2 GEBRUIKTE ORGELS
WOENSDAG 3 MAART
64@ Jaargang
FEUILLETON
„Liefhebben zult gij mij
BINNENLAND
Stads= en Provincienieuws
,^-No- 52i
VLISSINCSCHE COURANT
A30NNEMENTS-PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal-
f 2.20 per drie maanden. Franco
hei geheele rijk 2.50. Week-abon-
«menten 17 cent, ailes bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van i_4 tegels 1.10 voor iedere
meer 26 cent bij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Kléine Advertenties betreffende Huur en
Verhuur, Koop en Verkoop. Dienstaanbie
dingen en Dienstaanvragen, enz. prijs, bij
vooruitbetaling van 1—5 regels 0.75, elke
regel meer 15 cent-
Familieberichten van 1—6 regels 1 1.70,
iedere regel meer 26 cent.
KAMER-OVERZICHT
Tweede Kamer.
Zitting van Dinsdag 2 Maart.
Ontbinding
Na bijna drie maanden zaten wij weer
eens bijeen.
Nog altijd zonder Kabinet. Zonder werk
dus. Maar nu wilde men eens >praten over
den toestand. Dat toch is waarschijnlijk
het doel der S.D.A.P. geweest inet haar
voorstel om de Koningin te adviseeren tot
Kamerontbinding over te gaan.
Vandaag begon de vergadering met een
hartelijk speechjé van den Voorzitter aan
het adres van het Koninklijk Echtpaar, in
verband met zijn huwelijk en... met den
watersnood.
Entoen de kwestie der Kamerontb'nding.
De heer Albarda heeft allereerst het
recht der Kamer willen verdedigen om
zoo'n adres tot de Koningin te richten. Wie
trok dat recht in twijfel? Art. 120 der
Grondwet geeft de Kamer het recht zich
met adressen tot de Kroon te richten. Her
haaldelijk is dit ook geschied. Voorstellen
als dit van den heer Albarda zijn reeds
eerder voorgekomen, o.a. van de zijde van
Groen van Prinsterer.
Zoolang geen wet de Kamer verbiedt
een adres te zenden, waarom zou ze het
dan <niet mogen. Met dit deel van zijn be
toog trapte de heer Albarda een open
deur in.
Het tweede deel van zijn rede bracht
gelijk te begrijpen is, geen draadje nieuws.
De geschiedenis der Kabinetscrisis sedert
ij November kent ieder en de heer Albar
da weet er niets meer van dan iedere
krantenlezer. Het bedrijf van de tragedie,
geleid door mr. Marchant, de d-rie bedrij
ven geleid door dr. De Visser, het vijfde
onder regie van mr. Limburg, ze zijn nu
alle voorbij en bij een treurspel behoort
geen zesde bedrijf.
Een minderheidskabinet, een nationaal
kabinet, een kabinet van moedige mannon,
altegader vvenschen die men nog kan koes
teren, keurde hij af. Van aanblijven van
het kabinetColijn wilde hij natuurlijk
•heelemaal niets weten.
Tot zoover was alles eenvoudig en dui
delijk. Niet eenvoudig en niet duidelijk was
het echter welk nuttig effect nu in verband
met dit alles een Kamerontbinding kan
hebben.
De partijen zijn dezelfde, in haar begin
selen is geen verandering. De Kabinets
crisis is een voortzetting varv de moeilijk
heden die na de verkiezingen verrezen,
maar die niet zijn opgelost. Waarom is nu
de Kamer de schuldige Is er verwachting
dat die er noemenswaard anders zal uit-
MIJNHARDT's
Zenuw-Tabletten 75 et
Laxeer-Tabletten 60 ct
Hoofdpijn-Tabletten 60 ct
Bij Apoth. en Drogisten
(Ingez. Mededeeling.)
Naar het Engclsch van DOLF WYLLARDE
(Nadruk verboden)
Tot haar voldoening hoorde ze hem
zeggen
..öraag, mrs. Smith. Als het eenigszins
hogelijk is ben ik van de partij. Om half
legen dus aan the Savoy. Dank u tot
ziens I"
Winnie stond naast Aimée en keek op
"aar hem met een stille bede om vergiffe-
"Is in den blik, maar hij deed of hij haar
"iet zag. Een dwaze angst vervulde haar
toen ineens dat ze zijn vriendschap mis
schien verspeeld had.
