PPEH
REIN
Advertentie
Tweede Blad
ïATER
t's Spaarthe
SVELT en
!lj t!
toomvaart.
WKS»®
1 MEI 1325. lis. 102
FEUILLETON
Land= en Tuinbouw
GEMENGD7 NÏEUWF-
VAN DE
rdag 7 Mei
Imwerk, getiteld:
ch uit de ouder-
dvuur de levens-
alzaal ontwikkeld
enoogen zijn ge-
lannenharten ge-
mislukking, alles
loogen, dat liegt,
U de alier-
et boek der
zien, die U
uit verbaasd
fan aandoen-
irde schoonheid,
sterven maar
altijd voort. Gij
e geluk, dat den
n eeuwigdurende
ast vinden in dit
„LIEGENDE
an een vrouw van
en geest van het
•wekken.
ïoonen we hierbij
e van
vuren".
og een geweldige
Een meisje tus-
reven, De sprong
vekkende hoogte
d in een t'antas-
seeonden De
EIN.
„LIEGENDE
rogramma.
3e Staaltrein.
'erlaagde prijzen
1EERT U EENS
cent per ons.
andere soorten v,
Bovendien ontvan
zakjes 1 gulden teru
KORTING.
IWEND1JK 27.
ir en Verhaar, Koop en Virlitf
Often en DlensUuuvrsleii, m
uitbetaling, van 1-5 rege
e regel meer 15 cea* -
ERIFF-HONDJE
isteelstraat 01 (ben.)
angeboden
ISCHE PAKKEN,
lantung.
|37.
Nette
JFFROUW,
fijne Vleeschwaren
ureau „Vliss. Courant'
DAGMEISJE
'l beneden 15 jaar.
6 uur.
reau „Vliss. Crt."
rAN OS, Steenenbeer 1
a.s. een
DIENSTBODE.
E HERDERSHOND
;eboden.
/acintenlaan 22.
Vliddelb. - Rotterdam
ngelegen plaatsen
van" passagiers
ïren en vee.
7, Mli.
Meitlir
1
48
7.
7J. I"
9
tien te bekomen
N.V. Transport- en J»
Erven G. VOS, 11
buitenhek
VAN
VERGADERING VAN DEN
GEMEENTERAAD VAN SOUBURG.
op Donderdag 30 April 1925, des
middags 3 uur.
Voozitter de heer P. S. Buteux.
Aanwezig alle leden.
De notulen van het verhandelde in de
vorige zitting werden goedgekeurd.
Mededeeling werd gedaan van verschil
lende ingekomen stukken, o.a. van het
verslag van de commissie van toezicht op
het lager onderwijs. De toestand van het
onderwijs is over het algemeen gunstig.
Ouderavonden werden op alle scholen
gehouden.
(Jit het verslag der woningbouwveree-
niging bleek, dat de woningen over het
algemeen goed verhuurd en bewoond ge
weest zijn. Toch wordt geconstateerd dat
het woningtekort vrijwel tot staan is ge
komen. Meerdere woningen bleven eenigen
tijd onverhuurd, hetgeen is toe te schrij
ven aan den dalenden loonstandaard.
De goedgekeurde gèmeente-rekening
'over 1923 sluit met een batig saldo van
10.118.94.
Het jaarverslag van den toestand der
jemeente over 1924 zal aan de leden wor
den toegezonden.
Vastgesteld werd een rooilijn op den
Nieuwen Vlissingschen weg.
Behandeld werd vervolgens het in de vo
rige zitting aangehouden verzoek van A.
PieterseJoosse om verhooging van de
belooning voor het schoonhouden van het
gemeentehuis.
De voorzitter zegt dat bij onderzoek is
gebleken, dat de betrokkene geen extra-
juitkeering -heeft ontvangen. Burg. en Weth.
istellen daarom voor f 25 verhooging te
'geven.
De lieer Suurmond vraagt waarin die
meerdere werkzaamheden bestaan. De be
trokkene w raagt 50 verhooging en dit
'komt spreker nog al hoog voor.
De heer Cysouvv zegt, dat de werkzaam
heden dóór den landbouwciirsus haast niet
vermeerderen.
De heer Melis zegt, dat het niet alleen
den lanabouwcursus betreft. Het gemeen
tehuis is haast eiken avond bezet door vel
schillende vereenigingen. Het schoonhou
den vereischt dus veel meer tijd.
