ZATERDAG 27 JUNI
Eerste Blad
LEN
taaiseiiappij m
vaart.
GEMEENTEBESTUUR
Brieven uit de Hofstad
FEUILLETON
DE HAND DER TRAGEDIE
Beursbeschouwingen
No. 149
VL1SSINGSCHE COURANT
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
LSSSINGEN
irima kwaliteit
rscheidenheid.
ag© prijzen.
houden,
o.a. ge-
treft U
verdient
heerlijk
en frisch
eerde
ANN*
ÖZEN
mede te
Zij komt
van pas.
e Huur gevraagd
■NWONING
Vliss. Courant".
>VER.NAME
door moeder en
en worden.
V., Bureau „Vlis-
WONINGBEURS
tuis.
'ONING,
12.50 per maand.
elb. - Rotterdam
:gen plaatsen.
PASSAGIERS,
EN VEE.
t, M. r. Boa.
T. m. iir. ?.n. HE
8
te bekomen:
Transport- en
en 9. VOS, Td.
JENHOOBN.Tel.168
3TEBHOOT TiL 881
OITENHEK tel. 110
VERKIEZINGEN.
De Burgemeester van Vlissingen,
maakt bekend,
dat de lijst bedoeld bij artikel 57 f der
Kieswet, bevattende de namen van kiezers,
die voorkomen op de kiezerslijst eener an
dere gemeente, doch tijdig verklaard heb
ben op 1 Juli a.s. aan'de stemming voor de
leden van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal te Vlissingen hun stem te willen
uitbrengen en aan wie daartoe een oproe-
pingskaart is toegezonden, voor een ieder
ter secretarie dezer gemeente (2e afdee-
ling) ter inzage is neergelegd en tegen be
taling der kosten in afschrift verkrijgbaar
is gesteld.
Vlissingen, 27 Juni 1925.
De Burgemeester van Vlissingen,
VAN WOELDEREN.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders vana Vlis
singen
brengen ingevolge de artikelen 6 en 7
der Hinderwet ter openbare kennis,
dat bij hen is ingekomen een verzoek
van de Koninklijke Maatschappij „de
Schelde", Scheepsbouw- en Werktuigenfa-
briek alhier, om vergunning tot het uitbrei
den van de bestaande gieterij op de per-
ceelen kadastraal bekend Gemeente Vlis
singen. Sectie D No. 1650, 1831 en 1832
gelegen aan de Wijnbergsche kade, Onder
straat en Palingstraat
dat dit verzoek met de bijlagen, te be
ginnen met Maandag, den 29sten Juni 1925,
óp de Gemeente-Secretarie (3e afdeeling),
ter visie zal worden gelegd, en dat vanaf
dien datum schriftelijk bezwaren bij hun
college kunnen worden ingediend.
Op den veertienden dag na dien, zijnde
den 13en Juli 1925, zal ten Gemeentehuize,
des namiddags ten 3 ure, gelegenheid
worden gegeven, om bezwaren tegen het
uitbreiden dier inrichting in te brengen, ter
wijl daarbij zoowel de verzoekster als zij,
die bezwaren indienen, in de gelegenheid
worden gesteld deze mondeling en schrifte
lijk toe te lichten.
Zoowel de verzoekster, als zij, die be
zwaren inbrengen, kunnen gedurende drie
dagen vóór den 13en Juli 1925. ter Ge
meente-Secretarie (3e afdeeling) van de
ter zake ingekomen schrifturen kennis ne
men.
Voorts zij er de aandacht op gevestigd,
dat volgens de bestaande jurisprudentie
niet tot beroep zijn gerechtigd zij. die niet
overeenkomstig artikel 7 der Hinderwet
voor het gemeentebestuur of een of meer
zijner leden zijn verschenen, teneinde hun
bezwaren mondeling toe te lichten
Vlissingen, den 27 Juni 1925.
Burg. en Weth. voornoemd.
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
Huizen te koop.
Staatszuinigheid.
