mof.
"Eerste Blad
PLOUVIER HEEFT DE SCHOENEN.
^-No.U3!
64e Jaargang
1926
EUC3D
ZATERDAG 13 MEI
GEMEENTEBESTUUR
Brieven uit de Hofstad
FEUILLETON
UIT DEN TIJD VAN RUWE
RIDDERLIJKHEID.
BINNENLAND
Bronchitis
wmmwwww
prachtband.
Ie advertentiën
Eenot" vormen,
idres Inzenden,
ilke soort Reep
■arden voldoen
iden.
lan er prijzen
ngen verdeeld,
ijzen alsmede
jmlng aan den
srleggen.
plaatsing der
es.
■BR. SICKESZ.
nieuw te bouwen
INKELHUIS
:INSW0N1NG aan de
at.
1AAS, Kasteelstraat.
DIENSTBODE
oor halve dagen, Vrij-
heelen dag.
prit 33 (beneden).
een net
AGMEISJE.
rtej. ZEVENHUIZEN',
akkelaarstraat 55.
een nette
UFFROUW
de huishouding. Zich I
len 's avonds tusschen
bij de Directrice van
SMIT, Badhuisstraat I
zoo spoedig mogelijk
WERKVROUW.
een groote donker-
dDERWAGEN
oed onderhouden, en
3EL.
anaalstraat 8.
LIBILEERD HUIS
raagd van half Juni I
igustus of gedurende I
ugustus. Goed onder-1
cerd. Brieven met in-
prijsopgaaf worden I
S. LEUVENBERG.
raat 69, Nijmegen.
7'J
tegen 1 Juni in een
personen een net
AGMEISJE.
adhuisstraat 31 boven I
MACHINIST,
an diploma A of B. I
sollicitaties in te zen-1
C. LENSEN's Stoom-1
Terneuzen.
overcompleet te koof I
IE HERDER (Teel)
Vlissingsch Strand I
zwart dek met zilver
inden oud.
Wotan's Treff".
„Alla van Aldegoor-
I. DE KONING, P'el
10, Kennel van Vlis-1
ind.
ROEDERBAND.
antoor kan een Jy"'
tst worden, leeftijd
7e leerjaar genoten
;enhandig I
et laatste schoolrad
nen op Maandag I
s avonds half ad» f I
Nieuwendijk.
TE KOOP
en met spring's*
ifsche Kachel.
ellebardierstraat
VLISSINGSCHE COURANT
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
KOSTELOOZE INENTING TEGEN
POKKEN.
Burgemeester en Wethouders van Vlis-
sjngen brengen ter openbare kennis, dat op
den 3en Woensdag der maand Alei, Augus
tus en November^ des namiddags 3 uur in
het Gasthuis, gelegenheid bestaat tot kos-
teiooze inenting en herinenting tegen de
P°Vhssingen, 15 Mei 1926.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
ONVEILIG VAARWATER.
Schietoefeningen Vlissingen.
De Burgemeester van Vlissingen maakt
aan zeevarenden bekend, dat op 19 Mei
a.s. om 9 uur voormiddag schietoefeningen
zullen worden gehouden 'met licht geschut,
geplaatst op den Westelijken oever van de
Marinehaven.
Onveilig is een gedeelte van de Wester-
schelde en van dè reede van Vlissingen,
tusschen de peilingen 90° en 155° (waré
richtingen) van de batterij tot een afstand
van 7 K.M.
Vlissingen, 15 Mei 1926.
De "Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
Het zeebad.
Belastingdruk.
In de maand Mei hebben wij in Den
Haag den overgang van het winter-stads-
seizoen naar het zomer-strand-seizoen. Ge
leidelijk wordt de badplaats wakker uit haar
winterslaap wie nu eens door de straten
in de omgeving van het zeebad wandelt,
ziet overal de toebereidselen voor de ont
vangst van de gasten. Voor het oogenblik
hoopt men op een mooie Pinksterweek, die
al zoo aardig wat kan brengen.