Na nog eenige discussie werd met alge-
meene stemmen een verhooging van 25
loegestaan.
In verband met de door de vereeniging
ivoor Christelijk Volksonderwijs gestorte
waarborgsom stellen Burg. en Weth. voor
tot wijziging der begrooting voor 1924.
Deze wijziging werd goedgekeurd.
Overgegaan werd tot het vaststellen
Ivan het percentage van de gemeentelijke
inkomstenbelasting voor 1925/1926.
Burg. en Weth. deelen mede, dat de ont
vangsten ver beneden de verwachting blij-
zoodat met een percentage minder
dan 6 niet zal kunnen worden volstaan.
De heer De Priester wijst er op, dat in
vorige vergadering besloten was deze
zaak aan te houden tot .onderzoek van de
door hem gegeven cijfers. E^urg. eii Weth.
komen nu tot de conclusie'dat een per
centage van 6 noerdig zal zijn, doch gede
tailleerde cijfers geeft men niet. Spr. kan
dus zijn stem er niet aan geven, en hand--
haaft zijn voorstel van een percentage
van 5
De heer Melis zegt, dat het belastbaar
inkomen schrikbarend achteruit gaat. De
berekening is gebaseerd op een belasting
opbrengst van 56.000. Hooger zal men
zeker niet komen.
De heer De Priester betreurt het nog
maals dat Burg. en Weth. met geen gede
tailleerde cijfers komen. De belasting-druk
is voor de arbeiders veel te hoog en men
2a! naar andere middelen moeten omzien
om een sluitende begrooting te krijgen.
Spr. vraagt of Burg. en Weth. zich al
eens op de hoogte hebben gesteld of de
gewijzigde forensen-belasting in het vóór-
of nadeel van de gemeente zal zijn. Dit is
een levensvraag voor onze gemeente.
Spreker kan er niet toe medewerken de
belasting nog hooger op te voeren en hij
handhaaft dus zijn voorstel van 5
door E. PHILLIPS OPPENHEIM.
Het wanne zonlicht was van den hemel
erdwenen, de zomerwarmte was wel in de
jjcht, de zachte, fluweelen mantel van een
Zuidelijken nadit lag over het koesterende
'and. Vele sterren brandden in het lucht-
juim en de halve maan, goud en glanzend,
hing laag in bet Westen.
Bleek en met de koorts van een grooten
'oorn brandend in zijn droge oogen, zat
jje» man aan het venster van de villa
daarginds te wachten. Om hem heen lagen
J|de teekenen van moeilijk hoofdwerk ver
bid boeken, handschriften, klassieke
^ordenboeken en werken van waarde.
paar zijn"pen was hem uit de hand geval-
en hij deed niets. Hij zat daar doelloos
Jtarenii op de fantastische vormen en het
■ülfduister in zijn schoonen tuin. De weel-
Jer'ge balsemgeuren en het flauwer rieken
jan meer zeldzame planten, dat naar bin-
Jpi stroomde door zijn open venster, was
Fets voor hem. Hij was zich nauwelijks
ewust van de zoete vreugde van den zo-
iern2cht. Hij wachtte, de oogen strak op
J1 Oosten gericht, waar de morgenzon
Su opkomen. Ten laatste kwam, waarop
JJohtte. Een licht kloppen van de klink
cnï Van c'e ouc*e Achterdeur in den tuin,
net zacht gefluister van stemmen van
1 man smeekend en hartstochtelijk, van
eiLV,0uw' vr0°Hjk en spottend. Toen
slant ^eur °Pen en weer <ftcht en een
ke> schoone vrouw liep in onverschil-
De heer Melis is ook van meening, dat
voor onze gemeente het belasting-stelsel
zal moeten worden herzien. Wat de foren
sen-belasting betreft, hieraan is niets te
doen vóór de Kamer deze wet heeft aan
genomen. Een percentage van 5 zal blijken
niet voldoende te zijn. Wij komen telkens
voor onaangename verrassingen.
De secretaris zegt, dat de berekening
van den heer De Priester juist was, maar
spreker wijst er op, dat wij dit jaar heel
wat minder rijksinkomstenbelasting zullen
ontvangen.
De heer De Priester bestrijdt nog nader
het voorstel van Burg. en Weth. Men laat
te veel het initiatief aan de raadsleden
over.Gezien den precairen toestand der ge-
meente-financiën hadden Burg. en Weth.
dit onder de oogen moeten zien en andere
bronnen van inkomsten moeten zoeken of
voorstellen indienen. Spreker denkt o.a. aan
een belasting op openbare vermakelijk
heden.