Wie door de voornaamste straten van
Den Haag wandelt, ziet herhaaldelijk mooie
heerenhuizen, echte oude patriciërswonin
gen, betrokken door bureaux meestal van
oen Staat.Een dure boel, is de eerste opmer
king die nien bij het zien van deze bureaux
zal maken. En niet ten onrechte. Zeer vele
van deze bureaux dateeren uit de crisisja
ren, toen tal van nieuwe rijksinstellingen
werden opgericht, die aanstonds een mooi
pand kochten en zich daar een goed onder
dak verschaften. Als het ooit eens mogelijk
ware dienaangaande een overzichtelijke sta
tistiek samen te stellen, zoti men merk
waardige zaken beleven. In den loop der
jaren is er wel eens het een en ander over
door E. PHILLIPS OPPENHEIM.
4)
Opeens wendde ik mij om met een plot-
selingen schrik. Bijna aan mijn zijde was
een zwaar lichaam komen te vallen met
een zwak gekreun. Eén stap slechts, en ik
boog mij over een op den grond liggende
mannen gestalte. Ik greep zijn hand en
staarde hem in het gelaat met ontstelde
oogen Het was mijn vader. Hij moet op
minder dan een el van mij af gestaan heb
ben, toen hij viel.
Zijn oogen waren half gesloten, en zijn
handen waren koud. Ik nam mijn rokken op
en liep snel over het gras naar huis terug.
In de gang kwam ik Alice tegen.
„Haal brandewijn riep ik buiten adem.
..Papa ligt ziek daar ginds in den tuin
Vlug
Zij was in een oogwenk bij mij. Samen
liepen wij terug naar de plaats, waar ik
hem gelaten had.
Hij had zich nog niet bewogen. Zijn ge
laat was doodelijk bleek, zijn oogen waren
gesloten. Ik voelde zijn pols en maakte zijn
boord los.
„Het is niet ernstig ten minste, dat
geloof ik niet", fluisterde ik tegen Aüce.
„Hij is alleen maar flauw gevallen."
Ik wreef zijn handen en wij kregen wat
brandewijn tiisschen zijn lippen.Toen open
de hij spoedig de oogen, hief het hoofd een
weinig op en keek half vreesachtig in het
rond.
„Het was haar stern", fluisterde hij
heesch. „Zij kwam tot mij door de schadu
wen Waar is zij Wat is er gebeurd met
haar? Ik hoorde de bladeren ritselen en
toen heb ik haar hooren spreken
„Er is hier niemand, buiten Alice en mij",
MIJNHARDT's
^Staal-T abletten
90
Maag-Tabletten. .750
Zenuw-Tabletten .75
Laxeer-Tabletten .60«
Hoofdpijn-Tabletten 60<*
BQ Apoth. en Drogisten.
(Ingez. Mededeeling.)
gezegd en geschreven, maar dit was alles
slechts te hooi en te gras. Een volledig
overzicht zou interessante lectuur zijn. De
bedragert die met den aankoop gemoeid
zijn geweest, zouden huiveringwekkend
zijn. Thans eindelijk is een ministerieel
schrijven rondgezonden waarin gezegd
wordt dat de tijd gekomen is om eens een
einde te maken aan deze weelderige huis
vesting.
Uit den aard der zaak, zoo schrijft de
minister, zullen alle in crisistijd gestichte of
gekochte woningen niet dadelijk van de
hand kunnen worden gedaan, omdat de
woningnood nog niet overal tot het verle
den behoort.
Men kan gelooven dat thans van dien
verkoop niet veel terecht komt. Wat tien
duizenden heeft gekost zal voor duizenden
weggaan, maar wat deert het Alles is
vroeger betaald en het is verrekend, zoodat
alles wat het nu nog opbrengt een meeval
lertje is.
Eén staaltje van eigenaardig koopman
schap willen wij eens noemen. In Den
Haag was een postkantoortje gevestigd.
