzonk in gepeins.
Tóen vroeg ze „U vindt het, geloof ik een
heel dwaze onderneming, is 't niet?"
„Waarom vroeg hij.
„Het is altijd dwaas van een meisje, om
zco'n bevlieging te voelen voor het
tooneel."
Hij was er nu verlegen onder zoo nauw
keurig als zijn woorden waren overge-
biacht.
„Misschien was ik wat voorbarig in mijn
oordeel gaf hij nederig toe.
„Dank u", antwoordde zij eenvoudig.
„Maar een bevlieging voor het tooneel
hebben, vind ik een nare uitdrukking. U
wilde als jong mensch immers advocaat
worden, mr. Heriot
„Dat is zoo, er zijn er wel genoeg, maar
ik dachtvoor mij zal ook nog wel plaats
wezen."
„Maar niemand zei toch van u dat u een
bevlieging had om te pleiten
„Ik geloof niet, dat ik dit ooit heb hoo
ier. beweren".
,,'t Zou ook heel gek geklonken hebben,
vindt u niet?"
„Ja, nog al."
„Maar, waarom spreken de menschen
dan wel van een bevlieging voor het too
neel En wordt er ooit gesproken over
iemand die een bevlieging voor schilderen
of voor schrijven of waarvoor dan ook
heeft En, waarom dan altijd dien kleinee
renden term voor het tooneel Maar mis
schien lijkt geen enkele vorm van kunst u
noodzakelijk toe
„Hier zou ik nu ook weer liever den
term „gewensch" gebruiken, nu u mij
toch die vraag stelt. En kunst is een woord
waarmee een groot aantal nulliteiten scher
men. Ieder, die een roman schrijft is een
„kunstenaar" in eigen schatting en ik, per
soonlijk, acht het leven zeer goed mogelijk
zonder romans".
„Heeft u ooit„Mademoiselle de Mau-
pin" gelezen vroeg miss Cheriton.
„U wel was de wedervraag.
„O ja, boeken zijn heel goedkoop in
't Resultaat valt te begrijpen De motie'
werd verworpen met 60 tegen 9 stemmen.
Alleen de Vrijheidsbond stemde vóór voor
zoover aanwezig en voorts de heeren Van
Voorst tot Voorst, Ebéls, Braat, Ketelaar.
De vergadering werd verdaagd tot
Dinsdag 15 Juni.
Dan komt in de afdeelingen o.a. het
Belgische verdrag.
Het Koninklijk bezoek te Amsterdam.
Niet minder dan duizend genoodigden,
onder wie vele dames, waren gisterenavond
tegenwoordig op de soirée ten Hove, zoo-
aat het zeer vol was in de Burgerzaal van
het Paleis te Amsterdam. Er waren ver
scheiden leden van de Eerste en Tweede
Kamer, te Amsterdam woonachtig, van
Gedeputeerde en Provinciale Staten, en le
den van het gemeentebestuur, raadsleden,
benevens burgemeesters van tal van Noord-
Hollandsche gemeenten. Verder waren o.m.
aanwezig de état-major van de Zweedsche
oorlogsschepen „Manligheten" en „Tapper-
heten", die gisteren in de haven waren
aangekomen.
Dan waren aanwezig vertegenwoordi
gers van handel en scheepvaart, van kun
sten en wetenschappen, van de rechterlijke
macht en vele officieren van land- en zee
macht en leden van het corps consulaire.
H. M. de Koningin, die vooraf had ont
vangen de personen, die haar voor een
onderscheiding wilden bedanken, trad om
ongeveer halftien de Burgerzaal binnen,
vergezeld van Haar Gemaal. H. M. was ge
kleed in een avondtoilet van ivoorkleurig
satijn. Zij droeg den diadeem en het groot
kruis van den Nederlandschen Leeuw. De
prins was in admiraals-uniform.
Den geheelen avond tot halftwaalf hield
de Koningin cercle, terwijl de Prins zich
onder de gasten bewoog.
Het Nederlandsch-Belgisch verdrag.
