PPEH REIN Advertentie Tweede Blad ïATER t's Spaarthe SVELT en !lj t! toomvaart. WKS»® 1 MEI 1325. lis. 102 FEUILLETON Land= en Tuinbouw GEMENGD7 NÏEUWF- VAN DE rdag 7 Mei Imwerk, getiteld: ch uit de ouder- dvuur de levens- alzaal ontwikkeld enoogen zijn ge- lannenharten ge- mislukking, alles loogen, dat liegt, U de alier- et boek der zien, die U uit verbaasd fan aandoen- irde schoonheid, sterven maar altijd voort. Gij e geluk, dat den n eeuwigdurende ast vinden in dit „LIEGENDE an een vrouw van en geest van het •wekken. ïoonen we hierbij e van vuren". og een geweldige Een meisje tus- reven, De sprong vekkende hoogte d in een t'antas- seeonden De EIN. „LIEGENDE rogramma. 3e Staaltrein. 'erlaagde prijzen 1EERT U EENS cent per ons. andere soorten v, Bovendien ontvan zakjes 1 gulden teru KORTING. IWEND1JK 27. ir en Verhaar, Koop en Virlitf Often en DlensUuuvrsleii, m uitbetaling, van 1-5 rege e regel meer 15 cea* - ERIFF-HONDJE isteelstraat 01 (ben.) angeboden ISCHE PAKKEN, lantung. |37. Nette JFFROUW, fijne Vleeschwaren ureau „Vliss. Courant' DAGMEISJE 'l beneden 15 jaar. 6 uur. reau „Vliss. Crt." rAN OS, Steenenbeer 1 a.s. een DIENSTBODE. E HERDERSHOND ;eboden. /acintenlaan 22. Vliddelb. - Rotterdam ngelegen plaatsen van" passagiers ïren en vee. 7, Mli. Meitlir 1 48 7. 7J. I" 9 tien te bekomen N.V. Transport- en J» Erven G. VOS, 11 buitenhek VAN VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD VAN SOUBURG. op Donderdag 30 April 1925, des middags 3 uur. Voozitter de heer P. S. Buteux. Aanwezig alle leden. De notulen van het verhandelde in de vorige zitting werden goedgekeurd. Mededeeling werd gedaan van verschil lende ingekomen stukken, o.a. van het verslag van de commissie van toezicht op het lager onderwijs. De toestand van het onderwijs is over het algemeen gunstig. Ouderavonden werden op alle scholen gehouden. (Jit het verslag der woningbouwveree- niging bleek, dat de woningen over het algemeen goed verhuurd en bewoond ge weest zijn. Toch wordt geconstateerd dat het woningtekort vrijwel tot staan is ge komen. Meerdere woningen bleven eenigen tijd onverhuurd, hetgeen is toe te schrij ven aan den dalenden loonstandaard. De goedgekeurde gèmeente-rekening 'over 1923 sluit met een batig saldo van 10.118.94. Het jaarverslag van den toestand der jemeente over 1924 zal aan de leden wor den toegezonden. Vastgesteld werd een rooilijn op den Nieuwen Vlissingschen weg. Behandeld werd vervolgens het in de vo rige zitting aangehouden verzoek van A. PieterseJoosse om verhooging van de belooning voor het schoonhouden van het gemeentehuis. De voorzitter zegt dat bij onderzoek is gebleken, dat de betrokkene geen extra- juitkeering -heeft ontvangen. Burg. en Weth. istellen daarom voor f 25 verhooging te 'geven. De lieer Suurmond vraagt waarin die meerdere werkzaamheden bestaan. De be trokkene w raagt 50 verhooging en dit 'komt spreker nog al hoog voor. De heer Cysouvv zegt, dat de werkzaam heden dóór den landbouwciirsus haast niet vermeerderen. De heer Melis zegt, dat het niet alleen den lanabouwcursus betreft. Het gemeen tehuis is haast eiken avond bezet door vel schillende vereenigingen. Het schoonhou den vereischt dus veel meer tijd. Na nog eenige discussie werd met alge- meene stemmen een verhooging van 25 loegestaan. In verband met de door de vereeniging ivoor Christelijk Volksonderwijs gestorte waarborgsom stellen Burg. en Weth. voor tot wijziging der begrooting voor 1924. Deze wijziging werd goedgekeurd. Overgegaan werd tot het vaststellen Ivan het percentage van de gemeentelijke inkomstenbelasting voor 1925/1926. Burg. en