150 iOO 25 MAANDAG 31 MEI 1Q00 (.OA Qnn PLOUVIER HEEFT DE SCHOENEN KWATTAf^ 64e Jaargang 1926 fines I. Ill 01 TELDE Uhlstat SB-ID, llissiwin. Wil. II. Pttikwm SS211 VsrsohijRt dagelijks, öitgezomterd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen BINNENLAND FEUILLETON Mamie's Huwelijk VOLLE-MELKsREEP Beter dan Goed: DE BESTE VLISSINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België en de overige landen der Post-Unie, bij wekelijk se verzending 4.15 j bij dagelijksche verzending 6.10. Afzonderlijke nummers 5 cent. ADVERTENTIEPRIJS: Van 14 regels ƒ1.10; voor iederen regel meer 26 cent. Familieberichten van 16 regels 1.70. Reclames.52 cent per regel. Kleine advertenties van 15 regels 75 cent, voor eiken regel meer 15 cent. Bij abonnement speciale prijs. De abonné's in 't bezit eener Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. UUU een ongeluk. Ullll gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim. gulden bij verlies van een wijsvinger. gulden bij verlies van eiken anderen vinger. De nieuwe belastingontwerpen. Bij de Tweede Kamer zijn ingediend wetsontwerpen tot herziening van verschil lende belastingwetten. In de memorie van toelichting wordt er aan herinnerd, dat op 13 Februari 1925 een vijftal wetsontwerpen werd ingediend, on derscheidenlijk tot aanvulling der zegelwet 1917, tot wijziging der successiewet, tot wijziging der wet op de inkomstenbelasting 1914, tot herziening der verdedigingsbe lasting II en tot wijziging van de leening- wet 1914. Het ontwerp tot herziening van de ver dedigingsbelasting werd 19 October 1925 ingetrokken, nadat 14 October te voren een ontwerp was aanhangig gemaakt, waarbij de verdedigingsbelasting II geheel werd afgeschaft.Omtrent laatstgenoemd ontwerp is 10 December 1925 voorloopig verslag uit gebracht, welk verslag door de inmiddels ingetreden kabinetscrisis tot dusver onbe antwoord is gebleven. Bij aanneming dier ontwerpen zou het leeningsfonds derven wegens opcenten op de personeele belasting 0.2 millioen wegens opcenten op de rijksinkomstenbe lasting 2 millioen en wegens afschaffing der verdedigingsbelasting 26.5 millioen, totaal rond 29 millioen. Het leeningsfonds heeft voor 1926 een batig saldo van 20 millioen er zou dus te kort komen 9 mil lioen. Volgens het plan van de commissie-Van Vuuren krijgt het leeningsfonds in 1926 een bijdrage uit het vroegere saldo van 5 mil lioen, zoodat uit de aanvulling der zegel wet te dekken zou blijven 4 millioen. De gewone Staatsdienst zou derven door de vermindering der successie belasting 10 millioen, door wijziging der inkomstenbe lasting 8 millioen en door wijziging der personeele belasting 1.5 millioen, totaal 10.5 millioen, welke evenzeer door de op brengst van de aanvulling der zegelwet zouden moeten worden gedekt, terwijl dan het meerdere dat deze'laatste zou opleve ren boven 4 en 19.5 millioen zou be steed worden voor buitengewone aflossing van crisisschuld. Met de bovenstaande plannen kan de minister zich voor een belangrijk gedeelte vereenigen. Ook hij is van meening, dat nu de zware druk der belastingen een ernstige belemmering vormt voor de wederople ving der algemeene volkswelvaart, de re geering in de eerste plaats op een verla ging van de meest drukkende heffingen be dacht moet zijn. En eveneens is hij van meening, dat, in zoover de stand van het budget belasting verlaging nog niet mogelijk maakt, het aan beveling verdient, den huidigen druk, voor zoover die al te oneconomisch werkt, te vervangen door een heffing op niet nood zakelijke uitgaven, welke tevens het nut tige gevolg zal kunnen hebben, dat deze beperkt worden en dus de besparing wordt bevorderd. Het denkbeeld, dat aan de aanvulling der zegelwet 1917 ten grondslag ligt, zou hij dan ook willen handhaven. Het te dien aanzien aanhangige ontwerp wordt thans vervangen door een tweetal nieuwe ont werpen, waarvan het eene een aanvulling der zegelwet beoogt, en