VLISSIINCSCHE COURANT
1000
m !uid™™do°d
150
100
25
DONDERDAG
1 APRIL
'Eerste Blad
binnenland
64e Jaargang
jitjaieTfirma f. VAN OE VELDE Ir Jalstraal S8-60, Vüssinp. Telef. 10. Postrekening 662B7
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen
FEUILLETON
„Liefhebben zult gij mij
Land= en Tuinbouw
-.NO.77'
1926=!
«ONNEMENTSPRljS VoorVlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20 per 3 maanden,
c anco door het geheele rijk 2.50. Voor België en de overige landen der Post-Unie, bij wekelijk
se verzending 4.15bij dagelijksche verzending ƒ6.10. Afzonderlijke nummers 5 cent.
De abonné's in 't bezit eener
ADVERTENTIEPRIJSVan 1—4 regels 1.10voor iederen regel meer 26 cent.
Familieberichten van 16 regels 1.70. Reclames 52 cent per regel. Kleine advertenties
van 15 regels 75 cent, voor eiken regel meer 15 cent. Bij abonnement speciale prijs.
polis, zijn
GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
UPU een ongeluk. UUU
gulden bij verlies
van een
hand, voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim.
gulden bij verlies
van een
wijsvinger.
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
De nationale draadlooze omroep.
De Staatscommissie Ruys de Beeren-
hrouck, verleden jaar ingesteld om van ad
vies te dienen in zake de organisatie van
den nationalen draadloozen omroep, zal op
19 April bijeenkomen ter behandeling van
het door haar samengestelde concept-rap
port, waarin een regeling van het omroep-
vraagstuk wordt voorgesteld.
Is „de Tel." wel ingelicht, dan bewegen
zich 'de voorloopige plannen in eenzelfde
richting als de publicaties van eenigen tijd
ereleden. Zooals men weet, wordt als een
voor de hand liggende oplossing van het
vraagstuk wenschelijk geacht, dat de nati
onale omroepi een naamlooze vennootschap
zal worden, welke subsidie ontvangt van
het rijk. Deze subsidie zou door het rijk
worden gevonden uit de inkomsten van een
radio-belasting.
De tegenstrijdige belangen van een neu
tralen omroep en andere vereenigingen,
welke eigen programma's wenschen om te
roepen, zouden verzoend kunnen worden
door het in exploitatie brengen van een
tweeden zender. Dan zou de neutrale om
roep eiken avond beschikbaar hebben. De
ze algemeene gang van zaken moest ook
in d« staatscommissie zijn aanvaard. Te
regelen valt echter nog de overgang van
den huidigen toestand naar den toekomsti
ge
Nog niet opgelost moet zijn het vraag
stuk van de discretie, dat door een sub
commissie nader werd onderzocht. Tegen
over een minderheid, welke driehoofdige
leiding wenscht, staat in de subcommissie
een meerderheid, welke één directeur vol
doende acht. Naar zich laat aanzien zal
deze kwestie echter geen struikelblok
.worden voor het t°t stand komen van een
nationalen omroep.
Zeer waarschijnlijk zal echter de door
den H.D.O. gewenschte vergunning voor
een tweeden zender niet eerder door de
regeering worden verleend, vóór in de
staatscommissie overeenstemming is ver
kregen omtrent het aan den minister uit
te brengen advies.
Pasvisa.
In onderstaande lijst kan men zien welke
eischen verschillende landen aan Nederlan
ders stellen, die er tijdelijk willen verblij
ven.
Uit Nederland voor Nederlanders naar
Ned.-lndië, per Ned. boot van een Ned.
haven naar Ned.-lndië is geen paspoort
noodig, doch wel gewenscht, wijl men an
ders de boot onderweg niet kan verlaten.
Voor wie geen paspoort heeft is een be
wijs van Nederlanderschap noodig. Door
ras-visum voor de Britsche Dominions
kost 0.61.