Het was in een benedenhuisje, bestaande
uit twee kamers en een keuken. Dat ge
deelte was tot kantoor ingericht en de
Staat betaalde er 1800 gld. huur voor per
jaar. De prijs heette zoo hoog te zijn om
dat het kantoor er speciaal voor ingericht
was. Acht jaar lang heeft de Staat dit
pandje in huur gehad en toen is een ander
kantoor gesticht, zoodat de huur werd ge-
eindigd. Geruimen tijd heeft het verlaten
kantoor te huur gestaan, maar er kwam
geen liefhebber voor opzetten. Eenigen rijd
geleden nu is het weer verhuurd aan een
soort show-room. Naar wij vernamen be
draagt de huur thans... vier honderdtachtig
gulden per jaar De staat heeft dus een 10
a 11 mille te veel betaald.
Voor een ander postkantoor betaalde de
Staat twee duizend gulden hier. Het boven
huis werd daarvan aan een postambtenaar
in huur gegeven voor 600 gld. 's jaars. Het
kantoor kostte dus 1400 gld. Thans is het
gansche huis voor 1200 gld. verhuurd. Hoe
lang de Staat dit huis heeft gehad is niet
bekend.
Dit zijn nu twee zeer kleine staaltjes en
oo zullen er we! meer zijn. En het ergste
was hierbij dat beide kantoren feitelijk
totaal ongeschikt waren, zoodat ze ten
slotte beide zijn opgeruimd.
Van rijks-gebouwen sprekend, raakt men
niet spoedig uitgepraat. We willen daarvan
nog eens een geval vertellen.
Het departement van koloniën heeft een
eigen keuringsdienst. Alle personeel dat
naar Indië gezonden zal worden, wordt
daar aan een keuring onderworpen. Na
tuurlijk komen de keurlingen uit alle deelen
van Nederland en het zou dus verstandig
zijn dezen dienst ergens in de nabijheid dei-
stations te stichten. Daar was wel een
woonhuis te vinden geweest dat daarvoor
geschikt was. Verre van dat. Het departe
ment heeft nog niet zooveel jaar geleden
een keurig gebouw gesticht in één der af
gelegen straten van Duinoord. Het is een
fraai dubbel huis, speciaal voor den dienst
gebouwd. De waarde durven wij wel op 50
mille te schatten.
Als een grappige bijzonderheid kunnen
wij vertellen dat zij, die van buiten Den
Haag worden opgeroepen ter keuring, een
bericht ontvangen, waarop ook is aangege
ven hoe men van het station uit dit gebouw
kan bereiken. De leiders van dezen dienst
begrijpen dus al dat de te keuren personen
licht geneigd zouden zijn om te mopperen
over het afgelegen liggen van dezen dienst
en ter voorkoming geeft men hun dus reeds
een papieren gids mede. Wie weet krijgt
deze dienst te eeniger tijd nog niet eens
antwoordde ik, mij over hem heen buigend.
„U moet u iets verbeeld hebben. Is het nu
beter
„Beter
Hij keek van de eene naar de andere en
het bewustzijn kwam in zijn oogen terug.
„O, ik begrijp het... ik schijn flauw ge
vallen te zijn", mompelde hij. „Ik herinner
mij, dat het benauwd was op mijn kamer,
en ik ging een luchtje scheppen. Maar ik
dacht... ik dacht..."
Ik stak hem de hand toe en hij kwam
wankelend overeind. Hij was nog bleek en
beefde, maar blijkbaar kwam zijn geheu
gen terug.
„Ik herinner mij, dat het benauwd was
in mijn werkkamer", herhaalde hij. „Heel
benauwd. En ik was moe ook. Ik heb zeker
te ver geloopen. Ik moet er met een dokter
ever spreken, ik moet er stellig met een
dokter over spreken."
Alice boog zich vol medelijden naar hem
toe en hij nam haar arm. Ik liep stilzwij
gend achteraan. Een zonderlinge gedachte
had zich van mij meester gemaakt.
