BOY Vlissingsciie Courant AdveMii Tweede Blad PLOUVIER heeft de warme PANTOFFELS (urgsche Maatschappij Stoomvaart MHDERDAB IS NOVEMBER I9ZS. Hl. 213 "Vervolg Binnenland WUS", ARNHEj FEUILLETON JALOERSCHE LIEFDE. EDERIK olf Klein Servaes Nissen 2b Kuhn nen de ketters oo gaarne Don r genieten van winnen 2 uur Teornltbataliig, Mi IS. c'Sp regal ciear IS am] IEert WERKVROUW K» Kleine Markt 13. lagd voor direct I DAGMEISJE lan te melden Vrijdag- of |oad. Badhuisstraat 135. lagd een nette 1 LOOPJONGEN leden de 16 jaar. bij Firi l'AA EN ZONEN. lette WERKSTER voor den Vrijdag. P. STEKETEE, PaliiJ L raagt gemeubileerde EN SLAAPKAMER ledig pension. Brieven irf laf' letters B. A.. Burej T'ourant". |uw VERMAAS. Badhuis agt een net |tWEEDE MEISJE. ^en - Middelb.-Rotterdi Bschengelegen plaatsei| Ier van" passage JEDEREN EN VEE. VAN DE VAN De Svabinetscrisis. De „Nederlander" zet nog eens de hou ding 'der christelijk-historischen uiteeti, welke deze fractie heeft aangenomen toen jn de Tweede Kamer de inötiüKersten aan de orde werd gesteld. Aan deze beschouwing ontleenen wij het volgende Geheel Nederland 'kent de feiten. Nadat de christelijk-historischen gedurende vijf jaren zich tegen herstel en handhaving van dit gezantschap hadden verzet, deelden zij in juli 1925 den heer Colijn onomwonden mede, dat hun houding ten opzichte van het gezantschap dezelfde zou blijven. Hun geweten tiet hen niet toe, aan dezen post Juni stem te geven. De 'heer Colijn heeft deze mededeeling niet voor zich zelf ge houden de roomsch-katholieken waren met de gezindheid dei christelijk-historis scher. bekend. Niettegenstaande deze be kendheid traden vier roomsch-kathoheke ministers' tot het kabinet toe. Verwondering behoefde dit niet f wek ken, aangezien in de vijf jaren, dat deze post, onder het kabinet-Ruys, was verde digd, nimmer de portefeuille-kwestie was gesteld. -Hoe op den dag der stemming, I ,door de christelijk-historischen zou worden gehandeld, was dus reeds in Juli aan alle jooinsch-katholieken bekend. Dat de vier roomschc ministers, bij verwerping van den post voor het gezantschap, weder zouden terugtreden, werd eerst enkele dagen vóór de, stemming aan den heer Colijn medege deeld. Ook de christelijk-historischen ver kamen toen deze mededeeling. Op 11 November, des nachts half één, komt de post in behandeling. Onmiddellijk na de toeiichting van het amendement Kersten tot schrapping, vraagt de heer Molens het woord en zegt, in weinige vol- l zinnen, dathij 'het gezantschap bij den D Heiligen Stoel van algemeen belang acht, lidat opheffing van het gezantschap voor de katholieken uiterst grievend zou zijn, en dat jX[ (bij aanneming van het amendement) jóuden moeten overwegen of zij hun stem wel aan de begrooting zouden kunnen geven dat zij ook de vraag te beant woorden zouden hebben, of zij steun zou den kunnen verleenen aan welk kabinet dan ook, voortgekomen uit groepen, aan welker medewerking de opheffing van de ceit gezantschapsoost zou zijn te wijten. Wat de heer Nolens met dit ultimatum bedoelde is tot heden een raadsel. Het is moeilijk in elkanders hart te lezen. Maar onmiddellijk moest tot het hart van ieder, die iets van onzen staatkundigen toestand verstaat, de ernst van den geschapen toe stand doordringen. Na; zulk een uitdagend woord kon niemand er wachten dat ter (inkerzijde, waar men voor den post uiter aard weinig gevoelt, de courtoisie van vorige jaren zou worden vernieuwd. Toen vroeg de heer Snocck Henkemans \\t\ v/oord. Hij herinnerde er aan hoe in 1915 de christelijk-historischen over alle bezwaren waren heengestapt, omdat het toen feitelijk gold een poging tot