Advertentie! DINSDAG 13 OCTOBER ^^INNMand DEREN FUt PLOUVIER heeft cie Schoenen 63e Jaargang ■1925' Km FEUILLETON Stoomvaatt '■"U Zooals de ouden zongen... De beste Cacao voor den laagsten prijs Stads= en Provincienieuws NO. 341 en een geheel nieuwe 3 Lederwaren een groote sorteering :r nieuwste Wandeltaschjei. speciale etalage 'ALSTRAAT *31 TIMMERMAN, rnttbatmllag, ru 1-lnfi ka ra(al naar li u-i 'I nr M Terrnrr, iMf M rinM» I nflen en nienetuBTMiNi. f ,OODIN"-KACHEL vi. hoog, compleet me! I Jelplaat en mantel. |ireau „Vtiss. Courant'/ is met Tuin |dresOranjeplein 271 Èeen NAAISTER. letter H H„ bureauj lurant." LuiTSCH. vraagt les I les in con-l VLISSINGSCHE COURANT ABONNEMENTS PRIJS Voor Vlissingen en gemeenten op Wal cheren 2*20 per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ2.50. Weekabon nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent ADVERTENTIE-PRIJS Van 1—4 regels: ƒ1.10 voor iedere jegel meer 26 centbij abonnement spe ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel Kleine Advertenties betreffende Huur en Verhuur, Koop en Verkoop, Dienstaanbie dingen en Dienstaanvragen, enz., prijs, bij vooruitbetaling van 15 regels ƒ0.75, elke regel meer 15 cent 'Familieberichten van 16 regels: ƒ1.70, iedere regel meer 26 cent. Bioscoopwet. De heer Boon heeft een tweetal amen dementen ingediend op het ontwerp tot be strijding van de zedelijke^ en maatschappe lijke gevaren van den bioscoop. Hij wijst erop. dat de vage redactie van art. 4 noch gemeentelijke nakeuring, noch bioscoopver bod voor kinderen en jeugdige personen uitsluit en stelt aan dit artikel een toevoe ging voor, waardoor althans ingrijpen op deze beide punten door den gemeenteraad voorkomen wordt. Door gemeenten te sluiten leeningen. De minister van binnenlandsche zaken en landbouw heeft tot de gemeentebesturen een circulaire gericht, waarin wordt mede gedeeld, dat het den minister is gebleken, dat gemeentebesturen, teneinde te kunnen slagen in het plaatsen ten behoeve van hun gemeente, van leeningen bij openbare in stellingen, welke daartoe de gelegenheid hebben geopend, meenen gebruik te moeten maken van de diensten van tusschenper- soon, ter zake waarvan het betrokken ge meentebestuur aan die personen ook bij berekening hunnerzijds van een billijk per centage, in verband met het veelal hooge bedrag der leening, een belangrijk bedrag aan provisie hebben te voldoen. Na daaromtrent gepleegd overleg met de betrokken ministers, wordt onder de aan dacht der gemeentebesturen gebracht, dat wat aangaat het plaatsen door de gemeen ten van leeningen bij bedoelde instellingen, de daarover te voeren onderhandelingen door de gemeentebesturen rechtstreeks met die instellingen kunnen worden afgewik keld, zoodat te dier zake geen medewer king van tusschenpersonen behoeft te worde# ingeroepen. Dé minister meent deze gedragslijn ter vermijding van onnoodige kosten te mogen aanbevelen. Georganiseerd overleg departements ambtenaren. De bijzondere commissie voor georgani seerd overleg in zaken, rakende de departe mentsambtenaren en het daarmee gelijk te stellen personeel besloot in haar laatstge houden vergadering een sub-commissie in te stellen/welke tot opdracht kreeg een prae-advies uit te brengen omtrent de wenscheüjk geachte verhoudingscijfers voor de salarieering van de ambtenaren en het bedienend personeel bij- de departementen van algemeen bestuur en welke werd sa mengesteld uit één lid van elk der in de commissie vertegenwoordigde organisaties. Eenige andere punten der agenda werden in verband met deze beslissing door de voorstellers teruggenomen dan wel tot de eerstvolgende vergadering aangehouden. Voorts besloot de commissie zich weder- cm tot de regeering te wenden met het beleefd doch dringend vier,zoek een spoe dige beslissing te willen bevorderen met voor Zangers (lngez. Mededeeling.) vraagt les in 5rieven letter Z., 5. Cour." STAATSLOTERIJ rkrijgbaar op Don® :tobsr. Aanvang W* ndag 23 Nove* Mevrouw AHI™ 5. Dhr. VAN BEN1 rkt K 8, Middelburg; 71 i'\ mi - Middelb.