Weth. deelen mede, dat de ont vangsten ver beneden de verwachting blij- zoodat met een percentage minder dan 6 niet zal kunnen worden volstaan. De heer De Priester wijst er op, dat in vorige vergadering besloten was deze zaak aan te houden tot .onderzoek van de door hem gegeven cijfers. E^urg. eii Weth. komen nu tot de conclusie'dat een per centage van 6 noerdig zal zijn, doch gede tailleerde cijfers geeft men niet. Spr. kan dus zijn stem er niet aan geven, en hand-- haaft zijn voorstel van een percentage van 5 De heer Melis zegt, dat het belastbaar inkomen schrikbarend achteruit gaat. De berekening is gebaseerd op een belasting opbrengst van 56.000. Hooger zal men zeker niet komen. De heer De Priester betreurt het nog maals dat Burg. en Weth. met geen gede tailleerde cijfers komen. De belasting-druk is voor de arbeiders veel te hoog en men 2a! naar andere middelen moeten omzien om een sluitende begrooting te krijgen. Spr. vraagt of Burg. en Weth. zich al eens op de hoogte hebben gesteld of de gewijzigde forensen-belasting in het vóór- of nadeel van de gemeente zal zijn. Dit is een levensvraag voor onze gemeente. Spreker kan er niet toe medewerken de belasting nog hooger op te voeren en hij handhaaft dus zijn voorstel van 5 door E. PHILLIPS OPPENHEIM. Het wanne zonlicht was van den hemel erdwenen, de zomerwarmte was wel in de jjcht, de zachte, fluweelen mantel van een Zuidelijken nadit lag over het koesterende 'and. Vele sterren brandden in het lucht- juim en de halve maan, goud en glanzend, hing laag in bet Westen. Bleek en met de koorts van een grooten 'oorn brandend in zijn droge oogen, zat jje» man aan het venster van de villa daarginds te wachten. Om hem heen lagen J|de teekenen van moeilijk hoofdwerk ver bid boeken, handschriften, klassieke ^ordenboeken en werken van waarde. paar zijn"pen was hem uit de hand geval- en hij deed niets. Hij zat daar doelloos Jtarenii op de fantastische vormen en het ■ülfduister in zijn schoonen tuin. De weel- Jer'ge balsemgeuren en het flauwer rieken jan meer zeldzame planten, dat naar bin- Jpi stroomde door zijn open venster, was Fets voor hem. Hij was zich nauwelijks ewust van de zoete vreugde van den zo- iern2cht. Hij wachtte, de oogen strak op J1 Oosten gericht, waar de morgenzon Su opkomen. Ten laatste kwam, waarop JJohtte. Een licht kloppen van de klink cnï Van c'e ouc*e Achterdeur in den tuin, net zacht gefluister van stemmen van 1 man smeekend en hartstochtelijk, van eiLV,0uw' vr0°Hjk en spottend. Toen slant ^eur °Pen en weer <ftcht en een ke> schoone vrouw liep in onverschil- De heer Melis is ook van meening, dat voor onze gemeente het belasting-stelsel zal moeten worden herzien. Wat de foren sen-belasting betreft, hieraan is niets te doen vóór de Kamer deze wet heeft aan genomen. Een percentage van 5 zal blijken niet voldoende te zijn. Wij komen telkens voor onaangename verrassingen. De secretaris zegt, dat de berekening van den heer De Priester juist was, maar spreker wijst er op, dat wij dit jaar heel wat minder rijksinkomstenbelasting zullen ontvangen. De heer De Priester bestrijdt nog nader het voorstel van Burg. en Weth. Men laat te veel het initiatief aan de raadsleden over.Gezien den precairen toestand der ge- meente-financiën hadden Burg. en Weth. dit onder de oogen moeten zien en andere bronnen van inkomsten moeten zoeken of voorstellen indienen. Spreker denkt o.a. aan een belasting op openbare vermakelijk heden. Het voorstel van den heer De Priester, in stemming gebracht, wordt verworpen met 6 tegen 5 stemmen. Vóór de heeren Brouwer, La Soe, De Priester, Marijs en De