-.Goeden dag, majoor' Agincourt 1" zeide
ze schuchter.
A goeden dag, miss Falkner."
^'jn blik keerde terug tot haar, of hij, in
eens- haar tegenwoordigheid weer gewaar
Bf» hij boog tot haar met een hoffe-
iJKneid, zooals hi} die iedere vrouw zou
etoond hebben. Maar Winnie besefte -nu
Wjtot zjj gewoon was aan meer per
soonlijke oplettendheid en die had zij
"u verbeurd.
riitr *r°k z'c^ teru£ ^en hoekje van het
zift en me* 00S€n> die niet veel
|en van de drukte om haar heen.
*miners geen opzettelijkheid ge-
dan en'"-was beleedigd welnu,
pr/^hij maar beleedigd zijn ze zou
Dit
bad,
met wien ze wilde
was het slot van haar overdenkingen.
HOOFDSTUK VII.
?°nder dat hij zich dit voorgenomen
I zien na een verkiezing "Moet het gezant-
I schap inzet zijn
j Het is ons niet duidelijk geworden.
Toen de heer Albarda zijn rede had ge-
j eïivdigd vroeg niemand het woord. Men
zeide ons weï dat mr. Marchanrthad willen
spreken. Waarom was hij er dan niet
Wie tegen den heer Albarda wil opkomen,
moet toch beginnen met naar hem te luis
teren en vooral het slot van zijn rede moest
de motiveering van zijn voorstd bevatten.
Niemand echter vroeg het woord en dus
werd la mort sans frase over het voorstel
uitgesproken. Met 70 tegen 24 stemmen.
Alleen de S.D.A.P. en de communist De
Visser stemde voor.
Zoo ging de Kamer weer naar huis.
Over de vraag of de behandeling die
men aan het voorstelAlbarda deed te
beurt vallen, al dan niet behoorlijk was
kan men verschillend oordeelen. Misschien
ware het beter geweest eenige korte ver
klaringen af te leggen' waarom men tegen
was. Het ware althans hoffelijker geweest.
Noodig was het misschien niet en het zal
veien wel gegaan zijn als ons wat een
nieuwe verkiezing ons verder kan brengen
het eenige dat bewezen diende te wor
den is niet bewezen. Aan historie-
schrijven hadden wij geen behoefte.
De rede van den heer A'lbarda had goede
momenten maar gaf niets nieuws.
meeiute Agincourt toch, dat hij de
SavAuWas die °P den bepaalden tijd bij de
\vtiJ st°nd. Toch bleek dit niet zoo te
bonfain ans u,'t schaduw, nabij den
5\ng tot het hotel, trad een Ara-
ai(! nem op den arm tikte, met een
De Kabinetscrisis.
lu een driestar in „de Standaard" komt
deze zinsnede vvor „Ons is bekend, dat
van invloedrijke anti-revolutionaire zijde.,
den heer Limburg de raad gegeven is om
zoo het met de beide christelijk-histori-
schen niet vlotte in hun plaats twee
linkschen uit te noodigen."
Zijn wij wel ingelicht, aldus meldt de
-f- -correspondent van het „Hbld.", dan
heeft mr. Limburg dezen raad inderdaad
nog opgevolgd/ In den loop der vorige
week moet hij, toen hij een mislukking
zijner pogingen tot oplossing der crisis in
de eerstgekozen richting zag aankomen,
met twee heeren van links over de bezet
ting van de twee plaatsen der christelijk-
historischen hebben overlegd, aanvankelijk
met, doch ten slotte zonder gunstig resul-
taat.
Nederland en België.
De „N.R.Ct." verneemt, dat het verzet
tegen de door België voorgesteld» weder-
zijdsche uitwisseling van hoogleeraren en
studenten geenszins van het departement
van buitenlandsche zaken is uitgegaan,
maar veleer van het ministerie van onder
wijs, dat bovendien de zaak geruimen tijd
in studie heeft gehouden. Pas na het op
treden van minister Rutgers kon een an
dere koers worden gekozen.
Nieuwe schepen voor de Kon. Paketvaart.