Het voorstel van den heer De Priester,
in stemming gebracht, wordt verworpen
met 6 tegen 5 stemmen. Vóór de heeren
Brouwer, La Soe, De Priester, Marijs en
De Pagter.
Het voorstel van Burg. en Weth. wordt
daarna aangenomen met 6 tegen 5 stem
men. Vóór de heeren Suurmond, Kodde,
Cysouw, Arendse, Melis en Jobse.
Goedgekeurd werd het voorstel van
Burg. en Weth. om het bedrag der zeker-
heidsstèlling voor den gemeente-ontvanger
te bepalen op 8000.
•Hierna werd overgegaan tot de benoe
ming van een gemeente-ontvanger.
Op de voordracht komen voor de heeren
J Q. C. A. Peman Kakebeeke te Kloetinge
en A Marijs te O - en West-Souburg.
De heer De Priester spreekt er zijn ver
wondering over uit, dat wel in de pers heeft
gestaan het aantal sollicitanten voor ge
meente-ontvanger en ook de voordracht
van Burg. en Weth. De raadsleden kennen
echter een zeer enkele van deze sollicitan
ten, en hij heeft bezwaar nu tot benoeming
over te gaan. Hij stelt voor deze benoeming
aan te houden tot de volgende vergadering.
De heer Jobse zegt, dat de namen der
sollicitanten op het gemeentehuis ter inzage
hebben gelegen. Men had er dus kennis
van kunnen nemen.
De heer Cysouw is ook van meening, dat
men de lijst aan de raadsleden had moeten
toezenden: Men heeft niet steeds tijd om
naar de secretarie te komen. Nu stond het
in de nieuwsbladen en de raadsleden wis
ten er niets van.
De heer Brouwer is het met de heeren
De Priester en Cysouw eens. Hij noemt dit
een ongelukkige wijze van handelen. Hij
spreekt zijn verontwaardiging uit over de
wijze van toelichting. De raad is in het ge
heel niet met de sollicitanten op de hoogte.
De heer Melis verdedigt de houding van
Burg. en Weth. In geheime zitting kunnen
de raadsleden alle 'mogelijke inlichtingen
over sollicitanten krijgen. Men moet ver
trouwen in Bi^rg. en Weth. stellen.
De lieer De Priester zegt, dat het hier
geldt een gewichtige beslissing. De raad
moet zelf kunnen oórdeelen. Hij stelt voor
de benoeming aan te houden tot de volgen
de vergadering.
Het voorstel De Priester werd aangeno
men met 10 tegen 1 stem. De heer Melis
stemde tegen.
De voorzitter stelt voor den heer Gabriël-
se te benoemen tot tijdelijk gemeente-ont
vanger.
De heer Suurmond zou gaarne zien, dat
de heer Braam nog tijdelijk deze functie
zal blijven waarnemen.
De voorzitter zegt, dat de heer Braam
hier bezwaar tegen heeft, daar hij met 1
Mei eervol ontslag heeft moeten nemen
wegens gezondheidsredenen.
De heer De Priester zegt dat wij dat
moeten billijken.
Na breedvoerige discussie werd overge
gaan tot benoeming van een tijdelijken ge
meente-ontvanger.
Benoemd werd de niéuwe gemeente
secretaris, de heer Gabriëlsc met algemeene
stemmen.
Overgelegd werd de rekening van het
burgerlijk armbestuur over 1924 sluitende
met een batig saldo Van 44.85Vz.
Deze rekening werd door de heeren Ma
rijs en De. Priester nagezien en in orde*be
vonden.
Vervolgens had plaats de beëediging van
den nieuw benoemden gemeente-secretaris,
terwijl tegelijkertijd de heer Gabriëlse be-
eedigd werd als tijdelijk gemeente-ont
vanger.
De voorzitter wenscht hierna den heer
Gabriëlse geluk met het in hem door den
raad gestelde vertrouwen en hij hoopte dat
li ge houding op de villa aan.
