mof. "Eerste Blad PLOUVIER HEEFT DE SCHOENEN. ^-No.U3! 64e Jaargang 1926 EUC3D ZATERDAG 13 MEI GEMEENTEBESTUUR Brieven uit de Hofstad FEUILLETON UIT DEN TIJD VAN RUWE RIDDERLIJKHEID. BINNENLAND Bronchitis wmmwwww prachtband. Ie advertentiën Eenot" vormen, idres Inzenden, ilke soort Reep ■arden voldoen iden. lan er prijzen ngen verdeeld, ijzen alsmede jmlng aan den srleggen. plaatsing der es. ■BR. SICKESZ. nieuw te bouwen INKELHUIS :INSW0N1NG aan de at. 1AAS, Kasteelstraat. DIENSTBODE oor halve dagen, Vrij- heelen dag. prit 33 (beneden). een net AGMEISJE. rtej. ZEVENHUIZEN', akkelaarstraat 55. een nette UFFROUW de huishouding. Zich I len 's avonds tusschen bij de Directrice van SMIT, Badhuisstraat I zoo spoedig mogelijk WERKVROUW. een groote donker- dDERWAGEN oed onderhouden, en 3EL. anaalstraat 8. LIBILEERD HUIS raagd van half Juni I igustus of gedurende I ugustus. Goed onder-1 cerd. Brieven met in- prijsopgaaf worden I S. LEUVENBERG. raat 69, Nijmegen. 7'J tegen 1 Juni in een personen een net AGMEISJE. adhuisstraat 31 boven I MACHINIST, an diploma A of B. I sollicitaties in te zen-1 C. LENSEN's Stoom-1 Terneuzen. overcompleet te koof I IE HERDER (Teel) Vlissingsch Strand I zwart dek met zilver inden oud. Wotan's Treff". „Alla van Aldegoor- I. DE KONING, P'el 10, Kennel van Vlis-1 ind. ROEDERBAND. antoor kan een Jy"' tst worden, leeftijd 7e leerjaar genoten ;enhandig I et laatste schoolrad nen op Maandag I s avonds half ad» f I Nieuwendijk. TE KOOP en met spring's* ifsche Kachel. ellebardierstraat VLISSINGSCHE COURANT Dit nummer bestaat uit 2 bladen KOSTELOOZE INENTING TEGEN POKKEN. Burgemeester en Wethouders van Vlis- sjngen brengen ter openbare kennis, dat op den 3en Woensdag der maand Alei, Augus tus en November^ des namiddags 3 uur in het Gasthuis, gelegenheid bestaat tot kos- teiooze inenting en herinenting tegen de P°Vhssingen, 15 Mei 1926. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. ONVEILIG VAARWATER. Schietoefeningen Vlissingen. De Burgemeester van Vlissingen maakt aan zeevarenden bekend, dat op 19 Mei a.s. om 9 uur voormiddag schietoefeningen zullen worden gehouden 'met licht geschut, geplaatst op den Westelijken oever van de Marinehaven. Onveilig is een gedeelte van de Wester- schelde en van dè reede van Vlissingen, tusschen de peilingen 90° en 155° (waré richtingen) van de batterij tot een afstand van 7 K.M. Vlissingen, 15 Mei 1926. De "Burgemeester voornoemd, VAN WOELDEREN. Het zeebad. Belastingdruk. In de maand Mei hebben wij in Den Haag den overgang van het winter-stads- seizoen naar het zomer-strand-seizoen. Ge leidelijk wordt de badplaats wakker uit haar winterslaap wie nu eens door de straten in de omgeving van het zeebad wandelt, ziet overal de toebereidselen voor de ont vangst van de gasten. Voor het oogenblik hoopt men op een mooie Pinksterweek, die al zoo aardig wat kan brengen. Het Kurhaus en zijn-aanverwante instel lingen heeft zijn programma voor het sei zoen reeds meegedeeld. Voor het over- groote deel is het natuurlijk hetzelfde als verleden jaar. Er is niet veel variatie in te brengen, omdat er aan den éénen kant toch geen voldoend publiek voor komt en aaii den anderen kant nu eenmaal niet alles gedaan mag worden wat men graag wilde. Het draait dus voor zeven-achtste deel weer uit op muziek. Schneevoigt en Neumark komen van 15 Juni af weer den scepter zwaaien. Acht piano-solisten, acht zang solisten, acht viool-solisten, twee cellisten en één harpiste zijn reeds geëngageerd voor de groote orkest-concerten, die op Woensdag- en Zondagavond worden gege ven. Maandagavond is er volksconcert, Dinsdagavond populair concert, Donder dagavond declamatie, cabaret of ballet, Zaterdagavond bal. Zie daar de avonden in het Kurhaus. Van de zeven avonden vijf knusse muziek, het is wel een beetje veel, maar het schijnt dat het Haagsche