het andere het in het leven roepen van een afzonderlijke „weeldeverteringsbelasting". Aan verschil lende bedenkingen, uit de belanghebbende kringen geuit, wordt bij deze nieuwe ont- werpen tegemoetgekomen. Naar 't Engelsch van LEONARD MERRICK 1) HOOFDSTUK 1. Het denkbeeld was zóó onvereenigbaar met zijn temperament, dat Heriot zelf haast niet gelooven kon, hoe het ook maar en- kele seconden in zijn brein had rondge waard. Hij zette zijn weg voort langs het groote roode huis met het jonge meisje op het balkon, en hij was verbaasd over de be langstelling, die de toevallige ontdekking van haar adres bij hem scheen te hebben gewekt. Wat kwam het er nu nog op aan, waar zij logeerde Op zekeren ochtend was zij hem opgevallen onder de menigte rond de muziektent, en met bewondering had hij haar gade geslagen. Met andere woorden onbewust had hij de bezitster van een paar grijze oogen met donkere wimpers alle mogelijke hoedanigheden toe gekend, die haar waarschijnlijk geheel vieemd waren. Den volgenden dag had hij haar ook gezien, en den daarop volgenden dag meende hij haar te zién en hij had er zich zelfs heel nutteloos in verdiept wat haar maatschappelijke positie kon zijn en hoe Zn aan die onmogelijke vrouw kwam, die naar vergezelde. Vanwaar dus dat zonderlinge gevoel van e<nkbaarheid, toen hij te weten was geko men waar zij woonde Het roode huis was een pension hij Kon als hij dit verlangde, kennis met haat- maken door eenvoudig daar zijn intrek te 'K-men, maar hoe kon iets dergelijks bij nem op zijn leeftijd zijn opgekomen? Als mj tien jaar jonger was geweest dan was net wat anders. Hij begreep nu hoe een pas geverfd balkon, waar zich iederen mid- De raming van de opbrengst van het nieuwe tweetal zal, in verband met de aan gebrachte wijzigingen, aanmerkelijk lager gesteld moeten worden dan van het oor spronkelijke ééne wetsontwerp. Werd de opbrengst van dit laatste op 38 millioen geschat en na eenige gedane concessies op ongeveer 34 millioen, of veel méér dan 20 millioen, durft de minister als opbrengst van de beide thans ingediende wetsontwer pen niet te rekenen. Een andere wijziging, welke de minister in de plannen van zijn ambtsvoorganger zou wenschen te brengen, bestaat hierin, dat de aanhangige herziening der inkom stenbelasting, welke beoogt een ontlasting der groote gezinnen, vervangen wordt eenerzijds door een afschaffing van de ten behoeve van het leeningsfonds geheven op centen op de personeele belasting en op den suikeraccijns, anderzijds door een ver laging van de hoofdsom der personeele be lasting. Voorkeur verdient een verlichting van den druk der personeele belasting, welke, vooral in verband met de wijziging van art. 7 (kinderaftrek), voor een groot deel zal werken ten gunste van de groote ge zinnen. Naar schatting zal de mindere opbrengst dier belasting ten gevolge van de voorge nomen herziening ongeveer 6.5 millioen bedragen. Daarbij komt dan een verlies van 1.5 millioen ten gevolge van de verlichting van belastingdruk reeds door 's ministers ambtsvoorganger voorgesteld ten behoeve van koffiehuizen en dergelijke inrichtingen als compensatie voor de aanvulling der ze gelwet. Naast de beoogde herziening van de per soneele belasting zal voorts aan de groote gezinnen en ook aan andere minder draag- krachtigen, ten goede komen de voorgeno men schrapping* van de leenings-opcenten, zoowel op het personeel als op den suiker accijns. Wat den laatstgenoemden accijns be treft, wordt hiermede tevens de reeds bij de wet van 4 December 1909 aangegeven lijn doorgetrokken en een verlaging van het leeningsfonds feitelijk reeds tot stand gebracht, doch door ten behoeve van dat fonds noodzakelijk geworden opcenten tij delijk buiten werking moest worden ge steld. iHet verlies voor de inkomsten van het leeningsfonds ten gevolge van de schrap ping der tweeërlei laatstgenoemde opcen ten zal resp. bedragen 5.8 en 8 millioen. De hierboven