DINSDAG 3 MAART
„MAIL SHOES" zijn niet te vervangen
pgo. SI
64e Jaargang
■1926
int
rgsche Maatschappij tis
Stoomvaart
ïüAÏrVAN STOLBERG
en PRINS WILLEM.
FEUILLETON
„Liefhebben zult gij mij1"
BINNENLAND
Stads= en Provincienieuws
ONGEBODEN:
Heerenrijwiel, f 32.50,
irge Heerenrijwiel rati
remmen, f 20, Prima
n.Adres P. Krugerstr.12
op gevraagd een
bruikte Piano,
ten.
n met opgaaf van prijs
r, onder letters G.J,
Vliss. Cour."
rur gevraagd tegen
vrij BOVENHUIS
nverdiepingshuisje
n stand voor dame mei
isje. Br. met huurprijs,
i., bur. Vliss Cour."
TE KOOP:
idsche Loopers en
Biggen.
1ELEMAN, Baan, Oosl-
uw VAN OS, Steenën-
vraaet 1 April een
QDIENSTBODE.
op modern
iverdiepingshuis.
bureau „Vliss. Cour._
r.„ - Middelb.-Rotterdaffl
rchengelegen plaatsen
;R VAN- PASSAGE®
EB-EREN EN VER.
Maart
2
4
5
8
ag
t, nu.
i.ui
8
i. Ml.
1.1.
isslngen wordt Woe^M
r' ig '8 moreens ten
(burg gevaren.
ieii
or ma tien te bekom
m
VLISSI1NGSCHE COURANT
n u en te
■reB. EENHOORN,
v. OOSTEBHOÏÏT,
ABONNEMENTS PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal-
f 2.20 per drie maanden. Franco
tór hei «eheele rijk f 2.50. Week-abon-
ïmenten"' 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 4 regels f 1.10 voor iedere
„.«el meer 26 cent bij abonnement spe-
riaie prijzen. Reclames 52 cent per regel
kleine Advertenties betreffende Huur en
Verbuur Koop en Verkoop. Dienstaanbie-
rlineen en Dienstaanvragen, enz. prijs, bij
vooruitbetaling van 1—5 regels f 0.75, elke
e<rel meer 15 cent.
Familieberichten van 16 regels 1.70,
iedere regel meer 26 cent.
Onlangs zond men mij een eerbiedwaar
dige verzameling van in deze courant ver
schenen artikelen over de stammoeder vaji
óns Vorstenhuis en haren oudsten- zoon,
onzen prins Will'em. Hoeveel malen in mijn
leven heb ik reeds in een strijd, als hier
opnieuw ontbrandde, mijn meening moeten
zeggen Altijd weder was het dezelfde
zaak katholieke afkeer tegenover protes-
tanfsche vereering. Wanneer zal men toch
eens ophouden op die wijze te kibbelen
want anders kan ik het niet noemen Men
richtte tot mij opnieuw het verzoek om te
spreken. Welnu ik zal nog eenmaal
spreken.
Ik tart ieder om iets ten nadeele van
«rravin Juliana uit echte bescheiden, aan
het licht te brengen. Van die voortreffelijke
vrouw en moeder is niets anders dan goeds
ie zeggen als men ten minste het haar niet
als een „boos misdrijf", als een onvergefe
lijke" misdaad wil toerekenen, dat zij het
Roomsche geloof reeds vroeg voor het
Luthersche heeft verlaten en dit laatste
tot haren dood vromelijk en innig heeft
beleden. Zij is altijd geweest de trouwe
echtgenoote, de liefhebbende moeder, de
ediele vriendin van den arme, de medelij
dende hulp van den ongelukkige, de vrome
vermaanster tot het goede, de steun van-
haar kinderen en kindskinderen in dagen
van geluk en ongeluk, van vreugde en
verdriet. Wij bezitten vele harer brieven
vol vrome vermaningen, vol liefde, vol van
die echte moederliefde, boven welke niets
gaat in een huisgezin, zij het van vorsten
of van gewone stervelingen. Zij is de type
eener voortreffelijke Duitsche huisvrouw,
een voorbeeld van trouwe zorg en plichts
betrachting, die het „Eeuwige" steeds stel
de boven het „tijdelijke".