publiek onverzadigbaar is voor muziek, al is het niet in staat het Residentie-orkest op de been te houden als niet het gemeentebe stuur drie en tachtig mille bijpast. Het is nog niet eens alles aan muziek, want er zijn ook nog middag-concerten en recitals van jonge kunstenaars. Wat de exploitatie van het Zeebad be treft, is er niets nieuws in uitzicht gesteld. Er zal een stukje strand worden gereser veerd voor lessen in rythmische gymnas tiek. Een gebouwtje wordt gesticht met de benoodigde kleedkamers. In de regeling der baden komt geen ver andering. Er wordt een proef genomen 7) naar het Engelsch van L. M. RAE. -Bij is wild, master Gilmour", vervolgde Elspeth na een pauze. „Ik ben wel een beetje bang voor hem, maar u kunt hem zachter stemmen. U is juist, wat ik den Almachtige gebeden heb dat Hij hem zen den mocht. U kunt hem redden, als ik het niet meer zou kunnen." -,lk verlang niet, dat hij naar mij luiste ren zou merkte zij op, op harden toon. •Het is te laat daarvoor V' ..Neen, neen het is nooit te laat om hem te bekeeren van zijn wilde manieren U is juist als voor hem geschapen Ik kan niet meer tegen hem op, nu hij een man is ge worden. Maar u kunt hem kneden, met uw zacht gezichtje. Want u moet vooral niet te toegevend voor hem zijn dat is juist verkeerd maar u zult hetzelve wel voe len, hoe u hem leiden moet Elizabeth luisterde maar ze gaf geen syllaoe antwoord. »Er is een tijd geweest", ging de oude voort, „dat Girth een prettige plaats was, vroolijk en druk bezocht. Maar nu staat het al vele jaren vergeten en verlaten Want over het geheel is master Stair niet zoo erg °P de vrouwen gesteld. Hij is zachtmoedig, zooals heel zijn geslacht. Maar nu Den Hemel zij dank, zal Girth misschien binnen kort met uitbreiding der zonnebaden, zoodat het publiek de beschikking over afgesloten kleedkastjes kan verkrijgen en dus minder afhankelijk wordt van het gebruik van een badkoets. Het bad-bedrijf is een zeer wis selvallig bedrijf. Als het warm weer is loopt het storm, als het afkoelt komt er geen sterveling. Men kan er dus zeker van zijn dat men altijd eenigen tijd moet wachten eer men een beurt krijgt. In het Circusgebouw komt <iit jaar hel cirsuc Masco. Wat dat voor een circus is weten we niet. Het dient zich aan als circus der verrassingen. Veel tentoonstellingen en congressen worden er dit jaar niet aangekondigd. In het laatst dezer maand zal in de Kurzaal de notionale en internationale Radio-tentoon- steiling worden gehouden in Juni wacht men de Amerikaansche doktoren met hun dames en in September het Internationale congres voor eerste hulp bij ongelukken. Het is nog niet veel en"Tiet is dus te ho pen dat er nog wat bijkomt. Het is te ho pen dat er flink wat geld binnenkomt, want we kunnen dit hier goed gebruiken, vooral nu men bij het gemeentebestuur belasting- verhooging noodig acht. Noodig „acht of ze noodig „is" is een andere vraag. Volgens den wethouder van financiën is er over 1925 een vermindering van opbrengst der inkomstenbelasting o.a. als gevolg van de vele oninbare posten, dat zou in totaal bijna 20 van de opbrengst der belasting zijn. Minister De Geer heeft al aangetoond dat de wethouder abuis is, want dat hij verschillende jaren bij elkaar heeft opgeteld en dat alles op rekening van 1925 stelt. Als dat niet gedaan wordt daalt het percentage aanstonds in niet geringe mate. We staan eigenlijk paf over den moed om met een voorstel tot belasting-verhoo ging te durven komen, terwijl men voort durend bezig is massa's geld uit te geven voor zaken die heusch wel kunnen wachten. Verleden jaar is het totaal inkomen van den Haag met acht millioen achteruitge gaan, maar dat verhindert niet om dit jaar de belasting te verhoogen. Redelijk was geweest alles in het werk te stellen om de uitgaven te drukken. Het beleid van den tegenwoordigen wethouder van