Ik kon den indruk van mijn vaders eerste
woorden en zijn bleek, ontsteld gelaat niet
van mij afzetten. Was het inderdaad een
wilde fantasie van hem geweest, of had hij
werkelijk de stem gehoord, die hem zoo
diep bewogen had
Ik trachtte het denkbeeld van mij af te
zetten. Ik kon het niet. Zijn kreet was zoo
natuurlijk, zijn ontsteltenis zoo in het oog
vallend geweest. Hij had werkelijk een stem
gehoord. De schrik had hem bevangen.
Maar wiens stem was het geweest, en
vanwaar zijn vrees er voor Ik sloeg hem
gade, zooals hij daar, even leunend op
Alice's arm, langzaam voor mij uit naar
huis wandelde. Hij was reeds beter. Zijn
trekken hadden hun gewone uitdrukking
van delicate, ingehouden kracht aange
nomen.
Ik sloeg hem gade met nieuwsgierige
een omnibusje aan de stations, gelijk de
hotels dit doen.
Het departement van koloniën heeft
trouwens nog zoo'n „dependance", nl. zijn
bibliotheek, die ergens in een zijstraat in
het Bezuidenhoutkwartier staat. Inderdaad
is dit uiterst handig. De bibliotheek ligt 25
minuten gaans van het departementsge
bouw af, d.w.z. een dag reizen voor een
ambtenaar die even iets wil gaan naslaan.
Als er iets is dat men aan een departement
bij de hand moet hebben dan is het wel
zijn bibliotheek en deze staat fijn een eindje
uit de buurt.
Natuurlijk kosten al deze bijzonderheden
veel geld, maar daarop wordt niet geacht.
Een gansch departement kan desnoods even
buiten het centrum van de stad liggen,
maar een dergelijke verbrokkeling is het
duurste wat te denken valt.
Thans gaat de Regeering dus de overtol
lige gebouwen opruimen en schoon schip
maken. Of het helpen zal Natuurlijk ver
dwijnt er hier of daar een huis uit den
rijksdienst, maar huizen als de koloniale
keuringsdienst en de bibliotheek zullen wel
blijven. Ongetwijfeld kan de staatsdienst
heel wat goedkooper, maar dan moet het
op heel andere wijze gebeuren dan thans
hef geval is.
Maar... de bezuinigingscommissie heeft
er het bijltje bij neergelegd, hetgeen op
zichzelf het beste bewijs is tegen de zuinig
heid aan den overheidsdienst. Wij zijn zeer
twijfelmoedig ten opzichte van de mogelijk
heid der hooggeroemde versobering. Daar
voor is het kwaad te diep geworteld.
EIBER.
De Chineesche troebelen. De
zwakke positie der Francs. Duitsch-
land's moeilijkheden. Onregelmatige
stemming te New-York. Het jaar
cijfer der H. V. A.. Vaste stemming
voor industrieele aandeelen.
Het behoeft nauwelijks verklaring dat de
effectenbeurzen in de afgeloopen week over
het algemeen een ongeanimeerd verloop
hebben gehad. De zaken zijn in dezen tijd
doorgaans niet van grooten omvang, ze
worden sinds de laatste weken bovendien
belemmerd door de onrustberichten welke
van alle kanten inkomen. Het is in de
wereld lang niet pluis en sedert de vorige
week is de toestand in de gebieden waar
thans het kwaad schuilt, er niet beter op
geworden. Te Londen is men tamelijk
ontstemd over de troebelen in China, welke
voor de buitenlanders allengs een dreigend
karakter verkrijgen en die vermoedelijk een
veel dieperen achtergrond hebben dan een
gewone burgerkrijg. Liet Bolsjewisme ïs
nimmer gevaarlijker dan wanneer het den
strijd voert onder de vlag van het nationa
lisme, gelijk thans in China het geval is.
En dat Russische invloeden aan de bewe
ging in China niet vreemd zijn, blijkt wel
uit de groote weekgelden waarmede de
stakers voor hun „diensten" worden be
loond. Chineesche fondsen zijn deze week
te Londen weer zeer flauw geweest, trou
wens de geheele markt heeft onder den
invloed gestaan van wat thans in het
Hemelsche Rijk voorvalt, omdat niet is te
voorzien tot welke gevolgen de revolutio
naire beweging kan leiden, wanneer deze
zich meer en meer tegen de Westersche
invloeden richt. Financieel is Engeland ook
in niet geringe mate bij China betrokken.