Bij de gehouden aanbesteding van den
bouw van vijf stoomschepen, bestemd voor
den dienst der Koninklijke Pakketvaart
Maatschappij op de Borneo-kust, zijn naar
het Anetakantoor mededeelt, deze ais volgt
gegund een schip (inclusief machine-in
stallatie, te noemen „Patras") aan de Rot-
damsche Droogdokmaatschappij te Rotter
dam vier schepen, te noemen „Pahud",
„Van Oudshoorn", „Valentijn" en „The-
dens", aan de N.V. Internationale Scheeps
bouw Maatsch. „De Maas" te Slikkerveer.
De machine-installaties voor deze laatste
schepen zullen worden geleverd door de
Maatschappij voor Scheeps- en Werktuig
bouw „Feyenoord" te Rotterdam. De sche
pen zullen elk circa 2000 ton bruto meten.
i bevolking tot 300.000 gestegen en nu in
I Maart 1926 telt de residentie 400.000. in-
woners.
Hamburg, Antwerpen, Nieuwe Waterweg
en Rotterdam.
In de haven van Hamburg zijn in Febru
ari binnengekomen 949 schepen, metende
1.225.695 ton, tegeni 968 schepen, metende
1.271.823 ton in Februari 1925, zijnde een
vermindering met 19 schepen en een ver
mindering. met 46.128 ton.
In de haven van Antwerpen zijn in Fe
bruari binnengekomen 778 schepen, met.
1.333.565 ton (herleid), tegen 780 schepen
metende 1.292.908 ton (herleid) in Febru
ari 1925. Er is dus een vermindering met
2 schepen en een vermeerdering met
40.657 ton.
De cijfers van de havenbeweging over
de eerste twee maanden van 1926 en 1925
zijn (met herleiding van de Antwerpsche
cijfers om ze vergelijkbaar te maken)
Hamburg Antwerpen
Schepen Ton Schepen Ton
1926 1979 2.516.739 1622 2.886.781
1925 2109 2.662.842 1605 2.716.207
130 146.103 -f 17 170.574
N. Waterweg Rotterdam
Schepen Ton Schepen Ton
I 1926 2094 3.158.368 1671 2.582.434
1925 1927 2.832.647 1605 2.379.131
167 325.721 66 203.303
Over de eerste twee maanden van 1926
heeft dus de haven beweging van den Nieu
wen Waterweg die van Antwerpen met
271.587 ton overtroffen, terwijl het verschil
ten nadeel van Rotterdam in deze maan
den 304.347 ton bedroeg.
VLISSINGEN, 3 MAART.
De residentie telt 400.000 inwoners.
De gemeente 's-Gravenhage heeft giste
ren her getal van 400.000 inwoners bereikt.
In 1896 werd het tweede honderddui
zendtal bereikt, in October 1913 was de
„De dame vraagt u te spreken, howadji
Agincourt zag nu aan den anderen kant
van den weg de roerlooze gedaante van
een dame te paard. Hij reed er heen en
werd aangesproken door madame Miéville.
Zij zag er schooner uit dan ooit in haar
bevallige nauwsluitende amazone en
vroeg ..Hoe maakt u het, majoor 7"
Hij nam den hoed af en antwoordde
„We schijnen de eersten te wezen".
„Ja de Smiths zijn nooit zoo heel op
tijd maar ze wonen ook zoo ver af. Ik
zag u daar juist aankomen en zond den
man op u af, om u te waarschuwen dat u
toch- niet de eerste was, zooals u allicht
zoudt gedacht hebben. Want ik moest wel
aan den anderen kant van den weg blijven
omdat ik een nieuw paard heb, dat nog wat
schichtig is".
„Is dit een nipuwe aankoop
Met ongeloovigen blik bekeek hij het
vurige Arabiertje, dat zij echter volkomen
in haar macht scheen te hebben.
„Ja. Door prins Said hoorde ik, dat hij
te koop was en, nadat ik hem gezien en
bereden had, vatte ik een vurige liefde
voor hem op".
„Ik hoop voor u, dat de prins den koop
voor u sloot. De Arabieren kunnen gewel
dig overvragen."
„Neen. Ik moest alleen op mijn eigen
gezond verstand vertouwen bij den koop."
