WOENSDAG 17 JUNI ONHERROEPELIJK s— No. 140- 63e Jaargang1929 BINNENLAND Stads= en Proviocienieuws Zonnebrand Kloosterbalsem FEUILLETON VLISS1NG5CHE COURANT ABONNEMENTS PRIJS Voor Vlissingen en gemeenten op Wal cheren ƒ2.20 per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ2.50. Week-abon- nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent. ADVERTENTIE-PRIJS Van 14 regels: ƒ1.10 voor iedere regel meer 26 centbij abonnement spe ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel Kleine Advertenties betreffende Huur en Verhuur. Koop en Verkoop, Dienstaanbie dingen en Dienstaanvragen, enz., prijs, bij vooruitbetaling van 15 regels ƒ0.75, eïke regel meer 15 cent. Familieberichten van I6 regels: ƒ1.70, iedere regel meer 26 cent De Koninklijke familie. De Zwitserse he correspondent van ,,de Maasbode" seïnr d.d. 16 Jimi De Koninklijke familie, die nog steeds te Chamonix verblijf houdt, hoopt over enkele dagen weder in Zwitserland terug te kee- icn. Prins Hendrik maakte heden -een uit stapje van Chamonix via Evran-Ies-Bains naar Montreux. Nederland en België. De correspondent van de .„N, R. Ct." te Brussel meldt De Assemblée Waïlonne heeft aan het parlement een adres gezonden, waarin het verdrag tusschen Nederland en België ter sprake komt en waarin de vereenigïng be treurt, dat In her ontwerp niets voorkomt over de kwestie van de bres van Limburg, hoewel de groote mogendheden in 1919 eenstemmig verklaard hadden dat de vei ligheid van België naar den kant van de Maas niet verzekerd kon woTden tenzij»door een overeenkomst tusschen de generale staven van Nederland en België. De vergeten schoolkinderen. Op de schriftelijke vragen van den heer Ter Hall betreffende afschaffing van de straf van het schoolblijven van kinderen, heeft de heer De Visser, minister van -on derwijs, K. en W. het volgende geant woord De wet geeft den ondergeteekende geen bevoegdheid om maatregelen te nemen waardoor gelijk wordt gevraagd eer. radicaal einde gemaakt zon worden aan toestanden, zooals in October 1924 te Dell en in begin Mei 1925 te Dordrecht voor kwamen, waarbij schoolgaande kinderen, die voor straf moesten nablijven in de school, door vergeetachtigheid van het on derwijzend personeel in het verlaten schoolgebouw achterbleven. De straf van het schoolblijven behoort tot het tuchtrecht van het hoofd der school, en onder zijn verantwoordelijkheid kan zij mede worden opgelegd door de(n) klasse- onderwijzer(es). Het nablijven van leer lingen kan op zichzelf natuurlijk niet als een gevaarlijke straf worden aangemerkt, en zeker niet, indien deze, gelijk het be hoort, onder toezicht wordt toegepast. Tot het doen afschaffen dier straf ontbreekt den ondergeteekende de bevoegdheid, maar hij kan er de noodzakelijkheid ook niet van inzien. Zelfs een wenk, dat de nablïjvèrs steeds onder toezicht moeten zijn, acht hij overbodig, eenerzijds omdat deze beide be treurenswaardige gevallen een zóó zeldza me uitzondering op het geheele aantal openbare en bijzondere lagere scholen zijn. en anderzijds, omdat juist die gebeurtenis sen zelf de beste waarschuwing zullen zijn, om het noodige toezicht in het vervolg ook in andere scholen niet te doen ontbreken. Mgr. Nolens en minister Colijn. Zondagmiddag sprak mgr. dr. W. H. Nolens voor de Katholieke kiesvereeniging te 's-Gravénhage een politieke rede uit. Volgens „de Maasbode" zeide de leider der R. Kath. Kamerfractie o.m. „Er vormt zich een legende, dat het her stel van het financieel evenwicht alleen het werk van den heer Colijn zou wezen. Er worden reclameplakkaten in dezen zin 'ge bezigd. Zelfs de