Het Kurhaus en zijn-aanverwante instel
lingen heeft zijn programma voor het sei
zoen reeds meegedeeld. Voor het over-
groote deel is het natuurlijk hetzelfde als
verleden jaar. Er is niet veel variatie in te
brengen, omdat er aan den éénen kant
toch geen voldoend publiek voor komt en
aaii den anderen kant nu eenmaal niet alles
gedaan mag worden wat men graag wilde.
Het draait dus voor zeven-achtste deel weer
uit op muziek. Schneevoigt en Neumark
komen van 15 Juni af weer den scepter
zwaaien. Acht piano-solisten, acht zang
solisten, acht viool-solisten, twee cellisten
en één harpiste zijn reeds geëngageerd
voor de groote orkest-concerten, die op
Woensdag- en Zondagavond worden gege
ven. Maandagavond is er volksconcert,
Dinsdagavond populair concert, Donder
dagavond declamatie, cabaret of ballet,
Zaterdagavond bal. Zie daar de avonden in
het Kurhaus. Van de zeven avonden vijf
knusse muziek, het is wel een beetje veel,
maar het schijnt dat het Haagsche publiek
onverzadigbaar is voor muziek, al is het
niet in staat het Residentie-orkest op de
been te houden als niet het gemeentebe
stuur drie en tachtig mille bijpast.
Het is nog niet eens alles aan muziek,
want er zijn ook nog middag-concerten en
recitals van jonge kunstenaars.
Wat de exploitatie van het Zeebad be
treft, is er niets nieuws in uitzicht gesteld.
Er zal een stukje strand worden gereser
veerd voor lessen in rythmische gymnas
tiek. Een gebouwtje wordt gesticht met de
benoodigde kleedkamers.
In de regeling der baden komt geen ver
andering. Er wordt een proef genomen
7)
naar het Engelsch van L. M. RAE.
-Bij is wild, master Gilmour", vervolgde
Elspeth na een pauze. „Ik ben wel een
beetje bang voor hem, maar u kunt hem
zachter stemmen. U is juist, wat ik den
Almachtige gebeden heb dat Hij hem zen
den mocht. U kunt hem redden, als ik het
niet meer zou kunnen."
-,lk verlang niet, dat hij naar mij luiste
ren zou merkte zij op, op harden toon.
•Het is te laat daarvoor V'
..Neen, neen het is nooit te laat om hem
te bekeeren van zijn wilde manieren U is
juist als voor hem geschapen Ik kan niet
meer tegen hem op, nu hij een man is ge
worden. Maar u kunt hem kneden, met uw
zacht gezichtje. Want u moet vooral niet
te toegevend voor hem zijn dat is juist
verkeerd maar u zult hetzelve wel voe
len, hoe u hem leiden moet
Elizabeth luisterde maar ze gaf geen
syllaoe antwoord.
»Er is een tijd geweest", ging de oude
voort, „dat Girth een prettige plaats was,
vroolijk en druk bezocht. Maar nu staat het
al vele jaren vergeten en verlaten Want
over het geheel is master Stair niet zoo erg
°P de vrouwen gesteld. Hij is zachtmoedig,
zooals heel zijn geslacht. Maar nu Den
Hemel zij dank, zal Girth misschien binnen
kort
met uitbreiding der zonnebaden, zoodat
het publiek de beschikking over afgesloten
kleedkastjes kan verkrijgen en dus minder
afhankelijk wordt van het gebruik van een
badkoets. Het bad-bedrijf is een zeer wis
selvallig bedrijf. Als het warm weer is loopt
het storm, als het afkoelt komt er geen
sterveling. Men kan er dus zeker van zijn
dat men altijd eenigen tijd moet wachten
eer men een beurt krijgt.
In het Circusgebouw komt <iit jaar hel
cirsuc Masco. Wat dat voor een circus is
weten we niet. Het dient zich aan als circus
der verrassingen.
Veel tentoonstellingen en congressen
worden er dit jaar niet aangekondigd. In
het laatst dezer maand zal in de Kurzaal de
notionale en internationale Radio-tentoon-
steiling worden gehouden in Juni wacht
men de Amerikaansche doktoren met hun
dames en in September het Internationale
congres voor eerste hulp bij ongelukken.