„Toch lijkt het mij, dat u er een goed
rijdier aan heeft. Maar natuurlijk -kan ik
er niet over oordeelen eer ik weet wat hij
kan. Het teel ij ke vam een volbloed Arabier
is, dat hif nooit eens kan stilstaan. Rijdt
u hem vanavond Dan zou ik u raden,
hem maar heel zacht te behandelen".
Dit zeggende ging bij zich met anderen
van het gezelschap gadorhouden. maar die
enkele ontmoetmaffisl Itear had hem van
streek gebracht. Hf ü»ed naast het rijtuig
van de Smiths voort, en aan het Mena-
hotef zou Winnie ook een ezeltje zien te
krijgen.
„Ja, waarlijk vroeg Agincourt. „U is
dan wel verbazend gesteld op ezeltje-rij-
Kunstkring „Het Zuiden".
De tweede muziekavond, georganiseerd
door den kunstkring „het Zuiden" werd gis
terenavond in het Concertgebouw alhier
gegeven. Wij moeten direct beginnen met
te zeggen, dat het ons zeer speet, dat de
zaal niet tot de uitsterste hoeken gevuld
was. Het sympathieke streven van den
kunstkring om hier eerste klas concerten
te organiseeren, moest door een veel groo-
ter gedeelte van het VJissirigsche publiek
gesteund worden. De wetenschap, dat wat
de kunstkring biedt, goed is en verre uit
gaat boven het middelmatige, moest ons
nu eens ontslaan van de té geringe belang
stelling, die er voor kunstenaars, wier „na
men" het fascineerenci, sensationeele mis
sen, nog steeds bestaar.
Maar de kunstenaressen waren er niet
minder om. De gave en zuivere indruk, die
ons al spoedig beheerschte, hebben we be
houden tot het einde. Het pretentielooze
optreden van de pianiste bewees ons di
rect, dat het bij haar ging, niet uitsluitend
om succes, maar om de kunst zelve.
Toch kwam zij in de eerste twee num
mers van het program nog niet volkomen
tot haar recht. Wel werd in het „Arietta"
van Leonard Leo (16941778) het thema
mooi strak gehouden, maar in het tweede
nummen „Gique" van Graun (17011759)
misten we de warmte en hadden we het
gaarne wat steviger gearticuleerd gehoord.
De zangeres opende met „Suleika I" en
„Suieika II" van F. Schubert en direct wer
den we geboeid door de zeldzaam mooie
alt van Julie de Stuers. Haar techniek is
volkomen beheerscht en 't prachtige tim
bre bracht ons vooral in het gevoelige en
weemoedige onder een groote bekoring. In
het „und mir bringt sein leises Fliistern
von dem Fneunde tausend Grüsze", dat
zoo warm en innig van toon werd ingezet,
beloofde de zangeres ons ineens de vele
heerlijke momenten, die ze ons dezen avond
geven zou en ook gegeven heeft. En het
ging in stijgende iijn. „Von ewiger Liebe"
den. Het verwondert mij nog dat u uw
vriend kapitein Potter niet tot een rit op
dit edele #dier overhaalde
„Ik geloof, dat u mij Zondag dan al heel
kinderachtig en vervelend vondt 1" maakte
Winnie nu van de gelegenheid gebruik om
met haar excuus voor den dag te treden.
„Maar kapitein Potter laat mij altijd
lachen".
„Zoo dacht ik er ook heelemaal niet
over. Ik zag alleen maar met welgevallen,
dat u zich amuseerde".
„Maar u amuseerde u anders niet".
„Daar ben ik te oud voor. Ik benijdde
u intusschen uw genot".
Het leek wel, of hij haar verontschuldi
ging niet van harte aanvaardde.
Vaag volgde haar blik de andere paren.
Lady Jones en kapitein Potterkapitein
Gaunt en madame Miéville.
„Ik denk, dat ik niet meega tot aan de
Pyramiden", zei mrs. Smith loom, toen ze
bij het hotel stil hielden. Reggie en ik zul
len ons zoo lang met koffie en likeurtjes
getroosten, terwijl jullie van de Sphinx
geniet en ons benijdf
„Vergeet niet de graven van de pries
ters", zei Reggie terwijl hij de dames hielp
afstijgen. Die leveren zulke heerlijke don
kere, beschutte hoekjes op waar men aan
aller oogen onttrokken is."
