Miss Blanche PHILIPS VRIJDAG IS JANUARI Eerste Blad —No. 12 64e Jaargang 1926 BINNENLAND FOQDBEZITTERS. PHILIPS TRI PLO-LAMPEN. BEZOEKT STAND NgfoP DE RAI WAAR VV ONZE LAMPEN DEMONSTREEföEN. Land= en Tuinbouw VL1SSINGSCHE COURANT Dit nummer bestaat uit 2 bladen ABONNEMENTS PRIJS Voor Vlissingen en gemeenten op Wal cheren ƒ2.20 per drie maanden, Franco door het geheele rijk 2-50. Week-abon- nementen 717 cent, alles bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent. ADVERTENTIE-PRIJS Van j4 regels 1.10 voor iedere regel meer 26 centbij abonnement spe ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel Kleine Advertenties betreffende Huur en Verhuur, Koop en Verkoop, Dienstaanbie dingen en Dienstaanvragen, enz., prijs, bij vooruitbetaling van 1—5 regels ƒ0.75, elke regel meer 15 cent Familieberichten van 16 regels ƒ1.70, Iedere regel meer 26 cent. De kabinetscrisis. Naar de „Res.bode" verneemt, is, na de gehouden besprekingen de kans van sla gen van het compromisvoorstel van dr. De Visser, dat door het demissionaire kabinet aan de Katholieke fractie was toegezon den, om de opinie daarover te vernemen, zeer gering geworden. Met een nog zeer langen duur van de crisis moet ernstig re kening worden gehouden. Geruchten gi-ngen, dat dr. De Visser thans zoo spoedig mogelijk zijn opdracht aan H. M. de Koningin zal teruggeven. De „Tijd" schrijftBrengt men de aan wijzingen, van verschillende zijden ver strekt, met elkaar in verband, dan moet men wel tot de conclusie komen, dat in de eerste dagen de crisis nog niet zal worden opgelost. Uit anti-revolutionairen kring verneemt men, dat aldaar het compromis-voorstel De Visser uiterst koel is ontvangen. De chris- telijk-historischen zouden er maar matig mee zijn ingenomen, en zelfs met het plan rondloopen van hun misnoegen ter gelege ner tijd openlijk te doen blijken. Dat onder die omstandigheden bij de katholieken niet veel geestdrift bestaat, laat zich gemakke lijk begrijpen. Het moet dan ook niet uitge sloten worden geacht, dat weldra dr. De Visser zijn pogingen zal opgeven. De opdracht zou dan vermoedelijk aan een ander worden gegeven. Verschillende j'amen worden genoemd, o.a.mr. Van Leeuwen, vice-piesident van den Raad van State. Zou ook dat niet lukken, dan pas zou, haar de meening van sommigen, het mo ment gekomen zijn voor de Koningin om het ontslag te weigeren, en zou het kabi netColijn terugkeeren, gelijk het kabinet- Ruys na de Vlootwetcrisis. Alleen de ver onderstelling, dat dit laatste zou kunnen gebeuren, wijst er reeds op, in welke groo- te moeilijkheden het gemengde votum van 11 November regeerin gen parlement heeft gebracht. Het zilveren huwelijksfeest van Koningin en Prins. Door de officieren der Kon. marine zai, bij gelegenheid van het zilveren huwelijks feest aan de Koningin en den Prins, het zilveren bruidspaar, een schilderij worden aangeboden betreffende een op de marine betrekking hebbend onderwerp. De instelling van e^n directorium. In verband met het bericht in ons vorig nummer, dat spoedig zal worden overge gaan tot het instellen van een directorium voor het P. T. en T.-bedrijf, verneemt de parlementaire redacteur van „de Maasbo de", dat al mocht in beginsel het plan daartoe bestaan, de instelling ervan niet zal geschieden zoolang het kabinet demission- nair is. Koloniehuizein. De koloniehuizen van het Centraal Ge nootschap, „Huis Heelsum" te Heelsum en „Zwartendijk" te Egmond aan Zee, wor den geopend respectievelijk 21 Januari en 5 Februari. Comité's voor uitzending en ouders van zwakke kinderen kunnen zich voor inlich tingen wenden tot A. C. Bos te Egmond aan Zee. In het voor een half jaar geopende, prachtig ingerichte Herstellingsoord te Nunspeet zijn op het oogenblik bedden vrij. BEETHOVENAVOND. Voor de afdeeling Vlissingen van het Instituut voor Arbeidersontwikkeling werd gisterenavond in de geheel bezette kleine zaal van het Concertgebouw door den heer Jan Kuiler te Middelburg een lezing gehou den over Beethoven. 