Het is nog niet veel en"Tiet is dus te ho
pen dat er nog wat bijkomt. Het is te ho
pen dat er flink wat geld binnenkomt, want
we kunnen dit hier goed gebruiken, vooral
nu men bij het gemeentebestuur belasting-
verhooging noodig acht.
Noodig „acht of ze noodig „is" is een
andere vraag. Volgens den wethouder van
financiën is er over 1925 een vermindering
van opbrengst der inkomstenbelasting o.a.
als gevolg van de vele oninbare posten, dat
zou in totaal bijna 20 van de opbrengst
der belasting zijn. Minister De Geer heeft
al aangetoond dat de wethouder abuis is,
want dat hij verschillende jaren bij elkaar
heeft opgeteld en dat alles op rekening van
1925 stelt. Als dat niet gedaan wordt daalt
het percentage aanstonds in niet geringe
mate.
We staan eigenlijk paf over den moed
om met een voorstel tot belasting-verhoo
ging te durven komen, terwijl men voort
durend bezig is massa's geld uit te geven
voor zaken die heusch wel kunnen wachten.
Verleden jaar is het totaal inkomen van
den Haag met acht millioen achteruitge
gaan, maar dat verhindert niet om dit jaar
de belasting te verhoogen. Redelijk was
geweest alles in het werk te stellen om de
uitgaven te drukken. Het beleid van den
tegenwoordigen wethouder van financiën is
door de band niet gelukkig geweest. Hij
maakt te veel praatjes, gelijk men dit in
populaire taal pleegt te zeggen. We betalen
in Den Haag per hoofd 10 gld. voor armen
zorg, een cijfer dat hooger is dan in het
overgroote deel der gemeenten 15 gld.
voor onderwijs, een zeer hoog bedrag, en
zoo gaat het door. Als men maar eens even
de telefoongids opslaat en daar de pagina's
vol met gemeente-diensten ziet staan, be
grijpt men hoe ontzaggelijk duur alles wel
moet worden. Bijna tegelijk met het voor
stel om de belasting te verhoogen, stelden
Burg. en Weth. voor 50 mille uit te geven
om weer eens een plannetje voor het stad
huis te maken en verhoogde men het reeds
zeer hooge subsidie voor het Residentie
orkest nog eens met vier mille. Zoo zijn er
tientallen posten die onmiddellijk geschrapt
kunnen worden. Waarom moet de gemeen
te veel hoogere salarissen betalen dan het
Rijk als gevolg waarvan het zelfs rijkssub
sidie derft Waarom geeft men pensioen
aan gewezen wethouders, die dood-leuk
daarna Kamerlid zijn en vijfduizend gulden
salaris krijgen, dus nóch broodeloos nóch
invalide zijn
Men wil eenvoudig niet bezuinigen. Als
men het eens wilde
Ons werd het volgende geval verteld.
Eén der hooge ambtenaren is in één der
ver-afgelegen buitenwijken van Den Haag
gaan wonen. Nu is men plotseling tot de
ontdekking gekomen dat deze ambtenaar
voor de uitoefening van zijn arbeid zich
erg snel moet kunnen verplaatsen. Alzoo
werd een prachtige Indian-motor van twaalf
honderd gulden aangeschaft, waarmede hij
nu van zijn huis naar zijn kantoor pleegt
te tuffen.
Wij maken ons sterk dat wij in minder
dan geen tijd zoo series posten kunnen
aanwijzen, die geld kosten en die beslist
kunnen verdwijnen. Voor het Vredespaleis
is het op dit oogenblik een chaos, omdat
men daar bezig is het gansche terrein te
asfalteeren. Van eenige noodzakelijkheid
daartoe is ons nimmer iets gebleken. Nog
steeds gaat de gemeente voort woningen
te bouwen waarvan de opbrengst verre be
neden de kosten blijft. En als dan de finan
ciën spaak Ioopen, komt er ijskoud een
mededeeling dat de belastingen moeten
worden opgevoerd.
