150
iOO
25
MAANDAG
31 MEI
1Q00
(.OA Qnn
PLOUVIER HEEFT DE SCHOENEN
KWATTAf^
64e Jaargang
1926
fines I. Ill 01 TELDE Uhlstat SB-ID, llissiwin. Wil. II. Pttikwm SS211
VsrsohijRt dagelijks, öitgezomterd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen
BINNENLAND
FEUILLETON
Mamie's Huwelijk
VOLLE-MELKsREEP
Beter dan Goed: DE BESTE
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20 per 3 maanden.
Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België en de overige landen der Post-Unie, bij wekelijk
se verzending 4.15 j bij dagelijksche verzending 6.10. Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIEPRIJS: Van 14 regels ƒ1.10; voor iederen regel meer 26 cent.
Familieberichten van 16 regels 1.70. Reclames.52 cent per regel. Kleine advertenties
van 15 regels 75 cent, voor eiken regel meer 15 cent. Bij abonnement speciale prijs.
De abonné's in 't bezit eener
Polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
UUU een ongeluk. Ullll
gulden bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim.
gulden bij verlies
van een
wijsvinger.
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger.
De nieuwe belastingontwerpen.
Bij de Tweede Kamer zijn ingediend
wetsontwerpen tot herziening van verschil
lende belastingwetten.
In de memorie van toelichting wordt er
aan herinnerd, dat op 13 Februari 1925 een
vijftal wetsontwerpen werd ingediend, on
derscheidenlijk tot aanvulling der zegelwet
1917, tot wijziging der successiewet, tot
wijziging der wet op de inkomstenbelasting
1914, tot herziening der verdedigingsbe
lasting II en tot wijziging van de leening-
wet 1914.
Het ontwerp tot herziening van de ver
dedigingsbelasting werd 19 October 1925
ingetrokken, nadat 14 October te voren een
ontwerp was aanhangig gemaakt, waarbij
de verdedigingsbelasting II geheel werd
afgeschaft.Omtrent laatstgenoemd ontwerp
is 10 December 1925 voorloopig verslag uit
gebracht, welk verslag door de inmiddels
ingetreden kabinetscrisis tot dusver onbe
antwoord is gebleven.
Bij aanneming dier ontwerpen zou het
leeningsfonds derven wegens opcenten
op de personeele belasting 0.2 millioen
wegens opcenten op de rijksinkomstenbe
lasting 2 millioen en wegens afschaffing
der verdedigingsbelasting 26.5 millioen,
totaal rond 29 millioen. Het leeningsfonds
heeft voor 1926 een batig saldo van 20
millioen er zou dus te kort komen 9 mil
lioen.
Volgens het plan van de commissie-Van
Vuuren krijgt het leeningsfonds in 1926 een
bijdrage uit het vroegere saldo van 5 mil
lioen, zoodat uit de aanvulling der zegel
wet te dekken zou blijven 4 millioen.
De gewone Staatsdienst zou derven door
de vermindering der successie belasting 10
millioen, door wijziging der inkomstenbe
lasting 8 millioen en door wijziging der
personeele belasting 1.5 millioen, totaal
10.5 millioen, welke evenzeer door de op
brengst van de aanvulling der zegelwet
zouden moeten worden gedekt, terwijl dan
het meerdere dat deze'laatste zou opleve
ren boven 4 en 19.5 millioen zou be
steed worden voor buitengewone aflossing
van crisisschuld.
Met de bovenstaande plannen kan de
minister zich voor een belangrijk gedeelte
vereenigen. Ook hij is van meening, dat nu
de zware druk der belastingen een ernstige
belemmering vormt voor de wederople
ving der algemeene volkswelvaart, de re
geering in de eerste plaats op een verla
ging van de meest drukkende heffingen be
dacht moet zijn.