heer Colijn Het zich in de zen zin uit, de Anti-Rev.'partij als zoodanig aanduidend. Spreker is verplicht een deel der verantwoordelijkheid daarvan voor de Katholieke partij vast te leggen. Zonder de medewerking der Katholieke ministers en Kamerclub ware dit niet mogelijk geweest." Wat de toekomst betreft, verwees spre ker naar zijn vroeger aangegeven stand punt, dus bij voorkeur voortzetting der coalitie en bij onmogelijkheid daarvan na dere overweging met welke groepen kan worden samengewerkt. Uit'deze verklaring wordt wel gehaald, wat er niet in zit. Het verschil tusschen Colijn en spreker in deze kwestie is, dat de Katholieken de mogelijk heid een er overweging niet uitsluiten. Dit ligt zeide mgr. Nolens, misschien aan de groote verantwoordelijkheid, die de twee maal grootere Katholieke fractie te dragen heeft. Be salarissen der ambtenaren. Onlangs is in de bladen medegedeeld, dat de minister van financiën aan de hoof den der departementen van algemeen be stuur een rondschrijven had gezonden, waarin hij hun verzocht, onvoldoende rege lingen, uit het nieuwe bezoldigingsbesluit voortvloeiend, te zijner kennis te willen brengen. In sommige ambtenaarskringen schijnt men dit te willen opvatten"are een aanwijzing voor een komende betere alge meen e salarisregeling. Het „Hbl." ver neemt echter, dat een wijziging van het niveau der salarissen, vastgelegd in het r.ieuwe bezoldigingsbesluit, niet in de be<- doëlrng ligt. De minister van financiën be oogde met zijn rondschrijven alleen kennis tc krijgen van grove onrechtvaardigheden door de nieuwe regeling veroorzaakt, welke noodzakelijk behooren te worden weggeno men. Dat is dus, wat de ministers Ruys en Colijn reeds eerder in de Tweede Kamer noemden „het gladstrijken van eenige plooien." De nieuwe loonregeling bij de spoorwegen. Naar „de Tel." verneemt, zal de Loon- naaö Öer Nederlandsche Spoorwegen, die heden bijeenkomt, o.m. een rapport in zake loon naar standplaats behandelen en een rapport in zake minimumloon beide rap porten zijn uitgebracht door daartoe be noemde subcommissies. Jn zake loon naar standplaats zou de commissie tot de conclusie zijn gekomen dat een vaste aftrek in beginsel beter is dan het tegenwoordige stelsel, nl. aftrek van 4, 8 en 16 van het loon. De vaste aftrek zou dan als volgt moe ten worden voor alle loonen 80 aftrek voor klasse II, 160 aftrek voor klasse III en 320 aftrek voor klasse IV. Door deze regeling zouden de lagere loo nen van de eerste vier klassen omlaag gaan, terwijl de loonen van het hoogere perso neel er door zouden stijgen. De commissie in zake het minimumloon zou in haar rapport tot de conclusie geko men zijn, dat het minimumloon op 1400 per jaar gehandhaafd moet blijven, terwijl een minderheid het billijk acht, dat het mi nimumloon op 1500 per jaar wordt be paald. Vergissen wij ons niet, aldus „de Tel.", aan is dit laatste bedrag destijds voorge steld door de Nederlandsche vereeniging. De postchèque- en girodienst in Mei 1925. Aantal geopende rekeningen 1445 aan tal rekeningen op lilt. Mei 1925 108.529 ontvangen stortingen 391.035 70.632.247 uitbetaalde cheques 98.199 39.006.218 bijschrijvingen 912.149 355.521.240, waar van in giro 284.028.199 afschrijvingen 560.55 322 146 647, waarvan in giro f 284.028.109. Gezamenlijk tegoed uit. Mei 1925 322.967.452, ultimo April 1925 289.629.011 bedrag der belegging uit. Mei 1925 f 64.262.928, ultimo April 1925 64.790.890 Verandering in dett loodsdienst. De reeds eerder voorgenomen verande ring ter bezuiniging op den loodsdienst is gisteren in werking getreden. Behalve een viertal loodsen, die