„Miss Falkner, u wilde een ezeltje heb
ben, is het niet Wil ik er een voor u zien
te krijgen
„Graag", zei Winnie kleinmoedig.
En nog kleiner voelde ze zich, toen ze
op den rug van -het ezeltje zat, en Agin
court, op zijn paard nog wel eens zoo
hoog boven haar uitstak.
Hij zond het ezeldrijvertje weg en, goed
moedig, vroeg zij „Wilt u hem aan den
leiband houden
„Ik zou u wel aan den leiband willen
houden", zei hij. ,Ik geloof, dat u dit soms
wel eens verdient."
„Toch zou ik het niet willen hebben".
„Niet Onder geenerlei omstandig
heden
van John Brahms kwam in al zijn
machtige grootheid tot ons en zeker
komt een gedeelte van dit succes
toe aan de uitstekende begeleiding.
In Brahms voelden we het best de
gelijke opvatting van de kunstenaressen
en met enthousiaste bewondering luister
den we naar het volgende „So willst Du
des Armen", tot we tot de conclusie kwa
men, dat alles, wat van binnen uit komt
en als diep beleefd ons wordt weergegeven,
ons moet aangrijpen, omdat dan de kunst
ons laaft, ons bekoort en ons verheft.
Als laatste nummer voor de pauze speel
de de pianiste een „nocturne, Etude, Valse
en Scherzo" van Chopin. Vooral in het
laatste ontplooide Agnes Johns haar volle
capaciteit. Hien boeide haar spel, was er
spanning en suggestiviteit.
De tweede helft van het programma be
gon met drie liederen van Dina Appeldoorn.
De zangeres heeft het zich met de keuze
van deze liederen niet gemakkelijk ge
maakt. Haar techniek is evenwel van dien
aard, dat zij de moeilijkheden glorieus
overwon en in het „Looft den Heer in
's Hemels kenck" liet ze ons genieten van
haar krachtig geluid, dat af en toe, maar
absoluut niet hinderlijk, in een mezzo so
praan timbre overging.
De uitstekende begeleiding ging aan ons
niet ongemerkt voorbij en de pianiste
daarvoor ons compliment. De bloemen als
symbool van waardeering, die na dit num
mer aan beide kunstenaressen werden aan
geboden, waren zeer op haar plaats, wat
aoor het publiek met krachtig applaus werd
onderstreept.
De pianiste had in het volgende nummer
geen gemakkelijke taak. De Sonate (Opus
18) van B. v. d. Sigtcnhorst Meijer werd
verleden jaar door den componist zelf hier
gespeeld en onwillekeurig is men geneigd
te vergelijken. Op het „Majestuoso", dat
ons als even te slap gespeeld niet heele
maal bevredigde, volgde het „Tranquillo",
dat veel meer voldeed om te eindigen in de
zeer goede vertolking van het „Tempestu-
oso". Het laatste nummer bevatte vier oude
Fransche liedjes. De zangeres liet ons hier
in genieten van de veelzijdigheid van haar
talent. De geestige tinteling van de eerste
twee was al van een groote bekoring,
maar het derde voldeed nog meer door de
buitengewoon goed gevoelde naieve opvat
ting en uitbeelding. In dit bedelliedje hoor
de men de drenzirige kinderstem zonder
dat de zangeres in overdrijving verviel.
Ook het laatste was uitstekend e'n vormde
een waardig slot voor dezen avond rijk aan
goede en gewijde momenten. Het derde
„Guignolet d'Saint Lazat" werd als toegift
nog eens herhaald, waarna we dankbaar
voor het genotene huiswaarts keerden,
voor ons zelf den wensch koesterende, dat
de kunstkring „het Zuiden", ons nog dik
wijls in de gelegenheid zou stellen zulke
goede concerten bij te wonen, als waarop
hij ons dezen winter heeft vergast.
Bazaar Leger des Heïls.
Gisterenavond had in de zaal van het
Leger des Heils aan de Gravestraat de
plechtige opening plaats van den bazaar,
welke daar deze week wordt gehouden
ten bate van het restauratiefonds.
Reeds lang voor den aanvang was de
keurig met palmen en planten versierde
zaal geheel gevuld met een groote schare
van belangstellenden.