En eveneens is hij van meening, dat, in
zoover de stand van het budget belasting
verlaging nog niet mogelijk maakt, het aan
beveling verdient, den huidigen druk, voor
zoover die al te oneconomisch werkt, te
vervangen door een heffing op niet nood
zakelijke uitgaven, welke tevens het nut
tige gevolg zal kunnen hebben, dat deze
beperkt worden en dus de besparing wordt
bevorderd.
Het denkbeeld, dat aan de aanvulling der
zegelwet 1917 ten grondslag ligt, zou hij
dan ook willen handhaven. Het te dien
aanzien aanhangige ontwerp wordt thans
vervangen door een tweetal nieuwe ont
werpen, waarvan het eene een aanvulling
der zegelwet beoogt, en het andere het in
het leven roepen van een afzonderlijke
„weeldeverteringsbelasting". Aan verschil
lende bedenkingen, uit de belanghebbende
kringen geuit, wordt bij deze nieuwe ont-
werpen tegemoetgekomen.
Naar 't Engelsch van LEONARD MERRICK
1)
HOOFDSTUK 1.
Het denkbeeld was zóó onvereenigbaar
met zijn temperament, dat Heriot zelf haast
niet gelooven kon, hoe het ook maar en-
kele seconden in zijn brein had rondge
waard.
Hij zette zijn weg voort langs het groote
roode huis met het jonge meisje op het
balkon, en hij was verbaasd over de be
langstelling, die de toevallige ontdekking
van haar adres bij hem scheen te hebben
gewekt. Wat kwam het er nu nog op aan,
waar zij logeerde Op zekeren ochtend
was zij hem opgevallen onder de menigte
rond de muziektent, en met bewondering
had hij haar gade geslagen. Met andere
woorden onbewust had hij de bezitster
van een paar grijze oogen met donkere
wimpers alle mogelijke hoedanigheden toe
gekend, die haar waarschijnlijk geheel
vieemd waren.
Den volgenden dag had hij haar ook
gezien, en den daarop volgenden dag
meende hij haar te zién en hij had er zich
zelfs heel nutteloos in verdiept wat haar
maatschappelijke positie kon zijn en hoe
Zn aan die onmogelijke vrouw kwam, die
naar vergezelde.
Vanwaar dus dat zonderlinge gevoel van
e<nkbaarheid, toen hij te weten was geko
men waar zij woonde
Het roode huis was een pension hij
Kon als hij dit verlangde, kennis met haat-
maken door eenvoudig daar zijn intrek te
'K-men, maar hoe kon iets dergelijks bij
nem op zijn leeftijd zijn opgekomen? Als
mj tien jaar jonger was geweest dan was
net wat anders. Hij begreep nu hoe een
pas geverfd balkon, waar zich iederen mid-
De raming van de opbrengst van het
nieuwe tweetal zal, in verband met de aan
gebrachte wijzigingen, aanmerkelijk lager
gesteld moeten worden dan van het oor
spronkelijke ééne wetsontwerp. Werd de
opbrengst van dit laatste op 38 millioen
geschat en na eenige gedane concessies op
ongeveer 34 millioen, of veel méér dan 20
millioen, durft de minister als opbrengst
van de beide thans ingediende wetsontwer
pen niet te rekenen.
Een andere wijziging, welke de minister
in de plannen van zijn ambtsvoorganger
zou wenschen te brengen, bestaat hierin,
dat de aanhangige herziening der inkom
stenbelasting, welke beoogt een ontlasting
der groote gezinnen, vervangen wordt
eenerzijds door een afschaffing van de ten
behoeve van het leeningsfonds geheven op
centen op de personeele belasting en op
den suikeraccijns, anderzijds door een ver
laging van de hoofdsom der personeele be
lasting.
Voorkeur verdient een verlichting van
den druk der personeele belasting, welke,
vooral in verband met de wijziging van
art. 7 (kinderaftrek), voor een groot deel
zal werken ten gunste van de groote ge
zinnen.
Naar schatting zal de mindere opbrengst
dier belasting ten gevolge van de voorge
nomen herziening ongeveer 6.5 millioen
bedragen.