Staten waarvoor geen pasvisum noodig
isVoor Nederlandsche staatsburgers, in
het bezit van een geldig Nederlandsch pas
poort, niet voornemens zich metterwoon in
genoemde staten te vestigen, is geen pas
visum noodig voorDuitschland, België,
Groot-Britannië en Ierland, Denemarken,
Zweden, Noorwegen, Zwitserland, Frank
rijk en Algiers, Italië, Spanje, Luxemburg,
Naar het Engelsch van DOLF WYLLARDE
(Nadruk verboden)
„Waarom heeft u Roy noodig, dokter
Hij is er zoo pas en we zouden juist samen
een ritje maken
„Ga ji] met Dunston rijden, meisje. Dat
is vrij wat meer zooals 't hoortplaagde
de oude man.
„Berry is naar de stad, daarom kon ik nu
Roy zoo goed gebruiken, ziet u."
„Hoe maakt het uw patiënte, dokter
vroeg Agincourt, wien deze vraag, met
recht, op de lippen brandde.
„Beter. Als ze geestelijk maar wat tot
rust kon komen, dan zouden we er gauw
genoeg zijn Maar ze kwelt zich met din
gen, die ze zich maar liever uit het hoofd
moest zetten. Nu kom ik al weer, als afge
zant van de zuster, majoor Agincourt. Ik
neb haar beloofd' u mee te brengen."
„Mij?..."
Agincourt's lippen trilden en hij voelde,
dat hij de uitdrukking van zijn gelaat niet
langer onder bedwang had.
„Mag madame bezoek ontvangen riep
w,nnie. „Hè, dokter, wat zou ik haar dan
graag eens zien
„Nu voorloopig nog niet, jonge dame
„tn, haar bij, de schouders vattend, zette
'1 "aar de deur uit.
„Ik j
mee", zei Agincourt.
„Mooi zoo Het is een heerlijke wande-
"p We hebben die arme Brita op de sofa
legd, maar ik wou maar dat wij haar er
^ns uit kregen
Agincourt was niet in staat, iets te zeg-
in- ontweldigd als hij zich voelde door
i.a. lijke gedachte, dat zij naar hem
VJ5 §evraagd Nu hoefde hij ook niet
te zeggen, want dokter Corry was m
Uruguay, Cuba, Japan en Canada. Voor
laatstgenoemd land moet het paspoort zijn
voorzien van een stempel van het Cana-
deesch Emigratiekantoor, Korte Vijver
berg 1, Den Haag.
Voor Fransch Marokko, Tunis en Indo-
China is wel een pasvisum noodig de kos
ten hiervan zijn 5.40 het visum is een
jaar geldig en geeft recht op een wille
keurig aantal in- en uitreizen. Voor
Spaansch-Marokko is een visum van 10
noodig.
Voor België en Luxemburg kan men in-
plaats van een paspoort, een bewijs van
Nederlanderschap, voorzien van een door
het gemeentebestuur der woonplaats ge
stempelde foto, gebruiken. De geldigheids
duur hiervan is vijf jaren.
Voor reizigers naar Duitschland gelden
nog deze bepalingen kinderen, die den
leeftijd van 15 jaren nog niet bereikt heb
ben, hebben geen paspoort noodig doch
kunnen volstaan met een verklaring, opge
maakt door den burgemeester der plaats
van inwoning of door den Commissaris der
'Koningin, waarin naam, ouderdom, staats
burgerschap en woonplaats worden ver
meld. Voor kinderen, ouder dan tien jaren,
moet op deze verklaring een pasfoto wor
den geplakt, afgestempeld door genoemden
overheidspersoon.
De hierboven genoemde landen erkennen
alle het familiepaspoort, waar echtgenooten
of een van hen met kinderen op kunnen
reizen. Voor Zweden mogen de kinderen
niet ouder zijn dan 12 jaar. Frankrijk er
kent de familiepaspoorten niet officieel,
doch zij worden toegestaan. Voor België
mogen de kinderen niet ouder zijn dan 14
jaar, voor Engeland 18 jaar.
Staten, die een pasvisum eischen Oos
tenrijk, visum één jaar geldig, voor meer
aan één reis in het jaar, 6.60, voor éér,
reis 3.30 transitovisum niet noodig. Fa
miliepaspoorten zijn in Oostenrijk geldig
de daarop vermelde kinderen mogen niet
ouder zijn dan 14 jaren. Het visumrecht
wordt slechts één keer geheven.