-Rotte j "1 hengelegen plaatse VAN rnJ^P Hil i. Ui' October 13 15 16 19 T.I."1 Oorspronkelijke roman dcor LOUISE B. B. 25) •.Och we kunnen er om lachen af er om schreien, als je dat liever wilt... maar het i blijft onmisbaar, 't eenige wat wij samen f "ooit krijgen zullen dat' vuile, dat nietige, I "at'meest aardsche aller slijken..., het geld, geld...Geld, met de grootste hoofdletter e„!?en schrijven kan i Hij sloeg, als om zijn drift aan iets te I hi' niet z*in racket ruw in de dorre j tokken langs het pad. Betly antwoordde I n,et> zij üet het hoofd op de borst zinken:; zw']gend wandelden zij verder, zijn arm «tomeloos door den hare. Zij liepen nu op i Je kerkhoflaan, de villaatjes voorbij. Het jerkhof strekte zich uit langs den weg. ce"V zag door het traliehek, half verbor- j2i0ader klimopranken, in strakke grauw- «a» Srafkruizen zich rijen in wijde uït- gestrektheid. En zoo droef voelde zij zich ornmoede- da* zii hem had willen loslaten, hoLfnaai een van d'e Sraven te Saan» Haar knflf' te vl'ien tegen een van die grijze i ;,Jeenen- tot de kilheid van die krui- te vlijen tegen een van die grijze steenen tot de kilheid van die krui en zich verdöovend had gelegd om haar brandende smart Hoe slecht had Rudolf haar begrepen Vervaardig, had zij hem geboden heel i °eft schat harer groote kuische liefde als een kille© adem uit donkere diepe graven ^a.s zijn antwoord gevaren over haar vaste n gft* m hem. Stond werkelijk de armoede Imatiën te bfko®®0'^ filH a»een hun geluk in den weg? Maar vroeg I N.V. TraB*P0J^g f. dan om wat anders, naast hem Wilde h Erven G. v niet wachten, als al de voorgaando 2?'trouw en blijmoedig, gelukkig in zijn B. EENHOU^' tegenwoordigheid Welk fatum dan stoor- V. OOSTEBB^U ditmaal telkens weer, als met somber iebra. BUITEL oergevoelen van dreigend onheil, de lichte betrekking tot het door haar medio 1924 ingediende rapport omtrent de schrijvers op jaarloon bij de departementen en daar mede gelijk te stellen inrichtingen. Het conflict in de metaalindustrie. Het boüdsbestuur van den Alg. Ned. Metaalbewerkersbond heeft aan het bestuur van den Metaalbond een schrijven gericht, waarin het mededeelt, dat het conflict bij de firma P. Smit Jr., beschouwd wordt als een zgn. wilde staking. De bond heeft vooraf met hef personeel vergaderd en opdracht gekregen het ultimatum te stellen als een bespreking met den Metaalbond geen re sultaat mocht opleveren. In den brief wordt verder gereleveerd de bekende kwestie van de afzonderlijke besprekingen van den Metaalbond met de Katholieke, Christelijke en Neutrale organisaties. Ten slotte wordt door het bondsbestuur gezegd, dat het de vraag of de bespreking op 'heden nu nog moet doorgaan, gevoeglijk aan den Metaal bond kan overlaten. De conferentie is wel iswaar aangevraagd om een conflict te voorkomen, doch door toedoen van den Metaalbond is dit toch ontstaan. De moge lijkheid bestaat echter, dat een bespreking tot oplossing van het conflict kan leiden. „Om deze redenen", zoo besluit de brief, „zouden wij dus in overweging willen ge ven de conferentie wel te laten doorgaan". De spoorwegontvangsten. De ontvangsten van de spoorwegen heb ben in Augustus bedragen 15.625.627 te genover 16.608.159.18 in dezelfde maand van 1924, alzoo bijna één millioen minder en dat niettegenstaande er in in Augustus veel meer goedkoope treinen hebben ge- loopen dan in dezelfde maand van 1924. Deze cijfers wijzen er op, dat het reizen per spoor in ons land nog altijd veel te duur is. Daarom trekken uit ons land dui zenden personen naar België en brengen daar bun vacantie door. De spoorwegen zullen dus moeten gaan overwegen de ta rieven aanmerkelijk te verminderen, dan zal het reizen in ons land ook vanzelf .weer toenemen. Sedert 1 