Minister De Geer heeft in de Kamer een
verstandig woord gesproken. De belasting
betalers wennen ten slotte aan iedere belas
ting, men past zich aan. Maar het econo
misch leven went er nooit aan Dat is zoo.
Iedere belastingverzwaring beteekent ont
trekking van -geld aan de vertering der
burgers, minder inkomsten van allen die
iets te verkoopen hebben. De gemeente
geeft het geld uit aan allerlei zaken waar
van men te minder kan profiteeren naar
mate men mïnder inkomen heeft, maar dat
voor een deel wel ten goede komt aan hen
die het minste belasting-betalen. Alle be
lasting-heffing is een verplaatsing van be
steding, een willekeurige verdeeling van
gelden zonder dat ieder voor zich er het
nut van ziet.
Als er iets is dat men in Den Haag had
moeten voorkomen dan was het wel ver
hooging der belasting. Wien de goden wil
len treffen, dien slaan zij eerst met blind
heidEIBER.
Meer jongens dan meisjes.
Het is een bekend en merkwaardig feit,
dat er meer jongens dan meisjes worden
geboren. Zeker zal men zich daarbij afvra
gen of er altijd een bepaalde grootere kans
bestaat, dat er een jongen geboren wordt,
dan wel of die kans niet altijd evenveel
grooter is, doch door bepaalde factoren
beïnvloed wordt. Over dit vraagstuk is on
langs, van de hand van dr. Leopold, ge
meente-arts te Amsterdam, een studie in
het „Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde"
verschenen.
Er zijn meerdere verschijnselen, die in
derdaad doen vermoeden, dat er oorzaken
zijn, die de kansen voor de beide geslach
ten kunnen doen veranderen. Zoo heeft
men een hoog jongensoverschot d.w.z.
het aantal jongens, dat per 100 meisjes ge
boren wordt onder kinderen van jonge
vrouwen en onder de eerstgeborenen vast
gesteld. Het jongensoverschot onder kinde
ren van ongehuwde moeders is daarente
gen laag en merkwaardig is het verschijn
sel, dat na sommige ooriogen het jongens
overschot stijgt. Deze schommelingen in de
jongens-geboorte-kans heeft men aan ver
schillende omstandigheden toegeschreven,
zooals bijv. aan den voedingstoestand van
de moeder, aan den wensch van de moe
der, e.d. Als voornaamste factor wordt
evenwel door de meeste onderzoekers de
leeftijd der ouders aangenomen.
In Nederland heeft Methorst uit de
1.333.687 aangiften der van 19061913 le
vend geboren kinderen berekend, dat het
jongensoverschot in die 8 jaren 105.11 be
droeg, m.a.w., dat er ruim 106 jongens te-
gens 100 meisjes geboren zijn. Hij heeft
nu de moeders naar den leeftijd in zeven
groepen verdeeld en voor .iedere groep de
vaders in 8 groepen gesplitst. Voor ieder
der 56 combinaties bepaalde hij het aantal
geboorten en het daarbij waargenomen
jongensoverschot. Uit de aldus gerang
schikte gegevens leidde hij af, dat er ver
schillen in de geboortekans voor jongens
bestaan, welke afhankelijk van den leeftijd
der ouders zijn. Leopold heeft zich de
vraag gesteld, of de door Methorst waar
genomen verschillen in jongensoverschot
inderdaad aan verschillen in geboortekans
en niet aan het toeval moeten toegeschre
ven worden. Om dit probleem op te lossen
heeft hij op hetzelfde statistische materiaal
twee verschillende methoden der waar
schijnlijkheidsrekening toegepast. Uit zijn
berekeningen, waarin wij hem niet willen
volgen, komt hij eveneens tot het besluit,
dat de leeftijden der ouders invloed hebben
op het jongensoverschot.