Pagter. Het voorstel van Burg. en Weth. wordt daarna aangenomen met 6 tegen 5 stem men. Vóór de heeren Suurmond, Kodde, Cysouw, Arendse, Melis en Jobse. Goedgekeurd werd het voorstel van Burg. en Weth. om het bedrag der zeker- heidsstèlling voor den gemeente-ontvanger te bepalen op 8000. •Hierna werd overgegaan tot de benoe ming van een gemeente-ontvanger. Op de voordracht komen voor de heeren J Q. C. A. Peman Kakebeeke te Kloetinge en A Marijs te O - en West-Souburg. De heer De Priester spreekt er zijn ver wondering over uit, dat wel in de pers heeft gestaan het aantal sollicitanten voor ge meente-ontvanger en ook de voordracht van Burg. en Weth. De raadsleden kennen echter een zeer enkele van deze sollicitan ten, en hij heeft bezwaar nu tot benoeming over te gaan. Hij stelt voor deze benoeming aan te houden tot de volgende vergadering. De heer Jobse zegt, dat de namen der sollicitanten op het gemeentehuis ter inzage hebben gelegen. Men had er dus kennis van kunnen nemen. De heer Cysouw is ook van meening, dat men de lijst aan de raadsleden had moeten toezenden: Men heeft niet steeds tijd om naar de secretarie te komen. Nu stond het in de nieuwsbladen en de raadsleden wis ten er niets van. De heer Brouwer is het met de heeren De Priester en Cysouw eens. Hij noemt dit een ongelukkige wijze van handelen. Hij spreekt zijn verontwaardiging uit over de wijze van toelichting. De raad is in het ge heel niet met de sollicitanten op de hoogte. De heer Melis verdedigt de houding van Burg. en Weth. In geheime zitting kunnen de raadsleden alle 'mogelijke inlichtingen over sollicitanten krijgen. Men moet ver trouwen in Bi^rg. en Weth. stellen. De lieer De Priester zegt, dat het hier geldt een gewichtige beslissing. De raad moet zelf kunnen oórdeelen. Hij stelt voor de benoeming aan te houden tot de volgen de vergadering. Het voorstel De Priester werd aangeno men met 10 tegen 1 stem. De heer Melis stemde tegen. De voorzitter stelt voor den heer Gabriël- se te benoemen tot tijdelijk gemeente-ont vanger. De heer Suurmond zou gaarne zien, dat de heer Braam nog tijdelijk deze functie zal blijven waarnemen. De voorzitter zegt, dat de heer Braam hier bezwaar tegen heeft, daar hij met 1 Mei eervol ontslag heeft moeten nemen wegens gezondheidsredenen. De heer De Priester zegt dat wij dat moeten billijken. Na breedvoerige discussie werd overge gaan tot benoeming van een tijdelijken ge meente-ontvanger. Benoemd werd de niéuwe gemeente secretaris, de heer Gabriëlsc met algemeene stemmen. Overgelegd werd de rekening van het burgerlijk armbestuur over 1924 sluitende met een batig saldo Van 44.85Vz. Deze rekening werd door de heeren Ma rijs en De. Priester nagezien en in orde*be vonden. Vervolgens had plaats de beëediging van den nieuw benoemden gemeente-secretaris, terwijl tegelijkertijd de heer Gabriëlse be- eedigd werd als tijdelijk gemeente-ont vanger. De voorzitter wenscht hierna den heer Gabriëlse geluk met het in hem door den raad gestelde vertrouwen en hij hoopte dat li ge houding op de villa aan. Zij had geen hoed op het hoofd, maar een operamantel met kap lag los over haar schouders geworpen en toen zij het pad opwandelde, nu en dan stilstaand om ach teloos een neerbuigende lelie te plukken, wier geur de zware nachtlucht bedwelm de, gingen de vouwen vanéén en deden hier en daar even de zachte, witte stof zien en de schitterende juweelen op haar borst en in heur haar. Ook haar voeten waren geschoeid met fijne, wit satijnen muiltjes, die nauwelijks den grond schenen te raken, zoo licht en bevallig wandelde zij. In het kort, zij was zeer schoon