Lithauen, visum 6, enkel doorreisvi-
sum 0.60 (aan te vragen bij het consulaat
te Londen, Parijs of Berlijn).
Polen, visum een half jaar geldig voor
één reis 10, meer reizen 20, voor één
transitovisum 2. Voor familie-paspoorten
moet een dubbel visum bestaald kinderen
daarop reizende mogen niet ouder zijn dan
15 jaar.
Esthland, visum 6 voor doorreis met
oponthoud van ten hoogste 48 uur is geen
visum noodig, slechts geldige pas.
Finland, visum 6, een maand geldig
doorreis-visum, drie dagen geldig, koste
loos.
Een persgids.
Bij Nijgh Van Ditmar's Algemeen Ad
vertentie-Bureau te Rotterdam is versche
nen de nieuwe „Persgids".
Deze persgids is met groote zorg samen
gesteld en bevat alle bijzonderheden, wel
ke men in een zoodanigen gids kan ver
wachten, o.a. een opgave van alle in ons
land verschijnende dag- en weekbladen,
periodieken enz., alfabetisch gerangschikt.
Van elk blad wordt de richting opgegeven,
de regelmaat, aantal kolommen, adverten
tieprijs enz.
Deze gids is vooral voor adverteerders
een leidraad van groote beteekenis.
Het boekje is in een mooie band ge
stoken.
een bijzonder spraakzame bui.
„Als Britomart beter wordt", zei hij, „zal
ik haar zien te overreden eens buitenslands
te gaau en haar geest wat tot rust te laten
komen. Ze heeft altijd een verbazend inge
spannen leven gehad, al van haar prille
jeugd af. Eerst in haar eigen onderhoud
moeten voorzien, dat die zelfzuchtige
bro#r van haar maar soldaatje kou spelen
en toen hem al dien tijd opgepast, met al
het zenuwachtige daaraan verbonden.
„Ze scheen dan wel bijzonder op hem
gesteld te zijn vroeg Agincourt, met
droge lippen.
„O, al van kind af Eerst werd Hubert
door zijn moeder verafgood en op de han
den gedragen en toen later door zijn
zuster."
„Het is nooit bij mij opgekomen dat zij
verwant zouden zijn, sinds me toen op dien
avond de gelijkenis al zoo zeer trof."
„Ze leken beideni op hun moeder...
Miéville was een door en door brave kerel.
Ongelukkig is hij een jaar na de geboorte
van Britomart gestorven, want een karak
ter als Hubert had wel een strenge hand
noodig gehad, om hem te leiden. Zie zoo,
daar zijn we er
Het meisje, dat beide heeren had zien
aankomen, deed haastig open.
„Slaapt de patiënte, Susan vroeg de
dokter.
„O neen, ze ligt op u te wachten".
Met twee treden tegelijk liep Agincourt
de trap op, waar een verpleegster hem
ontving.
„Is u majoor Agincourt vroeg zij, met
bewondering naar den knappen militair
opkijkend. „Ze heeft al met meer belang
stelling naar u uitgekeken, dan ze tot nog
toe toonde. Wilt u maar alleen binnen
gaan Me dunkt, dat zal beter zijn."
'Agincourt boog en toen de-deur achter
hem dichtging trad hij als in een droom
nader op de bank toe.
.Het was een uiterst gezellige kamer en
Wat elke maand te doen geeft.