financiën is door de band niet gelukkig geweest. Hij maakt te veel praatjes, gelijk men dit in populaire taal pleegt te zeggen. We betalen in Den Haag per hoofd 10 gld. voor armen zorg, een cijfer dat hooger is dan in het overgroote deel der gemeenten 15 gld. voor onderwijs, een zeer hoog bedrag, en zoo gaat het door. Als men maar eens even de telefoongids opslaat en daar de pagina's vol met gemeente-diensten ziet staan, be grijpt men hoe ontzaggelijk duur alles wel moet worden. Bijna tegelijk met het voor stel om de belasting te verhoogen, stelden Burg. en Weth. voor 50 mille uit te geven om weer eens een plannetje voor het stad huis te maken en verhoogde men het reeds zeer hooge subsidie voor het Residentie orkest nog eens met vier mille. Zoo zijn er tientallen posten die onmiddellijk geschrapt kunnen worden. Waarom moet de gemeen te veel hoogere salarissen betalen dan het Rijk als gevolg waarvan het zelfs rijkssub sidie derft Waarom geeft men pensioen aan gewezen wethouders, die dood-leuk daarna Kamerlid zijn en vijfduizend gulden salaris krijgen, dus nóch broodeloos nóch invalide zijn Men wil eenvoudig niet bezuinigen. Als men het eens wilde Ons werd het volgende geval verteld. Eén der hooge ambtenaren is in één der ver-afgelegen buitenwijken van Den Haag gaan wonen. Nu is men plotseling tot de ontdekking gekomen dat deze ambtenaar voor de uitoefening van zijn arbeid zich erg snel moet kunnen verplaatsen. Alzoo werd een prachtige Indian-motor van twaalf honderd gulden aangeschaft, waarmede hij nu van zijn huis naar zijn kantoor pleegt te tuffen. Wij maken ons sterk dat wij in minder dan geen tijd zoo series posten kunnen aanwijzen, die geld kosten en die beslist kunnen verdwijnen. Voor het Vredespaleis is het op dit oogenblik een chaos, omdat men daar bezig is het gansche terrein te asfalteeren. Van eenige noodzakelijkheid daartoe is ons nimmer iets gebleken. Nog steeds gaat de gemeente voort woningen te bouwen waarvan de opbrengst verre be neden de kosten blijft. En als dan de finan ciën spaak Ioopen, komt er ijskoud een mededeeling dat de belastingen moeten worden opgevoerd. Minister De Geer heeft in de Kamer een verstandig woord gesproken. De belasting betalers wennen ten slotte aan iedere belas ting, men past zich aan. Maar het econo misch leven went er nooit aan Dat is zoo. Iedere belastingverzwaring beteekent ont trekking van -geld aan de vertering der burgers, minder inkomsten van allen die iets te verkoopen hebben. De gemeente geeft het geld uit aan allerlei zaken waar van men te minder kan profiteeren naar mate men mïnder inkomen heeft, maar dat voor een deel wel ten goede komt aan hen die het minste belasting-betalen. Alle be lasting-heffing is een verplaatsing van be steding, een willekeurige verdeeling van gelden zonder dat ieder voor zich er het nut van ziet. Als er iets is dat men in Den Haag had moeten voorkomen dan was het wel ver hooging der belasting. Wien de goden wil len treffen, dien slaan zij eerst met blind heidEIBER. Meer jongens dan meisjes. Het is een bekend en merkwaardig feit, dat er meer jongens dan meisjes worden geboren. Zeker zal men zich daarbij afvra gen of er altijd een bepaalde grootere kans bestaat, dat er een jongen geboren wordt, dan wel of die kans niet altijd evenveel grooter is, doch door bepaalde factoren beïnvloed wordt. Over dit vraagstuk is on langs, van de hand van dr. Leopold, ge meente-arts te Amsterdam, een studie in het „Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde" verschenen. Er zijn meerdere verschijnselen, die in derdaad doen vermoeden, dat er oorzaken zijn, die de kansen voor de beide geslach ten kunnen doen veranderen. Zoo heeft men een hoog jongensoverschot d.w.z. het aantal jongens, dat per 100 meisjes ge boren wordt onder kinderen van jonge vrouwen en onder de eerstgeborenen vast