Daarbij komt dan een verlies van 1.5
millioen ten gevolge van de verlichting van
belastingdruk reeds door 's ministers
ambtsvoorganger voorgesteld ten behoeve
van koffiehuizen en dergelijke inrichtingen
als compensatie voor de aanvulling der ze
gelwet.
Naast de beoogde herziening van de per
soneele belasting zal voorts aan de groote
gezinnen en ook aan andere minder draag-
krachtigen, ten goede komen de voorgeno
men schrapping* van de leenings-opcenten,
zoowel op het personeel als op den suiker
accijns.
Wat den laatstgenoemden accijns be
treft, wordt hiermede tevens de reeds bij de
wet van 4 December 1909 aangegeven lijn
doorgetrokken en een verlaging van het
leeningsfonds feitelijk reeds tot stand
gebracht, doch door ten behoeve van dat
fonds noodzakelijk geworden opcenten tij
delijk buiten werking moest worden ge
steld.
iHet verlies voor de inkomsten van het
leeningsfonds ten gevolge van de schrap
ping der tweeërlei laatstgenoemde opcen
ten zal resp. bedragen 5.8 en 8 millioen.
De hierboven uiteengezette wijzigingen
in de door 's ministers ambtsvoorganger
ingediende belastingplannen hebben tenge-,
volge, dat de verdedigingsbelasting II
slechts tot de helft kan worden verminderd.
In cijfers uitgedrukt .geven' de boven
staande voorstellen het volgende beeld
Het leeningsfonds zal derven de helft
der verdedigingsbelasting II 13.2 milli
oen, de opcenten op de personeele belas
ting 5.8 millioeen, de opcenten op den
suikeraccijns 8 millioen, totaal 27 milloen.
Het leeningsfonds kan derven batig saldo
volgens begrooting 1926 20 millioen, uit-
keering uit vroeger saldo volgens voorstel
der commissie-Van Vuuren, 5 millioen, to
taal 25 millioen, zoodat het leeningsfonds
een uitkeering ten laste van de staatsbe
groting zal moeten krijgen van 2 millioen.
Voorts bedragen de vermindering der sue-
MIJNHARDT's
Hoofdpijn-Tabletten 60ct
Laxeer-Tabletten 60 ct
Zenuw-Tabletten 75 ct
Staal-Tabletten 90 ct
Maag-Tabletten 75 ct
Bij Apoth. en Drogisten
(Ingezonden Mededeeling).
sessiebelasting 10 millioen en de verminde
ring der personeele belasting 8 millioen,
zoodat de totale last "voor de gewone uit
gaven der staatsbegrooting bedraagt 20
millioen, welke gedekt wordt door de ver
wachte opbrengst der beide nieuwe belas
ting-ontwerpen.
De bovenstaande denkbeelden zijn be
lichaamd in een zestal wetsontwerpen, met
name, een herziening der verdedigingsbe
lasting II tot wijziging der successiewet
tot wijziging der leeningswet 1914 tot wij
ziging van de wet op de personeele belas
ting tot aanvulling van de zegelwet, en
tot heffing van een weeldeverteeringsbe-
Iasting.
Het ontwerp tot herziening der verde
digingsbelasting II is gelijkluidend aan het
reeds vroeger ingediende.
Wijziging der leeningswet 1914. De
voorgestelde verlaging van den suikerac
cijns maakt het noodig een voorziening te
treffen met betrekking tot het z.g. „sui
kerpotje".
Verder wordt voorgesteld een wijziging
van de wet op de personeele belasting 1896.
Het ontwerp tot heffing eener weelde
verteringsbelasting onderscheidt zich van
het ingetrokken ontwerp, door de aanvaar
ding van een ander stelsel van heffing. Ten
einde het aantal personen, dat tot het hou
den van aanteekeningen ten behoeve van
den fiscus wordt verplicht, en derhalve
ook het aantal plaatsen, waar de controle
moet worden uitgeoefend, belangrijk te
kunnen beperken, belast het niet meer door
verkoop in het klein, doch de aflevering
door den vervaardiger of wel door invoer.