De natuur heeft zich dit voorjaar vroeg
ontwikkeld toch geschiedt het zaaien en
poten op vele akkers laat en zijn hier en
daar wintergewassen mislukt, als gevolg
van het water, dat in Februari voor de
tweede maal de landerijen overstroomde,
maar ook door het kwelwater. Overal ston
den de sloten vol en de gronden zijn over
verzadigd van vocht. Met die natte koude
en misschien zure gronden hebben we nu
meer dan anders rekening te houden. Daar
om zij de aandacht gevestigd op enkele
gewassen, die daar als noodgewassen ver
bouwd kunnen worden. In plaats van witte
of gele haver kan men b.v. de zwarte Pre-
sidentshaver uitzaaien, welke meer zeker
heid biedt en nog tot begin Mei kan wor
den gezaaid men doe dit na ontmesting
door Germisan, op reien van 20 cM., in
een hoeveelheid van 120 tot 140 K.G. per
Hectare. Zomergerst, de gewone vierrijige
kan men zaaien tot begin Juni eveneens
120 tot 140 K.G. Als op de klei de bieten
zijn mislukt, kan men met de zomergerst
nog een goed resultaat verkrijgen. Waar
het te laat wordt voor erwten kan men
bruine boonen poten nog in de geheele
maand Mei. Voorts mogen als noodgewas
sen genoemd worden koolrapen, gele
mosterd (tot half Mei, de groote Engelsche
zomerknollen (half juni-half Juli) en de late
roode kool (10 tot 25 Juni).
't Is nu in den tuin allerwegen druk
mesten, spitten, zaaien en planten is nu aan
de orde van den dag. Wat het mesten be
treft, zij opgemerkt, dat men, gebruik ma
kend van stalmest, geen langen, verschen en
onverteerden mest moet ondermaken. Ver
schillende nadeelen zijn hiervan te noemen
hij is niet zoo voedend' als korte, verteerde
mestbiedt voorts schuilplaatsen aan en
gerlingen en ander ongedierte bevordert
ziekten als knolvoet, terwijl men ook meer
last heeft van aardvloo. Heeft men den mest
uitgestrooid, dan moet die spoedig worden
ondergemaakt, anders krijgt men verlies
door vervluchtiging en droogt hij bij droog
weer uit. Om de jonge planten, die niet
direct diep worte'en, flink te doen groeien,
kan rnen behaivé ue diepe grondlaag ook
den bovengrond van eenigen mest voor
zien dit is de z.g. bovengrondsche bemes
ting, waartoe niet veel, maar goede mest
wordt gebruikt. Overigens moet de mest
gelijkmatig en diep ondergespit de wor
tels der planten moeten niet in den mest
staan, maar het noodige voedsel betrekken
uit reeds verteetde meststoffen. Daarom is
het beter in 't voorjaar te bemesten. Dan
kan men daarvoor verschen, stroohouden-
den mest gebruiken, welke dan dienstig is
om een zwaren grond losser te maken.
Nu is men, wil men good handelen, aan
gewezen op halfverganen, humusachtigen
mest. Vele tuinlieden maken ook gebruik
van kunst- of hulpmeststoffen, waarvan het
oogstresultaat zeer verhoogd kan worden.
Kunstmest make men, even als compost,
niet te diep onder in vele gevallen kan
men met onderharken volstaan, of late de
meststof, b.v. Chilisalpeter, op den grond
liggen met het regen- of het gietwater
komt ze dan wel, waar ze zijn moet.
Verschillende groentezaden worden nu
nog uitgezaaid sla, wortelen, raapstelen,
spinazie, radijs, enz. Nog te weinigen pas
sen den regel toe van meermalen, met
tusschenpoozen, uitzaaien. Men zaait van
een groente één- of tweemaal, zoodat men
omdat het een kille 1 Octoberdag was,
brandde er al een lustig houtvuurtje, dat
een warmen, rooden gloed verspreidde
over de enkele keurige meubels.
Britomart droeg een lang wit gewaad en
het haar was in een losse wrong om het
hoofd geslagen, dat zij er geen last van
zou hebben. Ze zag zeer bleek en leven
loos, maar bood hem onmiddellijk de hand
en begon
„Het is heel vriendelijk van u, majoor
Agincourt U zult wel denken, dat ik mis
bruik maak van uw bereidwilligheid, maar
ik zou u zoo graag nog eens spreken...
Gaat u zitten
Hij keek haar ongewoon lang aan en
toen hij zich dit bewust werd, verontschul
digde hij zich met een
„Het spijt mij, dat u er zóó uitziet U
moet..."
„Ik ben ook zeker wel erg ziek geweest.
Het spijt mij intusschen als mijn uiterlijk
u een schok heeft bezorgd
„O... neen stamelde hij, „neem mij
niet kwalijk. Ik wist dat u ziek is geweest
en we hebben ons allen zeer bezorgd over
u gemaakt."