't Was zeker een groote teleurstelling, dat mevr. KuilerNonhebei door ziekte verhinderd was dezen avond met haar zang te ïllustreeren. In de plaats daarvan wer den nu door den heer Westenburg te Mid delburg een tweetal Adagio's van Beetho ven als viool-solo's ten beste gegeven, waarbij de heer Kuiler hem op den vleugel begeleidde. Beiden brachten deze .nummers op ge voelvolle wijze ten gehoore. De violist gaf keurig spelvooral de eenvoud, waarmee hij voordroeg, maakte het tot een genot. En op den vleugel bleek duidelijk het talent vaa den heer Kuiler. De verheffende in- Bedank pertinent voor alle andere aanbiedingen en blijf erbij te zeg gen Geef MIJ maar JJaakt eens kennis met Mtss Blanche „Royal". (Ingez. Mededeeling.) vloed, die van Beethoven's muziek uit gaat, wist hij tot uiting te brengen. In het tweede ensemble werd vooral een indruk gegeven van de verwonderlijke gaven, waarover deze reus op muzikaal gebied te beschikken had. Beethoven's toonscheppingen grijpen zoo diep aan, omdat hij daarin een tref fende uitdrukking geeft van zijn innerlijk, hartstochtelijk bewogen leven. Wat hij dacht, wat hij voelde en leed, wat zijn hart van vreugde deed trillen, wist deze laatste uitstekende vertegenwoordiger van het classieke tijdperk der Duitsche muziek op zulle een volkomen wijze in zijn werken te openbaren, dat ze niet slechts onze liefde en bewondering gaande maken, maar dat we daarin ons eigen hart voelen klop pen, een deel van ons eigen, innerlijk leven tintelen. De heer Kuiler noemde Beethoven dan ook den meest vereerden en meest popu- lairen componist, die ooit geleefd heeft of ooit leven zal. Om echter dezen groote, en lederen anderen componist naar waarde te kunnen schatten, is het noodig, dat men allereerst goed versta, wat muziek eigenlijk is, en voorts, dat men een blik heeft ge slagen in het leven en werken van hem, die men wil beoordeelen. Maar al te spoedig heeft men z'n oor deel, en dikwijls een hard oordeel gereed, terwijl menigmaal na korten of langen tijd dat oordeel totaal verandert. Intusschen is een groot onrecht begaan. Immers, de pu blieke opinie is het, die den componist tot grootheid brengt, waarbij ook weer dikwijls een ziekelijke overdrijving valt waar te nemen. Daarom betreurt spreker het ten zeerste, dat hier in Zeeland niet meer lezingen en concerten worden gegeven, die tot meer dere ontwikkeling op dit gebied zouden kunnen bijdragen. Voor de verheffing van een volk is dit onontbeerlijk. Is het niet een feit, dat juist de grootste kunstenaars als Bach, Beethoven, Handel, Schubert, Vondel en Rembrandt uit de meest gewone kringen zijn voortgekomen Het uitblinken boven anderen stempelde hen tot groote kunste naars. Doch daarom ook dient men te weten, hoe en waarom zij zich boven an deren konden verheffen. Op muzikaal gebied is hiervoor noodig, dat men een juist antwoord weet te geven, op de vraag, wat goede muziek is. Te veel worden alle soorten muzfek over één kam geschoren, en persoonlijke smaak speelt hier een groote rol. Helaas, de tegen woordige smaak wordt gruwelijk bedorven door de zoogen. amusementsmuziek, die dikwijls als onmuzikale bombast is te be schouwen. Op een feestje moge zulk een „strijkje" op zijn plaats zijn, toch staat de dansmuziek der oude volken en ook uit on zen eigen vroegeren tijd oneindig veel hoo- ger. En waar die ontaarding overgaat in den door Jazz-band-muziek geschapen hek senketel met motor en hysterisch gillende fluiten, daar houdt alle beschaving op, daar wordt alle goede kunst gedood en 't min derwaardige in