De heffing zal dus geschieden bij de
bron.
De verdedigingsbela"Sfïng II wordt voor
het laatst geheven over het belastingjaar
1926/1927.
De aanvulling der zegelwet treedt in
werking met ingang van een bij Kon. be
sluit te* bepalen dag met uitzondering van
artikel II, dat in werking treedt met in
gang van 1 Januari 1927.
De weeldeverteeringsbelasting treedt ui
werking op nader te bepalen dag de wij
ziging der successiewet op den dag na dien
harer afkondiging; de wijziging* der lee-
ningwet en herziening der wet op de per
soneele belasting op 1 Januari 1927.
Het Nederlandsch-Belgisch verdrag.
De Antwerpsche „Neptune" die het Hol-
landsch-Belgisch verdrag bespreekt, twij
felt niet of het Belgische parlement zal het
ratificeeren, omdat de economische voor-
deelen een tegenwicht zijn voor de tekort
komingen op politiek gebied.
Minister van Karnebeek, aldus het blad,
slaagde erin, voor zijn land de politieke
zijde van het probleem te behouden. Hij
achtte het daartoe geschikt, op economisch
gebied toegevingen te doen. Wij vinden
zulks rechtvaardig. Ratificeering is voor de
goede betrekkingen noodig.
In het „Laatste Nieuws" pleit Julius Hos
te eveneens voor ratificeering in beide lan
den, zulks in het belang der volkomen zelf
standigheid van Nederland en België en
hun goede betrekkingen. Wanneer men de
zaken van een algemeen standpunt uit be
schouwt, dan is het duidelijk, dat Rotter
dam nog niet heel Nederland en Antwerpen
niet heel België is, van hoeveel betee-
kenis deze groote havensteden in het eco
nomisch leven van twee naties ook mogen
zijn. Antwerpenaars en Rotterdammers mo
gen wat vinnig staan tegenover elkaar, een
vooruitziend staatsmansbeleid van Neder-
landsche, zoowel als van Belgische zijde,
zal er integendeel moeten op uit zijn tegen
strijdige belangen op te lossen in gezonden
wedijver, die uitloopt op samenwerking.
Van Nederlandsche zijde is men ook ge
vallen op de beschikking, ,die aan België
toelaat, Antwerpen tot oorlogshaven te
maken. De Voorzienigheid behoede ons
land voor een dergelijke dwaasheid.
Congres van het R.-Kath. Werklieden-
veifrond.
In de groote zaal van het Park Tivoli te
Utrecht werd gisteren door het R.K. Werk
liedenverbond zijn eerste congres gehouden
ter gelegenheid van de verschijning, 35
jaar geleden, van de encycliek Rerum No
varum.
De bijeenkomst was zeer druk bezocht
door 2096 vertegenwoordigers uit 254
plaatsen.
Aan mgr. Nolens werd een telegrafische
gelukwensch gezonden met zijn benoeming
tot voorzitter der Arbeidsconferentie.
In zijn openingswoord wees de voorzit
ter er op dat mr. Aalberse door op dit con
gres het woord te voeren, weer zijn plaats
inneemt in het katholieke sociale leven. Hij
dankte hem voor alles wat hij als minister
voor land en volk heeft verricht. De band
tusschen hem en de R.-K. arbeiders is al
lerminst verbroken. Het feit dat het 35 jaar
geleden is dat Paus Leo XIII de encycliek
„Rerum Novarum" deed verschijnen is voor
ons de moeite waard om dit te herdenken.
Spreker wees er vervolgens op dat deze
encycliek reeds veel goeds tot stand heeft
gebracht o.a. de stichting van vakbonden
en het in het leven roepen van een anderen
geest onder de arbeiders zoowel als onder
de niet-arbeiders.