De leeftijdsinvloed wordt duidelijker,
wanneer men de hypothese van Prinzing
aanvaardt, volgens welke de schommelin
gen in het jongensoverschot veroorzaakt
worden door schommelingen in het aantal
misgeboorten. Van alle zwangerschappen
eindigt gemiddeld 10 met een misge
boorte en Leopold berekent, dat voor de
geboorte tweemaal zooveel jongens als
meisjes sterven. Neemt dus het aantal mis
geboorten toe, dan wordt daardoor de
kans op de geboorte van een jongen klei
ner. De neiging tot miskraam nu neemt bij
de vrouw met den leeftijd toe en zoo is het
verklaarbaar, dat het jongensoverschot
grooter is onder de kinderen van jonge
moeders en onder de eerstgeborenen.
Waarom het na oorlogen stijgt, is moeilij
ker te begrijpen. Zeker is het niet toevallig
mogelijk dat o.a. grootere zorg der aan
staande moeders het aantal miskramen
doet dalen en daarmee de geboorte-kans
voor de jongens stijgt.
DE OPERA „MARTHA".
Onder leiding van den heer Jan Kuiler
zal op Donderdag 27 en Vrijdag 28 Mei in
den Schouwburg te Middelburg de uitvoe
ring plaats hebben van de opera „Martha"
gecomponeerd door Freiherr Friedrich von
Flotow (18121883). Von Flotow is van
geboorte een Mecklenburger en zijn moeder
was een Engelsche en dit verklaart mis
schien wel, waarom hii voor den tekst van
zijn opera's soms uit Engelsche bronnen
putte. Hij heeft aan het conservatoire te
Parijs gestudeerd als leerling van Reicha,
die ook de leermeester van Berlioz is ge
weest.
Een ballet, dat von Flotow in 3 weken
tijds componeerde voor de danseres Adèle
de Milatre, maakte den componist in eens
beroemd te Parijs.
Von Flotow heeft verschillende opera's
gecomponeerd, waarvan Allessandro Stra-
della (1844) en A^artha (1847) de meest
beroemde zijn.
De eerste opvoering vara de „Martha"
had te Weenen plaats. De „Martha" is ook
de opera geweest waarmee Liszt in Wei-
mar voor het eerst als opera-dirigent op
trad. De „Martha" is voor Von Flotow een
groot succes geworden en terechtde pi-
quante, gracieuse melodieuse muziek, die
de Fransche leerschool van den componist
verraadt, moest wel opgang maken. Nog
altijd blijft de „Martha" op het repertoire
der bekende groote opera-gezelschappen
heden ten dage wordt hij o.a. weer in Keu
len, Hamburg en Berlijn gegeven.
De inhoud van de „Martha" is ontleend
aan de geschiedenis van Lady Harriet, hof
dame van de Engelsche koningin Anna. Er
bestond in die dagen in Greenwich een oud
gebruik nl. dat op een bepaalden dag in
het jaar de jonge meisjes op de markt bij
een kwamen om zich te verhuren aan een
pachteres of een pachter. Een rechter be
paalde het loon en het meisje, dat eenmaal
het loon had aangenomen, was onverbidde
lijk verplicht zich gedurende een jaar aan
het contract te houden. Lady Harriet en een
dame uit haar gevolg, Nancy, verldeeden
zich als boerinnetjes en verhuren zich la
dy Harriet bij een pachter Lionel Nancy
bij een pachter Mayer. De edelman Tristan
verzet zich tevergeefs tegen dit romantische
maar dwaze en gevaarlijke plan. Tot dus;
ver heeft von Flotow de ware geschiedenis
op den voet gevolgd zelfs de namen be
hield hij, met uitzondering van den pachter
Mayer, dien hij Plumket noemt, terwijl hij
niet Greenwich maar Richmond als plaats
der handeling kiest- Maar de verdere lot
gevallen der hoofdpersonen maakt hij min-
weer kinderstemmetjes te hooren
Jjr'igen... O, ik hoop toch, dat ik dit ook
beleven mag
»Girth kan, voor mijn part, inéénstor-
n riep Elizabeth hartstochtelijk, terwijl
een donker-rood haar wangen kleurde.
Na deze uitbarsting ging de oude voort
n,et kappen, zonder een woord meer te
zeggen en Elizabeth was blij, toen ze
klaar was.