den mensch opgewekt. Vanzelf wordt .nu gevoeld, wat goede muziek is het is die, waarvan een be schavende invloed uitgaat, en die van meet af aan in betere omgeving brengt. Het is niet noodig, dat goede muziek ook juist ingewikkeld is. Dan denken we aan de vele eenvoudige en toch goede volksliederen van vroegeren en tegenwoor- digen tijd, die maar al te weinig worden gezongen. Wel blijkt doorgaans opleving van 't geheele volk in een tijdperk van bloei en welvaart onze 17e eeuw is er het bewijs van gepaard te gaan met bloei op kunst gebied. Daarom vooral moet de kunst in dienst worden gesteld van het volk. Dat was ook het streven van Ludwig von Beethoven, die welhaast het hoogste gege ven heeft, wat een mensch kan presteeren. Hij werd 16 December 1770 te Bonn ge boren, uit een geslacht van Nederlandsch Vlaamsche afkomst. Zijn jeugd was diep tragisch. Hij was het tweede kind van Jo- hann von Beethoven (het eerste stierf reeds 6 dagen na de geboorte) en Maria Lain. Zijn vader, die erfelijk belast was van moeders zijde, raakte aan den drank verslaafd en werd een formeele dronkaard. De talenten, die Ludwig reeds als jong kind vertoonde, werden door zijn hardvoch- tigen vader op ruwe, onartistieke wijs geleid en de muzieklessen, die hem aan vankelijk door zijn vader zelf werden ge geven (deze was niet geheel zonder talen ten), ontaardden meestal in afrossingen. Op z'n achtste jaar kreeg hij les van Van den Eeden, die niet bepaald een musicus kan worden genoemd daarna van Tobias Pfeiffer, die wel meer geniaal was, doch ook van zwieren hield, en bij zijn lessen den knuppel hanteerde. Toen Ludwig ech ter onder leiding kwam van den hooger staanden Christiaan Neefe, maakte hij zulke vorderingen, dat hij dezen reeds als hoforganist van Keurvorst Max. Frans II te Bonn verving. Zelfs verscheen reeds in 1782 zijn eerste gedrukte compositie, uit dankbaarheid door hem opgedragen aan den Keurvorst van Keulen. Thuis kon hij het echter niet uithouden, en hij kwam er niet meer dan noodig was. Z'n vader ontliep hij, en altijd js hem het in dien tijd aangewende schuwen bijge bleven. 'n Tweede tehuis vond hij evenwel bij de familie Von Bruining. Hier leerde hij ken nen de werken van Bach en Handel en al lerlei litteratuur, waarvan hij een groot liefhebber was. Uit dezen tijd dateeren ook zijn 3 Ouvertures „Leonore", door hem op gedragen aan Leonore v. Buining, aan wie hij blijkbaar meer dan gewone toegenegen heid bewees. In dezen beschaafden kring veranderde Ludwig geheel. Reeds op 15-jarigen leeftijd werd hij in Neefe's plaats hoforganist, terwijl hij twee jaar later door den keurvorst naar Weenen werd gezonden, om daar 't onderricht van Mozart te genieten. Deze voorspelde reeds van de groote talenten, die in Beethoven schuilden. Zij.n verblijf te Weenen was echter van korten duur zijn moeder was ernstig ziek geworden,- en stierf. Dit was voor Ludwig een groot verlies, dat hij niet spoedig te boven kwam zij was altijd z'n troost geweest In 1792 ging hij opnieuw naar Weenen, waar hij zijn studie voortzette onder lei ding van Jos. Haydn (Mozart was intus schen gestorven). Nu waren z'n werken meer af en hadden dieper inhoud. Als Opus I verschenen van hem 3 trio's voor 3 violen, uit dankbaar heid opgedragen aan Haydn. Toch schijnt de laatste de grootheid van zijn leerling niet te hebben ingezien, en de waarde van zijn composities niet te hebben begrepen. Althans, de ontmoeting van een oud vriend had tot gevolg, dat hij z'n les sen bij dezen laatste, Schenk geheeten, ging vervolgen. Al spoedig maakte Beethoven nu naam. De hooge adel interesseerde zich voor hem, en terwijl hij met hen- omging als met zijn gelijken, behandelde men ook hem niet als een van lageren rang. Ergerden de ho velingen zich aan zijn