gesteld. Het jongensoverschot onder kinde ren van ongehuwde moeders is daarente gen laag en merkwaardig is het verschijn sel, dat na sommige ooriogen het jongens overschot stijgt. Deze schommelingen in de jongens-geboorte-kans heeft men aan ver schillende omstandigheden toegeschreven, zooals bijv. aan den voedingstoestand van de moeder, aan den wensch van de moe der, e.d. Als voornaamste factor wordt evenwel door de meeste onderzoekers de leeftijd der ouders aangenomen. In Nederland heeft Methorst uit de 1.333.687 aangiften der van 19061913 le vend geboren kinderen berekend, dat het jongensoverschot in die 8 jaren 105.11 be droeg, m.a.w., dat er ruim 106 jongens te- gens 100 meisjes geboren zijn. Hij heeft nu de moeders naar den leeftijd in zeven groepen verdeeld en voor .iedere groep de vaders in 8 groepen gesplitst. Voor ieder der 56 combinaties bepaalde hij het aantal geboorten en het daarbij waargenomen jongensoverschot. Uit de aldus gerang schikte gegevens leidde hij af, dat er ver schillen in de geboortekans voor jongens bestaan, welke afhankelijk van den leeftijd der ouders zijn. Leopold heeft zich de vraag gesteld, of de door Methorst waar genomen verschillen in jongensoverschot inderdaad aan verschillen in geboortekans en niet aan het toeval moeten toegeschre ven worden. Om dit probleem op te lossen heeft hij op hetzelfde statistische materiaal twee verschillende methoden der waar schijnlijkheidsrekening toegepast. Uit zijn berekeningen, waarin wij hem niet willen volgen, komt hij eveneens tot het besluit, dat de leeftijden der ouders invloed hebben op het jongensoverschot. De leeftijdsinvloed wordt duidelijker, wanneer men de hypothese van Prinzing aanvaardt, volgens welke de schommelin gen in het jongensoverschot veroorzaakt worden door schommelingen in het aantal misgeboorten. Van alle zwangerschappen eindigt gemiddeld 10 met een misge boorte en Leopold berekent, dat voor de geboorte tweemaal zooveel jongens als meisjes sterven. Neemt dus het aantal mis geboorten toe, dan wordt daardoor de kans op de geboorte van een jongen klei ner. De neiging tot miskraam nu neemt bij de vrouw met den leeftijd toe en zoo is het verklaarbaar, dat het jongensoverschot grooter is onder de kinderen van jonge moeders en onder de eerstgeborenen. Waarom het na oorlogen stijgt, is moeilij ker te begrijpen. Zeker is het niet toevallig mogelijk dat o.a. grootere zorg der aan staande moeders het aantal miskramen doet dalen en daarmee de geboorte-kans voor de jongens stijgt. DE OPERA „MARTHA". Onder leiding van den heer Jan Kuiler zal op Donderdag 27 en Vrijdag 28 Mei in den Schouwburg te Middelburg de uitvoe ring plaats hebben van de opera „Martha" gecomponeerd door Freiherr Friedrich von Flotow (18121883). Von Flotow is van geboorte een Mecklenburger en zijn moeder was een Engelsche en dit verklaart mis schien wel, waarom hii voor den tekst van zijn opera's soms uit Engelsche bronnen putte. Hij heeft aan het conservatoire te Parijs gestudeerd als leerling van Reicha, die ook de leermeester van Berlioz is ge weest. Een ballet, dat von Flotow in 3 weken tijds componeerde voor de danseres Adèle de Milatre, maakte den componist in eens beroemd te Parijs. Von Flotow heeft verschillende opera's gecomponeerd, waarvan Allessandro Stra- della (1844) en A^artha (1847) de meest beroemde zijn. De eerste opvoering vara de „Martha" had te Weenen plaats. De „Martha" is ook de opera geweest waarmee Liszt in Wei- mar voor het eerst als opera-dirigent op trad. De „Martha" is voor Von Flotow een groot succes geworden en terechtde pi- quante, gracieuse melodieuse muziek, die de Fransche leerschool van den componist verraadt, moest wel opgang maken. Nog altijd blijft de „Martha" op het repertoire der bekende groote opera-gezelschappen heden ten dage wordt hij o.a. weer in Keu len, Hamburg