En prins Willem Ik ken hem, geloof ik,
goed. Ik heb in mijn boek over hem*), in
mijn Geschiedenis van het Nederl. Volk, in
tal van artikelen getracht hem ook door
I anderen, door ons volk goed te doen ken
nen met al zijn deugden en al zijn gebreken,
van zijn vroege jeugd tot zijn vroegen
dood. Ik heb nooit ontkend «noch verbor
gen zooals het een geschiedschrijver
betaamt dat hij geen heilige is ge
weest. Hij was in vele opzichten, ook hij,
een kind van zijn tijd de omgeving van
bet Brusselsche hof, waar hij opgroeide,
heeft ook op hem grooten invloed gehad.
.Maar wie heeft daar gewaagd den strijd
voor onze vrijheden reeds tegen Granvelle
te aanvaarden Wie heeft daar gewaagd,
reeds in 1564 en 1565, om het beginsel der
vrijheid van het geweten met vuur en
overtuiging te verdedigen Het is waar,
hij was nooit een dweepziek, zelfs geen
streng volger van eenige geloofsovei tui
ging, welke ook. Het is waar, nog in 1566
leefde hij katholiek, terwijl hij reeds tot
den Lutherschen geloofsvorm neigde wat
honderden in zijn tijd deden. Het is waar,
kij heeft vóór omstreeks 1570 van het Cal
vinisme niet willen weten en hij is ook la-
Lr nooit een vurig Calvinist geweest, al
heeft hij zich in 1573 voorgoed tot -dien
geloofsvorm bekeerd. Zijn geest was meer
2 dl. bij Meulenhoff, Amsterdam.
Naar het Engelsch van DOLF WYLLARDE
(Nadruk verboden)
HOOFDSTUK VI.
.,lk hoop, dat ik niet te laat ben,, om nog
een welkome bezoekster te kunnen heeten,
madame", zei Winnie, terwijl ze op de
gastvrouw toetrad. „Maar ik kwam u even
vragen of u ook bezet was voor den vol
genden Maandag
..Op welk uur ik u cok te zien krijg, is
dit altijd aangenaam", zei madame
jtot oprechte hartelijkheid. Want ze kon.
heel lieftallig wezen als ze dit wilde en ze
voelde zelve wel, dat Winnie haast even
zeer onder haar bekoring was als Reggie
Landor.
l £aan de Pyramiden bij maanlicht
Rijken om half negen zouden we dan bij
me Savoy samen komen."
..Ik zal heel graag van de partij zijn.
wie g-- - -
mag".
Gebïs. BI
gaan er nog meer mee, als ik vragen
'\^e£gie Landor Reggie is, natuurlijk,
«'"Ju van- de partij, als er iets te zien of
bezoeken valt En kapitein- Potter en
mrs. Dickson en Aimée. Maar Jim kan
met gaan."
arme kolonel Smith."
ba h s'nds h'i dien nieuwen post in ver-
ama met de staatsgevangenissen er nog
bl' is hij steeds in touw I"
'•™ie rijdt dan met mrs. Smith
twëe den^ 'k- Er blijven dan nog
ki»? an<*ere heeren over, waartusschen u
jie en kunt, madame dokter Gaunt of
m.,,.aPitewi Gaunt en majoor Agin-
C011r'. Met wien gaat u liever
Erasmiaansch dan kerksch aangelegd hij
leefde in een tijd van woeling en onzeker
heid op godsdienstig gebied en zijn groot
heid' komt eerst duidelijk aan den dag, als
hij zich in 1572 aan het hoofd stelt van
onzen vrijheidskrijg. Maar altijd heeft hij
de gewetensvrijheid hoog gehouden en,
waar het kon, krachtig gestreden voor
ieders vrijheid om den godsdienst uit te
oefenen, dien men wenschte te belijden.
Geen uit hun verband gerukte citaten uit
zijn brieven en verdere geschriften kunnen
dit doen loochenen. Hij heeft gepoogd een
„Godsdienstvrede" (1578) hier tc lande in
te voeren, waarbij protestant en katholiek
gelijkgerechtigd naast elkander hadden
kunnen leven. Daarin is hij niet geslaagd,
want de tijden waren voor zoo iets niet rijp
en de uitersten van beide kanten hebben
zijn plannen te dien opzichte droevig ver
stoord zelfs de meeste gematigden van
zijn tijd hebben dien vrede niet aange
durfd. Maar ook de katholieken ten- onzent
mogen zich herinneren, dat, ware hij er
niet geweest om hen te beschermen, al is
hem dit niet altijd mogen gelukken, er, om
zoo te zeggen, geen katholiek in de noor
delijke provinciën zou zijn overgebleven,
ten minste niet in Holland, Zeeland,
Utrecht en Friesland. Dat zij, de katholie
ken van dien tijd, hun geloof daar hebben
kunnen behouden, tot betere tijden kwa
men dat danken zij hem, onzen prins
Willem, die de Lume/s en Sonoy's zooveel
mogelijk in toom heeft gehouden, drijvers
als Datheen en andere over-ijverige Calvi
nisten heeft bestreden, waar hij kon. Dat
is de waarheid En zij zal op den duur
bovendrijven
P J BLOK.