De correspondent van de „N.R.Ct." te.
Brussel meldt
Bij het debat over de regeringsverkla
ring in den Senaat heeft gisteren Segers,
katholiek senator voor Antwerpen, den
wenseh uitgesproken het Nederlandsch
Belgische verdrag nog in den loop van de
zen zittijd te zien goedkeuren. Minister
Vandervelde wenschte daarop Segers ge
luk met zijn werkzaam aandeel in het tot-
standbrengen van het verdrag.
Het beloodsen van schepen.
Aan den directeur van het loodswezen in
het 4e en 5e district is mededeeling gedaan
van den twijfel, welke onder de loodsen is
gerezen door tegenstrijdigheid, welke er
huns inziens bestaat tusschen den inhoud
van een dienstorder betreffende het belood
sen van schepen van de Schelde tot den
Nieuwen Rotterdamschen Waterweg en art.
3 van de Wet op den loodsdienst.
Het weer in Mei.
Mededeeling van het Kon. Ned. Meteor.
Instituut
Voorloopig overzicht van het weer in
Mei gemiddeld over de 5 hoofdstations
was de ochtendtemperatuur 1°.5, te Maas
tricht evenwel bijna 3° te laag. In de eerste
dekade was de gemiddelde afwijking bijna
2°, in de laatste slechts enkele tienden te
laag, voor Maastricht echter nog bijna 2°
De gemiddelde maxima waren 2°.5, de ge
middelde minima bijna 1° onder normaal
De regenval was in het Westen onder, in
het Oosten boven normaal. In Zuid-Lim
burg en Twente viel meer dan de dubbele
norinaalsom. In De Bildt werden. 145 uren
zonneschijn geregistreerd, tegen 204 nor
maal.
Scheepvaartbeweging.
Gedurende Mei 1926 kwamen den Nieu
wen Waterweg binnen 1625 schepen, met.
3.507.785 netto reg. ton, tegen 1106 sche
pen, metende 1.590.952 netto reg. ton. Al-
zoo een vermeerdering van 519 schepen
en een "vermeerdering van 1.916.833 neto
Amerika. Ik zou liever rozen kweeken dan
aardappels, luidde een van de regels uit de
inleiding. Maar u zoudt zeker misschien
liever aardappels kweeken dan rozen
„U is een idealist", zei Heriot.
Hij had medelijden met haar omdat zij
at dochter was vah Dick Cheriton. Ze kon
daarom niet anders wezen dan ze was. Ze
bezat de idealistische, onvoldane natuur
van den mislukten artist.
Een paar minuten later kwam Cheriton
binnen, gevolgd door de tante aan wie
Cheriton werd voorgesteld. Een eeuvoudig
mensch, veel minder beschaafd dan haar
bi oer. Ze was zeer blij haar broer weer te
rug te zien en vond het alleen maar jam
mer, dat ze hem zoo gauw weer zou moe
ten missen. De lieve Mamie zou haar een
heele troost zijn. Ze droeg geheel het stem
pel van de bewoonster van een derderangs
villa. Hij kon zich haar voorstelen hakend
of breiend en hij begreep dan ook zeer
goed, dat het verblijf in een pension te
Eastbourne een gebeurtenis was in haar le
ven. Ze droeg gitten oorringen en ze
schonk haar thee op het schoteltje uit. Met
het ronddiënen van de thee kwamen ook
andere menschen in het vertrek, en werd
hei- gesprek verder fluisterend voortgezet.
„Heb je met Mamie over haar plannen
gesproken vroeg Cheriton.
„Ja zeker", antwoordde Heriot. „En wat
zijn nu uw plannen, miss Cheriton
„Ik zal tooneelagenten gaan opzoeken en
hun vragen of ze me willen hooren reci-
teeren".
„Tooneelagenten zullen het wel heel
druk hebben, denk ik. En- als ze u nu eens
niet ontvangen willen
„Dan zal ik toch reciteeren 1"
„U weet wat u wil
(Wordt vervolgd.)