Januari werd door de spoorwe gen ontvangen 105.252.201.89 en in het zelfde tijdvak van 1924 112.669.444.44, dus ƒ7.417.242.15 minder. Voorwaar geen ge ring bedrag. Paul Kruger-herdenking. Prof. dr. P. J. Blok, oud-hoogleeraar te 'Groningen en Leiden, heeft in een herden- kings-samenkomst te Groningen het woord gevoerd. Spreker begon met een herinne ring aan wat Carlyle zegt over helden en met zijn eigen herinnering van Krugers aankomst in Den Haag, 2 December 1900. Diens leven is van belang, ook voor ons Nederlanders, omdat hij de leider was in den grooten strijd van het Zuid-Afrikaan- sche broedervolk, waarnaar, ondanks alle teleurstellingen, nog veler hart ten onzent trekt. Zijn leven vol toewijding, vol eerlijk streven, vol vertrouwen, is leerzaam, ook voor onzen tijd en ons volk en in weerwil van alles, waarin wij teleurgesteld zijn, mogen wij thans spreken van vervulling, ten deele nog van zijn hopen en vertrou wen, van de zegepraal ten slotte van het Recht, van de feitelijke vrijheid van Znid- Afrika. Spreker verhaalde daarna Kruger's le vensloop en eindigde met een korte karak teristiek der groote persoonlijkheid. Geen groot staatsman, waarVoor zijn blik op politieke toestanden te eng was, terwijl hij ook te weinig was geschoold in de kennis der werkelijkheid van zijn tijd. Groot ka rakter, een groot leider, een uitnemend •vertegenwoordiger van zijn volk met zijn idealen ten opzichte van Zuid-Af rika. Ten slotte wierp spreker een blik op den tegen- woordigen toestand van dit land. Tweede spreker was ds. Coolsma, die er den nadruk op legde, hoezeer het-Neder- landsche volk in den Transvaalschen oor log met zijn stamverwanten meeleefde en hoe de vrome president bovenal kracht put te uit den Bijbel. De toespraken werden afgewisseld door a-capella-zang. Het Dalton-stelsel. In het „Tijdschrift voor Ervaringsopvoed- kunde" schrijft de heer A. S. Terpstra te 's-Gravenhage een en ander over het Dal tonstelsel en beantwoordt ook de vraag hoe de kinderen er op reageeren. Hij zegt o.a. het volgende Tot mijn vreugde heb ik na een paar maanden van toepassing kunnen constatee- ren, dat dit enthousiasme blijft bestaan. Slechts één was er, nl. een jongen1, die niet sterk van hoofd is, die liever tot het oude systeem terugkeerde. Op mijn vraag Waarom hij het Daltonstelsel niet prettig vond kreeg ik ten antwoord „Vroeger vond ik het onder het werk veel rustiger Dat gefluister hindert me." Ik knoopte hier natuurlijk de opmerking aan vast, dat de leerlingen onder het werken dus nog wat zachter moesten spreken. Eigenaardig was ook het antwoord, dat één der jongens gaf aan den heer De Jongh, gemeentelijk inspecteur, op diens vraag „Waarom vindt je het Daltonstelsel nu eigenlijk zoo prettig?" nl..„Als je nou Maandagmorgen eens geen zin in rekenen hebt, dan begin je met je aardrijkskunde en dan heb je soms Woensdag of Donder dag juist wel zin in de sommen." Over het geheel is mijn indruk, dat de kinderen, zoowel de zwakke als de meer begaafde, al hun krachten blijven inspan nen om de opgegeven taak zoo goed mo gelijk te vervullen. Wel openbaart zich natuurlijk een voor keur voor enkele vakken. Zoo moest ik in de eerste weken deze en gene wel eens aansporen, het rekenwerk niet te laten schieten. Dat moet beslist af. voegde ik er dan dreigend aan toe en werkelijk heeft dit goed geholpen. Het maken der taaloefenin gen wordt door de meesten graag gedaan. Verkeersongevallen te 's-Gravenhage. Volgens de jongste maandcijfers van het Gemeentelijk Statistisch Bureau, bedroeg het aantal verkeersongevallen in het tweede kwartaal van 1925, 603 (April 184, Mei 198, Juni 221), tegen 404 in het vooraf gaande en 546 in het tweede van 1924. De stijging van het eerste op het tweede kwar taal was minder sterk dan in 1924, nL 49 tegen 61 pet. Van de 603 ongevallen hadden 5 den (dood ten gevolge, 49 ernstig en 151 licht letsel, 398 