voor den ioopenden dienst te IJmuiden gereed moe ten zijn, werden alle te IJmuiden gestation eerde binnenloodseen naar Amsterdam verplaatst om de van daar en van Zaan dam afvarende schepen tot in zee te bren gen, terwijl de zeeloodsen van gisteren af de binnenkomende schepen uit zee tot óp de losplaats begeleiden. De reorganisatie der posterijen. De Kamer van Koophandel te Waalwijk heeft met betrekking tot de reorganisatie der posterijen in een adres aan den minister van waterstaat o.a. het volgende geschre ven Wij betwijfelen zeer of de reorgani satie op de wijze, als door de commissie Molting wordt voorgesteld, wel zal leiden tot het resultaat van een sluitende exploi tatie, daar stellig is te verwachten, dat door de inkrimping van den dienst het ge bruik daarvan zal terugloopen. Naar het oordeel onzer Kamer is een sluitende exploitatie veeleer te zoeken in verlaging van tarieven met handhaving van de bestaande kantoren, zoo mogelijk naast uitbreiding van den dienstverlaging van (den dienst) de tarieven en verruiming van de gelegenheid om van de diensten gebruik te kunnen maken, zullen, onvermijdelijk in de hand werken, dat men zich meer dan tot nu toe van de bedrijven bedient. Uitbreiding van den dienst moet dan echter alleen wor den verkregen door verlenging van den ar beidstijd en verhooging van de dienstpres- tatie. Naar ons oordeel zal op dit laatste sti- muleerend werken het aanstellen van per soneel in los dienstverband. Deelen wij in het algemeen 'het gevoelen der commissie, dat de bezuiniging niet in de eerste plaats moet worden gezocht in verlaging der loo nen, dit neemt niet weg. cfat naar het oor deel der Kamer sommige categorieën van ambtenaren, vooral de plaatselijke te re- quireeren krachten hooger bezoldigd wor- r deh dan gelijke krachten in het particulier bedrijf, hetgeen onder de omstandigheden waarin de exploitatie van den dienst der posterijen verkeert, zeker niet gewettigd is. Wanneer, zooals wij verwachten, de door de commissie voorgestelde maatregelen niet leiden tot het doel, dat men zich voorstelt, dan geven wij u in overweging deze aan gelegenheid opnieuw in studie te geven aan een commissie, die slechts voor /3 is samengesteld uit postambtenaren en voor 2/3 uit bekende practische zakenlieden. Wanneer wij de concrete voorstellen der commissie nagaan, dan blijkt het onsdat onze vrees, dat vooral het platteland de gevolgen der ingestelde bezuinigingsmaat regelen zal hebben te dragen, niet onge grond is geweest. VLISSINGEN, 17 JUNI. International! Industrieel congres. Vrijdag a.s. zal in het Grand Hotel „Bri- tannia"alhier een congres worden geopend, dat zeer belangrijk belooft te worden en waaraan zal wordn deelgenomen door on geveer 150 gedelegeerden, die 18 verschil lende landen vertegenwoordigen. Het pro gramma vermeldt onder meer lezingen over onderwerpen alsarbeidswetgeving, be roepskeuze, aanstellingsmettioden, over de verschijnselen van arbeidsvermoeienis en afmatting, sociale vooruitgang enz. Het Congres zal ongetwijfeld tot de op lossing van actueele sociale problemen het ziine bijdragen en vermoedelijk tot de op richting van een internationale organisatie op het gebied van industrieel Walfare Work den stoot geven. Badpaviljoen „Wilhelmina". In het badpaviljoen „Wilhelmina" wordt voor afwisseling gezorgd. Heeft de humorist Lucien daar een volle zaal weten te trek ken, nu kunnen weder de liefhebbers van goeden zang genieten. Van Vrijdag 19 tot en met Donderdag 25 Juni zal daar optreden de bariton-zanger, de heer Henri An genen! De film „de Witte Non" werd dezen winter in liet