„Daar ben ik dan wel gevoelig voor en
ook stel ik het ten zeerste op prijs, dat u
gekomen is
„Ik ben geheel te uwer beschikking
„Het is een moeilijkheid die verband
houdt met de geschiedenis die u laatst wel
zoo goed was mij te vertellen."
„Madame Miéville", viel hij in, „laat ik
deze gelegenheid dan meteen te baat mo-
gen nemen, om u vergeving te vragen
voor de hoogst onbetamelijke wijze, waar
op ik mij in Caïro tegenover u gedragen
heb Het had van de noodlottigste gevol
gen kunnen wezen. Over het geheel voel ik
mij er innig beschaamd over
Dit was dan wel een volkomen amende
honorable, die zij aannam.
„Laten wij hier niet meer op terugko
men, majoor Agincourt. U had zeker uw
eenige dagen volop in de groente zit, maar
daarna niets meer heeft te oogsten. Wie
geregeld, b.v. om de 14 dagen wat uitzaait,
kan hef geheele voorjaar en den geheelen
zomer door versche groenten uit zijn tuin
halen. Dit gaat evenwel niet met spinazie
en raapstelen deze groenten gaan bij
warm weer doorschieten na begin April
zaaie men ze daarom niet meer.
Bij de zorg voor de bakken zij men in
zonderheid op twee dingen bedacht le
Waakt tegen schade door nachtvorsten,
't Mooie, zachte of zonnige weer doet ons
soms vergeten, dat de nachten, vooral in
den morgenstond nog zoo koud kunnen we
zen. Men verzuime derhalve niet te dek
ken ook de perzikboomen. 2e. Denk er
aan, dat het luchten den geheelen zomer
noodzakelijk is. Wordt dit slechts eenmaal
verzuimd, dan kan dit al ten gevolge heb-
hen, dat er veel verbrandt. In de eerste
dagen van April kunnen de ramen al van
de bloemkool en wortelen worden afgeno
men. Mits zooals wij zeiden het dek
ken voor den nacht niet wordt vergeten
Bij goed weer late men nu ook het luch
ten der bakken niet na bij spersieboonen
en snij boonen zoo licht verbrandt anders
het zachte blad. En ook de bloemen in de
bakken dienen te worden gelucht.
Wie een gazon heeft bij zijn huis en dit
gaarne mooi houdt, móet ©m 't andere
jaar zeker opnieuw inzaaien daarvoor is
het dan thans de tijd. Is het terrein bemest
en omgespit, dan wordt het zaad dik uit
gestrooid met de hark goed ondergewerkt
waarna het veld wordt gerold met een zwa
ren rol, teneinde een vasten bodem te ver
krijgen.
Voor den imker geven we vooral dezen
raad verwijder uit de bijenwoningen de
beschimmelde raatvervang deze in kasten
(lossen bouw) door uitgebouwde raampjes
of kunstraat. Kort echter geen raat met fijn
werk in, als het niet beschimmeld is, maar
verwijder wel het darrement, behalve die
op de uiterste raten. Let op de wasmot
PAASCHTIJD IN VLAANDERENLAND.
Felix Timmermans beschreef den
Paaschtijd in Vlaanderen volgenderwijze in
„Ons Eigen Tijdschrift"
De lente komt Vlaanderen ingedreven op
het water van stroomen en rivieren, die ge
zwollen zijn en helder van de gesmolten
sneeuw der bergen.
Ze komen van de bergen uit het Zuiden,
waar de zon al heet wordt en hunne wate
ren heeft doorschenen, en ze gieten en
stuwen hun zondoorzoende waters de lage
landen in, beken, sloten, vijvers en plassen.
En al dit vloeiend nat, dat ginder in het
Zuiden reeds de lente en de bloemen heeft
gezien en geroken, murmelt de kikvor-
schen en het nieuwe gras wakker. En 't
gras vertelt het aan de madeliefjes, die met
bourgogne op hun wit kraagsken, ver
baasd komen kijken. De wateren tokkelen
de boterbloemen open, leggen sleute bloe
men, trekken het lisch als zwaardpunten
uit den grond, en de goede, domme boo-
men zingen gelijk olifantsslurven met het
sap de lente op, en duizend botten knallen
open. De lente zit in het water, zij komt
met het water, en voor de zon schijn
geeft, staan de perzikboomkens al in roo
den bloei, en groeit de paaschpalm in de
hoven.