uitsluitend materieele schade. In 412 gevallen t(68 pet. van het totaal aantal) was het niet-onvolgen van de voornaamste verkeersvoorschriften door bestuur-ders van voertuigen de oorzaak van het omgeval. Hieronder waren 86 gevallen van verkeerd uitwijken of geen voorrang verleenen laatstgenoemde verkeersfout had alleen al 45 ongevallen ten gevolge. De ongevallen waren ditmaal het tal rijkst op Zaterdag, Woensdag en Dinsdag (114, 100 en 99). Gemiddeld per uur. was het aantal onge vallen het hoogst tusschen 2 en 4 namid dag. Vergeleken met het 2e kwartaal van 1924 valt een belangrijke vermeerdering van het aantal ongevallen op de stillere we gen in de buitenwijken-waar te nemen, nl. .van 51 op 85. Personeel 's rijks betorming en verlichting. Het bestuur der VeFeenigjng van perso neel, werkzaam bij 's Rijks Betonning en Verlichting besprak dezer dagen de afwij zende houding der regeering over het niet toekennen wan een duurtebijslag over 1925 en de daardoor ontstane ontevredenheid en kwam tot-deze conclusie Gezien 'het feit dat op 1 Januari 1925 met ruwe hand is ingegrepen tot verlaging van de reeds toen schamele inkomens van 2000 en minder, welke, met inbegrip van verplichte pensioenstorting met 24'/2 zijn verminderd en dat door dezen maatregel (lngez. Mededeeling.) vele gezinnen in bittere armoede komen te verkeeren overwegende dat reikhalzend werd uitgezien naar den zoolang verwach ten duurtetoeslag, maar dat ook aan die verwachting de bodem weer is ingeslagen. Het bestuur besloot zich tot de Centrale van Vereenigingen van Personeel in 's Rijksdienst te wenden, opdat er bij de regeering ten sterkste op zal worden aan gedrongen de gedane toezegging te ver wezenlijken. Een oud-zeevaarder. Vrijdag overleed op Terschelling op 89- jarigen leeftijd de heer D. H. Duyf, die, na een veelbewogen zeemansleven, de laatste halve eeuw zijn krachten wijdde aan het werk der Reddingsmaatschappij. Zooals bekend, worden de belangen der Reddingmaatschappij op verschillende sta tions waargenomen door plaatselijke com missies. Al is het eigenlijke werk ook in handen van de moedige bootbemanning, toch hangt het slagen van een redding in hooge mate af van de toewijding en den ijver, waarmede de plaatselijke commissiën haar taak vervullen. Vooral in de dagen, waarin de zeilvaart nog bloeide, toen het aantal strandingen menigvuldiger was dan thans, en motorreddingbooten nog niet be stonden, moesten dikwijls lange nachtelijke tochten worden gemaakt naar de plaats waar de reddingboot zou moeten worden te water gelaten. Ook thans gebeurt dit nog, maar niet zoo dikwijls. Dan nam Duyf herhaaldelijk plaats in de redding boot. Langzamerhand is hij blind geworden. Die blindheid noopte hem enkele weken ge leden zijn ontslag te nemen uit de commis sie van plaatselijk bestuur, waarvan hij 46 jaar deel had uitgemaakt. Zeelaarzen en oliegoed, die altijd klaar lagen om gebruikt te worden als er een schip mocht stranden, en waaraan niemand anders mocht raken, ze zouden nu niet langer noodig zijn. De groote verdiensten van den heer D. H. Duyf werden door de Koningin bij ge legenheid van het jubileum der Redding- maatscrappij erkend door een benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Bij de Reddingmaatschappij zal zijn naam in groote eere blijven voortleven. VLISSINGEN, 13 OCTOBER. (lngez. Mededeeling.) blijheid van zijn aanwezigheid in de stad Zij hieven luisterend het hoofd op uit de verte naderden voetstappen, uit den lichten nevel doemden langzaam gestalten op, stemmen klonken over, duidelijker wor dend. Dadelijk liet Rudolf haar arm varen. V/eer zag zij tot hem op in pijnlijke ver warring. Wat konden hem de menschen schelen op dit oogen'blik, waar thans alleen sprake was tusschen de eischen van de „wereld" en hun liefde Zij liepen nu als onverschillige menschen naast elkaar, terwijl andere paren langs hen gingen en, in die enkele