Alhambra-theater door den heer An genen t muzikaal geïllustreerd weer een frisschen blos en heel haar optre den getuigde van jeugd en geestkracht. „Laat Parijs dan maar gevaarlijk zijn Bournemouth is nu ook zoo ultra-veilig „Geen plaats kan te veilig zijn voor een „En mooi meisje viel een andere stem in. Het was Jim Wedderborn, die in zijn flanellen sportpak was binnengekomen, zóó van het tennisveld en nog verhit van het spel. Valetta knikte hem eens vriendelijk toe, „U wilt zeker wel een kop thee „Graag." „Maar dan geen complimentjes meer. D2ar houd ik niet van." „Die komen zoo van zelf daar kan een mensch niets aan doen. Maar wat is dat nu voor een gevaarlijke plaats, waar u heen wilde „Ik denk over verandering van lucht." „Kom u ziet er heelemaal niet naar uit, of die noodig heeft. Stelt u die ver andering dan in ieder geval uit tot mijn vacantie voorbij is." „O, als u eens wist, hoe zeer ik nu ge noeg heb van Bournemouth, mr. Wedder- burn Ik kan hier geen twee maanden meer blijven. Vertelt u mij eens Is Parijs echt gevaarlijk „Wel neen Ja, er zijn gevaarlijke gedeel ten, maar..." „Hoe kan nu een jong meisje als miss Moore, weten welke deelen ze dan kiezen moet f" „Maar u als vrouw van ervaring dan plaagde Valetta. „Ja", antwoordde mrs. Delancy, „Maar daar ben ik toch niet van op de hoogte. Misschien had dit wel zoo behooren te zijn, en vindt u mij feitelijk van weinig dienst „Ik ben zeer met u ingenomen, hoor, en ik zou niet graag een andere chaperonne hebben Maar ik zou nu eenmaal zoo graag smetten, puistjes, oude en nieuwe wonden genezen spoedig mef AKKER's (Ingez. Mededeeling.) en hij mocht daarbij veel succes inoogsten. Thans za! de heer Angenent in het bad- paviljoen „Wilhelmina" aria's uit verschil lende opera's zingen en verder vroolijke Hollandsche levensliedjes. Het programma is dus niet te ernstig en zal bij de bezoe kers van het badpaviljoen wei in den smaak vallen. Rubber uit „de Jonge Catharina". De centrale recherche te Rotterdam heett beslag gelegd op een zending van vijf kis ten en drie manden, in totaal 508 K.G. rub ber bevattende, die onder een zending ba nanen en levensmiddelen uit Vlissingen naar Rotterdam waren verzonden. De rub ber is afkomstig van de lading van het op 9 April in de Wielingen gezonken stoom schip „De Jonge Catharina". De afzender, de handelsagent P. J. D.. uit Vlissingen, die het goed te Rotterdam in ontvangst nam, om voor doorzending naar Amster dam te zorgen, is aangehouden. Een bijzondere etalage. In een der etalages van den Vlissing- schen Boekhandel voorheen De Vey Mest- dagh zal deze week wel de bijzondere aan dacht trekken het daar uitgestalde glas werk, producten van de glasfabriek te Leerdam. Men vindt daar glaswerk, ontworpen door De Bazel, Lanooy, De Lorm en Copier. AI dit glaswerk munt uit door fijne af werking en mooien vorm. De glasfabriek te Leerdam heeft op he\ gebied van het vervaardigen van fijn glas werk een bijzonder goeden naam en bij nadere kennismaking met de producten de zer fabriek, zal men allicht geneigd zijn zich dit mooie glaswerk aan te schaffen. De directeur dezer fabriek is tevens voorzitter van het hier de volgende week te houden internationaal technisch congres en mede in verband hiermede heeft de di rectie besloten gedurende deze week een expositie te houden van het op de fabriek te Leerdam in zoo verschillenden en fijnen vorm vervaardigde glaswerk. Te grooten diepgang. Het stoomschip „George Washington" een van de grootste schepen van de Red Star Line, zal a.s. Vrijdag of Zaterdag ter reede alhier aankomen met passagiers, be stemd voor