Leiden, 1 Maart 1926.
(Wij verleenen natuurlijk zeer gaarne
plaats aan dit schrijven. Alle onzekerheid
hoe onze groote geschiedschrijver over
Juliana van Stolberg en Willem de Zwijger
denkt, wordt hierdoor weggenomen.
Dat prof. Blok zoo welwillend is ge
weest zijn gezaghebbend woord te doen
hooren zal wel algemeen op prijs worden
gesteld en wij spreken zeker uit naam van
al onze lezers als wij den Leidschen oud-
hoogleeraar dank* brengen voor boven
staand schrijven, waaruit voldoende blijkt
dat men met het citeeren van de meening
van geschiedschrijvers zeer voorzichtig
moet zijn, omdat men daaruit tot geheel
verkeerde conclusies kan komen. Red.)
De Kabinetscrisis.
De „Tijd." deelt omtrent de mislukking
van mr. Limburg het volgende mede
Zooals bekend is, heeft mr. Limburg
steeds voor oogen gehad de formatie van
een extra-parlementair kabinet, bestaande
uit vier rechtsche (waarvan twee katholie
ke) en vier linksche leden en- den heer Van
Karnebeek als negende lid. De formateur
nam in zijn program op de integrale hand
having van het gezantschap bij den H.Stoel.
Op grond hienvan werd van katholieke zij
de volledige medewerking verleend. Dat
staat vast. Hierin ligt dan ook de bevesti
ging van ons bericht van jl. Donderdag
avond, waarin wij zeiden „aan de Katho
lieken zal de eventueele mislukking van mr.
Limburg niet kunnen geweten worden".
Men mag zelfs verder gaan en zeggen, dat
de redelijke kans van slagen, waarvan het
Ned.Correspondentiebureau Vrijdagochtend
nog gewaagde, mede te danken was aan
de zeer loyale medewerking die den heer
Limburg van katholieke zijd* werd gebo
den. Waar men ook de „duistere" of ver
lichte machten wil zoeken, welke deze mis
lukking hebben veroorzaakt, de katho
lieken, die den formateur ook in zijn pro
gram volgden en bereid bleken geschikte
personen te leveren, gaan in dezen absoluut
vrij uit.
Maar voor de gezonde ontwikkeling der
staatkundige verhouding is het niet vol
doende, dat ons blad dit alles met zeker
heid bericht de ware toedracht der zaak
moet komen vast te staan door officieele
gegevens, die de kabinetsformateurs be-
hooren te verstrekken.
Mr. Limburg en de Vrijz. Dem. Bond.
Naar aanleiding van de door mr. Mar-
chant, tegen den ex-kabinetsformateur mr.
Limburg gerichte persoonlijke aanvallen,
heeft de laatste gemeend als lid der Vrijz.
Dem. partij te moeten bedanken en tevens
ontslag te nemen als gedeputeerde van
Zuid-Holland.
I>e SJD.AJF. en de crisis.
Door de S.D.A.P. zijn in verband met het
voorstel tot Kamerontbinding, in de drie
groote steden vergaderingen belegd.
Te Amsterdam spraken voor een. volle
Concertgebouwzaal de heeren J. E. W.
Duijs en W. H. Vliegen. De volgende motie
werd aangenomen
„De openbare vergadering, van oordeel,
dat, nu een aantal pogingen om een nieuw
ministerie te vormen mislukt zijn, het ge
vaar groot is, dat het ministerie-Colijn zijn
bewind zal voortzetten,
overtuigd, dat daarmede zou worden ge
handeld ins strijd met het verlangen van de
groote massa des volks, die reeds na de
verkiezingen in 1925 het optreden van dat
ministerie als een miskenning van de uit
spraak der kiezers heeft gevoeld,
van meening, dat uit de mislukking der
pogingen om een nieuw ministerie te vor
men, duidelijk gebleken is, dat de samen
stelling der tegenwoordige Tweede Kamer
een behoorlijke kabinetsformatie onmoge
lijk maakt,
spreekt den dringenden wensch uit, dat
de kiezers in de gelegenheid zullen worden
gesteld, een nieuwe Kamer te kiezen, en
dringt daarom met kracht aan op aanne
ming van het voorstel der Soc. Dem. Ka
merfractie tot Kamerontbinding".