passen voelde Bet ty zich al armer worden... meisjesachtige schaamte mengde zich in haar smartgevoel, het berouwde haar nu, zooeven hem haar meest verborgen gevoelens te hebben ver raden. Zooals het kruidje-roer-mij-niet de blaadjes angstig sluit, ais nachtelijke kille dauw het beroert, zoo plooide kiesche te rughoudendheid zich weer om Betty's ge wonde ziel. Bij de Bankastraat stond zij stil ■en zeide koel „Je moet stellig door de Boschjes naar de Witte Brug Dan zullen wij hier afscheid nemen, ik wil door de Bankastraat naar de stad terug „Ja. dat zal het beste zijn „Adieu dan Zij reikte hem de hand. Hij greep die vurig, knelde die in de zijne..Betty..., Betty O, als je wist Even leefde de hoop weer in haar op „Maar wat dan toch Ruud, wat toch Hij stampte met den voet op den grond, slingerde haar hand weg „Och... niets, er is toch niets aan te döe'n... Adieu Met een paar groot®, vlugge stappen had Rudolf het boschpad «ver de straat bereikt en hij liep voort alsof hij vluchtte. Betty, die hem gretig natuurde tot hij bij een kromming uit het oog verdween, zag hem geen enkele maal omkijken. Loom, als met looden voeten1, liep zij nu de Bankastraat af. Plotseling voelde zij zich als gebroken, moedeloos, tot schreiens toe bedroefd, zoo moe... zoo moe... alsof zij uren achtereen geloopeti had Zij was nog slechts vatbaar voor één gevoel, één gedachte, zoo spoe dig mogelüjk haar huis te bereiken. Geluk kig, daar was de tram van de Atjehstraat Zij drukte zich in een hoekje van den wagen. Met fierheid bedwong zij elke spier beweging van haar gezicht die vreemde menschen van de straat, die enkele groet- kennissen daartusschen, dat hoopje in de volle tram, zij behoefden niet hun nieuws gierigheid te toonen in haar leed, niet te bemerken1 haar overweldigende behoefte om alleen te zijn, om eens goed door te denken, te ontleden haar indrukken, haar onrust na haar ontmoeting met Ruud. Tus schen al die vreemden wilde ze niet den ken, nog nietgewoon doen..., vooral toch gewoon doen Straks, thuis, dan kon zij overwegen en schiften al de gedachten en gevoelens die nu kokend woelden in haar brein... Eindelijk stapte zij uit bij de halte van de Piet Heinsbrug, en liep zij met vlugge bewegingen tusschen de menschen in dit drukke stadsgedeelte langs de Koninklijke stallen en het Noordeinde, waar zij einde lijk haar huis bereikte. Nog even zag zij voor een der ramen van het kantoorhuis Jaap staan, die zich. zonder groet, snel omdraaide en wegging van het raam, zoo dra zijn oog viel op haar. Haar voet, ge reed de blauwsteenen stoeptrappen op te gaan, hokte even Jaap's merkbaar mok kende houding verscherpte haar smart. „Zoover is het nu met Jaap Hij wil me zelfs niet eens meer groeten dacht zij, met een nieuwen pijnlijken schok door haar moede hersens. „Als hij eens wist..., zijn leedvermaak, als hij nu hoorde hoe ik lijd... Maar neen, stil, nog even niet den ken,, tot straks, thuis, waar ik veilig zal zijn... Zij wipte snel de stoep op. ging, om haar aanwezigheid in huis niét te verraden, door de communicatiedeur tusschen kan toor en huis, naar binnen, doorschreed zacht stappende de lange smalle gang, waar het met dezen korten winterdag op dit uur reeds schemerde, opende voorzich tig de deur van „de zaal", de stilste kamer van het buis en gleed daar binnen, de zij den portière achter zich latende vallen... Eindelijk... Nu was ze alleen In twee schreden stond zij bij den naasten fauteuil bij den haard. Haar mof gleed langs haar rok op het zachte kleed met een ruk volg de het broeiende marterbontje, de hand schoenen werden driftig van de vingers getrokken en zonder zich den tijd te gun nen zich te ontdoen van hoed en jacquet, wierp zij zich in den grooten stoel bij den kouden haard. Nu denken..., nu eindelijk zich geheel verdiepen in alles wat zij had ondervonden, doorleefd, gevoeld, geraden... Doch zij bemerkte, dat ondanks