Sociale werken kwamen tot stand, hoe
wel toch nog het kapitalisme oppermachtig
heerscht, zoodat met den bouw van een
nieuwe maatschappij en het breken met het
kapitalistische stelsel nog begonnen moet
worden. Er zal een periode moeten komen,
waarin de menschheid een beter leven zal
kunnen hebben en we rekenen daarbij op de
hulp van de intellectueelen.
Vervolgens hield prof. mr. P. J. M. Aal
berse een rede over de toekomst der sociale
wetgeving, waarin deze na een overzicht te
hebben gegeven van hetgeen er reeds tot
stand is gekomen, als zijn meening uitte,
dat in de toekomst door uitbouw der sociale
organisaties de sociale organen zullen ont
staan, waaraan onder toezicht en controle
van de overheid, en volgens grondregelen
door deze te stellen, zoowel arbeidersbe
scherming als de arbeidersverzekering
kunnen worden overgedragen.
Na eenig debat voerden nog achtereen-
dag een paar uur een aardig jong meisje
op vertoonde, de cliëntèle van een pension
aanmerkelijk kon uitbreiden. Hij verbaasde
er zich zelf over dat niet meer de aandacht
was gevallen op een dergelijke reclame.
Maar dat hij daar nu nog zou inloopen,
teiwijl zijn haar toch al begon te dunnen
bij de slapen en rechtsgeleerden eerbiedig
tot hem opzagen en zijn klerk éen villa
bewoonde in Brixton.
Voor iemand als hij, zou zoo iets dus
belachelijk zijn.
Eastbourne was saai, vond hij, toen hij
al weder, naar den Wish Tower zijn schre
den richtte. Hij had er haast spijt van dat
hij niet naar Fairlawn was gegaan, en voor
een week zijn intrek had genomen bij zijn
broer. Francis was de laatste jaren altijd
blij als hij hem zag en begon niet meer
dadelijk aanmerkingen te maken zooals
vroeger. Over het geheel was Francis geen
onaardig gezelschap, en Fairlawn met de
jacht zou heel wat vroolijker zijn geweest.
Hij onderdrukte een geeuw en hij
was blij dat het etensuur al weer naderde.
In deze vacantie hinderde hem zooals
gewoonlijk dat gevoel van eenzaamheid.
Wat hadt je eigelijk aan vacanties 's
Avonds las hij de couranten in de rookka
mer als je pas begon in je werkkring,
hadt je geen geld om te genieten en, te
gen dat je dat wel kon, was de ware lust
om van een vacantie te genieten verdwe
nen.
Nu was het hier ook tamelijk saai in het
hotel. De gasten waren vervelend en het
eten was heel gewoon. Wat een vervelend
diner hadden ze vandaag weer gehad
wachterachtige soep weeke visch, en dan
dat kijken op die dikke dame met den
arendsneus en haar röwfe Sfiawl over den
schouder. Nu zat hij op een leeren bank de
„Sketoh" in te kijken, en een paar andere
heeren zaten ook half slapend of althans in
luie, gemakkelijke houding met de „Grafie"
voor zich. Er hing een tabaks- en whisky-
lucht. Hij had evengoed in de stad kunnen
blijven en naar de sociëteit kunnen gaan.
Hij vroeg zich nu af, wat ze in de „Belle
Vue Mansion" zouden doen na den maal
tijd Misschien maakten ze nu muziek en
mogelijk zong of danste ze. Hij zou zich
best kunnen begrijpen dat ze een goede
stem had. Persoonlijk gaf hij niet om dan
sen, maar hij vond het wel aardig om er
naar te kijken. Waarom zou hij dan ook
maar niet zijn intrek nemen in „Belle Vue
Mansion"
Vroeger zou hij onmiddellijk de daad bij
het woord hebben gevoegd. Hij had na den
tijd van zijn eerste jeugd hard gewerkt
wat zijn broer Francis hem geleend had
was terugbetaald, en zoo langzamerhand
had hij ook een soberder levensopvatting
gekregen. Mogelijk was hij toen weer in
een ander uiterste vervallen en had hij zich
te veel terug getrokken. En zoo oud was
hij toch nog niet hij was nog in de der
tig. Francis was de jongste van hen bei
den, ofschoon hij al een zoon had, die offi
cier was, maar juist zoo'n groote zoon
hield je misschien langer jong.