Ten acht ure werd de bijeenkomst ge
opend door den stafkapitein, den heer De
Jong, die verzocht te zingen no. 117 uit
den Liederenbundel „God is goed" en
venvolgens „Heer ik hoor van rijken ze
gen". Na het gemeenschappelijk zingen
van deze liederen ging stafkapiteine mevr.
De Jong voor in gebed, waarna het woord
werd gevoerd door den kapitein Govaarts
van Vlissingen, die de vele aanwezigen
hartelijk welkom heette en zijn blijdschap
er over uitsprak dat zooveien aan de tot
standkoming van dezen bazar hebben mee
gewerkt en bijgedragen. Zeer veel voor
bereidende arbeid moest worden verricht
Achter hen rees de reuzenmuur van de
Pyramiden op. De rest van het gezlschap
was reeds afgestegen en dacht er over, om
de kolossen te bestijgen.
Madame Miéville en kapitein Gaunt, die
er beiden meermalen geweest waren, ston
den al bij de helling.
Een soort van waanzin maakte zich
meester van Agincourt. Hij boog zich voor
over en nam den teugel van het ezeltje in
de hand
„Nu, ik heb genoeg gezien van het mo
nument van Cheops", zei hif. „Laten wij
doorrijden kapitein Gaunt en madame
Miéville achterop. We kunnen hier makke
lijk voorbij, ze rijden maar langzaam...
Kom
„Maar majoor Agincourt Het is uw
eerste bezoek U moet naar de Pyramiden
kijken. Wilt u ze dan niet beklimmen
stamelde Winnie.
„Neen. Op den terugweg zal ik ze wel
bekijken. Kom
Hij gaf zijn paard de sporen en 't ezeltje
moest wel volgen, of het wilde of niet.
„Gaan we... op de vlucht"' hijgde ze,
toen ze madame en haar cavalier voorbij-
gestoven waren en de vurige Arabier be
gon te steigeren. „O, wacht toch even We
hebben madame's paard zoo'n schrik
bezorgd I"
„Dat is in orde... Zij is hem baas", zei
Agincourt, eens even achterom kijkend.
„Ben je buiten adem Nu zullen we het
wat langzamer aanleggen."
Ze reden om den heuvelrug heen, die
het uitzicht geeft op de open ruimte, waar
in de Sphinx ligt. Agincourt haalde de teu
gels in en Winnie's ezeltje werd onmid-
delijk kreupel, van het oogenblik af, dat
het stil mocht staan en hij zette een diep-
deerniswaardig gezicht l
„Arm beestje Hebben wij 't zóó bont
gemaakt troostte zij. „Maar mijn haar
is ook half los".
En ijlings begon ze het vast te steken,
wat nog niet zoo'n heel gemakkelijk werk
bleek te zijn.
voordeeiig te koop.
Ook op betaling in termijnen.
KBP"" 5 jaar garantie. "^9®
Firma A. S. i. DEKKER, Soes,
(Ingez. Mededeeling.)
en spreker dankte allen die door milde gif
ten en geschenken dezen bazaar mogelijk
hebben gemaakt. In 't bijzonder heette spr.
welkom den heer P. G. Laernoes, wethou
der van financiën, die zoo welwillend is
geweest dezen bazaar te willen openen, en
den heer majoor Grimijser uit Rotterdam,
die door zijn tegenwoordigheid blijk van
belangstelling gaf.
Spreker sprak den wensch uit dat de ba
zaar zooveel zal opbrengen, dat de schuld,,
die nog op het korps Vlissingen rust, zal
worden gedelgd.
Hierna voerde majoor Grimijzer het
woord, die zijn bewondering uitte voor de
zen schitterenden bazaar. Nog zelden heeft
spr. zulk een bazaar aangetroffen. Naar
aanleiding van Psalm 122 i wees spreker
op de blijdschap, die moet gevonden wor
den bij het opgaan naar het Huis des
Heeren.
Vervolgens wees spreker op de kosten,
welke aan de restauratie van het gebouw
verbonden waren. Deze kosten hebben be
dragen 6500, waarvan het korps Vlissin-
fen een som van 1000 moet opbrengen
pr. eindigde met de hoop uit te spreken,
dat nog vele menschen in dit gerestaureer
de Huis des Heeren zullen komen, opdat zij
daar den waren God zonden vinden. Hierna
verzocht majoor Grimijser den heer Laer
noes dezen bazaar te willen openen.