Te Rotterdam sprak in het Concertge
bouw mevr. Suze Groeweweg en de heer
A. B. Kleerekooper.
Het Concertgebouw was geheel gevuld.
Mevr. Suze Groeneweg behandelde de po
litieke geschiedenis vanaf het begin der
crisis. Spreker, bracht de houding der so
ciaal-democraten in herinnering. Achter
eenvolgens behandelde spreekster daarop
de pogingen tot het vormen van een par
lement. Gekomen tot het pogen van mr.
Limburg, zeide zij o.a. „Tegenover het
pogen van dezen kundigen staatsman heb
ben wij een welwillend stilzwijgen, be
waard. De rechtsche partijen hebben zich
hieromtrent op de vlakte gehouden schijn
baar steunden zij de pogingen van mr. Lim
burg, doch achter de schermen pleegden
zij sabotage. Na het mislukken van mr.
Limburg zijn wij met ons voorstel geko
men, Kamerontbinding, want Colijn willen
wij niet terug".
Aan het einde van haar rede wekte spr.
op tot krachtige propaganda en strijd.
De volgende spreker, de heer A. B. Klee-
rekoper, behandelde uitvoerig het voorstel
der S. D. A. P. Ook deze spreker wekte
óp tot het voeren van een groote propa
ganda.
Te 's-Gravenhage was een vergadering
belegd in het Gebouw voor Kunsten en
Wetenschappen, die met belangstellenden
geheel gevuld was. Mede waren aanwezig
de vroegere leider der S.D.A.P. en echtge
noote.
Hier traden als sprekers op de heeren
Schaper en Albarda.
Brand in de „Madoera".
Den 27sten Januari, om 3'/2 uur des och
tends, werd brand ontdekt in ruim 6 van
het stoomschip „Madoera" van de Stoom
vaart maatsch. „Nederland", liggende te
Soerabaja.
Onmiddellijk werden alle luiken gesloten
en werd met de bluschmiddelen, welke
zich aan boord van elk schip bevinden wa
ter gepompt in genoemd ruim.
(Ingez. Mededeeling.)
Tevens werd om 4.15 uur de brandweer
van Soerabaja gewaarschuwd, welke reeds
een kwartier later aanwezig was op het
haventerrein van de „Nederland".
Ook eenige sleepbooten, o.a. de „Am
sterdam" van het havenbeheer en de drij
vende stoombrandspuit van de marine, wa
ren direct aanwezig ent met man en macht
werd water gepompt in het brandende
ruim. In totaal werd water gegeven uit 20
slangen.
De lading in het ruim bestond uit gom
copal, tapiocameel en huiden.
Om 11 hup arriveerde de drijvende
brandspuit „Jan van der Heyden", doch
men was het vuur toen reeds in zooverre
meester, dat van die zijde geen hulp meer
behoefde te worden verleend. De ,Jan van
der Heyden" was wel onmiddellijk ge
waarschuwd, doch kon, daar het schip in
reparatie was, niet eerder aanwezig zijn.
Om circa 12.15 uur stond bijna 10 Meter
water in dat ruim, waardoor de geheele
brandende lading -onder water was gezet
en geen gevaar voor uitbreiding meer
dreigde.
Om 12.30 uur kon de Soerabaiasche
brandweer inrukken. De oorzaak is onbe
kend, doch men denkt dat de brand is ont
staan door broeiing in de lading gom
en copal.
Een raming der schade is momenteel nog
onmogelijk.
Voorloopig overzicht van het weer in
Februari-
Door het K. N. M. I. te De Bildt wordt
het volgende medegedeeld Gemiddeld
over de 5 hoofdstations was het in Febru
ari bijna 3'/2° C. warm. In de laatste deka-
de waren de afwijkingen meer dan 4,/£° C.