en Berlijn gegeven. De inhoud van de „Martha" is ontleend aan de geschiedenis van Lady Harriet, hof dame van de Engelsche koningin Anna. Er bestond in die dagen in Greenwich een oud gebruik nl. dat op een bepaalden dag in het jaar de jonge meisjes op de markt bij een kwamen om zich te verhuren aan een pachteres of een pachter. Een rechter be paalde het loon en het meisje, dat eenmaal het loon had aangenomen, was onverbidde lijk verplicht zich gedurende een jaar aan het contract te houden. Lady Harriet en een dame uit haar gevolg, Nancy, verldeeden zich als boerinnetjes en verhuren zich la dy Harriet bij een pachter Lionel Nancy bij een pachter Mayer. De edelman Tristan verzet zich tevergeefs tegen dit romantische maar dwaze en gevaarlijke plan. Tot dus; ver heeft von Flotow de ware geschiedenis op den voet gevolgd zelfs de namen be hield hij, met uitzondering van den pachter Mayer, dien hij Plumket noemt, terwijl hij niet Greenwich maar Richmond als plaats der handeling kiest- Maar de verdere lot gevallen der hoofdpersonen maakt hij min- weer kinderstemmetjes te hooren Jjr'igen... O, ik hoop toch, dat ik dit ook beleven mag »Girth kan, voor mijn part, inéénstor- n riep Elizabeth hartstochtelijk, terwijl een donker-rood haar wangen kleurde. Na deze uitbarsting ging de oude voort n,et kappen, zonder een woord meer te zeggen en Elizabeth was blij, toen ze klaar was. „Is hier een smid op Girth vroeg ze, de stilte verbrekend die er nu heerschte. „Een smid vroeg Elspeth, die het verband niet vatte tusschen het een en an der. „Ja, er is hier wel een smid. Watson Campbell woont hier niet ver vandaan. Maar wat wilt u van den smid, als ik vra gen mag „Ik zou willen dat... hij een sterken grendel maakte op die deur..." Ze wees in de richting van haar slaapkamerdeur en keek de oude recht in de oogen, terwijl ze er met een huivering bijvoegde „Dat zou ik veiliger achten „Waarvoor, lady Elizabeth antwoordde niet, maar keek alleen de oude aan met harden blik. „Nu", zei Elspeth toen langzaam. „Ik zal er voor zorgen maar weet u wel dat de liefde spot met sloten en sleutels „Misschien wel... Maar de haat dan, oude Wat doet die In haar vervoering balde ze de vuisten en siste haast de woorden tusschen de tanden. „U moet u niet zoo verharden jegens hém", suste de oude weer. „Want hij heeft u lief, lady, hij heeft u lief Ik ken hem en zag het gisterenavond duidelijk aan hem. Hij heeft u lief met heel zijn hart „En ik haat hem, uit alle macht „Wat heeft hij u dan toch gedaan, dat u zoodanig tegen hem doet zijn „Iets, wat ik hem nooit vergeven kan Ik was verloofd met een ander en hij heeft mij afgenomen van mijn verloofde. Hij heeft mij hierheen gevoerd tegen mijn wil „O, was het dat?" vroeg Elspeth, het hoofd schuddend. „Ook daarin staat u toch gelijk met zoo menige vrouw, mylady." „Mogelijk... Maar hij is mijn man niet Ik haat hem O, ik haat hem En zij stampte mot den voet. Ineens voelde zij zich zóó uitgeput door al die opwinding, dat ze op een stoel neer viel en riep „Ga nu Ik wil alleen zijn „De hemel brenge u troost, lady, en stemme u zachter tegenover mijn jongen." Met eerbiedige buiging verliet de oude het vertrek. HOOFDSTUK VII. De eerste dagen van gevangenschap gingen vreedzaam genoeg voorbij voor de schoone gevangene binnen de muren van Girth. Ze zag maar weinig van den slot heer. Er hadden een paar toevallige ont moetingen plaats gehad, die haar in 't eerst wel met schrik vervulden, maar die toch heel goed afliepen, want hij was haar voorbij gegaan met hoffelijken groet, of ze een staatsgevangene was, die aan zijn zor gen werd toevertrouwd. Toen ze op Girth kwam, bezat ze natuur lijk geen andere kostbaarheden dan ze op dat oogenblik droeg maar hier werd ver andering in gebracht door master Stair, zoodra de verlaten ligging van zijn slot dit gedoogde. Al wat noodig was