Er. de te Amsterdam genoteerde Chinee
sche leeningen luiden alle in ponden, be
halve die van 1895, welke in francs luidt.
De 5 Spoorwegleening van 1904 no
teerde in het begin dezer maand nog 68
is thans gedaald tot 53 de 5 leening
van 1912 liep terug van 67 tot 57 c/cde
41/2 leening van 1898 reageerde van 82%
tot 67 en het is wel te begrijpen dat de
houders zich ongerust beginnen te maken
en „het zekere voor het onzekere" nemen,
al gaat dit met verliezen gepdard. Ook Ja-
pansche fondsen hebben in lichte mate den
invloed van de Chineesche rebellen onder
vonden.
De voortdurend zwakke houding van den
oogen. Voor het eerst in mijn leven vroeg
ik mij af, of er een andere wereld verbor
gen kon zijn onder dat grijze, ondoor
dringbare masker.
HOOFDSTUK III.
De heer Bruce Deviile.
Met zijn eerste preek had mijn vader veel
succes. H:' preekte zonder manuscript, bij
na zonder aanteekeningen, en hij droeg
zorg, zich binnen den begripskring te hou
den van zijn kleine gemeente. Lady Nasel-
ton, die mij in den zijvleugel opwachtte,
drukte fluisterend haar warme goedkeuring
uit.
„Wat heeft toch uw vader bewogen om
naar zulk een afgelegen plaatsje als dit te
komen riep zij uit, toen wij de kerkdeur
door naar buiten traden. „Wel, hij is een
redenaarHij moest in een kathedraal
preeken Ik heb nooit gemand gehoord,
wiens stijl mij zoo beviel. Maar het is toch
jammer, te moeten denken, dat zulk een
preek ten gehoore gebracht is voor zulk
een gemeente. Vindt je dat zelf ook niet
Ik stemde van harte met haar in.
„Ik begrijp niet, dat jelui meisjes hem
hierheen hebt laten komen om zich te be
graven met zijn tafenten," ging zij voort.
„Ik heb er 'niet veel in te zeggen gehad,
bracht ik haar in herinnering". „U vergeet
dat ik mijn heele leven bijna in het buiten
land heb .doorgebracht. Ik ben pas sinds
een maand of acht thuis".
„Wel, dan zou ik toch denken dat uw
zuster meer ambitieus voor hem geweest
zijn", hield zij vol.„Intusschen zijn niet mijn
zaken natuurlijk. Nu jelui eenmaal hier bent,
zal ik zorgen iederen Zondag te komen.
Mijn man zegt, dat het zulk een trek is
voor de paarden. Mannen hebben zulke
bespottelijke ideeën, waar het de paarden
betreft. Ik houd het er voor, dat zij er veel
meer om geven, dan om hun vrouwen. Kom
morgen bij mij thee drinken, wil je
Franschen wisselkoers blijft voor de beur
zen ook een tegenwerkende factor. Ten
onzent is de Fransche Franc deze week tot
11.60 teruggegaan, ondanks de overwin
ning van Painlevé in het parlement en de
berichten over het tot stand komen van
leeningen in het buitenland. Wat de strijd
in Marokko betreft vindt de Fransche re
geering voor haar politiek wel een meerder
heid, of dit echter ook het geval zal zijn
wanneer straks de financieele plannen aan
de volksvertegenwoordiging zullen worden
voorgelegd, staat te "bezien. Intusschen
dringt de tijd. Op 1 Juli zullen ettelijke
milliarden francs schuldbrieven moeten
worden afbetaald en de voorschotten aan
den Staat, door de Banque de France ver
leend, zijn nagenoeg tot aan het maximum
(frs. 26 milliard) gestegen, zoodat de
vraag, waar de milliarden voor schulddel
ging vandaan moeten komen, geen ant
woord vindt. Mogelijk dat men op het
laatste oogenblik nog slaagt in het sluiten
van buitenlandsche leeningen. Ten slotte is
in de wereld alles te koop en wanneer met
goede onderpanden 8 a 9 rente wordt
geboden, zijn er misschien wel bankiers die
het met Frankrijk nog eens willen wagen.