optreden, Hertog Ru- dolf van Oostenrijk liet hem volkomen vrij in het al of niet nakomen der hoofsche manieren. Men overlaadde hem met bewij zen van waardeering en vriendschap. Een droeve gewaarwording was het voor Beethoven, toen in 1802 zijn gehoor sporen van verval begon te vertoonen. Reeds in 1803, juist in den tijd, toen zijn grootste kracht begon te ontplooien, was hij vol slagen 'doof en werd door zijn moeilijk hu- meuï omgang met hem haast ondoenlijk. Hoezeer hij z'n kwaal ook trachtte te ver bergen, de tijd kwam, dat hij z'n lessen moest opgeven, 'n Jaarlijksche toelage van 4000 Oosten rij ksche guldens, die hij ver kreeg door tusschenkomst van Graaf Ester- hazy en.andere kunstvrienden, voorkwam dat hij Weenen verliet, om elders een be noeming als Hofkapelmeester te aanvaar den. Zélf genieten was voor hem echter uit gesloten toen zijn bekende 9e Symphonie iti 1824 te Weenen voor 't eerst werd op gevoerd, brak er een storm van applaus los, maar Beethovenhoorde niets En toch zijn schoonste werken heeft hij vervaardigd, nadat hij doof was gewor den. De negen Symphonieën dagteekenen uit het eerste vierde gedeelte der eeuw. Vooral de laatste ervan legt een getuigenis af van zijn enorm kunnen en is onovertrof fen in vorm en schoonheid. Machtig is de uitwerking ervan, en niettegenstaande dat, is ze zoo eenvoudig van vorm en gedachte. Ook zijn Sonaten voor klavier zijn diep van inhoud en onder z'n kwartetten komen bijzonder mooie voor. Beethoven was volbloed republikein, maar vond discipline en orde noodzakelijk. Verbroedering der menschheid door zijn kunst, was het ideattl, dat hij heel z'n leven heeft nagestreefd. Een koor als „Ode an die Freude" uit z'n 9e Symphonie toont dat duidelijk aan. Als vurig Napoleon-ver eerder componeerde hij de Symphonie „Bonaparte". Toen Napoleon echter zich zelf keizer had gemaakt, schold hij hem voor onmensch en egoïst, en trachtte de compositie te vernietigen. Dit werd echter belet, en bedoelde Sym phonie is in haar tegenwoordigen vorm nog bekend als de 3e, met den toenaam Heroïca. Ook nimmer heeft Beethoven z'n kunst gebruikt uit materialistisch oogpunt. En vooral zijn muziek wilde hij een taal doen zijn, die sprak tot anderen. Zijn wankele gezondheid en de moeilijk heden waarin zijn beide broers Johann en Karl, die een slecht leven leidden, hem brachten, maakten zijn leven tot een kwel ling. Nadat hij eenige weken op Johann's landgoed natfij Weenen had doorgebracht, begeerde hij naar zijn woonplaats terug te gaan. Johann wilde hem slechts een open koets ter beschikking stellen, waardoor het einde van zijn reeds zieken broeder door longontsteking nog verhaast werd. Den 26 Maart 1827 overleed hij op 57-jarigen leeftijd. CHRISTENDOM EN VOLKENBOND. Gisterenavond trad in de Nieuwe Mid- delkerk alhier voor het Christ. Comité voor Winterlezingen met bovenstaand onder werp als spreker op de heer mr. H. Bijle - veld, lid der Tweede Kamer. Voor deze vergadering was, zeker tengevolge van het zeer ongunstige weer, maar weinig belang stelling. Na opening op de gebruikelijke wijze wees de heer Bijle veld allereerst op de ban ge sprake die tol ons volk uitgaat, nu het God beliefd heeft het water te doen opko men over gansche streken van ons vader land, waartegen het menschelijk vernuft zoo weinig vermocht. Er zijn nu vele twist vragen over de oorzaak van deze ramp, maar dit is zeker, als het water m zijn begrensd gebied is teruggekeerd, zal al liet mogelijke gedaan worden om te trachten in de toekomst zulke rampen te verhoeden. Nog een andere sprake gaat uit tot ons volk en tot de geheele wereld Wij hebben allen den grooten wereldoorlog medege maakt, die de gedaante der maatschappij heeft veranderd. De oorlog heeft ons de overtuiging geschonken, dat de hand