Antwerpen; Daar het schip niet naar Antwerpen za! opvaren wegens zijn groote afmetingen, zullen de passagiers al hier ontscheept worden aan boord van de mailboot „Prinses Clementine" van de lijn OstendeDover en daarmede de reis naar Antwerpen voortzetten. Verkeersregeling. De politie treedt nog steeds krachtig op ter handhaving van de verkeersregeling. Herhaaldelijk worden bestuurders van rij en voertuigen en ook fietsers, gewaar schuwd zich aan de verkeersregelingen te houden. Gisteren werd nog een automobiel- bestuurder bekeurd die aan de linkerzijde van den weg reed. Wraakneming Een ingezetene deed bij de politie aan gifte dat een slagersjongen haar wit hondje met roode verf had gegooid, waardoor de haren van het dier geheel rood gekleurd waren. Een onderzoek wordt ingesteld. Gevaarlijk glas. Opnieuw kwam bij de politie een klacht in dat een meisje aan het strand met haar voet in glas had getrapt. De politie ver bond hef kind, dat daarna eigener bewe ging naar huis kon gaan. naar Parijs gaan, en ik zie niet in, waarom dit niet zou kunnen Wat zegt u er van, mr. Wedderburn „Nu dat ik het niet best zou vinden, hoe u met u beiden naar Parijs ging. Maar als -u een heer bij u hadt dit zou wat anders zijn." „Waar halen wij dien „heer" vandaan?" „Hier staat hij „U En u gaat toch niet naar Parijs „Niet, als u het niet hebben wil. Maar anders zou ik u wat graag tot geleide dienen „Meent u dat Zoudt u ons in Parijs wil len rondleiden „Met het grootste genoegen Wanneer gaan we dan „Wat dunkt u van overmorgen „Is dat niet wat te gauw, lieve meen de mrs. Delancy. „Volstrekt nietvond Valetta. „Zullen we er in den tuin nog eens over gaan spreken vroeg Wedderburn. Valetta gaf gehoor aan deze uitnoodiging en niet zoodra liepen ze tusschen de rho- dodendron-boschjes, of hij lachte haar toe. ,,U ziet er nu al veel beter uit." „O, de gedachte alleen van een verande ring, doet mij al goed. Ik tien hier door weelde omringd. Maar een mensch verlangt ook nog wel eens iets anders, nietwaar „Helaas, ja zuchtte hij. „Het is een heel vroolijke stad, Parijs hé? En er zijn tal van museums en andere be zienswaardigheden 'En je kunt er ruim schoots genieten van schouwburgen en concerten „Zeker. Maar Londen heeft it toch ook nog niet gezien „Neen Misschien was het veel natuurlij ker, dat ik onze stad eerst eens bezocht. Maar ik verlang een totale verandering, weet u I" „En gisteren, toen ik u bijvoorbeeld vroeg of u mee ging naar die huwelijksinzegening Een bijtende hond. Bij de politie werd aangifte gedaan dat een hond een 16-jarigen jongen in de lin ker enkel had gebeten. De jongen werd door een arts verbonden. De politie heeft de zaak in onderzoek. Commissie van aanslag voor de inkomstenbelasting. Voor het tijdvak van 1 Mei 1925 tot en met 30 April 1929 zijn door Ged. Staten benoemd tot liet der commissie van aanslag voor de inkomstenbelasting, standplaats Vlissingen, de heeren W. L.v Huson en J. Loois Az. aldaar, C. W. Bierens te St. Lau rens, B. Franse te Arnemuiden, standplaats Goes de heeren G. A. Hajenius en J. Don- ner Sr. aldaar en C. Koert te Wolfaartsdijk. Opzichter polder Walcheren. Tot adjunct-opzichter 2e klasse bij den polder Walcheren met standplaats West- kapelle is benoemd de heer J. W. de Rid der te Wissenkerke. De emigratie van werkloozen. Daar wij vernomen hadden, dat een groep werkloozen, die naar Belg. Luxem burg waren gegaan om daar werkzaam te worden gesteld bij het aanleggen van spoorwegen en de daarin vallende kunst werken, zeer spoedig weer terug zijn ge keerd, hebben wij een onderzoek ingesteld bij de districtsarbeidsbeurs