„Is hier een smid op Girth vroeg ze,
de stilte verbrekend die er nu heerschte.
„Een smid vroeg Elspeth, die het
verband niet vatte tusschen het een en an
der. „Ja, er is hier wel een smid. Watson
Campbell woont hier niet ver vandaan.
Maar wat wilt u van den smid, als ik vra
gen mag
„Ik zou willen dat... hij een sterken
grendel maakte op die deur..." Ze wees in
de richting van haar slaapkamerdeur en
keek de oude recht in de oogen, terwijl ze
er met een huivering bijvoegde „Dat zou
ik veiliger achten
„Waarvoor, lady
Elizabeth antwoordde niet, maar keek
alleen de oude aan met harden blik.
„Nu", zei Elspeth toen langzaam. „Ik zal
er voor zorgen maar weet u wel dat de
liefde spot met sloten en sleutels
„Misschien wel... Maar de haat dan,
oude Wat doet die
In haar vervoering balde ze de vuisten
en siste haast de woorden tusschen de
tanden.
„U moet u niet zoo verharden jegens
hém", suste de oude weer. „Want hij heeft
u lief, lady, hij heeft u lief Ik ken hem en
zag het gisterenavond duidelijk aan hem.
Hij heeft u lief met heel zijn hart
„En ik haat hem, uit alle macht
„Wat heeft hij u dan toch gedaan, dat u
zoodanig tegen hem doet zijn
„Iets, wat ik hem nooit vergeven kan
Ik was verloofd met een ander en hij heeft
mij afgenomen van mijn verloofde. Hij heeft
mij hierheen gevoerd tegen mijn wil
„O, was het dat?" vroeg Elspeth, het
hoofd schuddend. „Ook daarin staat u toch
gelijk met zoo menige vrouw, mylady."
„Mogelijk... Maar hij is mijn man niet
Ik haat hem O, ik haat hem
En zij stampte mot den voet.
Ineens voelde zij zich zóó uitgeput door
al die opwinding, dat ze op een stoel neer
viel en riep
„Ga nu Ik wil alleen zijn
„De hemel brenge u troost, lady, en
stemme u zachter tegenover mijn jongen."
Met eerbiedige buiging verliet de oude
het vertrek.
HOOFDSTUK VII.
De eerste dagen van gevangenschap
gingen vreedzaam genoeg voorbij voor de
schoone gevangene binnen de muren van
Girth. Ze zag maar weinig van den slot
heer. Er hadden een paar toevallige ont
moetingen plaats gehad, die haar in 't eerst
wel met schrik vervulden, maar die toch
heel goed afliepen, want hij was haar
voorbij gegaan met hoffelijken groet, of ze
een staatsgevangene was, die aan zijn zor
gen werd toevertrouwd.
Toen ze op Girth kwam, bezat ze natuur
lijk geen andere kostbaarheden dan ze op
dat oogenblik droeg maar hier werd ver
andering in gebracht door master Stair,
zoodra de verlaten ligging van zijn slot dit
gedoogde. Al wat noodig was voor het
toilet van de slotvrouw werd te zijner tijd
bezorgd en in de kasten geborgen, die nu
voor een groot deel nog waren gevuld
met het goed van de vorige slotvrouw.
Maar, hoe veel een vrouw ook,voelen
moge voor een dergelijke uitrusting, het
benam haar toch niet het gevoel van haat
en afschuw, dat zij nog altijd koesterde
voor dengeen, dien zij als haar echtgenoot
moest beschouwen.
Elspeth's sympathie was haar eenige
troost in haar gevangenschap. De oude
getrouwe kende ook zooveel belangwek
kende sprookjes, en zoo alleraardigst ge
heel in den trant, wist zij die voor te dra
gen. Onder het luisteren daarnaar kreeg
Elisabeth dikwijls tranen in de oogen, net
als wanneer haar moeder vertelde.
Er was één kamer in het slot, op de
derde verdieping, die zeker ééns het bou
doir was geweest van een van de slot-
vrouwen. Ergens in het penant stond een
borduurraam met nog onvoltooid werk er
op. Een harp was er ook en een enkelen
keer maakte Elizabeth' daar gebruik van ter
begeleiding van de eenvoudige liederen, die
zij zich nog uit haar kindsheid herinnerde.