om te zien het schoonst van den liefelijken tuin. Zoo scheen niet te denken de man, die achter in de schaduwen van 'het raam stond en op haar wachtte. Zij zag hem daar staan, bleek en ijskoud als een gehouwen beeld, behalve de woe de, die in zijn oogen brandde, en voor een oogenblik aarzelde zii. Dan met de berus tende houding van iemand, die besluit iets onaangenaams in de oogen te zien, haalde zij haar schouders op en de handvol lelies wegwerpend, trad zij op hem toe. Zij spra ken geen van beiden totdat zij vlak voor elkaar stonden. Toen, daar zijn beweging- looze gestalte haar belette door de deur binnen te gaan en haar pogin om dit te doen belemmerde, stond zij stil en sprak hem luchtigjes aan. „Een vreemd welkom thuis, mijn vriend. Waarom sta je hier zoo woedend te .kijken Hij wees met bevenden vinger naar het Oosten, waar een flauw schijnsel van het daglicht de lucht kleurde. „Waar ben je geweest vroeg hij met heesche stem. „Zie je niet, dat het ochtend hij steeds de voetstappen van zijn voorgan ger zal volgen. Bit zal zijn tot heil van de gemeente Souburg. De heer Gabriëlse dankte den voorzitter voor de tot hem gesproken woorden en hoopte steeds met Burg. en Weth. en den raad aangenaam te mogen samenwerken en zijn beste krachten voor de gemeente te geven. Hierna nam de voorzitter het woord en sprak den scheidenden gemeente-secretaris den heer L. Braam, in de volgende be woordingen toe Ei rust thans op nu'j geen aangename taak om het woord te richten tot iemand die voor het laatst als ambtenaar in ons midden is. Het is wel een moeilijk oogenblik in* het leven om afscheid te nemen van een be trekking al heeft men dan ook in zoo'n -be trekking niet altijd op rozen gewandeld maar ook wel eens doornen gevoeld. Want dat afscheid wil in de meeste ge vallen ook zeggen dat er een groot deel achter den mg ligt van onzen levensweg en als men op al die verloopen jaren terug ziet kan men niet hegrijpen dat alles zoo vlug is gegaan. Maar het uur loopt ras en zoo haast verloopt ons leven. Waar een afscheid nemen uit een betrek king moeilijk is voor den betrokkene is dat ook moeilijk voor hen die zoo na aan den betrokkene zijn verbonden geweest. We staan hier voor het feit dat heden voor het laatst in ons midden is een zeer bekwaam ambtenaar die algemeen geacht en bemind was.. Benoemd tot gemeente-secretaris den 9 Juni 1897, tot gemeente-ontvanger den 14 Februari 1905 en tot ambtenaar van den burgerlijken stand den 2 Maart 1904 hebt n al deze betrekkingen met lust en toewij ding vervuld. Ik heb het voorrecht gehad met wijlen uwen vader en met uwen broe der ook nog eenige jaren samen gewerkt te hebben en het schijnt wel in het ras te zitten van de familie Braam, allen waren- altijd hulpvaardig, voorkomend en aange naam in den omgang en bijzonder goed op de hoogte van de gemeente-administratie. Ik voor in ij zelf zal dan ook nooit ver geten al dat goede wat ik van die zijde on dervonden heb. De gemeente gaat verliezen een uitste kend ambtenaar en ik zelf een krachtige hulp, waar ik 28 jaren mee ben te zamen geweest en een goed vriend, maar tevens een vraagbaak voor ieder en een huln voor allen op elk gebied, een secretaris van de oude garde, van den ouden stempel, die op alle mogelijke uren de menschen te woord stond en hielp.' Ik heb menigmaal in die ongelukkige distributie-jaren er op aangedrongen dat u hulp zou vragen maar u wilde daar niet van weten om de gemeente'niet op onkosten te jagen Het ging toen ten koste van uw gezond heid, want die heeft toen een gevoelige knak gekregen. Ik die dit alles weet stel u dan ook zeer