De lucht geniet van het water, klaar en
open worden de einders, zonder smoor en
men ziet torens van verre steden.
reden om mij te weigeren de geschiedenis
toen mee te deelen, en het was evenzeer
heel onbeleefd van mij, om er dan zoo op te
Wijven aandringen. We zullen dus van
weerskanten maar vergeven en vergeten
dit zal wel het beste zijn, vindt u niet
Dit zeggende glimlachte ze met dien
betooverenden glimlach, die al zoo veel
mannen het hoofd op hol gebracht had
maar ze had wel allerminst berekend, aal
Agincourt er nu zoozeer van onder den
indruk zou komen.
In' spijt van a.l: wat ze zei, was ze toen
geenszins vergeten den smaad, haar door
Agincourt aangedaan, met betrekking tot
Winnie Falkner. Hij had haar immers niet
goed genoeg geacht, dat zijn aanstaande
vrouw haar zou kennen?... Die gedachte
schrijnde haar steeds door het gemoed.
Ze bloosde dan ook van verontwaardi
ging, toen hij ineens het hoofd over haar
hand boog en die kuste lang en vurig.
Toen hij het hoofd weer ophief, ontmoet
ten hun blikken elkaar en van weerskanten
getuigden die van een onuitgesproken be
kentenis zijn oogen zeiden „Ik aanbid
je En dat kan je niet ontkennen Je
moet het hooren aan ieder woord, dat iic
tot je spreek, het zien aan iederen blik,
dien ik op je werp
„Ik begrijp je", zeiden haar oogen...
maar ik wilde wel, dat dit niet zoo was. ik
kan enkel trachten te voorkomen, dat je
dit onder woorden brengt
Ze zag nu bleeker dan ooit en sprak op
kouden toon
„De geschiedenis, die u mij vertelde
van het gevaar waar de persoon aan bloot
staat. die het Zonnesieraad terugbrengt,
deed mij ten zeerste ontstellen want toen
ik Egypte verliet, vertrouwde ik dit terug
brengen toe' aan prins Ahmed Said."
„Prins Said
„Ja, die wilde zien, of hij niet de eige
naars voor mij kon vinden. Hij dacht, dat
hij eenige aanwijzing bezat."
Er is zilver aan de horizonnen. Van ach
ter de met molens geteekende verten ko
men de groote vluchten vogelen. En de
kiekens leggen paternosters van witte
eieren. Nieuwe geruchten en geuren loo-
pen uit bosch en beemd. De tijd van geven
is gekomen.
En als de zon dan eindelijk eens komt
zien, verschiet ze er van, dat er al zooveel
lente over Vlaanderen ligt getapijt.
De boeren rekken zich, hun beenen zijn
stram van 't zitten de blijde tijd van wer
ken en zorgen duwt de staldeuren open
de ploeg blinkt en 't zaad regent in de
aarde.
Maar als Die van daarboven niet mee
helpt, dan komt er niets van in huis. En
als 't Palmen-Zondag is geweest, en Jezus
zijn blijde intrede doet op de zon gezeten,
gaan ze met hun gezin, op een dag tus-
schen Palmen-Zondag en Beloken Paschen,
de gewijde palm langs de vier hoeken van
hunne akkers planten. Op eiken hoek krab
ben ze met de wijsvinger een kruisken in
den grond en planten de palm er in.
En laat nu de peryckelen des hemels te
keer gaan lijk de duivel in een wijwater
vat, het koren zal bloeien, het zaad zal kie
men en de vette oogst zal hen verzadigen.
En wie geen palmen in zijn hofken heeft,
koopt hem van de palmleurders. In elk huis
achter elk crucifixken, op elke kamer, in
elke plaats wordt de palm gehecht tegen
onweer en hemelsch vuur.