voor het toilet van de slotvrouw werd te zijner tijd bezorgd en in de kasten geborgen, die nu voor een groot deel nog waren gevuld met het goed van de vorige slotvrouw. Maar, hoe veel een vrouw ook,voelen moge voor een dergelijke uitrusting, het benam haar toch niet het gevoel van haat en afschuw, dat zij nog altijd koesterde voor dengeen, dien zij als haar echtgenoot moest beschouwen. Elspeth's sympathie was haar eenige troost in haar gevangenschap. De oude getrouwe kende ook zooveel belangwek kende sprookjes, en zoo alleraardigst ge heel in den trant, wist zij die voor te dra gen. Onder het luisteren daarnaar kreeg Elisabeth dikwijls tranen in de oogen, net als wanneer haar moeder vertelde. Er was één kamer in het slot, op de derde verdieping, die zeker ééns het bou doir was geweest van een van de slot- vrouwen. Ergens in het penant stond een borduurraam met nog onvoltooid werk er op. Een harp was er ook en een enkelen keer maakte Elizabeth' daar gebruik van ter begeleiding van de eenvoudige liederen, die zij zich nog uit haar kindsheid herinnerde. De eene sombere Novemberdag volgde op den anderen, tot er eindelijk eens een schoone, heldere dag aanbrak. Er was iets vriezends in de lucht, wat juist maakte, dat het zulk opwekkend weer was. Elizabeth was geheel in het bont gehuld, dus de koude deerde haar niet. Er was iets in de stilte van het schoone landschap, dat haar het gemoed zachter stemde. Nadat zij een betamelijk eind had voort- geloopen, kwam ze aan het kleine kerkhof, waar nog de ruïne stond van een kerkje. Een oude man, al met zilverwit haar, was ijverig bezig de dorre bladeren weg te har ken, maar toen hij haar zag staakte hij zijn werk, tikte eerbiedig aan zijn pet en vroeg „U is zeker de nieuwe lady van Girth „Zoo noemen ze mij", antwoordde zij koud. „Hier ligt de vorige lady van Girth", zei hij, op een steen wijzend. „En hier sir John." „En van wien is dit graf vroeg zij, op een beeld wijzend. „Ook van een Gilmour, een kruisvaar der. Hij heeft de beenen gekruist, ten tee- ken dat hij driemaal naar het Heilige Land is geweest. Ja, het waren moedige heeren, de Girthen". „Is daar eens een kerk geweest vroeg zij weer. „Ja, daar was de abdij van Girth, lady. Maar gaat u wat uit den weg, lady, er zijn daar adders. En dat zijn leelijke dieren ik denk niet, dat u er graag zoo een op u hadt... Nu, zóó erg is het nu weer niet", «Wat doe |e voor |e hoest 7" Niets? Dat ls al erg onverstandig. Als Uw bron chitis chronisch is geworden begint de ellende pas goed. Vanzelf zal die hoest niet overgaan. Waarom nu Diet bijtijds een krachtig werkend kruidenmiddel als Akker s Abdijsiroop te baat genomen dat U er in eenige dagen 'van af kan helpen. Abdijsiroop is een beproefd mid del bij bronchitis, influenza, kinkhoest, zware verkoudheid, keelpijn, asthma. Per Bttcb van 230 gram 11.50; 550 gram f175. der tragisch dan de historie ze ons vertelt. In de opera wint het vroolijke en zonnige bet van de tragiek. De opera bestaat uit vier bedrijven. Het eerste bedrijf bedrijf bestaat uit twee dee- len. Het eerste deel speelt in het boudoir van Lady Harriethet tweede deel speelt op de markt. In dat bedrijf is het duet tus schen de lady en Nancy zoo geestig de figuur van Tristan is zoo aardig geteekend en het "koor der landmeisjes zoo melodieus Verder vestigen wij de aandacht op de fleurige tooneeltjes op de markt met de aardige, vroolijke koren. Het tweede be drijf speelt ten huize van den pachter Plum ket en diens aangenomen broeder Lionel, waar de „boerinnetjes", Lady Harriet(Mar tha) en Nancy (Julia) onmogelijk de dien sten kunnen verleenen, die men van haar verlangt. We verwijzen naar de alleraardigste scène met de spinnewielen. In dit bedrijf komen geen koren voor en de componist schreef hier voor de solisten mooie, maar moeilijke quartetten en duo's. Wij vestigen