Zij had geen hoed op het hoofd, maar
een operamantel met kap lag los over haar
schouders geworpen en toen zij het pad
opwandelde, nu en dan stilstaand om ach
teloos een neerbuigende lelie te plukken,
wier geur de zware nachtlucht bedwelm
de, gingen de vouwen vanéén en deden
hier en daar even de zachte, witte stof zien
en de schitterende juweelen op haar borst
en in heur haar. Ook haar voeten waren
geschoeid met fijne, wit satijnen muiltjes,
die nauwelijks den grond schenen te raken,
zoo licht en bevallig wandelde zij. In het
kort, zij was zeer schoon om te zien het
schoonst van den liefelijken tuin. Zoo
scheen niet te denken de man, die achter
in de schaduwen van 'het raam stond en op
haar wachtte.
Zij zag hem daar staan, bleek en ijskoud
als een gehouwen beeld, behalve de woe
de, die in zijn oogen brandde, en voor een
oogenblik aarzelde zii. Dan met de berus
tende houding van iemand, die besluit iets
onaangenaams in de oogen te zien, haalde
zij haar schouders op en de handvol lelies
wegwerpend, trad zij op hem toe. Zij spra
ken geen van beiden totdat zij vlak voor
elkaar stonden. Toen, daar zijn beweging-
looze gestalte haar belette door de deur
binnen te gaan en haar pogin om dit te
doen belemmerde, stond zij stil en sprak
hem luchtigjes aan.
„Een vreemd welkom thuis, mijn vriend.
Waarom sta je hier zoo woedend te
.kijken
Hij wees met bevenden vinger naar het
Oosten, waar een flauw schijnsel van het
daglicht de lucht kleurde.
„Waar ben je geweest vroeg hij met
heesche stem. „Zie je niet, dat het ochtend
hij steeds de voetstappen van zijn voorgan
ger zal volgen. Bit zal zijn tot heil van de
gemeente Souburg.
De heer Gabriëlse dankte den voorzitter
voor de tot hem gesproken woorden en
hoopte steeds met Burg. en Weth. en den
raad aangenaam te mogen samenwerken
en zijn beste krachten voor de gemeente te
geven.
Hierna nam de voorzitter het woord en
sprak den scheidenden gemeente-secretaris
den heer L. Braam, in de volgende be
woordingen toe
Ei rust thans op nu'j geen aangename
taak om het woord te richten tot iemand
die voor het laatst als ambtenaar in ons
midden is.
Het is wel een moeilijk oogenblik in* het
leven om afscheid te nemen van een be
trekking al heeft men dan ook in zoo'n -be
trekking niet altijd op rozen gewandeld
maar ook wel eens doornen gevoeld.
Want dat afscheid wil in de meeste ge
vallen ook zeggen dat er een groot deel
achter den mg ligt van onzen levensweg en
als men op al die verloopen jaren terug
ziet kan men niet hegrijpen dat alles zoo
vlug is gegaan.
Maar het uur loopt ras en zoo haast
verloopt ons leven.
Waar een afscheid nemen uit een betrek
king moeilijk is voor den betrokkene is dat
ook moeilijk voor hen die zoo na aan den
betrokkene zijn verbonden geweest.
We staan hier voor het feit dat heden
voor het laatst in ons midden is een zeer
bekwaam ambtenaar die algemeen geacht
en bemind was..
Benoemd tot gemeente-secretaris den
9 Juni 1897, tot gemeente-ontvanger den
14 Februari 1905 en tot ambtenaar van den
burgerlijken stand den 2 Maart 1904 hebt
n al deze betrekkingen met lust en toewij
ding vervuld. Ik heb het voorrecht gehad
met wijlen uwen vader en met uwen broe
der ook nog eenige jaren samen gewerkt
te hebben en het schijnt wel in het ras te
zitten van de familie Braam, allen waren-
altijd hulpvaardig, voorkomend en aange
naam in den omgang en bijzonder goed op
de hoogte van de gemeente-administratie.
Ik voor in ij zelf zal dan ook nooit ver
geten al dat goede wat ik van die zijde on
dervonden heb.
De gemeente gaat verliezen een uitste
kend ambtenaar en ik zelf een krachtige
hulp, waar ik 28 jaren mee ben te zamen
geweest en een goed vriend, maar tevens
een vraagbaak voor ieder en een huln voor
allen op elk gebied, een secretaris van de
oude garde, van den ouden stempel, die op
alle mogelijke uren de menschen te woord
stond en hielp.'
Ik heb menigmaal in die ongelukkige
distributie-jaren er op aangedrongen dat u
hulp zou vragen maar u wilde daar niet van
weten om de gemeente'niet op onkosten te
jagen
Het ging toen ten koste van uw gezond
heid, want die heeft toen een gevoelige
knak gekregen.