Er was deze week sprake van een leening
in Londen, groot 20 millioen en één in
Amsterdam voor de stad Parijs. Maar met
zekerheid valt hierover nog niets te zeggen.
In Duitschland is het thans vooral de toe
stand der industrieele bedrijven, welke tot
groote terughoudendheid op de beurzen
aanleiding geeft.
De verkoopen hebben de laatste we
ken voortdurend de overhand, de koersen
zijn beduidend gedaald sinds de positie van
het groote Stinnes-concern zoo ernstig is
geschokt. In hoeverre het de contramineurs
gelukt is om den omvang der financieele
moeilijkheden te overdrijven, valt nog niet
na te gaan. dat zij er krachtige pogingen
toe doen, staat vast, ligt trouwens ook ge
heel in den aard der zaak. Ongetwijfeld
maakt het Duitsche bedrijfsleven een moei
lijken tijd door, nu de capaciteit der in
dustrieën lang niet ten volle omplooi vindt
er» het maken van redelijke winsten daar
door wordt bemoeilijkt, evenals het verkrij
gen van nieuwe credieten. Duitschland is er
het voorbeeld van welke ernstige perioden
een land moet doormaken, waar men de
inflatie ten einde toe heeft laten doorwer
ken. Telkens weer is het de schijn die be
driegt. Toch is het overdreven om, gelijk
reeds geschreven werd, aanstonds voor
nieuwe inflatie te vreezen. Men dient niet
te vergeten dat de malaise, waaronder het
Duitsche bedrijfsleven thans gebukt gaat,
geen uitzonderingsverschijnsel is. Ook in
Engeland en in ons land is er immers van
dividenden op scheepvaartaandeeien, op
aandeelen van scheepsbouwmaatschappijen,
van metaalindustrieën e.d. geen sprake en
het was te voorzien dat. wanneer de Duit
sche regeering ernst wilde maken met de
afdoening van haar oorlogsverplichtingen,
het Duitsche bedrijfsleven op zware lasten
zou komen .te zitten. Het blijft van beteeke-
nis dat de Duitsche staatsfinanciën weer op
een gezonden leest zijn geschoeid, dat de
bankbiljettenomloop zich niet buiten ver
houding tot de dekkingsobjëcten uitbreidt
en dat ten overvloede de Nederlandsche
professor Bruins namens de mogendheden
een oogje in het zeil houdt. Intusschen is
het een feit, dat de rentekoersen in Duitsch
land de laatste weken weer gestegen zijn.
Hypotheekbanken, welke voor korten tijd
met hun pandbrieven tot het 8 en 9
rentetype meenden te kunnen overgaan,
hebben dit percentage thans weer tot 10
verhoogd. Intusschen gaat als bekend de
Duitsche regeering voort met het maken
van uitzonderingstarieven voor de Duitsche
industrie, waardoor ook ten onzent ver
schillende takken van bedrijf worden be
nadeeld. Van verschillende zijden wordt
daartegen geprotesteerd, de Nederlandsche,
Bank heeft zelfs reeds met het beperken
dei eredietgeving gedreigd, anderzijds
meent men tot het maken dier uitzonde
ringstarieven ten volle gerechtigd en door
de omstandigheden gedwongen te zijn,
waartegen inderdaad weinig is in te bren-
„Als ik kan," beloofde ik. „Het hangt er
geheel van af, wat de Voorzienigheid voor
mij in voorraad heeft in den vorm van be
zoekers".
„Er is niemand meer om u te komen be
zoeken," verklaarde Lady Naselton, met
haar voet op het opstapje van haar rijtuig.
„Ik heb uw kaartjes-coupe doorgezien, den
laatsten keer, terwijl ik op je wachtte."
„U vergeet onzen buurman," werkte ik
op. „Die is nog niet geweest."