de aandacht op de nocturne en het geestige terzett, waarmee dit bedrijf ^.eindigt. Dan volgt het derde bedrijf, waarin het opwek kende drinklied met koor het koor der jageressen en aan het slot het mooie quin tet om het ballet in dit bedrijf niet te vergeten. De vierde acte brengt de blij- eindigende ontknooping, maar niet dan na allerlei romantische verwikkelingen, die den componist volop gelegenheid gaven, om voor solisten en koor zijn mooie, be vallige melodieën te schrijven. De partituur voor de „Martha" is oor spronkelijk voor groot orkest geschreven, maar door bekwame handen is sinds lang de oorspronkelijke partituur omgewerkt voor strijkorkest, piano, fluiten en zoo mo gelijk slagwerk. Alet die bezetting is de opera o.a. in ons land nog onlangs opge voerd in Dordrecht, Amersfoort, Deventer en Zwolle en met zoo'n bezetting zal nu ook 27 en 28 Mei de „Martha" in Middel burg oregeven worden. Er is moed en ener gie noodig geweest, zoowel voor den diri gent als van de medewerkenden op het tooneel en in het orkest om dat werk aan te durven. De belooning voor dien moed en die energie zal het succes zijn, dat zij zul len oogsten, en dat zij ook verdienen te oogsten. Behalve mevrouw Kuiler-Nonhe- bel en de heer Philip Carstens uit Amster dam zijn alle zangeressen en zangers ama teurs, hoewel velen van hen bekend in onze stad. Hetzelfde geldt van het orkestook daarin enkele beroepsmusici, maar het grootste gedeelte bestaat uit amateurs. De piano-partij nam mevrouw Nonhebel-Faro met haar bekende bereidwilligheid op zich, en wij weten dus, dat die partij aan zeer bevoegde handen is toevertrouwd. De fir ma Mes staat voor het goede doel een piano in bruikleen af. Mevrouw Quarles van Ufford geb. Baro nesse Mulert tot de Leemcule aanvaardde welwillend het eere-voorzitsterschap van het comité dat de opvoering van de opera voorbereidt. En zoo zal dan de „Martha" weldra in Aliddelburg gaan. Wij denken, dat heel veel toeschouwers met een vroo- lijken glimlach van herkenning de bevallige welluidende melodieën zullen begroeten en nog dagen daarna de aria's en koren zullen neuriën en fluiten. zei hij, toen hij zag, hoe vreeselijk ver schrikt Elizabeth keek. „U moet niet op het graf van sir John gaan staan. Dat zou die niet kunnen hebben, dat een vrouw op hem trapte 1 Het is eigenaardig, lady, maar de Gilmours komen geen van allen aan een natuurlijk einde. Ze sterven allemaal ten gevolge van een noodlottig toeval. Ik zou u wel een heele lijst kunnen opnoemen, maar ik zal nu maar beginnen wat dichter bij de overgrootvader van den tegen woordigen lord stierf tengevolge van een duel. Zijn grootvader reed met koets en al over de rotsen in zee. Sir John is gestikt in een been en een oude Zigeunerin heeft master Stair voorspeld, dat die aan de galg aan z'n eind zou komen. Maar eerst wensch ik hem nog maar een lang leven en u ook, lady sprak de man eerbiedig. HOOFDSTUK VIII. „Madam, nu voor de derde en laatste maal riep mr. Gilmour driftig, „ik wacht op uw gezelschap voor het souper." „En voor de derde maal antwoord ik u dan dat u te vergeefs wacht", sprak Eliza beth, die kalm en uitdagend in het boudoir bleef zitten. Elspeth zat te spinnen, maar voortdurend hield ze eens een oog op die twee. Haar tegenwoordigheid in het vertrek schonk Elizabeth den moed om zoo uittartend op te treden, daar ze* zeer goed begreep dat de oude haar wel zou bijstaan als het tot een openlijken strijd werd. Mr. Gilmour stond op den drempel van de kamer in allesbehalve verzorgd toilet. Zijn pruik had hij afgeworpen zijn eigen haar zat verward en verwaaid zijn knap gelaat was verhit en zijn oogen waren rood en met bloed beloopen. Toen Elizabeth zoo vol verachting tot hem sprak, trad hij een schrede nader tot haar, in dreigende houding. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1926 | | pagina 1