Ik die dit alles weet stel u dan ook zeer
hoog.
De meesten kunnen dat zoo niet beoor-
deelen maar u deed veel meer voor de ge
meente dan uw plicht.
En daarom voel ik dat zoo, dat weggaan.
Zulke menschen worden zoo maar niet
vervangen.
De geest van tegenwoordig is zoo ge
heel anders.
De mannen van de oude garde en van
tegenwoordig verschillen dikwijls zoo veel.
Thans doet men ook wel zijn plicht,
maar binnen de vastgestelde uren en daar
mede afgeloopen, maar u, secretaris Braam,
stond altijd klaar voor raad en daad.
De nieuw benoemde secretaris moet mij
dit niet ten kwade duiden, ik weet dat hij
zal trachten in de voetstappen te treden van
zijn voorganger en zijn beeld voor oogen
zal houden, dat zal zijn tot heil van de ge
meente.
Laten we hopen dat voor u nóg vele ja
ren zijn weggelegd en dat mv gezondheid
zoodanig móge zijn, dat u dan ook in die
jaren veel van uw rust zal kunnen genieten.
Ik hoop dat u nog wel eens aan ons en
aan deze plaats terug zult denken.
Wij zullen ti niet vergeten.
U hebt cfen wensch te kennen gegeven
liever geen geschenk van de gemeente te
ontvangen, maar wil dan een kleine her
innering aanvaarden aan uw vroegere be
trekking.
Den lieer Braam werden vervolgens
als aandenken aangeboden twee prachtige
fotografieën, voorstellende de huidige ge
meenteraadsleden en het personeel ter ge
meente-secretarie. Beide foto's waren in
fraaie lijst.
De heer Braam zeide in antwoord op de
woorden van den voorzitter, dat het voor
hem geen gemakkelijke taak is om af
wordt Den geheelen nacht heb ik je hier
zitten wachten. Waar ben je geweest
„Je weet heel goed waar ik geweest
ben", antwoordde zij achteloos. „Naar het
bal in de Lion d'or. Ik heb je verteld, dat
ik er heenging."
„Mij verteld Jij mij verteld En ver
bood ik 'het niet Zei ik je niet, dat ik niet
wilde dat je ging
„Toch ben ik er geweest", antwoordde
zij luchtig. „Het was een afspraak en ik
breek nooit een afspraak."
„Een afspraak Jij zonder geleide naar
een algemeen bal op een publieke piaats
Een afspraak Ja, met je minnaar, denk
ik." Zij keek hem aan en gaapte voor
zijn oogen.
„Je 'bent slecht gehumeurd, vrees ik",
zeide zij, „je bent ten minste erg ruw.
Laat mij door als je blieft. Ik ben moe van
het staan hier."
Hij was buiten zichzelf van woede en
gedurende een paar seconden kon hij niet
spreken. Maar toen hij woorden zeggen
kon, klonken zij helder en duidelijk genoeg.
„In dit huis zul je niet meer binnen
gaan", zeide hij. „Je hebt mijn wenschen
veronachtzaamd, je hebt mijn gebod over
treden en nu sta je mij te bedriegen. Je
gooit niet mijn eer. Je brengt schande
over mijn naam. Ga en houd je afspraken
onder dat andere dak. Het mijne heeft je
intriges lang genoeg geborgen
De hand, die den opera-mantel dicht
hield, liet los en hij viel achter op haar
schouders. Al de schoonheid van haar
zinnelijk lichaam in het verblindend witte
kleed stond daar ongedekt. Het maanlicht
glansde in het schoone haar,1 scheen zacht
op haar witten, gevulden hals en bloote
ai men, en schitterde in haar donkere oogen
scheid te nemen. 28 jaar lang heeft hij op
de meest aangename wijze met den burge
meester samengewerkt. Spreker dankt hem
daarvoor, evenals voor de prettige samen
werking met de wethouders. Spreker dankt
ook den raad voor de aangename ver
standhouding welke steeds tusschen hem
en den raad heeft bestaan. Speciaal denkt
spreker hier aan den nestor der raadsleden
den heer De Pagter, die reeds met zijn
vader en zijn broer heeft gewerkt en nu 28
jaar met hem. Spreker richt ook een woord
van dank tot zijn ambtenaren, welke lan
ger of korter onder hem hebben gewerkt.
Hartelijk dank zegt spreker aan de
raadsleden en het secretarie-personeel
voor de fraaie souvenirs hem aangeboden.