De kellner kwam binnen en keek zoe
kend rond, toen liep hij naar Heriot toe,
wien hij een kaartje overhandigde.
Heriot las den naam mret verbazing
C-heriton Hij had zijn ouden vriend in geen
zestien jaar gezien en zelfs hun ongeregel
de correspondentie was den. natuurlijken
dood gestorven.
„Beste kerel riep hij in den hall. „Kom
binnen. Kom binnen
In vroeger tijd waren èn Dick Cheriton
èn hij goede vrienden geweesthoewel
Cheriton een paar jaar ouder was. Dick
had toen een atelier in Howland street, en
hij zou misschien later beroemd worden».
Ir.tusschen droeg hij een gele das hij deed
een dwaas huwelijk en rookte een steenen
pijp. Dat hij ooit lid van de Koninklijke
Academy zou worden, daar kon hij niet
voor instaan, maar in ieder geval zou hij
Bohemien zijn en blijven. Hij bezat alle
vereischten voor succes in de kunstenaars
wereld behalve helaas genoeg talent.
Toen hij dit was gaan inzien, maakte hij
gebruik van het aanbod van een bloedver
want, die hem een baantje in den handel
aanbod in de Vereenigde Staten en liet hij
zijn haarlokken knippen. Het afscheidssou
per op het atelier, waarbij hij plechtig af
stand deed van zijn artistieke loopbaan na
al zijn schilderijen te hebben verbrand, die
ae kunsthandelaars toch niet wilden koo-
pen, was een zeer treffend schouwspel
geweest.
„Beste kerel riep Heriot. „Kom bin
nen Wat een onverwacht genoegen Wat
een onverwacht genoegen Wanneer ben
je gekomen
„Tien dagen geleden met de „Germanic".
Dus jij bent het dan toch Ik zag George
Heriot in het vreemdelingenboek staan en
ging er op goed geluk eens op af. Ik had
die niet durven hopen Hoe maak je het
kerel Ik ben blij dat ik je zie
„Ben je hier al tien dagen geweest
„Neen niet hier, ik ben pas een paar
uur in Eastbourne
„Je hadt me in Londen eens moeten op
zoeken."
„Dat heb ik ook geprobeerd. Maar je
kr.mers waren gesloten."
„Natuurlijk. Maar de portier van de
club..."
„Welke club Je vergeet hoe lang ik al
weg ben geweest."
„Mag ik je wat aanbieden Wat een ver
rassing Ga toch zitten en steek eens op
„Zou je mij herkend hebben vroeg
Cheriton.
„Je bent veranderd", gaf Heriot toe. „Het
is een. heele tijd. Ik ben zeker ook veran
derd
Ze keken elkaar aan met vriendschappe
lijk critiseerenden blik. Heriot nam met
verbazing waar dat de ander in uiterlijk
althans weinig had van een zakenman en
allerminst van een Amerikaanschen man
van zaken. Zijn haar, dat minder wanorde
lijk zat dan in de Howland street periode,
volgens het woord de heeren Alphons
Laudy over „Onze sociale roeping", pater
Borromeus de Greeve en het Tweede Ka
merlid Henri Hermans over „Op sociaal
economisch gebied naar de hoogte van het
Christendom".
Het Vaderlandsch Verbond.
De algemeene ledenvergadering van het
Vaderlandsch Verbond, gisteren te Utrecht
gehouden heeft aangenomen het voorstel
van het hoofdbestuur, om de vereeniging te
ontbinden, met ingang van den dag, waar
op de samenwerking van ruim 100 uitge
treden leden van het Verbond van Actua-
listen (groep-De Jong) een nieuwe vereeni
ging zal worden gesticht. Een commissie
werd benoemd voor de vereffening van za
ken.