Te Maastricht bedroeg de afwijking in de
eerste dekade 6° C. De gemiddelde minima
wanen 4.9°, de gemiddelde maxima echter
slechts 2.9°, te hoog. De regenval was
veel boven normaal in het Z.Oosten, minder
in het midden en Z.Westen en slechts wei
nig boven normaal i nhet N.Oosten. Te
De Bildt werden slechts 26 uur zonneschijn
geregistreerd, tegen 55 normaal. Nog 8 uur
meer dus dan geringste vroeger in Februari
waargenmen som.
Scheepvaartbewegmg.
Gedurende Februari 1926 kwamen den
Nieuwen Waterweg binnen 1041 schepen,
metende 1.528.982 netto reg. ton, waarvan
2 zeelichters, met. 1281 netto reg. ton.
Voor Rotterdam waren hiervan bestemd
847 schepen, met. 1.263.285 netto reg. ton.
In Februari 1925 kwamen den Nieuwen
Waterweg binnen 942 schepen, metende
1.350.804 netto reg. ton. waarvan 3 zeil
schepen, metende 878 netto reg. ton en 4
zeelichters, met. 3064 netto reg. ton. Voor
Rotterdam waren hiervan bestemd 785
schepen, metende 1.147.153 netto reg. ton.
Sedert 1 Januari zijn aangekomen
Schepen N. R. T.
N. Waterweg 1926 2144 3.237.505
1925 1958 2.865.220
Rotterdam 1926 1712 2.646.488
1925 1627 2.400.952
Verminderd reizlgersvervoer.
Het totale reizigersvervoer aan de ver
schillende stations te Rotterdam (vertrek
(Alleenverkoop PLOUVIER.)
„Dat hangt er van af, wat er met den
ander gebeurt", antwoordde madame, met
een ondeugenden glimlach in de oogen.
„Die wordt mijn cavalier".
„Arme man als dit bijvoorbeeld dok
ter Gaunt zou worden
„Waarom
„Wel ik denk, dat u hèm niet veel te
vertellen hadt
„O, foei. Madame
„U moet toch eerlijk bekennen, dat ma
joor Agincourt zich onder uw hoede heeft
gesteld. Toch wilde ik u even waarschu
wen wees voorzichtig in den omgang met
den majoor."
„Maar hij is mij geheel onverschillig. Of
nu geheel...
„O, hij heeft een hoogen rang in het
leger is aan den staf en dat alles en
toch zijn velen beter aangeschreven dan
de majoor."
„Maar ik weet niet, hoe verdienstelijk hij
zich anders heeft gemaakt in Indië. Bij
dien opstand op de Diswarrhi Heuvelen is
het aan zijn beleid en zijn doortasten te
danken geweest, dat alles nog zoo gauw
tot staan is gekomen."
„Op de Diswarrhi Heuvelen", herhaalde
zij' met grooter belangstelling, dan waar
van haar gelaat tot nog toe blijk had ge
geven, „is hij daar geweest O, maar,
dat geeft ook eigenlijk nietWe kunnen
wel zeggen, dat majoor Agincourt een man
van gewicht is in zijn ambt. Maar per
soonlijk is Hj wat héél erg zwaar
wichtig vindt ti apMb Zoo saai en
ernstig
„Dat vind ik héNMS^l niet", verdedig
de Winnie hem me* „Ja, hij is nu
eenmaal niet zoo'n jotigmensch meer, dus,
ernstig is hij wel vanzelf
„Maar vindt u toch niet, d>at de men-
schen zijn uiterlijk overschatten Kan men
met volle recht majoor Agincourt nu een
knappen man noemen
„Maar, madameMe dunkt daarom
trent kan geen verschil van meening be
staan. Vooreerst is hij lang en prachtig
gebouwd en dan heeft hij zoo regelmatige
trekken, zulke mooie oogen, en zoo'n
flinke gezonde tint
„Houd op, miss Falkner U beschrijft
een Adonis In ieder geval mochten we
dan al niet bewezen hebben dat majoor
Agincourt er goed uitziet, dan hebben we
toch wel duidelijk het bewijs van iets an
ders gekregen..."
„En dat is 7"
„Dat u hem voor knap houdt f" Dit
werd met zoo onweerstaanbaar-ondeugen-
den lach gezegd-, dat Winnie, met een
vreeselijke kleur, wel mee moest lachen, en
beschaamd zei
„Maar nu ga ik eer u mij er soms
weer laat inloopenDus dan mag ik
Aimée zeggen dat u, Maandagavond, op
het bewuste uur ook present zult wezen
„Zeker. En bedank mrs. Smith vast
voor haar vriendelijke uitnoodiging".