Deze cadeaux zijn hem bijzonder sympa
thiek.
De heer De Pagter uit in eenige gevoel
volle woorden zijn beste wenschen voor
den scheidenden secretaris en hoopt dat
hij nog vele jaren van een welverdiende
rust mag genieten.
De heer Melis nam daarna als oudste
wethouder het woord en dankte den heer
Braam voor het vele, dat de gemeente in
deze 28 jaar van hem heeft mogen ontvan
gen. Altijd was hij bereid zijn beste krach
ten in het belang der gemeente te geven.
Het verheugt spreker dat de heer Braam
in deze omgeving'blijft wonen en hij hoopt
dat men in voorkomende gevallen nog van
zijn veeljarige ervaring zal mogen ge
nieten. Spreker is dankbaar dat de nieuwe
gemeente-secretaris voor een groot deel
zijn opleiding van den heer Braam heeft
mogen ontvangen. Spreker hoopt dat hij
nog van een lange rust zal mogen ge
nieten.
Ten slotte sprak de~heer Jobse nóg een
persoonlijk woord van dank.
De verschillende toespraken werden
door de raadsleden met applaus begroet.
De voorzitter deelde mede, dat -een 11-
tal ingezetenen hun panden beschikbaar
hebben gesteld tot het aanplakken van
verkiezings-reclame.
De heer De Priester zegt Burg. en Weth.
dank voor hun bemoeiingen in deze zaak.
Hierna ging de openbare vergadering
over in eene met gesloten deuren.
De huisvesting van ons pluimvee.
Het v erz ofgi n gs-v raa gsfu k van ons
pluimvee heeft zoo vele kanten, dat we
een oogenblik geaarzeld hebben waai mee
te beginnen. De overweging, dat onze kip
pen het grootste gedeelte van hun leven
h hun nachtverblijf vertoeven, gaf den
doorslag, zoodat we daarmede het eerst
zullen aanvangen.
Daarbij kunnen we nog weer verschil
lende kanten uit, doch daar we aannemen,
dat het grootste gedeelte der lezers van
deze avtikeitjes de kleinere kippenhouders
zijn. zullen we ons bepalen tot het verbüif
van een toompje van 812 hoenders.
Gewoonlijk spreekt men van een kippen
hok, doch aan dit woord ergeren we ons
steeds, omdat het onsdelkens herinnert aan
de ontelbare hokken, we^ce we in ons leven
zijn tegen gekomen, welke hokken echter
nog meer recht op de benaming van ver-
stikkingskooien hebben Stelt u zich voor.
dat de kippen zoo van October tot Maart
van 's avonds 4 a 6 uur tot 's ochtends 8
a 7 uur in eeu hók moeten verblijven, waar
vrijwel geen lucht in doordringt, waar de
toe- en afvoer der lucht moet plaats vinden
door.de opening welke de kippen toegang
tot hun verblijf geeft Een broeihitte ont
staat er dan, de kippen komen 's ochtends
in de koude ren, vatten kou en dra hoort
men tsiep, tsiep de snot heeft zijn in
trede gedaan, zieke kippen, geen eieren,
de baas verbolgen, niet op zichzelf, wat
toch recht zou zijn. maar op die „lamme"
kippen, die wel vreten, maar geen eieren
leggen. Ook voor de gezondheid der hoen
ders zijn licht en lucht gebiedende eischen!
Licht, opdat de zon, de ontsmetster bij uit
nemendheid,, de bron van gezondheid en
kracht, in het verblijf toegang kan vinden
lucht, opdat de kippen het hun toekomende
hapje versche lucht kunnen verkrijgen.
Wordt aan die voorwaarde voldaan, dan is
al veel gewonnen en spreken we ook niet
langer van een kippenhok, maar van een
kippenverblijf. Geen oude kist met een gat
er in als verblijf, doch een ruimte van on
geveer 1.50 M. lang, 1 M. breed en 1.50 M.
hoog, opgebouwd uit geploegde duims-
planken, zóodat er geen naden, kieren en
scheuren bestaan, welke de geliefkoosde
verblijf- en kweekplaatsen zijn voor het
vele malen yerwenschte kippenongedierte.
Een raampje, liefst klapbaar, van 25 bij 35
c.M. er in, flinke vêntilatiegaten of een
opening van .15 bij 25 c.M., verkleinbaar
plotseling vol van drift. Haar rechterhand
hield een klein kanten zakdoekje vastge-
kneld, dat zij uit de vouwen op haar lijf
had getrokken en de lucht met zoeten
geur vervulde.