uiteengezette wijzigingen in de door 's ministers ambtsvoorganger ingediende belastingplannen hebben tenge-, volge, dat de verdedigingsbelasting II slechts tot de helft kan worden verminderd. In cijfers uitgedrukt .geven' de boven staande voorstellen het volgende beeld Het leeningsfonds zal derven de helft der verdedigingsbelasting II 13.2 milli oen, de opcenten op de personeele belas ting 5.8 millioeen, de opcenten op den suikeraccijns 8 millioen, totaal 27 milloen. Het leeningsfonds kan derven batig saldo volgens begrooting 1926 20 millioen, uit- keering uit vroeger saldo volgens voorstel der commissie-Van Vuuren, 5 millioen, to taal 25 millioen, zoodat het leeningsfonds een uitkeering ten laste van de staatsbe groting zal moeten krijgen van 2 millioen. Voorts bedragen de vermindering der sue- MIJNHARDT's Hoofdpijn-Tabletten 60ct Laxeer-Tabletten 60 ct Zenuw-Tabletten 75 ct Staal-Tabletten 90 ct Maag-Tabletten 75 ct Bij Apoth. en Drogisten (Ingezonden Mededeeling). sessiebelasting 10 millioen en de verminde ring der personeele belasting 8 millioen, zoodat de totale last "voor de gewone uit gaven der staatsbegrooting bedraagt 20 millioen, welke gedekt wordt door de ver wachte opbrengst der beide nieuwe belas ting-ontwerpen. De bovenstaande denkbeelden zijn be lichaamd in een zestal wetsontwerpen, met name, een herziening der verdedigingsbe lasting II tot wijziging der successiewet tot wijziging der leeningswet 1914 tot wij ziging van de wet op de personeele belas ting tot aanvulling van de zegelwet, en tot heffing van een weeldeverteeringsbe- Iasting. Het ontwerp tot herziening der verde digingsbelasting II is gelijkluidend aan het reeds vroeger ingediende. Wijziging der leeningswet 1914. De voorgestelde verlaging van den suikerac cijns maakt het noodig een voorziening te treffen met betrekking tot het z.g. „sui kerpotje". Verder wordt voorgesteld een wijziging van de wet op de personeele belasting 1896. Het ontwerp tot heffing eener weelde verteringsbelasting onderscheidt zich van het ingetrokken ontwerp, door de aanvaar ding van een ander stelsel van heffing. Ten einde het aantal personen, dat tot het hou den van aanteekeningen ten behoeve van den fiscus wordt verplicht, en derhalve ook het aantal plaatsen, waar de controle moet worden uitgeoefend, belangrijk te kunnen beperken, belast het niet meer door verkoop in het klein, doch de aflevering door den vervaardiger of wel door invoer. De heffing zal dus geschieden bij de bron. De verdedigingsbela"Sfïng II wordt voor het laatst geheven over het belastingjaar 1926/1927. De aanvulling der zegelwet treedt in werking met ingang van een bij Kon. be sluit te* bepalen dag met uitzondering van artikel II, dat in werking treedt met in gang van 1 Januari 1927. De weeldeverteeringsbelasting treedt ui werking op nader te bepalen dag de wij ziging der successiewet op den dag na dien harer afkondiging; de wijziging* der lee- ningwet en herziening der wet op de per soneele belasting op 1 Januari 1927. Het Nederlandsch-Belgisch verdrag. De Antwerpsche „Neptune" die het Hol- landsch-Belgisch verdrag bespreekt, twij felt niet of het Belgische parlement zal het ratificeeren, omdat de economische voor- deelen een tegenwicht zijn voor de tekort komingen op politiek gebied. Minister van Karnebeek, aldus het blad, slaagde erin, voor zijn land de politieke zijde van het probleem te behouden. Hij achtte het daartoe geschikt, op economisch gebied toegevingen te doen. Wij vinden zulks rechtvaardig. Ratificeering is voor de goede betrekkingen noodig. In het „Laatste Nieuws" pleit Julius Hos te eveneens voor ratificeering in beide lan den, zulks in het belang der volkomen zelf standigheid van Nederland en België en hun goede betrekkingen. Wanneer men de zaken van een algemeen standpunt uit be schouwt, dan is het duidelijk, dat Rotter dam nog niet heel Nederland en Antwerpen niet heel België is, van hoeveel