Lady Naselton glimlachte medelijdend
tegen mij.
„Je behoeft op hem in geen geval te
wachten," zeide zij. „Als je voor hem thuis
wilde blijven, dan zou je ziek worden uit
gebrek aan frissche lucht."
Het rijtuig reed heen en ik liep het kerk
hof langs, om mij naar de pastorie te be
geven.
Aan de overzijde van het park zag ik een
langen man met kniebroek over het hek
leunen, met een pijp in den mond. Hij stond
met den rug naar mij toe.
Ik werd nog eens aan hem herinnerd,
terwijl ik het pad op wandelde naar huis.
Op eenigen afstand van het venster van
onze eetkamer lag een hond op den rand
van een bloembed. Toen ik naderde, kwam
hij hinkend overeind, jankte en keek mij
aan met treurige bruine oogen.
Ik herkende terstond het soort. Het was
een beagle een van Mr. Deville's honden
ongetwijfeld. Hij lag aan mijn voeten met
uitgestrekte voorpoot, en toen ik mij bukte
om hem te streelen, kwispelde hij zacht met
den staart, maar deed geen moeite meer
om op te staan. Blijkbaar was zijn poot ge
broken.
Ik haalde wat verbandlinnen thuis en be
gon de poot zoo zorgvuldig mogelijk te
zwachtelen. De hond lag heel stil, jankend
en mij de hand likkend.
Juist toen ik het verband klaar had, be
merkte ik, dat er iemand in den tuin nader-
gen. Ook in Engeland wordt de neiging tot
protectie sterker en met den vrijhandel
schijnt het voorloopig gedaan te zijn.
Ook de New-Yorksche beurs heeft dit
maal de Europeesche beurzen niet kunnen
opvroolijken. Men is in de Unie nog altijd
niet eenstemmig in het oordeel over den
economischen toestand des lands, voor
loopig kan wel worden vastgesteld dat er
van een hoogconjunctuur geen sprake is en
dat hier en daar teekenen van malaise
zichtbaar zijn. Vooral in de ijzer- en staal
industrie is de handel verre van levendig.
Een ongunstigen indruk hebben ook de
oogstberichten gemaakt. Terwijl over bijna
heel de wereld hoogere standcijfers wor
den gemeld, zal de graanoogst met name
voor tarwe in de Unie, naar geraamd
wordt, belangrijk kleiner zijn dan het vorig
jaar, waardoor het vervoer op de spoor
wegen en de export zal worden gedrukt,
wat voor ons werelddeel een gunstige om
standigheid is bij onze toch reeds groote
verplichtingen aan de Unie.
Op de Amsterdamsche Beurs hebben al
de hierboven geschetste moeilijkheden hun
invloed doen gelden, zoodat de omzetten
de meeste dagen eer gering waren. Op de
afdeeling der Suikerwaarden bleven aand.
Handelsvereeniging „Amsterdam" gevraagd
in verband met het jaarverslag over 1924.
Schreven we de vorige week over het we-
reldbedrijf der Koninklijke Petroleurityt^e
H. V. A. verdient om haar krachtige finan
cieele positie, de voortdurende expansie
van haar cultuurbedrijt, en de voortreffe
lijkheid van haar leiding, niet minder de
aandacht. Bij een kapitaal van 25 mil
lioen bedroegen de winsten in 1924 bijna
ƒ40 millioen, waarvan meer dan de helft
in het bedrijf werd gehouden. De zichtbare
reserves zijn geklommen tot 50 millioen.
terwijl al de fabrieken en ondernemingen
pro memorie op de balans staan. En haar
beschikbare kasmiddelen beliepen einde
1924 niet minder dan ƒ90 millioen. Naast
de suikercultuur legt de H.V.A. zich de
laatste jaren in sterkere mate toe op de
ontwikkeling van andere cultures op Su
matra, waarvoor reeds ƒ40 millioen is uit
gegeven en nog eenzelfde bedrag zal wor
den besteed. Aandeelhouders ontvangen
v/el geen hooge dividenden, maar worden
op gezette tijden met een claim verrast,
zoodat hun kapitaalrisico ruimschoots be
loond wordt. Ook andere Suikerwaarden
lagen vrij vast in de markt, naar aanleiding
van de hooge opbrengsten van den nieuwen
oogst. Rubber aandeelen behielden den sti-
muleerenden invloed van de hoogere rub-
berprijzen te Londen, waar de voorraad
opnieuw is teruggegaan.