„Goedendag dan O, madame", Win
nie keerde terug, blozende en- aarzelend
„lk zou zoo graag iets willen vragen, maar
u moet niet boos worden F'
Onwillekeurig voelde madame al naar
het sieraad, dat ze om den hals droeg.
„Kom er maar gerust mee voor den dag.
Op u zal ik niet zoo licht boos worden
„Ik zou zoo graag uw naam weten, wat
die initiale „B" beduidt".
„Is dat al Ja, ik heb een ongewon-en
naam daar zoiidt u niet licht op gekomen
zijn".
„Bianca misschien Iets anders kan ik
niet voor u bedenken."
„Neen, Britomart".
„Britomart
„Ja naar de heldin uit de Canterbury
Tales. Herinnert u zich wel, het zwaard
van Britomart, dat nooit brak
„Ik heb het vergeten maar ik zal het
nog eens overlezen. Britomart. Wat
klinkt dat vreemd. Neen, daar zou ik zeker
nooit opgekomen zijn."
Tegelijkertijd dacht Winnie, hoe ze ma
joor Agincourt eens onderhouden zou over
zijn vreeselijke „Bessie" 't Leek er nog al
op Maar ze wachtte zich wel, er iets
van tegen madame te zeggen, want die
zou wel meenen, dat de majoor altijd bij
haar in gedachten was.
Waarschijnlijk naar aanleiding van de
plagerij van madame Miéville, was Winnie
wat grillig toen ze den Zondag daarop
Agincourt in. den Dierentuin ontmoette.
leder die eenigen tijd in Caïro is ge
weest gaat op Zondag naar den Tuin
Dat hoort er. nu eenmaal zoo bij. Vrijdag,
de sabbath van de Mohammedanen, is de
•eenige dag dat er volslagen rust heerscht
in het bonte, drukke, woelige Cairo.
De Smiths en Winnie hadden al ver
scheidene vrienden ontmoet eer majoor
Agincourt ten tooneele verscheen. Winnie
.;zag er bijzonder aardig uit, in een fijn-
geteekend mousseli entje, met een grooten
hoed op, die het weerbarstige haar heerlijk
in bedwang hield.
Ze liep tusschen Reggie Landor en kapi
tein, Potter, een jongen man, dien Agin
court nu niet al te best velen kon.
Madame Miéville was er nog niet, van
daar dat Reggie zich ook bij miss Falkner
en haar geleider had aangesloten maar,
niet zoodra werd genoemd jongmensch een
nieuwe attractie gewaar, in den vorm van
Eileen Edison, of hij liet Winnie en kapi
tein Potter verder alleen.
Tegen- dat Agincourt zich nu weer bij
dit tweetal aaasloot. was Winnie erg aan
en aankomst) bedroeg in 1925 3.329.726
passagiers, tegen 4.328.587 in 1919,
4.274.826 in 1920 en 4.399.598 (het hoogst
in 1921.
Van de 3.239.726 pasagiers die in 1924
werden vervoerd reisden niet minder dan
3.575.317 derde klasse, 590.248 tweede
klasse en slechts 74159 eerste klasse.
Opgelegde schepen te Rotterdam.
Gedurende de maand Februari waren in
de haven te Rotterdam opgelegd de stoom-
scheepen „Rijndijk". 12.525 ton „Noor-
dam", 12.531 ton „Warszawa", 3421 ton
„Friesland", 1544 ton „Zeeland", 1544
ton „Beemsterdijk', 6869 ton „Bosch-
dijk", 6872 ton „Westerdijk", 8261 ton
en her Engelsche stoomschip „St. Pi raise",
400 ton.
VLISSINGEN, 2 MAART.
Voor den watersnood.
De inzameling van kleedingstukken voor
de slachtoffers van den watersnood, gehou
den door verschillende damesafdeelingen
met behulp der Transportcolonne vau, het
Ned. Roode Kruis alhier, heeft tot resultaat
gehad, dat er is opgezonden kunnen wor
den, naar het Ned. R.-K. Huisvestingcomité
te 's-Hertogenbosch, 64 collies inhouderde
3545 stuks kleeding, schoenen enz.
Multatuliavond.
Donderdag 11 Maart geeft het instituut
voor Arbeidersontwikkeling in de groote
zaal van het Concertgebouw een Multatuli-
avond.