aan den ploeg moet geslagen om dammen en dijken op te werpen om zoo mogelijk in bet vervolg de ellende en jammer van den oorlog te keeren. In een dezer dijken zien velen thans den Volkenbond, die nu een feit is geworden. Ook de Christen wordt geplaatst voor de groote vraagstukken in het nationale en internationale leven en nu is het opmerke- VOLKSGEZONDHEIDS. EN VEILIGHEIDSHOEKJE Eiken dag worden gevallen van GAS- VERST1KKING gemeld. Weest op uw hoede Let op het goed gesloten zijn van uw kraantjes en pas er op, dat de gasslang niet van de gaspijp glijden kan. ENKELE GULDENS en ÊNKIELE M INUTEN kosten u de aanschaffing en montage v«.n Deze laatste vinding op het gebied der autoverl fchtfng geeft u: |e prachtig ver—schynend licht op den weg, 2e NIET VERBLINDEND-en lock vol licht hVhet_ passeeren en voor het r^den m de slad. 3eeenzuih(<5 brandend stads licht by' net stflstaan. gOOO. ARBEIDERS. EINDHOVEN. (Ingez. Mededeeling.) lijk, dat in zoo menig Christenhart een te genzin en schroom ontwaakt als er gespro ken wordt over den Volkenbond en de po gingen om de oorlogen te keeren. Spreker acht deze houding alleszins ver klaarbaar, doch hij is ervan overtuigd dat dit toch anders moet worden. Spreker zette uitvoerig uiteen, dat de Volkenbondsgedachte geen idee is van den modernen tijd zij is al eeuwen en eeuwen oud. In het oude Grieksche en Romeinsche rijk vindt men er reeds de sporen van. In de Middeleeuwen vooral werd veel ge sproken en geschreven over het nut en de noodzakelijkheid van een vereeniging der Christenvolken in een Statenbond, waarbij in hoofdzaak de bedoeling voorzat het Heilige Land aan de Turken te ontrukken. A' die plannen leidden echter niet tot een practisch resultaat. Ook in de 17e en 18e eeuw trachtte men telkens de Staten tot een bond te vereeni gen, om zoodoende den oorlog te voorko men. Vooral door den grooten wereldoorlog van 1914—1918 is de gedachte aan een Volkenbond weer meer op den voorgrond getreden en president Wilson gaf hieraan een meer concreten vorm. In zijn beroemde 14 punten en bij de vredesonderhandelingen drong deze er met klem op aan, dat het principe van een Sta tenbond in het vredestractaat zou worden opgenomen, waarvoor Amerika den oorjog was ingegaan. Het bleek echter, dat de Europeesche machthebbers voor deze grootsche gedach te nog niet rijp waren, en alleen aan de onverzettelijkheid van Wilson is het te danken dat ten slotte in het vredesverdrag het beginsel van den Volkenbond werd vastgelegd. En juist hieruit verklaart spreker den tegenzin bij een groote groep van Neder landers tegen de Volkenbonds-idee, omdat die vastgekoppeld was aan het zooveel be- critiseerde verdrag van Versailles,waardoor de oorlog slechts in naam werd beëindigd. Uit het verdrag van Versailles klonk ons tegen een zelfoverschatting en eigenwaan der overwinnende landen, welke velen te gen de borst stuitte. En toch, bij aandachtige lezing van het Volkenbondspact klinken ons enkele groote hoofdgedachten tegen, welke ieder en voor namelijk den Christen sympathiek daarte genover moet doen staan'. Deze hoofdbeginselen van den Volken bond werden vervolgens door den heer Bijleveld breedvoerig uiteengezet. De gedachte, dat een Staat zich aan niets en niemand heeft te storen en geheel vrij is te doen naar zijn believen ook tegenover andere Staten, en niet gebonden is aan hooger recht, is in strijd met den wil van God en zuiver heidensch. Hoewel misschien niet bij allen bewust, hebben de vertegenwoordigende Staten in den Volkenbond allen medegewerkt om dit Christelijk beginsel in het pact vast te leggen en daarvoor mogen wij God dank baar zijn. De Volkenbond neemt als uit gangspunt dat er bestaat een hooger recht waaraan -ook de Staten gebonden en on derworpen zijn. Niets wordt