betee- kenis deze groote havensteden in het eco nomisch leven van twee naties ook mogen zijn. Antwerpenaars en Rotterdammers mo gen wat vinnig staan tegenover elkaar, een vooruitziend staatsmansbeleid van Neder- landsche, zoowel als van Belgische zijde, zal er integendeel moeten op uit zijn tegen strijdige belangen op te lossen in gezonden wedijver, die uitloopt op samenwerking. Van Nederlandsche zijde is men ook ge vallen op de beschikking, ,die aan België toelaat, Antwerpen tot oorlogshaven te maken. De Voorzienigheid behoede ons land voor een dergelijke dwaasheid. Congres van het R.-Kath. Werklieden- veifrond. In de groote zaal van het Park Tivoli te Utrecht werd gisteren door het R.K. Werk liedenverbond zijn eerste congres gehouden ter gelegenheid van de verschijning, 35 jaar geleden, van de encycliek Rerum No varum. De bijeenkomst was zeer druk bezocht door 2096 vertegenwoordigers uit 254 plaatsen. Aan mgr. Nolens werd een telegrafische gelukwensch gezonden met zijn benoeming tot voorzitter der Arbeidsconferentie. In zijn openingswoord wees de voorzit ter er op dat mr. Aalberse door op dit con gres het woord te voeren, weer zijn plaats inneemt in het katholieke sociale leven. Hij dankte hem voor alles wat hij als minister voor land en volk heeft verricht. De band tusschen hem en de R.-K. arbeiders is al lerminst verbroken. Het feit dat het 35 jaar geleden is dat Paus Leo XIII de encycliek „Rerum Novarum" deed verschijnen is voor ons de moeite waard om dit te herdenken. Spreker wees er vervolgens op dat deze encycliek reeds veel goeds tot stand heeft gebracht o.a. de stichting van vakbonden en het in het leven roepen van een anderen geest onder de arbeiders zoowel als onder de niet-arbeiders. Sociale werken kwamen tot stand, hoe wel toch nog het kapitalisme oppermachtig heerscht, zoodat met den bouw van een nieuwe maatschappij en het breken met het kapitalistische stelsel nog begonnen moet worden. Er zal een periode moeten komen, waarin de menschheid een beter leven zal kunnen hebben en we rekenen daarbij op de hulp van de intellectueelen. Vervolgens hield prof. mr. P. J. M. Aal berse een rede over de toekomst der sociale wetgeving, waarin deze na een overzicht te hebben gegeven van hetgeen er reeds tot stand is gekomen, als zijn meening uitte, dat in de toekomst door uitbouw der sociale organisaties de sociale organen zullen ont staan, waaraan onder toezicht en controle van de overheid, en volgens grondregelen door deze te stellen, zoowel arbeidersbe scherming als de arbeidersverzekering kunnen worden overgedragen. Na eenig debat voerden nog achtereen- dag een paar uur een aardig jong meisje op vertoonde, de cliëntèle van een pension aanmerkelijk kon uitbreiden. Hij verbaasde er zich zelf over dat niet meer de aandacht was gevallen op een dergelijke reclame. Maar dat hij daar nu nog zou inloopen, teiwijl zijn haar toch al begon te dunnen bij de slapen en rechtsgeleerden eerbiedig tot hem opzagen en zijn klerk éen villa bewoonde in Brixton. Voor iemand als hij, zou zoo iets dus belachelijk zijn. Eastbourne was saai, vond hij, toen hij al weder, naar den Wish Tower zijn schre den richtte. Hij had er haast spijt van dat hij niet naar Fairlawn was gegaan, en voor een week zijn intrek had genomen bij zijn broer. Francis was de laatste jaren altijd blij als hij hem zag en begon niet meer dadelijk aanmerkingen te maken zooals vroeger. Over het geheel was Francis geen onaardig gezelschap, en Fairlawn met de jacht zou heel wat vroolijker zijn geweest. Hij onderdrukte een geeuw en hij was blij dat het etensuur al weer naderde. In deze vacantie hinderde hem zooals gewoonlijk dat gevoel van eenzaamheid. Wat hadt je eigelijk aan vacanties 's Avonds las hij de couranten in de rookka mer als je pas begon in je werkkring, hadt je geen geld om te genieten en, te gen dat je dat wel kon, was de ware lust om van een vacantie te genieten