den schijn van werkeloosheid, ondanks haar eigen niet willen denken, haar hersens toch hun taak hadden volbracht, het probleem van het complex van haar gevoelens reeds beheerscht, opgelost hadden... Daar viel niet langer na te denken, slechts aan te nemen de slotsom harer ge dachten en indrukken. Met een snik van wanhoop moest zij het zich bekennen in haar ziel was wantrouwen geboren tegen Rudolf van Hoogduynen... O, niet de echtheid van .zijn liefde voor haar trok zij in twijfel, die kon nog even diep en vurig zijn als in al de jaren van hun lange wachten..., maar zij wantrouw de zijn trouw, zijn standvastigheid, zijn karaktersterkte Zij begreep dat iets al was dat een zaak buiten haar oni dat een noodlottige omstandigheid zijn voorne men haar te trouwen, al was het eerst na jarenlang wachten, aan het wankelen bracht. En juist diezelfde trouw en stand vastigheid was haar eenige houvast aan A. G. O- Hoe dikwijls hebben de leden van A.G.O. al eens een blik in de courant geworpen en die met een schouderophalen en een ver zuchting aan het adres van het bestuur weer onbevredigd neergelegd En toch is dat bestuur altijd op zijn post en schrijft, telegrafeert, telefoneert en vergadert, om aan de leden toch maar iets goeds te kun nen geven. Men zou verlangen, dat ieder het eens één seizoen bij de hand had ge had, een geestelijk menu op te stellen, waarop ieder iets van rijn gading vindt Men denkt, dat men klaar is, alles is afge sproken en dan komt er zoo'n onnoozel briefje „Wij zijn verhinderd, op den afge sproken datum in Vlissingen te komen..." en dan begint het weer van voren af aan. Maar nu zullen wij maar gauw ten min ste iets vertelllen van wat de leden zullen krijgen Op 30 October zal dr. H. G. Can- negieter uit De Bildt, die aan het meteoro logisch instituut verbonden is, spreken over de ervaringen der laatste tijden op dat ge bied. Den juisten titel kunnen wij niet op geven, daar dr. Cannegieter op een confe rentie in Brussel is en dien daardoor eerst deze week kan melden. Op 18 November zal aan de leden een tooneelvoorstelling worden aangeboden van het Ruijs-ensemble uit Den Haag, dat hier Rudolf, daarop had zij gebouwd als op een rots, haar leven er naar geregeld. Met het hoofd begraven in de handen, de ellebogen op de knieën, staarde zij in den zwarten haard, de oogen groot en droog, verzonken in somber smartgepeins. Zij wist niet hoelang zij zoo zat... Plot seling schrikte zij op. Zij hoorde de tus- schendeur in de vestibule tusschen de twee huizen krakend open gaan en weer dicht piepen. Voetstappen, verschillende, weer klonken duidelijk en hol door het doodstille huis op het marmer van de gangsteenen. Nu eerst gaf zij zich rekenschap van tijd en plaats, bemerkte zij den schemer, bijna duisternis, die haar omving. Zij giste het moest niet ver van vijf uur zijn, nog te vroeg voor de heeren Bartels, vader en zoon, werkezels als zij waren, om thuis te komen van kantoor. En Fietje was ver weg, op tennisveld of op de een of andere ge zellige club-bijeenkomst samen met... met Ruud... Zij voelde zich opgesloten in deze stille kamer, die gewoonlijk ongebruikt stond. Nu hoorde zij de deur van het voorste salon opengaan en een zware stem Jaap's heldere stem sprak duidelijk „Komt u gerust hier binnen, hier kunnen wij ongestoord praten. Ik heb freule Van Eysingen wel thuis zien komen, maar zij is zeker, als gewoonlijk, in de huiskamer. Dus hier zijn wij ongestoord." Betty vertrok haar mond tot een droe- vigen glimlach de ijzige koelheid die Jaap bracht in zijn omgang met haar in de laat ste dagen, hield hij consequent vol, ook tegenover vreemden. Vroeger sprak hij altijd van „mijn zuster Betty", of tegenover geheel vreemden, dan toch nog altijd „mijn zuster, freule Van Eysingen Nu sneed hij allen schijn van bloedverwantschap scherp af... (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1925 | | pagina 1