beëindi ging van den gruwelijke» wereldoorlog hoe echter reeds 'in 1920 de heer De Sa- vornm Lohman zijn amendement tot schrapping van den post met klemmende argumenten had verdedigd. Hij wees er voorts oj). dat de Christelijk-historischen, niettegenstaande het grievende, voor hen ir» 'bevestiging van het gezantschap gele gen, nimmer" aan begrooting of kabinet hun steun onthielden dal zij nog steeds tie bestaande samenwerking op politiek 'gebied de beste achtendat dit hen ech ter niet mocht weerhouden te gehoorza len aan de stem van het geweten en, ten slotte, als uit dit verschil schade voor ons land mocht voortvloeien, dat de ver antwoordelijkheid daarvoor zou rusten op ben, die, kennende deze 'bezwaren, niette min hun meening wilden doorzetten. t, nu. t. n. in. T. M] T.1.1 November 20 fg 23 24 Idag26 8 pformatiën te bekomen: nam N.V. Transport- en V v. h. Erven G. VOS, hg purgB. EENHOORN, Til] rfV. v. OOSTEKHODT, T«U ItGebrs. BPITEPBEK.WJ beginners (voll. opl. lor vergevorderden Handelscorrespo' 9 e!sco reesponden» le!scorrsspond®n| lessen). Sfaès-PraktiMI lei en Admlnis»1"*! Jrs praet. dip!. B'1#l slaagden tot hedenJ®8! J)ma. Wie werkehj" j Ipleiding wenschtjn J Ireepe den betref™®! Tenlie a!s drukwer" 1 Iniee verplichting)Prol |den 1921/24 sturen- Adres Naar het Engelsch van MAVIS TRENT. |;10) Zoo had ze nu een gele veer gestoken op I naar zwart-fluweelen hoed. Allen lette in I .den regel weinig op haar kleeding, maar T.die veer scheen mu toch zijn aandacht te kekken. ..Rosie", zei hij toen ze naar huis gingen, «.die rijke dames 'besteden zeker.heel wat I aan haar toiletten... Ze hebben natuurlijk jee! meer dan ze kunnen gebruiken... ik 1 PWp niet dat je nichtje je niet..." ..«aar afleggers geeft", vulde Rosetto aan. „Neen, dank je Allen, daarvoor ben ik trotseh." wou je niet beleedigen, Rosie", zei A»en met een zucht. "osetta begreep dat het hem hinderde Jat Nel haar nichtje aan haar lot over liet hielp hem niet uit dien waan. rfe denkt alleen maar aan zichzelf", N-mam hij. „Dat blijkt immers uit de brie ven die je me voorleest." hP -i ,iadden na de woning van Rosetta I dfe Hii wenschte haar vriendelijk goe- J? jaacht, en Rosetta klom met loome ah de hooge trappen op. Allen had nog altijd Nel lief. Zij Ro- dl2? was 'iem n'ets ze deed a^een maar m a,s e.en scliakel tusschen hem en Nel. was+fa' wd en za' 'ie,n hebben", s'ot van ^aar overpeinzingen. „Nel zeJrt zooveel en ik 'heb niets Nel, die ik neb verbannen uit ons leven V\nvolgenden dag ontv*"g ze Óen brief en W* waarin deze haar vroeg naaf Allen waS meisje was met wie hij tegen- ift steeds werd gezien, briof fi^mlachte sluw. Ze gooide den yan Nel in het vuur. Allen had Nel niet vergeten „en Nel hem evenmin, en OE VERBINDING VAN HOLLAND MET ZEELAND. Het Propaganda-comité voor Wegen- verbetering „P. C. W." schrijft In aansluiting aan een vorige mededee ling van het „F. C. W.", waarin de aan dacht gevestigd werd op de verkeersbelem- meringen aan onze rivier-overgangen en op den remmeiiden invloed daarvan op het vreemdelingenverkeer, kan het zijn nut hebben, door een paar voorbeelden uit de practijk aan te toonen, hoeveel er aan sommige van de belangrijkste verbindings wegen nog ontbreekt. Als voorbeeld nemen we den grooten verkeersweg van Den Haag naar Zeeland. Wie op een willekeuriger, dag dezen weg per auto rijdt, heeft alle gelegenheid te constateeren, dat deze hoofd route absoluut niet voldoet aan de eischen van het -mo derne verkeer, zooals zich dat de laatste jaren ontwikkeld heeft. Om te beginnen moet hij tusschen Rot terdam en Den Haag twee tollen passee- ren, bij de Hoornbrug en bij Overschie