op opgeofferd van de nationaliteit en zelfstandigheid der Staten, doch stelling genomen tegen machtswaanzin, en daarom is het plicht van elk Christen den Volkenbond in zijn streven te steunen. Als vanzelf voortvloeiende uit dit groote beginsel volgt een tweede, nl. het aan banden leggen van het onbeperkte recht van oorlogsverklaring. Geheel af te keuren is de meening, vooral door Hegel gepropageerd, dat een Staat onbeperkte macht bezit en dus ook het recht heeft ten allen tijde den oorlog te verklaren. Hiertegen neemt de Volkenbond stelling en vastgelegd is een grondslag om den oorlog tusschen de Staten onderling zooveel mo gelijk te verhinderen, den aanvalsoorlog af te weren en de beperking der bewapening te bevorderen. Al belijdt de Christen volgens Gods Woord dat oorlogen nooit geheel zullen verdwijnen, zoo moet toch ieder die werke lijk ernst maakt met zijn beginsel, het werk van den Volkenbond met alle kracht en hem ten dienste staande middelen steunen. Al erkennen wij dat de Volkenbond zijn gebreken heeft, doch zien wij onder Gods bestel duidelijk, dat er veel goeds uit kan geboren worden. Spreker eindigde zijn met aandacht aan gehoorde rede met als zijn overtuiging uit te spreken dat de Volkenbond een werk van gerechtigheid wrocht en dat de Vol kenbond is een gave Gods, waaraan wij als Christenen ons niet mogen onttrekken. Nadat gezongen was Psalm 43 3 ein digde de heer Bijleveld met dankzegging. Abnormaal laag vetgehalte der melk. De rijkszuivelconsulent te Middelburg, de heer Zwagerman, deed gepasseerden herfst bij een aantal koeien een ervaring op, welke vermelding verdient. In enkele weken constateerde hij nl. een zeer belang rijke vermindering van het vetgehalte der melk. Bij 7 koeien was dit op 7 Septem ber: 3,45—4,15—2,65—2,95—3,60—2.75 en 2.90 Op 19 October waren deze cijfers 1,60—3.80—3—1,75—1,75—1.30 en 1,90 Abnormaal lage cijfers dus, welke het ver moeden wettigden, dat er iets bijzonders in 't spel was. Men dacht aan de voedering met suikerbietenkoppen, waarmee ongeveer 23 September was begonnen enkele die ren hadden zich overvreten. Dit kwam echter spoedig weer in orde. Ook het bij voeder Gekookte buitenlandsche boonen, zgn. Rangoonboonen, kon de oorzaak zijn. Hierbij traden verschijnselen van diarrhee op. Na een week verving men dit bijvoer door lijnschilfers plus havermeel, en toen men eenige dagen later de melk weer on derzocht, bleek bij de meeste koeien het vetgehalte, alsook de hoeveelheid der melk, weer wat naar boven te zijn gegaan. Hoewel niet met zekerheid durvende spre ken, acht de heer Zwagerman het niet on waarschijnlijk, dat de oorzaak van het verschijnsel gelegen was in de buitenland sche boonen. 't Is bekend, dat binnenland- sche witte en bruine boonen, gekookt ge voederd, gunstig werken op'de melkaf scheiding. Verschillende buitenlandsche soorten echter, vooral die uit warme stre ken, kunnen een min of meer giftigen in vloed oefenen ze bevatten soms een stof, welke in de ingewanden kan worden om gezet in het zeer giftige blauwzuur. Men zij derhalve met zulke boonen voorzichtig. Wie ze gebruikt, kan het gevaar waar schijnlijk iets verminderen door de boo nen in veel water te koken, ze eenigen tijd te laten staan, en dan al het kookwater weg te gieten. Laat de melk uwer koeien controleeren Melkgift en vetgehalte is een erfelijke eigenschap, dat wil zeggen onze koeien hebben dit van vaders- en van moeders zijde meegekregen. Die erfelijke eigen schap is nooit hooger dan het gemiddelde der ouders. Heeft de moederkoe van een kalf bijv. 3 vet en de moederkoe van den stier ook 3 vet, dan kan het kalf later daar nooit boven gaan. En het zal dit cijfer eerst kunnen halen bij goede

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1926 | | pagina 1