Alvorens iets over dezen avond te zeg
gen een opmerking vooraf. Het doet prettig
aan, dat het instituut ook zijn drukwerk
goed verzorgt.
Wie hef programma, tevens bewijs van
toegang, dat typografisch zeer goed ver
zorgd en met smaak uitgevoerd is, verge
lijkt met de dikwijls flodderige, onsmake
lijke programma's voor andere kunstavon
den, moet direct reeds overtuigd zijn dat
het het instituut ernst is de volksopvoeding
zoowel wetenschappelijk als kunstzinnig,
ter hand te nemen.
Aan den avond verleenen hunne mede
werking de heer J. Sternheim, declamator
uit Amsterdam en de kapel Höfelein
Bekker.
Het programma is met zeer veel zorg
gekozen.
De avond is als het ware in tweeën ge
splitst. Voor de pauze het dramatisch-tra-
gisch-revolutionaire van Multatuli met
daarbij behoorende muziek, muziek die be
doeld is de stemming voor te bereiden en te
houden in den toon van de voordracht en
na de pauze de declamatie vol sarcastische
en ironische humor. Geen humoristische
voordracht die vol trucjes den lachlust van
de aanwezigen op wil wekken, maar ge
zonde, diepe humor, waaraan onze Neder-
doelt op de minder goede gevoelens van
den mensch te werken. Een humor evenwel
die ook de aanwezigen doet lachen, dat
zooals we het eens hoorden, de nieren er
pijn van doen. Ook bij dit gedeelte van
humor is een passende muziek.
Waarbij dezen avond te vergelijken Bij
den Heijermansavond van het vorig jaar.
Vergelijkingen zijn nu eenmaal niet goed
mogelijk. Een vergelijking tusschen Multa
tuli en Heijermans, schrijvers uit twee zoo
verschillende stadia is niet mogelijk. Alleen
kan men zeggen, dat deze Multatuli-avond
zeker op niet minder hoog peil zal staan
dan het vorig jaar de Heijermans-av-ond.
De toegangsprijs is voor leden en dona
teurs laag gesteld. Voor niet-leden is de
prijs eenigszins hooger, niet zoo hoog
evenwel dat deze avond niet voor ieder
bereikbaar zou zijn.
Nog een goede maatregel van het insti
tuut. Een tjokvolle zaal hoe aandachtig het
publiek ook moge zijn is stee'ds hinderlijk.
Het publiek zit te dicht op elkaar en kan
zich niet bewegen.
Het instituut meende, hoewel het daar
financieele schade door lijdt, slechts een
beperkt aantal genummerde kaarten uit te
het flirten met Potter, moet tot haar
schande gezegd worden.
Na een enkele begroeting van den ma
joor zette ze haar gesprek met Potter voort
en Agincourt bleef zwijgende, naast haar
gaan.
„Suffe diertjes toch, die boschbokken
zei Potter op het hok wijzend, dat zij zoo
juist voorbij gingen. „Er kan niet veel
aardigheid zijn in een jacht op hen 1"
„Hebt u het wel eens geprobeerd
vroeg Agincourt droog.
„Neen dat nu niet".
„Dan zoudt u er wel anders over pra
ten dét verzeker ik u
„Met Engelsche fazanten ben ik tevre
den. O, op h-et goed van mijn vader in
Norfolk, miss Falkner, vielen ze aan alle
kanten om mij heen wilt u wel gelooven
Winnie lachte helder-op. Zelfs de strenge
bhk van Agincourt, die zulke grootspraak
niet dulden kon, was niet in staat, haar
haar jeugdige vroolijkheid te benemen.
Een oogen blik later vroeg zij
„Morgen gaan we de pyramiden bij
maanlicht bezoeken. Heeft u ook een uit
noodiging gehad, majoor Agincourt
„Nog niet, miss Falkner."
„Hoe vreeselijk nalatig van Aimée I" zei
Winnie. „Ik weet dat ze toch op u rekende.
Gaat u ook, kapitein Potter
„Nu ik zou niet graag ontbreken op
het appèl
Agincourt nam den hoed af voor een
dame, tüe voorbij ging en knoopte verder
een gesprek met haar aan.
Winnie's gezichtje betrok wel eenigszins,
at deed ze ook haar best geen blijk te ge
ven van haar teleurstelling.
Ze zag hem niet wéér, voor bij het ver
laten van den tuin, toen hij, bij het hek,
met Aimée Smith sprak.
(Wordt vervolgd.)