deze laatste een in- en uitgaande tol, met tweemaal oponthoud dus voor het snelver keer. Van de opbrengst (de eene tol beurt jaarlijks i00.000 van de wegverbruikers en de andere circa ƒ60.000) komt slechts een luttel beetje aan der weg ten goede. De weg tusschen Den Haag en Delft, met eer. tram.op verhoogde baan aan deneenen en een water aan den anderen kant, is door zijn smalheid bepaald levensgevaar lijk. Ook tusschen Rotterdam en Dordt is de hoofdverbindingsweg' naar 'het zuiden veel te smal. Wie hier toevallig achter een van de talrijke breede autobussen of vrachtwagens komt te rijden en dat ge beurt cp dezen druk bereden weg altijd moet daar achter blijven aansukkelen, want inhalen er, voorbijrijden is op dit wegge deelte uitgesloten, en moet het aanzien hoe de zwaren wielen van zoo'n autobus, bij het uitwijken voor tegenkomende rijtuigen, den wegberm en het pas aangelegde, maar onvoldoend gefungeerde rijwielpaadje doorploegen en vernielen. Tusschen#!*urdt er. Willemsdorp heeft de weg al evenmin voldoende breedte voor het tegenwoordige verkeer en hetzelfde geldt voor den weg aan de overzijde van het Hollandsch Diep. Al dadelijk na het verlaten van het veer leidt de hoofdroute naar Zeeland langs een smallen grintweg met een haaksche bocht en noodelooze slingeringen. Afsnij ding van die bochten bij de Eendracht zou aan de veiligheid van het verkeer ten goede komen. Voorbij Zevenbergen is de weg ook al lerminst geschikt voor een doorgaand ver keer. Het telkens vaart minderen, inhouden en weer aanzetten gevolg van de smal heid en de bochten veroorzaakt tijdver lies en oneconomisch benzine-vërbruik. Te Oudenbosch moet het verkeer zich wringen door een nauw straatje een sprekend voorbeeld van de noodzakelijkheid om de wegen voor doorgaand verkeer om de dor pen heen te leiden. Van Oudenbosch een modderweg, vol kuilen, naar Oud-Gastei en aan den ingang van Roosendaal een breeden weg, maar met zoo'n smal ver hard gedeelte in het midden, dat twee auto's elkaar daar nauwelijks kunnen passeeren. Van Roosendaal naar Bergen- op-Zoom -is. op de hooge zandgronden -bij Vouw het oppervlak van den weg wat W«.er, maarnog geen drie meter breed. De keiweg is daar eenige jaren geleden, bij wijze van proef, van 4 M.'teruggebracht tot 2.75 M. met twee steenslagstrooken er langs van 75 c.M. breedte. De steenslag is echter gezakt en dikwijls niet ineer te vin den hier en daar steken groote, scherpe stukken uit en de nog geen 3 NL breede keiverharding ligt veelal 8 a 10 c.M. boven zijn bermen. Hoeveel last dit geeft bij het uitwijken en welke zware eischen daar door aan de banden worden gesteld, is te begrijpen. Wegenverbetering hier in het Westen van Noord-Brabant is waarlijk dringend noodig. Ook in Zeeland Voorbij het station V/oensdrecht is de eenige toegangsweg naar Zeeland nog geen 3 M. breed, met aan weerszijden een modderberm van een meter, steil afvallend naar de bermsJoot. Op den verbindingsdam tusschen Brabant en Zuid-Beveland ligt eindelijk eens een goed stuk» een behoorlijke klinkerweg, met een geteerd fietspad er langs, maar een eindje verder onder Rilland is de gevaar lijkste bocht van den heeien weg, die hier slechts 3.50 M. breed is en onderaan de vrij sterke glooiing van den dijk naar be neden een haakschem draai maakt, waar een sloot langs loapt. Hier moeten wel on gelukken gebeuren en hiej; is een ernstig ongeluk gebeurd. Verleden jaar is op dit gevaarlijke punt een auto in de sloot gereden en verbrand. Op aandrang van de wegencommissie van den A.N.W.B. en de K.N.A.C. en met den financieelen steun Van deze lichamen is tnen nu bezig.deze gevaarlijke