en vernamen wij daar, dat verleden week 15 man, 8 uit Middelburg en twee van buiten, onder ge leide van een Middelburgschen gemeente ambtenaar naar bedoeld deel van België zijn gegaan. Daar aangekomen meenden zij, dat de voorwaarden niet gelijkluidend waren aan die, welke hun aan de beurs waren medegedeeld. Het loon (2.803 frc. per uur) klopte, ook de arbeidstijd van 10 uur per dag. Men meende echter dat het niet uitkeeren van verlet op regendagen niet vooruit was bekend gemaakt, wat echter volgens de mededeel!ngen van den directeur wel degelijk is geschied. De kost prijs was wel iets hooger dan aanvankelijk was gedacht, maar toch nog zoo dat men f 10 per week kan overleggen, voor de ge huwden een mooi bedrag om naar huis te zenden, voor de ongehuwden een mooi be drag om over te leggen. Hoe het ook zij, de leider seinde naar de beurs, dat de arbeiders het werk niet wil den aanvangen, omdat de voorwaarden niet klopten met de gedane beloften. De directeur stelde zich direct met de centrale bemiddeling in Den Haag en Brussel in verbinding, en seinde naar den leider van de ploeg, dat de arbeiders het werk moes ten aanvangen in afwachting van een schrijven van hem. In dit schrijven wordt naast de tweemaandelijksche terugkeer naar huis, vrouw- en kinderen voor reke ning der steunverleening, ook toegezegd, dat de regendagen door de steunverleening zullen worden bijbetaald tot zooverre, dat men een behoorlijk bedrag naar huis kan zenden. De leider bood de gehuwden 4 tot 5 da gen loon in voorschot aan, maar dit alles hielp niets, men wilde niet aan het werk en keerde terug, zonder zelfs den brief van den directeur af te wachten. Van de gehuwden is dit reeds zeer ver keerd, maar van de ongehuwden wordt het een schandaal genoemd. De ongehuwden verspelen het recht op steunuitkeering zeker, als zij zulk werk niet aanpakken willen, wat hun gedurende 8 jaar een goed bestaan zou geven. De emigratie stuit in Zeeland, in tegen stelling met hetgeen men op andere plaat sen ziet, op te weinig medewerking der ar beiders, die zich direct door bezwaren, veelal bezwaartjes, laten afschrikken en het daardoor hun, die met de arbeidsbemidde ling belast zijn, zeer lastig maken. De arbeiders moeten zelf gaan begrijpen, dat ten slotte een einde moet komen aan crisissteunverleening en waar eenigszins mogelijk aan het werk moet worden ge gaan, al is het dan ook elders dan in hun woonplaats. En al mogen de Zeeuwen zich wellicht minder makkelijk verplaatsen, toch in de kerk, dat was toch ook wel een heele verandering van tooneel... w.ilde u niet." „Ja maar zoo'n huwelijksplechtigheid maakt mij altijd zoo bedroefd, ziet u f" „Als andere meisjes dat zoo zeggen, be weren de menschen in den regel dat dit jaloezie is. Maar in uw geval kan dit toch niet waar wezen Ze sprak daarop heel langzaam en na drukkelijk „Toch is het niet zoo onbegrij pelijk. dat een meisje graag den man van haar keuze zou willen trouwen." „Ja", antwoordde hij. „Om den juiste te krijgen, dat is de zaak Toen gingen ze over het uitstapje naar Parijs spreken en zij deed hem no gtal van vragen, die hij zeer goed beantwoorden kon. Na afloop van dit onderhoud stak zij hem de hand toe. „U heeft zich altijd een goed vriend be toond, mr. Weddeburn. U weet dan ook niet, hoe dankbaar ik u ben „Wel, mijn vrienden ben ik altijd graag van dienst." „U was ook zeer goede vrienden met mr. Thome, is het niet „O ja. Wij waren onafscheidelijk." „Ik heb u al eens willen vragen, of hij nog in Londen was Zou hij steeds vooruit gaan in zijn kunst „Neen, in Londen is hij niet meer Hij heeft Engeland verlaten onmiddellijk na den dood van mrs. Pettigrew. Hij ging naar Indië. Was de natuur daar niet geschikt voor zijn studies, dan zou hij naar Algiers gaan. Net als u verlangde hij naar een ver andering." „Hij is een groot kunstenaar, nietwaar „Ja, dat is hij zeker. Hij zei, dat de kunst voortaan zijn eenige geliefde zou wezen. Maar zóó praten allen, die een teleurstelling hebben gehad." (Wordt vervolgd.) Naar het Engelsch van L. E. TIDDIMAN. 