De constitueerende vergadering van de
nieuwe vereeniging zal vermoedelijk op
Zaterdag 12 Juni a.s. te Amsterdam worden
gehouden.
KUNSTKRING HET ZUIDEN.
Zevende tentoonstelling van
schilderijen.
Meer nog dan andere jaren treft jnij
reeds dadelijk bij het binnentreden de ver
scheidenheid van richtingen, die het dage-
lijksch bestuur van den kunstkring voor dit
seizoen hier naar voren te brengen.
Namen van bekende schilders uit binnen-
en buitenland vinden we naast die der
Zeeuwsche schilders vermeld.
Bij verschillende tentoonstellingen hier
te lande ik constateerde het herhaalde
lijk schijnt de gewoonte te bestaan om
bij de bespreking van de inzendingen, eerst
het werk der ingezetenen, dan pas dat der
gasten te 'vermelden.
Daar deze gewoonte eenigszins in strijd
is met de eenvoudige wet der gastvrijheid
en wij, Hollanders, laten ons toch zoo
graag op onze gastvrijheid voorstaan
breek ik hier met deze traditie en zet het
werk der gasten voorop.
Waarom ook dat chauvinisme Waarom
ook een minderwaardig, onderhandsch ge
konkel, dat meestal aan de rangschikking
en het weglaten van namen in een kritiek
ten gronde ligt.
Waarom het pousseeren en uitbuiten
van een bepaald schilderij, en het over
slaan, zooals men gedachteloos een blad
zijde van een niet-boeienden roman over
slaat, van werk van anderen, dat in zijn
genre minstens even goed kan zijn.
De argelooze lezer, die deze woorden
niet begrijpt, vergeve mij de opmerking en
denke aan de woorden van Bredero „Nu
heb ick 't inder waarheyt op niemand in 't
besonder ghemeent, maar heb de kluppel
De tusschen haakjes geplaatste cijfers
achter de namen verwijzen naar het num
mer dat het werk op de tentoonstelling
heeft.
was toch nog langer dan men het draagt in
dt stad. Het was nu grijs en. het stond
hem goed. Hij droeg een. bruin fluweelen
jas, en men kreeg een glimp te zien van
een losgeknoopte zijden das. Hij zag er nu
r.iet meer uit als een Bohemien, maar als
een reeds gevestigde beroemdheid.
„Ben je voor goed thuisgekomen», Cheri
ton
De aangesprokene schudde het hoofd.
„Ik denk dat ik zoo lang ik leef in Ame
rika zal blijven dit is maar een uitstapje.
En jij Ben je altijd nog aan de balie."
„O ja", antwoordde Heriot. „Ik ben nog
altijd aan de balie. Het is niet aangenaam
als men naam heeft gemaakt in een be
trekking om dan de vraag te hooren of men
ei nog altijd bij is. Ik ben voortgegaan in
de richting die ik toen al ingeslagen had
daar valt niet veel nieuws van te vertel
len. Kamers gerechtshof en naar bed
Mijn zaken gaan beter dan vroeger dat
is alles."
„Het gaat je dus goed
„Vroeger zou ik „ja" gezegd hebben,
maar een mensch is nu eenmaal nooit te
vreden, dus..."
„Je wilde aan de balie je bent aan
cc balie dus je hebt wat je verlangde.
Ik..."
„Ja vroeg Heriot, toen hij even op
hield. „Hoe heeft de wereld jou behandeld,
Cheriton A propos, je hebt nooit mijn
leatsten brief beantwoord."
„Jij hebt mij niet meer geschreven."
(Wordt vervolgd.)
VOLKSGEZONDHEIDS.
EN VEILIGHEIDSHOEKJE
Smeert ge op Uw ladder, groen, grijs,
wit.
Dan ziet ge nooit, wat daaronder zit.
De veiligheid eischt het monopolie.
Voor 't smeren met vernis of olie.
GEZONDHEIDSRAAD.