En dan komt de Paaschweek vol purper
verdriet. Jezus sterft. En al de kruizen in
kerken en kapellen worden met purper
floers omhangen. En waar men vroeger in
de kerk, nevens de schoone liturgie van die
dagen, de Paaschspelen vertoonde, de
Passieweg van Jezus, blijft er nu nog één
levend beeld van over de voetwassching
op „Witten Donderdag".
De twaalf oudste peekens uit het Gods
huis, moeten de twaalf apostelen voorstel
len en met hunne hooge zijden buis op, en
met hun lange pitteleer aan, trekken ze
naar de kerk. De pastoor-deken stelt Jezus
voor, en de twaalf apostelen moeten gaan
zitten op het koor, zes op een root. En zij
doen hunne schoenen en kousen uit, en la
ten propere bloote voeten zien (die op voor
hand al gewasschen zijn, gelukkiglijk) en
de pastoor wascht hunne voeten en zoent
de voeten en daarvoor krijgt elke apostel
een wit brood en een zilveren frank. De
kerken zijn ledig, ontdaan van alle ver
sierselen de altaars ontbloot, naakt en
het geheel heeft een desolaat uitzicht, lijk
een ledig huis, waaruit men verhuist, en
waar men de schapraaien heeft open gezet.
En alle lichten zijn uitgedoofd.
De kleurige Heiligen in de loodramen
staan er als een vergissing.
De torens zwijgen en treuren, dezen
morgen zijn alle klokken van alle torens,
van heel de wereld tijdens de priester de
laatste keer de „Gloria" zong, naar Rome
gevlogen. Was dat een uittocht
Op een gegeven uur begon de groote
klok „Sint Gommer" het teeken te geven.
Haar brommend drakengeluid wiegde eerst
stil uit de galmgaten, maar allengs zwol
en ronkte het feller, dat de oude toren
er van waggelde en t' wierd zoo geweldig,
zoo zwaar, dat heel de stad gonsde en er
alle ruiten van ontroerden.
En al de kleine klokken begonnen op
hunnen klank te geven 't wierd een sym-
phonie uit de torens en al de andere to
rens der andere parochies, der kloosters en
kapellen, der gehuchten, vlekken, dorpen
Ze had openlijk willen spreken van het
gevoelen dat de prins voor haar koesterde
en zelfs van zijn onberedeneerde jalouzie,
maar met de uitdrukking die ze nu in Agin-
courfs oogen had gelezen, durfde ze dit
niet te doen
"Tot nog toe ben ik te ziek geweest, om
er mij veel om te bekommeren, maar zoo-
dra ik zelve mijn brieven in handen kreeg,
vond ik dezen."
Ze hield hem een lange, officieel-lijkende
enveloppe voor, die aan haar geadresseerd
was, in een handschrift, dat Agincourt zich
wel meende te herinneren, als zijnde van
prins Said. Hij vond er in het document,
door den prins opgesteld en met de kruis
jes onderteekend door Bramak, Darna en
Kale.
„In ieder geval kan hem toch geen leed
overkomen zijn, als hij nog in staat was,
dit te schrijven. Hoe hij er hen toe kan
gebracht hebben om het symbool terug te
nemen, zonder dat er een menschenleven
bij zou geofferd worden, is mij een raad
sel maar blijkbaar is hij er in geslaagd".
„Denkt u dat vroeg ze met een zucht
van verlichting.
„Het is geheimzinnig Die brief werd
gepost eind Augustus kwam hier aan begin
September, en werd mij nu pas overhan
digd. Maar ik begrijp niet hoe ik dan in
dien tusschentijd niets zou gehoord hebben
van prins Said
„Waarom?... Verwachtte u dat dan?"
vroeg hij met een zweem van jalouzie in
zijn stem.
„Ik had alle reden om te verwachten, dat
als de prins slaagde, hij mij dit dan in
persoon zoo gauw mogelijk zou komen
meedeelen. Nog had zij er bij willen voe
gen „om de belooning te vragen, die ik
hem had belbofd", maar ze achtte hei
raadzamer hier niet van te spreken.
„Was prins Said een vriend vam u
vroeg Agincourt, terwijl hij zich tegelijker
tijd weer te. binnen bracht de spottende