bocht af te ronden en tot tier. meter te verbreedeti. Van hier in de richting Kruiningen een slecht onderhouden weg, vol kuilen en ga ten, die telkens den spoorweg passeert en die op sommige plaatsen slechts 3.60 M. breed is, met bennen van zegge 40 c.M. breedte, door een steilen slootkant be grensd. Een onnoodig grooten omweg maakt de weg tdsscheu Kruiningen en Kapelic. De nieuwe weg verderop naar Goes, 'n breede klinkerweg met aan weers zijden een fietspad is een groote ver-bete ring verscheidene lastige bochten zijn afgesneden en het Ware alleen nog te wen- schen dat gezorgd werd voor een behoor lijke afwatering vah de fietspaden, zoo dat er geen dassen; blijven staan, die het lichaam van den weg op den duur door- weeken en er dé draagkracht aan ontne men. Ook de weg van Goes naar den ver bindingsdam met Walcheren is verbeterd en met dankbaarheid mag worden gecon stateerd dat zoowel op dit gedeelte als voorbij den dam, de verbinding met Mid delburg, ook door liet afsnijden van hinder lijke bochten, heel wat beter is dan vroeger. De totaal-indruk van een rit langs den hoofdweg van Holland naar Zeeland is, dat over 't algemeen de wegen te smal zijn, dat er nog te veel gevaarlijke bochten in voor komen, die weggenomen dienen te worden enn dat fret wegdek op vele plaatsen heel wat de wenschen over laat. En afgescheiden van dit alles dat en kel de wegen betreft dat de veerponten over onze groote rivieren een beletsel blij ven voor een vlug, doorgaand verkeer. RADIO- RUBRIEK Amateurs, die vragen omtrent de radio wenschen te stellen kunnen deze inzenden bij de redactie tot Dinsdagavond. De bean* woording volgt dan in de eerstvolgende radiorubriek. REDACTIE. RADIO -PROGRAMMA Vrijdag 20 November Hilversum, H. D. O., 1050 M. 12.00 en 7.30 Politieberichten. -8.00 en 10.00 Persbe richten Vaz Dias. 8.10 Kamermuziek. Klari netten quintett, Op. 115 Brahms Er. Lup- gens, Ie viool Bouberg Wilson, 2e viool Veen jr., altviool R. Brinkman, cello K. Pinkse, clarinet. 8.40—9.20 Lezing door prof. H. Th. Obbink te Utrecht, over „voorstellingen in den loop der tijden om trent schepping, leven en dood". Piano quintett Op. 44. Schumann (2 violen, alt viool, cello, piano). Daventry, 1609 M. 10.50 Tijdsein Big Ben, weerbericht. 11.201.20 Het radio- kwartet en solisten (contra-alt en viool). 1.20—2.20 Tijdsein Ltmchimiziek. 4.05 Kinderconcert, georganiseerd door „The people's concern soc.". Het Kinderquartet en O. Bloom, piano. 5.05 ConcertG. Pul len, sopraan W. Watcyns, bariton. 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Lichte muziek. 6.50- 7.20 Omroep voor Europa. 7.20 Tijdsein Big Ben, weerbericht nieuws. 7.30 Resumé van de radio-tijdschriften. 7.35 „Seen -on the scheen". 7.50 lie acte opera „The twi light of the Gods", Wagner. 8.50 Zang en banjomuzieic. 9.20 Concert door de Offen bach follies. 10.20 Tijdsein, weerbericht, nieuws. Lezing „The influence of agricul tural education on farming practise". 10.50 —11.20 Zang door Scovell en Wheldon. 12.202.20 vrn. Orkestmuziek. Parijs „Radio-Paris", 1750 M. 12.50 .Concert Lucien Paris (piano viool» cello.) 2.05 Nieuws. 2.10 en 4.50 Koersen, Havas- persbericht. 8.35 Stotkoersen, Havaspersbe- richt. 8.5010.20 Concert, georganiseerd door Valametc. Wetenschappelijk en indu strieel bericht. Brussel, 265 M. $.35 Orkestconcert. 