De heer P. G. Laernoes zeide met veel
genoegen de uitnoodiging te hebben aange
nomen. Als vertegenwoordiger der over
heid komt spreker vaak met het maatschap
pelijk werk van het Leger des Heils in aan
raking, en dit wenk is' zeer nuttig. Doch
nog meer verheugt het spreker omdat de
arbeid van het Leger des Heils in de eerste
plaats een geestelijken achtergrond heeft,
nl. dat gezorgd wordt voor het heil der
zielen. Wij zijn hiep nu bijeen voor een
goede zaak nl. de behartiging der stof
felijke belangen, om daardoor nog beter de
geestelijke belangen te kunnen behartigen.
Nadat door een jeugdig meisje op onbe
rispelijke en eenvoudige wijze een gedicht
was opgezegd, waarin uitkwam de zegen
rijke arbeid van het Leger des Heils over
de geheele wereld, sprak de heer Laernoes
de hoop uit, dat de bazaar in alle opzichten
aan het gestelde doel mag beantwoorden
en Gods zegen op den arbeid moge rusten
en verklaarde spreker daarna den bazaar
voor geopend.
Hierna verspreidden de aanwezigen zich
door de zaal ter bezichtiging van de ver
schillende standen en vonden ook wij ge
legenheid een kijkje te nemen.
In de zaal zelve trof ons allereerst de
keurige en rijk van verschillende kantwer
ken voorziene Indische „toko", welke bij
de vele aanwezige huismoeders en a.s.
huismoeders groote belangstelling trok.
Verder is aanwezig een Indische fruittent,
een boek- en plaathandel, enz. Eenige
prachtige spreien en een schip zijn te koop
gestdd, terwijl een keurige pop, waarvan
men den (Bijbelschen) naam moet trach
ten te raden de attractie verhoogen.
Ook ontbreekt de traditioneele „grabbel
ton" en visch-gelegenheid niet. Achter de
zaal is een keurige Indische theetuin ge
arrangeerd, waar de bezoekers van een
heerlijk zitje kunnen genieten, en men door
de verlichting met Chineesche lampions en
het Indische aspect der omgeving zich ver
plaatst waant in ons schoon Insulinde.
Alles te samen genomen kunnen wij een
bezoek aan dezen bazaar gerust aanbevelen
en zagen wij dat dezen avond reeds een
druk bezoek aan. den bazaar ten deel viel.
Agincourt zat een oogenblik van haar te
genieten. Toen legde hij zijn hand op haar
arm en vroeg met vaste stem
„Zeg, Winnie, denk je, dat je den lei
band zou kunnen velen, als ik dien hield
Ze liet de handen zakken, of ze door
een schot getroffen was, en keek naar hem
op, met de oogen van een verschrikt kind.
„Je weet toch wat rk bedoel, is het
niet vroeg hij meedoogenloos. „Zou je
bang zijn, om mijn vrouw te wezen
Hij sprak op den zacht-overredenden
.toon, dien hij ook tegenover een kind zou
hebben aangeslagen maar toch keek hij
zéér ernstig en wachtte blijkbaar, in span
ning, haar antwoord af.
Ze huiverde licht, maar zei, peinzende
„Ik geloof... dat ik het wel prettig zou
vinden
„Jou klein lief meisje lachte hij en
zuchtte tegelijkertijd waarom dat
wist hij niet, misschien ook omdat haar
kinderlijke wijze van antwoorden maakte,
dat hij zich zoo veel ouder voelde. Winnie
keek, of ze half in den droom -was en
Agincourt vond zelf, dat het verwonderlijk
gauw in zijn werk gegaan was nog
haast éér hij bet zelf wist.
(Wordt vervolgd.)
VOLKSGEZONDHEIDS.
EN VEILIGHEIDSHOEKJE
VOETGANGER.
Loop op het trottoir rechts. Volg in
smalle straten het rechtsche trottoir.
Sta niet stil op het trottoir, daar,
waar ge het passeeren van andere
voetgangers belemmert of deze tot
betreden van den rijweg dwingt.
GEZONDHEIDSRAAD.