„Je bent boos, en je weet niet wat je
zegt", zeide zij. „Het is waar dat je mij
verboodt vannacht te gaan, maar je ver
biedt mij alles. Ik kan jou leven niet leven.
Het is te diep, te triestig. Het is wreed van
je om dat te verwachten. Laat mij nu bin
nen. als je me uit wilt schelden, doe dat
morgen."
Zij stapte vooruit, maar hij legde de
handen op haar teedere schouders en duw
de haar terug.
„Nooit riep hij wild uit. „Ga en leef
zooals je wilt. Dit is geen thuis voor je.
Ga, zeg ik."
Zij. keek hem aan, haar mooie oogen
smeekend opwaarts gericht en haar lippen
trillend.
„Je bent krankzinnig zeide zij. „Ben
ik niet je vrouw Je hebt geen recht mij
hier te laten staan. En mijn jongen. Laat
mij vooilbij."
Hij bewoog zich niet, noch toonde eenig
spoor van toegeven. Hij stond daar. de
hand dreigend naar haar uitgestrekt, zijn
gelaat bleek en stom als marmer, maar
niet wilde woede nog in de oogen.
„Wat is de jongen, wat ben ik voor
jou riep hij heesch. „Ga weg, vrouw
Nog scheen zij het niet te begrijpen.
„Waar moet ik heen vroeg zij. „Is
dit niet 'mijn huis Wat ben ik..."
„Ga naar je minnaar", viel hij baar toor
nig in de rede, „zeg hem dat je man niet
langer je werktuig is. Hij zal je inlaten."
'Een donkere blos kwam op haar schoone
wangen en een plotselinge drift flikkerde
door een schuif, in het hoogste gedeelte
van den voorwand, zijn onmisbare dingen.
Wanneer het kippenverblijf nu zóó ge
plaatst is, dat de zon er zoo ruimschoots
mogelijk toegang in kan vinden, d.i. de
zijde waarin zich het raam bevindt op het
Zuid-Oosten of Zuiden, dan hebben we al
aan zeer voorname voorwaarden voldaan.
Voorts het verblijf nog van den grond
verwijderd, steunende op een paar stevige
postjes, of. nóg beter, betonpaaltjes, dan
gaat het houtwerk langer mee en is de
winst bovendien nog een loopruimte on
der het verblijf, waarvan de bodem dan als
zolder dienst doet, beschutting gevende
voor regen, sneeuw en wind.
De inrichting van zoo'n verblijf is een
bespreking op zich zelf waard, waartoe we
in een volgend artikeltje zullen overgaan.
Echter willen we alreeds niededeelen,
dat ieder belangstellend lezer gratis van
ons 'kan verkrijgen een zeer nauwkeurig
uitgewerkte teekening voor een verblijf
van 10 hoenders. Men schrijve daarvoor
slechts een briefkaart aan den hoofdredac
teur van het weekblad „de Kleinveeteelt",
den heer D. J. Holsteijn te Apeldoorn,
waarna toezending volgt.
Actie tegen het page-
ha a r. Te Parijs is een club opgericht,
die zich ten doel stelt, de mode van het
kort geknipte vrouwenhaar, van het page
kopje te bestrijden. Leden kunnen alleen
dame? worden, die nooit het haar kort
hebben laten knippen. Voor zij als lid
wordt aangenomen, moet iedere dame de
plechtige verklaring afleggen, dat zij heur
haar nooit overgeleverd heeft aan de
schaar en dat zij de gelofte aflegt, dat ook
nooit te zullen doen..
De oprichters van de club betoogen, dat
zij alle „goedgezinde vrouwen" willen ver
eenigen, „om de heilige traditie te handha
ven". Het lange haar der vrouw is sedert
onheugelijke tijden het teeken van ware
vrouwelijkheid alleen vrouwen met lang
haar kunnen goede huisvrouwen en moe
ders zijii. Het pagekopje weerhoudt de
vrouw ervan, haar belangrijkste plichten te
vervullen.
in weerwil van de uitgebreide propagan
da heeft de dub tot dusver slechts 28 leden.