8.50 Sportlezing. Concert (viool en klari net.) 10.20 Nieuws. Munster, 410 M. 12.35 1.05 Engel- Het Dagboek van Hansje Teddybeer EiUdclijk zijn we er toch. Onder net ge bouwde steenen gewelven allemaal ka- bouterarbeid liggen de groote voorra den tijdens zomer en herfst met ijver ver zameld. Hier heb je bergen eikels, malsch bruin met groene mutsjes op. „Daarvan kookt de kok soep en bakt hij pasteitjes", vertelt Waker en likt zijn lippen af Verderop vinden ze glimmende driekante beukennootjes. „Die bakken we in planten boter", gaat Waker voort en van de vezels spinnen we lange sterke draden, waarvan onze mutsjes geweven worden." En dat zijn de okkernoten „Die eten we Zondags in besseumoes", vervolgt Wa ker, en van de doppen zijn onze eet- en drinknapjes gemaakt Zaterdag vervolg.) sche les. 4.205.20 Concert „op verzoek".. 7.208.05 Engelsche spraakkunst en ge schiedenis 8.05—8.50 Mannenkoor „Philo- dia". 9.05 Concert door de politie-kapel. De dubbelroosterlamp en haar werking. De dubbelroosterlamp dankt haar naam aan het feit dat zij twee roosters heeft ook noemt men deze wel vier-electroden- lamp. De bedoeling van het extra-rooster is slechts de benoodigde plaatspanning tot een minimum terug te brengen waar de gewone of drie-electrodeniampen nl. 80 5 100 volt plaatspanning behoeven, is voor een dubbelroosterlamp 6 a 10 volt reeds voldoende. Bij een drie-electrodenlamp wordt door den gloeidraad een groot aantal electronen uitgezonden. Om die electronen op de plaat te krijgen moet deze een positieve spanning gegeven .worden, en om alle uit gestraalde electronen (dit zijn uiterst kleine deeltjes negatieve electriciteit) op te nemen is zelfs een hooge plaatspanning noodig. Indien onze oogen het konden waarnemen zouden we rondom den gloeidraad een wolk van electronen ontdekken, zoo dicht op eikaar, dat de electronen die juist den gloeidraad verlaten hebben als 't ware door die electróneniading belet worden naar de plaats te komen. De ruimte tusschen gloeidraad en plaat is dus geladen met -electronen, vandaar dat men van ruimtelading spreekt. Door het verhoogen van de plaatspanning wordt deze ruimtelading opgeheven en ontstaat een toenemende piaatstroom. Door het plaatsen van een extra-rooster- vlak in de nabijheid van den gloeidraad wordt de ruimtelading opgeheven door evenals op de plaat een positieve spanning aan te leggen op het rooster, zal het effect bij een zekere positieve spanning op de ruimtelading veel grooter zijn dan van de zooveel verder afgelegen plaat. Het gevolg is dus, dat de anodespanning niet zoo hoog behoeft te zijn. De schakeling van een dubbelrooster- (Ingez. Mededeeling.) Rosetta was de vertrouwde tot wie beiden zich richtten 1 Rosetta had weer dien scherpen trek om den mond en in de oogen blonk weder die koortsige gloed. Tot laat in den nacht zat ze haastig te werken. Toen gunde ze zich eenige uren rust, maar den volgenden mor gen vroeg toog ze weer aan den arbeid. Toen ze -voor haar machine zat, ontving ze een brief van mevrouw Lester, door Nel gedicteerd. Een bankbiljet van vijf pond was ingesloten. De brief luidde „Lieve Rosetta Ik zou zoo graag hebben dat ie bij mij kwam. Ik heb een ongeluk gehad niets ernstigs, hoor maar alles doet me pijn en de dokter zegt dat ik in bed moet blijven en niets mag uitvoeren, zoodat mevrouw Lester ook voor me zal schrijven. Toe kom zoo gauw mogelijk rr.et den eersten den besten trein, dien je maar kunt halen. Herinner je je ons gesprek in het hotel Als je niet bij mij komt, dan kom ik vast bij jou zoo gauw ik maar kan. Ik ben verloofd met mijn neef Jim Ernscrofton. Dit kan je vertellen aan degenen die er soms belang in mochten stellen. Je liefhebbende Nel." Er was ook een briefje van mevrouw Lester ingesloten. „Waarde miss Ward, Er bestaat geen reden voor ongerustheid, maar lady Ayrfield heeft een koortsigen nacht gehad en de dokter zegt. dat haar zenuwgeste! een hevigen schok heeft door staan. Ze