verdwe nen. Nu was het hier ook tamelijk saai in het hotel. De gasten waren vervelend en het eten was heel gewoon. Wat een vervelend diner hadden ze vandaag weer gehad wachterachtige soep weeke visch, en dan dat kijken op die dikke dame met den arendsneus en haar röwfe Sfiawl over den schouder. Nu zat hij op een leeren bank de „Sketoh" in te kijken, en een paar andere heeren zaten ook half slapend of althans in luie, gemakkelijke houding met de „Grafie" voor zich. Er hing een tabaks- en whisky- lucht. Hij had evengoed in de stad kunnen blijven en naar de sociëteit kunnen gaan. Hij vroeg zich nu af, wat ze in de „Belle Vue Mansion" zouden doen na den maal tijd Misschien maakten ze nu muziek en mogelijk zong of danste ze. Hij zou zich best kunnen begrijpen dat ze een goede stem had. Persoonlijk gaf hij niet om dan sen, maar hij vond het wel aardig om er naar te kijken. Waarom zou hij dan ook maar niet zijn intrek nemen in „Belle Vue Mansion" Vroeger zou hij onmiddellijk de daad bij het woord hebben gevoegd. Hij had na den tijd van zijn eerste jeugd hard gewerkt wat zijn broer Francis hem geleend had was terugbetaald, en zoo langzamerhand had hij ook een soberder levensopvatting gekregen. Mogelijk was hij toen weer in een ander uiterste vervallen en had hij zich te veel terug getrokken. En zoo oud was hij toch nog niet hij was nog in de der tig. Francis was de jongste van hen bei den, ofschoon hij al een zoon had, die offi cier was, maar juist zoo'n groote zoon hield je misschien langer jong. De kellner kwam binnen en keek zoe kend rond, toen liep hij naar Heriot toe, wien hij een kaartje overhandigde. Heriot las den naam mret verbazing C-heriton Hij had zijn ouden vriend in geen zestien jaar gezien en zelfs hun ongeregel de correspondentie was den. natuurlijken dood gestorven. „Beste kerel riep hij in den hall. „Kom binnen. Kom binnen In vroeger tijd waren èn Dick Cheriton èn hij goede vrienden geweesthoewel Cheriton een paar jaar ouder was. Dick had toen een atelier in Howland street, en hij zou misschien later beroemd worden». Ir.tusschen droeg hij een gele das hij deed een dwaas huwelijk en rookte een steenen pijp. Dat hij ooit lid van de Koninklijke Academy zou worden, daar kon hij niet voor instaan, maar in ieder geval zou hij Bohemien zijn en blijven. Hij bezat alle vereischten voor succes in de kunstenaars wereld behalve helaas genoeg talent. Toen hij dit was gaan inzien, maakte hij gebruik van het aanbod van een bloedver want, die hem een baantje in den handel aanbod in de Vereenigde Staten en liet hij zijn haarlokken knippen. Het afscheidssou per op het atelier, waarbij hij plechtig af stand deed van zijn artistieke loopbaan na al zijn schilderijen te hebben verbrand, die ae kunsthandelaars toch niet wilden koo- pen, was een zeer treffend schouwspel geweest. „Beste kerel riep Heriot. „Kom bin nen Wat een onverwacht genoegen Wat een onverwacht genoegen Wanneer ben je gekomen „Tien dagen geleden met de „Germanic". Dus jij bent het dan toch Ik zag George Heriot in het vreemdelingenboek staan en ging er op goed geluk eens op af. Ik had die niet durven hopen Hoe maak je het kerel Ik ben blij dat ik je zie „Ben je hier al tien dagen geweest „Neen niet hier, ik ben pas een paar uur in Eastbourne „Je hadt me in Londen eens moeten op zoeken." „Dat heb ik ook geprobeerd. Maar je kr.mers waren gesloten." „Natuurlijk. Maar de portier van de club..." „Welke club Je vergeet hoe lang ik al weg ben geweest." „Mag ik je wat aanbieden Wat een ver rassing Ga toch zitten en steek eens op „Zou je mij herkend hebben vroeg Cheriton. „Je bent veranderd", gaf Heriot toe. „Het is een. heele tijd. Ik ben zeker ook veran derd Ze keken elkaar aan met vriendschappe lijk critiseerenden blik. Heriot nam met verbazing waar dat de ander in uiterlijk althans weinig had van een zakenman en allerminst van een Amerikaanschen man van zaken. Zijn haar, dat minder