Op de afdeeling Petroleumwaarden blij
ven aandeelen Koninklijke gevraagd voor
Fransche rekening en gestimuleerd door de
vaste stemming in New-York, waar hoo
gere prijzen voor olieproducten worden ver
wacht. Ook de mededeelingen van den
voorzitter der jaarvergadering der Shell
werden gunstig opgenomen.
Van de overige afdeelingen is alleen ver
meldenswaard. dat verschillende Indus
trieele aandeelen op hoogere koersen wer
den verhandeld. Dit gold b.v. van aandeelen
Alg. Norit, naar aanleiding van besprekin
gen met de Koninklijke over een leverings
contract, voorts waren aand. Jurgens. Phi
lips. Heemaf, Machinefabriek „Breda" e.a.
vast en hooger.
Op de beleggingsmarkt houden de nieu
we emissies aan. Het resultaat is dusver
voor nieuwe geldaanvragen moedgevend.
Van buitenlandsche soorten waren portu-
geesche Tabaksobligaties hooger in ver
band met het opheffen van beperkende be
palingen voor de couponbetaling.
Geld op prolongatie 2Vo
HET VOORMALIG JACHTSLOT „TER
LINDE" TE RITTHEM.
Het eiland Walcheren, terecht Zeelar.ds
tuin geheeten, is reeds van ouds bekend om
zijn prachtig natuurschoon. De vele kron
kelende wegen, aan beide zijden met op
gaand houtgewas begroeid, geven aan het
landschap een bekoorlijkheid, die wij zeiden
in andere streken van ons land aantreffen.
In de 17e en de 18e eeuw, toen het bouw
de een vaste, zware stap liet zich hoo
ren in de laan. Een oogenblik later klonk
een grove stem bijna bij mijn elboog
„Neem mij mij niet kwalijk, maar ik ge
loof, dat een van mijn honden hier is."
De woorden waren beleefd genoeg, maar
de toon was bruusk en afstootend. Ik keek
om, zonder het verband los te laten. De
aanblik van onzen buurman was zeer zeker
niet aanmoedigend. Zijn groote gestalte
was achteloos gestoken in een heel oud
jacht-costuum, dat eenmaal misschien van
degelijken snit geweest was, maar nu bij
den lörrenkoopman thuis behoorde. Hij
droeg een grijsflanellen hemd met platten
kraag van dezelfde stof.
Zijn gelaat werd op het oogenblik ont
sierd door een trek van knorrige stuursch-
heid. Hij had de hand half onwillig aan zijn
pet gebracht en een paar doordringende
oogen blikten fonkelend op mij neer van
onder zijn zware wenkbrauwen. Zooals hij
daar hoog en toornig stond was hij een
beeld van kracht en ongenaakbaarheid.
Ik hervatte mijn werk.
„Het zal zeker uw hond wel zijn", sprak
ik kalm. „Maar u moet even wachten, tot ik
het verband klaar heb. U moet beter zorg
dragen voor uw dieren. U weet misschien
niet, dat zijn poot gebroken is."
Hij liet zich terstond op de knieën vallen,
zonder verder naar mij om te zien. Hij
scheen mijn bijzijn te vergeten.
„Ondeugd," riep hij op zachten toon,
„mijn beestje, mijn beestje, wat heb je uit
gevoerd 1 O, jou ondeugend dier."
Het dier wrong zich, met de ondankbaar
heid zijn ras eigen, met alle kracht uit mijn
handen en liefkoosde zijn meester met alle
teekenen van vreugde.
Ik was zoo geheel en al vergeten, dat ik
hem op mijn gemak kon gadeslaan.
(Wordt vervolgd).