In verband daarmede schijnt het dat de da
gen van het pagekopje, in weerwil van alle
voorspellingen, nog niet geteld zijn. Iemand
die zeer gewichtige bezwaren tegen het
pagekopje heeft, is de „haarspeldenkoning"
Sol. H. Goldberg, die naar Europa is ge
komen, om er een veldtocht tegen page
kopjes te beginnen. Hij deelt mede, dat het
kortgeknipte haar in de Vereenigde Staten
reeds niet meer in tel is en dat het ook in
de Oude Wereld in de eerstvolgende 15
maanden zal verdwijnen. Het lijkt echter, of
hier de wensch de vader van de gedach
te is.
S t r o o h o e p n-d a g. Onze
Oostelijke buren hebben er een handje van,
allerlei „dagen" in elkaar te zetten en zoo
zal er morgen te Keulen zulk een „dag"
plaats hebben voor het district Rijnland
Westfalen oer Rijksvereeniging van hoe
denwinkeliers. Als geheel nieuw voor
Du Hoer. lew.™ »ll!
dit reeds bentallen jaren zal men voor
het geheeic Rijk een stroohoeden-dag
voorbereiden,welke vermoedelijk begin Mei
zal worden gehouden, op welken „dag"
men op de meest moderne wijze reclame
zal maken voor den strooienhoed, waarna
iedere zich respecteerende Duitscher ge-
dweeëlijk zijn vilten hoed zal opbergen tot
tiid en wijle 't hoedenverkoopersgilde de
creteert, dat het geen „ton" meer is, den
strooien hoed te dragen.
Zaterdag zijn in rond 100.000 hoeden
zaken de strooien hoeden voor den eersten
keer in dit jaar geëtaleerd en onmiddellijk
na Dinsdag zal de groote reclame voor
„het" hoofddeksel bij uitstek worden tei
l-and genomen.
Verzamelwoede. Een
boekhandelaar te Browley (Engeland)
bood onlangs verschillende verzamelingen
te koop aan. Een calalogus vermeldde o.a.
een verzameling etiketten van bierflesschen
liefst tienduizend stuks, die in 15 albums
opgeplakt waren.
De correspondent van een Praagsch blad,
die dit merkwaardige staaltje van verza
melwoede in zijn krant meedeelt, vertelt
daarbij van een zijner vrienden, die de ge
woonte had in elk café de kartonnen on
derleggers van bierglazen mee te nemen.
Hij was een ijverig cafébezoeker en deze
omstandigheid stelde hem in staat zijn ge-
heele kamer vol te spijkeren met deze
bierdocumenten. En tevens spaarde hij er
een behang mee uit
in haar oogen. Zij richtte zich in haar volle
lengte op en keerde zich tot -hem met de
waardigheid van een keizerin.
„Luister een oogenblik naar me", zeide
zij, „vraag jezelven af, of je ooit getracht
hebt, mij het leven gelukig te maken. Heb
ik ooit genegenheid voorgewend voor
boeken en eenzaamheid Vóór ik trouwde,
heb ik je gezegd, dat ik veel hield van ver
andering, vroolijkheid en leven en je be-
Ioofdet mij, dat ik het krijgen zou. Vraag
je zelf af, hoe je je belofte behouden hebt.
Je ontzegt mij ieder genoegen en drijft mij
er toe het alleen te zoeken. Ik ben je ja-
loerséhe nukken en je kwaad humeur moe.
Ik ben een trouwe vrouw voor je ge
weest, maar als je bij al je wreedheden,
deze laffe, ellendige beleediging wilt voe
gen, dan zal ik nooit vrijwillig je gelaat
meer aanzien en welke zonde ik doe, die
zal op jou verantwoording, niet op de
•mijne staan. Wil je op zij gaan en mij
voorbij laten
„Nooit", antwoordde hij. „Nooit
Zij trok haar mantel om haar schouders
en keerde hem haar rug met een min
achtend gebaar toe.
„Je hebt mij gemaakt tot. wat ik zal
zijn", zeide zij. „De zonde is jou. Gedu
rende verscheidene vermoeide jaren heb jc
mij ellendig gemaakt. Nu heb je mij gek
gemaakt".
Zij wandelde voort in de geurende
duisternis en dadelijk daarop hoorde hij
-de poort achter haar dicht vallen.
Hij luisterde waanzinnig, 'hopende, dat
hij haar hoorde terugkeeren. Het was
vergeefs. Alles bleef stil. Toen voelde hij
zijn leden verslappen en hij zonk achter
over op een bank en verborg zijn gelaat
in de kussens. (Wordt vervolgd.)