wanorde lijk zat dan in de Howland street periode, volgens het woord de heeren Alphons Laudy over „Onze sociale roeping", pater Borromeus de Greeve en het Tweede Ka merlid Henri Hermans over „Op sociaal economisch gebied naar de hoogte van het Christendom". Het Vaderlandsch Verbond. De algemeene ledenvergadering van het Vaderlandsch Verbond, gisteren te Utrecht gehouden heeft aangenomen het voorstel van het hoofdbestuur, om de vereeniging te ontbinden, met ingang van den dag, waar op de samenwerking van ruim 100 uitge treden leden van het Verbond van Actua- listen (groep-De Jong) een nieuwe vereeni ging zal worden gesticht. Een commissie werd benoemd voor de vereffening van za ken. De constitueerende vergadering van de nieuwe vereeniging zal vermoedelijk op Zaterdag 12 Juni a.s. te Amsterdam worden gehouden. KUNSTKRING HET ZUIDEN. Zevende tentoonstelling van schilderijen. Meer nog dan andere jaren treft jnij reeds dadelijk bij het binnentreden de ver scheidenheid van richtingen, die het dage- lijksch bestuur van den kunstkring voor dit seizoen hier naar voren te brengen. Namen van bekende schilders uit binnen- en buitenland vinden we naast die der Zeeuwsche schilders vermeld. Bij verschillende tentoonstellingen hier te lande ik constateerde het herhaalde lijk schijnt de gewoonte te bestaan om bij de bespreking van de inzendingen, eerst het werk der ingezetenen, dan pas dat der gasten te 'vermelden. Daar deze gewoonte eenigszins in strijd is met de eenvoudige wet der gastvrijheid en wij, Hollanders, laten ons toch zoo graag op onze gastvrijheid voorstaan breek ik hier met deze traditie en zet het werk der gasten voorop. Waarom ook dat chauvinisme Waarom ook een minderwaardig, onderhandsch ge konkel, dat meestal aan de rangschikking en het weglaten van namen in een kritiek ten gronde ligt. Waarom het pousseeren en uitbuiten van een bepaald schilderij, en het over slaan, zooals men gedachteloos een blad zijde van een niet-boeienden roman over slaat, van werk van anderen, dat in zijn genre minstens even goed kan zijn. De argelooze lezer, die deze woorden niet begrijpt, vergeve mij de opmerking en denke aan de woorden van Bredero „Nu heb ick 't inder waarheyt op niemand in 't besonder ghemeent, maar heb de kluppel De tusschen haakjes geplaatste cijfers achter de namen verwijzen naar het num mer dat het werk op de tentoonstelling heeft. was toch nog langer dan men het draagt in dt stad. Het was nu grijs en. het stond hem goed. Hij droeg een. bruin fluweelen jas, en men kreeg een glimp te zien van een losgeknoopte zijden das. Hij zag er nu r.iet meer uit als een Bohemien, maar als een reeds gevestigde beroemdheid. „Ben je voor goed thuisgekomen», Cheri ton De aangesprokene schudde het hoofd. „Ik denk dat ik zoo lang ik leef in Ame rika zal blijven dit is maar een uitstapje. En jij Ben je altijd nog aan de balie." „O ja", antwoordde Heriot. „Ik ben nog altijd aan de balie. Het is niet aangenaam als men naam heeft gemaakt in een be trekking om dan de vraag te hooren of men ei nog altijd bij is. Ik ben voortgegaan in de richting die ik toen al ingeslagen had daar valt niet veel nieuws van te vertel len. Kamers gerechtshof en naar bed Mijn zaken gaan beter dan vroeger dat is alles." „Het gaat je dus goed „Vroeger zou ik „ja" gezegd hebben, maar een mensch is nu eenmaal nooit te vreden, dus..." „Je wilde aan de balie je bent aan cc balie dus je hebt wat je verlangde. Ik..." „Ja vroeg Heriot, toen hij even op hield. „Hoe heeft de wereld jou behandeld, Cheriton A propos, je hebt nooit mijn leatsten brief beantwoord." „Jij hebt mij niet meer geschreven." (Wordt vervolgd.) VOLKSGEZONDHEIDS. EN VEILIGHEIDSHOEKJE Smeert ge op Uw ladder, groen, grijs, wit. Dan ziet ge nooit, wat daaronder zit. De veiligheid eischt het monopolie. Voor 't smeren met vernis of olie. GEZONDHEIDSRAAD.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1926 | | pagina 1