De eene sombere Novemberdag volgde
op den anderen, tot er eindelijk eens een
schoone, heldere dag aanbrak. Er was iets
vriezends in de lucht, wat juist maakte,
dat het zulk opwekkend weer was.
Elizabeth was geheel in het bont gehuld,
dus de koude deerde haar niet. Er was iets
in de stilte van het schoone landschap, dat
haar het gemoed zachter stemde.
Nadat zij een betamelijk eind had voort-
geloopen, kwam ze aan het kleine kerkhof,
waar nog de ruïne stond van een kerkje.
Een oude man, al met zilverwit haar, was
ijverig bezig de dorre bladeren weg te har
ken, maar toen hij haar zag staakte hij zijn
werk, tikte eerbiedig aan zijn pet en vroeg
„U is zeker de nieuwe lady van Girth
„Zoo noemen ze mij", antwoordde zij
koud.
„Hier ligt de vorige lady van Girth", zei
hij, op een steen wijzend. „En hier sir
John."
„En van wien is dit graf vroeg zij, op
een beeld wijzend.
„Ook van een Gilmour, een kruisvaar
der. Hij heeft de beenen gekruist, ten tee-
ken dat hij driemaal naar het Heilige Land
is geweest. Ja, het waren moedige heeren,
de Girthen".
„Is daar eens een kerk geweest vroeg
zij weer.
„Ja, daar was de abdij van Girth, lady.
Maar gaat u wat uit den weg, lady, er zijn
daar adders. En dat zijn leelijke dieren ik
denk niet, dat u er graag zoo een op u
hadt... Nu, zóó erg is het nu weer niet",
«Wat doe |e voor |e hoest 7" Niets?
Dat ls al erg onverstandig. Als Uw bron
chitis chronisch is geworden begint de
ellende pas goed. Vanzelf zal die hoest
niet overgaan. Waarom nu Diet bijtijds
een krachtig werkend kruidenmiddel als
Akker s Abdijsiroop te baat genomen
dat U er in eenige dagen 'van af kan
helpen. Abdijsiroop is een beproefd mid
del bij bronchitis, influenza, kinkhoest,
zware verkoudheid, keelpijn, asthma.
Per Bttcb van 230 gram 11.50; 550 gram f175.
der tragisch dan de historie ze ons vertelt.
In de opera wint het vroolijke en zonnige
bet van de tragiek.
De opera bestaat uit vier bedrijven. Het
eerste bedrijf bedrijf bestaat uit twee dee-
len. Het eerste deel speelt in het boudoir
van Lady Harriethet tweede deel speelt
op de markt. In dat bedrijf is het duet tus
schen de lady en Nancy zoo geestig de
figuur van Tristan is zoo aardig geteekend
en het "koor der landmeisjes zoo melodieus
Verder vestigen wij de aandacht op de
fleurige tooneeltjes op de markt met de
aardige, vroolijke koren. Het tweede be
drijf speelt ten huize van den pachter Plum
ket en diens aangenomen broeder Lionel,
waar de „boerinnetjes", Lady Harriet(Mar
tha) en Nancy (Julia) onmogelijk de dien
sten kunnen verleenen, die men van haar
verlangt.
We verwijzen naar de alleraardigste
scène met de spinnewielen. In dit bedrijf
komen geen koren voor en de componist
schreef hier voor de solisten mooie, maar
moeilijke quartetten en duo's. Wij vestigen
de aandacht op de nocturne en het geestige
terzett, waarmee dit bedrijf ^.eindigt. Dan
volgt het derde bedrijf, waarin het opwek
kende drinklied met koor het koor der
jageressen en aan het slot het mooie quin
tet om het ballet in dit bedrijf niet te
vergeten. De vierde acte brengt de blij-
eindigende ontknooping, maar niet dan na
allerlei romantische verwikkelingen, die
den componist volop gelegenheid gaven,
om voor solisten en koor zijn mooie, be
vallige melodieën te schrijven.