heeft er nu eenmaal haar zinnen op gezet om u te zien, en ik hoop dat u aan haar verlangen kunt voldoen. Wilt u nog telegrafeeren met welken- trein we u hier kunnen verwachten Na vriendelijke groeten, Achtend, Henrietta Lester." HOOFDSTUK XII. Twee dagen later begaf Awdrv zkh naar 'het kasteel om te vragen hoe de gra vin 'net maakte. Ze was niet van plan ge weest om naar binnen te gaan. De knecht zei echter dat lady Ayrfield zoo goed als hersteld was en had verzocht miss Allcyne te vragen bij haar te komen. Awdry had hierin weinig lust. Ze kon echter niet weigeren en volgde den knecht die haar voorging naar de kamer, waar me vrouw Lester haar tegemoet kwam. Nel lag nog te bed. Mevrouw Lester verliet liet vertrek, na Awdry te hebben verzocht niet te lang te blijven. „Och, ik ben heelemaal beter", zei Nel wrevelig. Ik ben alleen nog was stijf, an ders niet. Maar toen ik viel in dien akdigen griezelige» kelder..." „Spreek er maar niet meer over", viel Awdry liaar in de rede. Nel wilde echter weten, wat de anderen er van hadden gedacht. „.Niemand begreep wat er kon zijn ge beurd", hernam Awdry. „Maar juist toen men begon te gissen en te vermoeden, ver scheen kolonel Blount, die ons uw verlo ving mededeelde. Ik mag u zeker van 'harte gelukwenschen „Dank ti zeer", antwoordde Nel tamelijk onverschillig. „Het was wei een eigenaar dige manier om verloofd te geraken... het... liet is me nog zoo vreemd ik houd vee! van Jirn... maar ik ken hem nog maar zoo kort. U kent Jim ai heel lang, is het niet „Ja", antwoordde Awdry, die geen zweem van bitterheid gevoelde jegens Nel, die zulk een natuurlijken, kinderlijken in druk maakte. „We zijn altijd heel goede vrienden geweest en ik ben blij, dat hij ge lukkig is. Maar u is vermoeid. Mijn bezoek heeft nu lang genoeg geduurd' Ze nam afscheid en verliet het huis. zon der dat ze iemand anders zag dan den •knecht, die haar uitliet. Gjr haar terugweg naar de pastorie be vond ze zich plotseling tegenover Jim Die onver wadi te ontmoeting deed beiden ont stellen. Zij herkreeg het eerst haar zelibe- heersching. Op het geiaat van Jim lag een ongelukkige uitdrukking, dat Awdry on willekeurig haar hand op zijn arm legde en vroeg „Heb je me ook iets te zeggen, Jirn Hij greep haar hand, drukte die krach tig en zei „O, Awdry, wat moet je wel van mij denken?... Maar ik kan het je niet uitleg gen... 'Er zijn sommige dingen waarvoor geen verklaring kan worden gegeven." Awdry had moeite om niet in tranen uit tt- barsten. Ze hield zich echter goed en zei „Ik ben juist bij Lady Ayrfield ge weest en heb haar kunnen gelukwenschen. Ik hoop, dat jullie beiden heel gelukkig zult worden, Jim." „Dank je, Awdry", zei hij. Het was hem onmogelijk om nog iets hieraan toe te voegen. Ze liep nu door en hij keek haar na met droeven blik. HOOFDSTUK XIII. „Ik begrijp niet, hoe je er toe komt Wat zullen de mensehen wel denken", riep Nel ongeduldig. Ze zat nu op in bed en zag er heel wat gezonder uit dan de poovere bezoekster, met haar opzichtige» hoed en vuurrooden wollen mantel. „Wat een prachtige zijden sprei, Nel, en is dal echte kant aan je nachtjapon vroeg Rosetta kalm en bedaard. Nel liet zich echter niet van haar onder werp afbrengen en hernam kwaad „Waarom heb je dat nu -gedaan, Rosie Daar kom je met een vroegeren trein aan zetten en huurt een kamer in het dorp. in- plaats van bij mij te logceren. De men schep zullen nu natuurlijk zeggen, dat ik mij schaam over mijn eigen nichtje..." „Dat zou toch heel begrijpelijk zijn, Nel. Jij bent een groote dame geworden en ik zou me hier niets op mijn gemak gevoelen. Ik heb nu voor een week een paar kamers lamp