12) „Waarom cieedt je dat snikte ze. „Omdat ik je zoo zeer lief had, omdat mijn hart mij zei, dat het onwaar moest zijn, wat er van je beweerd werd Heb je. mij lief, Val Toe, zeg dat eens." '„Nu nog niet Eerst moet je mij eens vertellen, wat ik graag weten wilde." Ze hield het geiaat nog verborgen. Zwak en onduidelijk kwam zijn stem tot haar. „Eerst mijn vraag beantwoorden, kindje. Enkel maar met een „ja" of „neen". Heb jij dien laster overgebracht aan mijn tante?" Als onder een betoovering moest ze den blik nu wel op hem gericht houden. Ze zag doodsbleek, haar lippen trilden. Zelfs eer zii het uitsprak, begreep hij, wat haar ant woord zou zijn „Ja", zei zé langzaam. Wat hij toen sprak, ging grootendeels voor haar verloren... „ik geef niets om geld", sprak hij, het hoofd achterover geworpen met die trot- sche uitdrukking, zooals ze dit al zoo dik wijls van hem had gezien, „ik kan zelve wel genoeg verdienen Maar wat me grieft dat is he.t verlies van vertrouwen in je. Want ik had je lief, Val, en je hebt het en kel maar als een spelletje opgevat. Ik heb je lief gehad, van het eerste oogenblik af, dat ik je zag. Maar nu heb je de waarheid en je eer verpand voor rijkdom Je hebt het handig gedaan, zooals je vader zei. Jij hebt gewonnen en ik heb verloren, maar toch benijd ik je niet „Olivier riep ze, „laat mij spreken „Zeker, spreek maar. Luisteren doe ik niet f Je hebjt ééns te veel gesproken. Mijn vraag heb je beantwoord. Dus acht ik het voldoende." Zij lag daar ademloos... Hij trad het vertrek uit, en half-luide kionk toen haar verzuchting „O was ik toch liever met stomheid ge slagen, dan dat ik hem verraden had zijn naam had zwart gemaakt. Maar ik sprak in drift ik heb de gevolgen niet berekend. Ik sprak om mijn vader te verdedigen... En. o mijn vader heeft alle hoop op geluk van mij genomen Ze stond nu heel alleen op de wereld de .wereld, die ze al moe was, ondanks haar een-en-twintig jaren Op den ochtend had Valetta een onder houd met den notaris en die zou haar hel pen om een groot deel van haar fortuin aan te wenden om anderen te helpen. De tijd verzachtte alle leed en, ofschoon Valetta dus, bij buien, wel weer opgewekt kon zijn, bleef het verdriet toch aan haar hartje knagen. Velen dongen naar de gunst van de rijke erfgename. Maar de eenige, dien zij wat meer in haar vertrouwen nam, was Jim Wedderborn, de vriend van Olivier. Soms vroeg hij zich of hij, om der wille van zich zeiven geduld werd, of enkel om de be trekking waarin hij stond tot dien ander. Onzekerheid heerschte in zijn gemoed, maar liefde sloop in zijn hart HOOFDSTUK XIII. „Parijs is een gevaarlijke plaats", sprak mrs. Delancy, Valeria's chaperonne. „Neen, ik geloof heusqjj niet, dat u er verstandig aan doet, daarheen te gaan. Er zijn nog zoo vele streken, waar u veilig naar toe kon gaan naar Schotland, Wales, de Engel- sche meren, Devonshire of Cornwallis. Maar Parijs zou ik vermijden." Mrs. Pettigrew was al een jaar overle den. Miss Moore had nu den rouf afge legd en droeg een zacht-blauw mousselinen toiletje, met crème-kleurige kant. Ze had nu

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1925 | | pagina 1