De partituur voor de „Martha" is oor
spronkelijk voor groot orkest geschreven,
maar door bekwame handen is sinds lang
de oorspronkelijke partituur omgewerkt
voor strijkorkest, piano, fluiten en zoo mo
gelijk slagwerk. Alet die bezetting is de
opera o.a. in ons land nog onlangs opge
voerd in Dordrecht, Amersfoort, Deventer
en Zwolle en met zoo'n bezetting zal nu
ook 27 en 28 Mei de „Martha" in Middel
burg oregeven worden. Er is moed en ener
gie noodig geweest, zoowel voor den diri
gent als van de medewerkenden op het
tooneel en in het orkest om dat werk aan
te durven. De belooning voor dien moed en
die energie zal het succes zijn, dat zij zul
len oogsten, en dat zij ook verdienen te
oogsten. Behalve mevrouw Kuiler-Nonhe-
bel en de heer Philip Carstens uit Amster
dam zijn alle zangeressen en zangers ama
teurs, hoewel velen van hen bekend in onze
stad. Hetzelfde geldt van het orkestook
daarin enkele beroepsmusici, maar het
grootste gedeelte bestaat uit amateurs. De
piano-partij nam mevrouw Nonhebel-Faro
met haar bekende bereidwilligheid op zich,
en wij weten dus, dat die partij aan zeer
bevoegde handen is toevertrouwd. De fir
ma Mes staat voor het goede doel een
piano in bruikleen af.
Mevrouw Quarles van Ufford geb. Baro
nesse Mulert tot de Leemcule aanvaardde
welwillend het eere-voorzitsterschap van
het comité dat de opvoering van de opera
voorbereidt. En zoo zal dan de „Martha"
weldra in Aliddelburg gaan. Wij denken,
dat heel veel toeschouwers met een vroo-
lijken glimlach van herkenning de bevallige
welluidende melodieën zullen begroeten en
nog dagen daarna de aria's en koren zullen
neuriën en fluiten.
zei hij, toen hij zag, hoe vreeselijk ver
schrikt Elizabeth keek. „U moet niet op het
graf van sir John gaan staan. Dat zou die
niet kunnen hebben, dat een vrouw op hem
trapte 1 Het is eigenaardig, lady, maar de
Gilmours komen geen van allen aan een
natuurlijk einde. Ze sterven allemaal ten
gevolge van een noodlottig toeval. Ik zou
u wel een heele lijst kunnen opnoemen,
maar ik zal nu maar beginnen wat dichter
bij de overgrootvader van den tegen
woordigen lord stierf tengevolge van een
duel. Zijn grootvader reed met koets en al
over de rotsen in zee. Sir John is gestikt in
een been en een oude Zigeunerin heeft
master Stair voorspeld, dat die aan de galg
aan z'n eind zou komen. Maar eerst wensch
ik hem nog maar een lang leven en u ook,
lady sprak de man eerbiedig.
HOOFDSTUK VIII.
„Madam, nu voor de derde en laatste
maal riep mr. Gilmour driftig, „ik wacht
op uw gezelschap voor het souper."
„En voor de derde maal antwoord ik u
dan dat u te vergeefs wacht", sprak Eliza
beth, die kalm en uitdagend in het boudoir
bleef zitten.
Elspeth zat te spinnen, maar voortdurend
hield ze eens een oog op die twee. Haar
tegenwoordigheid in het vertrek schonk
Elizabeth den moed om zoo uittartend op
te treden, daar ze* zeer goed begreep dat
de oude haar wel zou bijstaan als het tot
een openlijken strijd werd.
Mr. Gilmour stond op den drempel van
de kamer in allesbehalve verzorgd toilet.
Zijn pruik had hij afgeworpen zijn eigen
haar zat verward en verwaaid zijn knap
gelaat was verhit en zijn oogen waren
rood en met bloed beloopen.
Toen Elizabeth zoo vol verachting tot
hem sprak, trad hij een schrede nader tot
haar, in dreigende houding.
(Wordt vervolgd.)