verschilt niet van die van een ge wone lamp. Men behoeft slechts het extra- rooster aan de anodebatterij te verbinden, öf aan dezelfde klem als de plaat heeft, of P/2 volt lager. Dit is een kwestie van even probeeren. Bij de lampen van Nederlandsch fabrikaat zit het extra-rooster aan een schroefje, dat aan de lamphuls bevestigd is. Wel lette men in dit geval er op, dat de negatieve pool van de spanningbatterij aan de pluspool van de accu komt. Door de combinatie van dubbelrooster- en miniwatt- lamp is het mogelijk geworden als gloei draad- en spamiingbatterij gebruik te ma ken van slechts 4 zaklantaarnsbatterijtjes. Vooral in één- of tweelampstoestellen is de dubbelroosterlamp op haar plaats, voor drie of meer lampen is de gewone drie- electrodenlamp weer te prcfereeren. Eenigen tijd terug, werd de Engelsche radiowereld verblijd met de heugelijke mededeeling in een radiolijdschrift „Geen anodebatterij meer noodig". Met groote belangstelling volgde ik de diverse arti kelen, doch ten slotte kwam men op de proppen met het gewone schema van de dubbelroosterlamp. Toch was dit voor de Engelschen iets nieuws, omdat het bij hen gewoonte is een 6 volts accu te gebruiken, en door nu een lamp te nemen die slechts 2 volt gioeidraadspanning behoeft, blijft er nog 4 volt over voor plaat en extrarooster. Zonder spanningbatterij kreeg de plaat dus nog voldoende spanning om normaal te functioneeren. Ook voor z.g. reflexschema's, waarin de lamp in meervoudige functies werkt, is de dubbelroosterlamp bij uitstek geschikt. Nieuwe kor te-golf spoelen. Van de „Nederlandsche Radiowerken" in Doorn, ontvingen wij een serie korte-golf spoelen, geschikt voor een golfbereik vah 95635 M, dus het heeie omroep - korte-golfgebied. Door de speciale wikke ling en isolatie hebben de spoelen een zeer geringe eigen capaciteit. Zelfs op de kort ste golflengten genereerden ze nog zeer gemakkelijk. Een nieuw en uitstekend pro duct. genomen boven het postkantoor had ik geweten dat je zoovee! beter was, dan zou ik niet zulk een langen tijd hebben be paald..." „Vindt je dat nu lang, een week vioeg de jonge gravin. „Bovendien zegt dokter Palmer, dat ik nog lang niet beter ben. Mijn zenuwgestel schijnt te hebben geleden." „Och kom, je bent alleen wat geschrok ken en hebt Je wat bezeerd", verklaarde Rosie heel beslist. „Vertel me liever eens wat van je verloofde Heeft hij je een mooien ring gegeven Nel schudde het hoofd. „Neen. nog niet. Ik heb hem sinds dien avond niet meer gezien. Ik begrijp nog niet hoe hij cr eigenlijk toekwam mij ten huwe lijk te vragen. Ik vermoedde wel dat de menschen niets anders dachten, in de ge geven omstandigheden, maar ik had hee lemaal niet het gevoel dat hij verliefd op mij was... Misschien wist hij dit zelf niet maar toen ik nil met sir Herbert verdwenen was... Och. het is me eigenlijk zelf niet recht duidelijk.... Maar, o Rosie, als je eens wist. hoe heerlijk ik het vind om je terug te zien. Dan denk ik weer aan moeder, aan tante, bedoel ik, en aan ons gezellig, geluk kig thuis..." Rosetta verbleekte en fronste het voor hoofd. „Ik vind je echt ondankbaar. Nel", zei ze korzelig. „Denk je nu heusch, dat je toen zoo'n gelukkigen tijd iradt. met dat ééne zwarte japonnetje dat je bezat ter wijl je haast den geheelen dag in den win kel achter de toonbank moest staan..." „Je hebt gelijk, Rosie, maar... vertel me nu eens, js 'het waar, dat Alien. Ray met een ander meisje loopt En wie is -dat „Ja, het is waar, ik heb ze dikwijls ge noeg samen gezien. Maar hoe ze heet. dat zou ik je niet kunnen zeggen..." Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1925 | | pagina 5