hoog. De meesten kunnen dat zoo niet beoor- deelen maar u deed veel meer voor de ge meente dan uw plicht. En daarom voel ik dat zoo, dat weggaan. Zulke menschen worden zoo maar niet vervangen. De geest van tegenwoordig is zoo ge heel anders. De mannen van de oude garde en van tegenwoordig verschillen dikwijls zoo veel. Thans doet men ook wel zijn plicht, maar binnen de vastgestelde uren en daar mede afgeloopen, maar u, secretaris Braam, stond altijd klaar voor raad en daad. De nieuw benoemde secretaris moet mij dit niet ten kwade duiden, ik weet dat hij zal trachten in de voetstappen te treden van zijn voorganger en zijn beeld voor oogen zal houden, dat zal zijn tot heil van de ge meente. Laten we hopen dat voor u nóg vele ja ren zijn weggelegd en dat mv gezondheid zoodanig móge zijn, dat u dan ook in die jaren veel van uw rust zal kunnen genieten. Ik hoop dat u nog wel eens aan ons en aan deze plaats terug zult denken. Wij zullen ti niet vergeten. U hebt cfen wensch te kennen gegeven liever geen geschenk van de gemeente te ontvangen, maar wil dan een kleine her innering aanvaarden aan uw vroegere be trekking. Den lieer Braam werden vervolgens als aandenken aangeboden twee prachtige fotografieën, voorstellende de huidige ge meenteraadsleden en het personeel ter ge meente-secretarie. Beide foto's waren in fraaie lijst. De heer Braam zeide in antwoord op de woorden van den voorzitter, dat het voor hem geen gemakkelijke taak is om af wordt Den geheelen nacht heb ik je hier zitten wachten. Waar ben je geweest „Je weet heel goed waar ik geweest ben", antwoordde zij achteloos. „Naar het bal in de Lion d'or. Ik heb je verteld, dat ik er heenging." „Mij verteld Jij mij verteld En ver bood ik 'het niet Zei ik je niet, dat ik niet wilde dat je ging „Toch ben ik er geweest", antwoordde zij luchtig. „Het was een afspraak en ik breek nooit een afspraak." „Een afspraak Jij zonder geleide naar een algemeen bal op een publieke piaats Een afspraak Ja, met je minnaar, denk ik." Zij keek hem aan en gaapte voor zijn oogen. „Je 'bent slecht gehumeurd, vrees ik", zeide zij, „je bent ten minste erg ruw. Laat mij door als je blieft. Ik ben moe van het staan hier." Hij was buiten zichzelf van woede en gedurende een paar seconden kon hij niet spreken. Maar toen hij woorden zeggen kon, klonken zij helder en duidelijk genoeg. „In dit huis zul je niet meer binnen gaan", zeide hij. „Je hebt mijn wenschen veronachtzaamd, je hebt mijn gebod over treden en nu sta je mij te bedriegen. Je gooit niet mijn eer. Je brengt schande over mijn naam. Ga en houd je afspraken onder dat andere dak. Het mijne heeft je intriges lang genoeg geborgen De hand, die den opera-mantel dicht hield, liet los en hij viel achter op haar schouders. Al de schoonheid van haar zinnelijk lichaam in het verblindend witte kleed stond daar ongedekt. Het maanlicht glansde in het schoone haar,1 scheen zacht op haar witten, gevulden hals en bloote ai men, en schitterde in haar donkere oogen scheid te nemen. 28 jaar lang heeft hij op de meest aangename wijze met den burge meester samengewerkt. Spreker dankt hem daarvoor, evenals voor de prettige samen werking met de wethouders. Spreker dankt ook den raad voor de aangename ver standhouding welke steeds tusschen hem en den raad heeft bestaan. Speciaal denkt spreker hier aan den nestor der raadsleden den heer De Pagter, die reeds met zijn vader en zijn broer heeft gewerkt en nu 28 jaar met hem. Spreker richt ook een woord van dank tot zijn ambtenaren, welke lan ger of korter onder hem hebben gewerkt. Hartelijk dank zegt spreker aan de raadsleden en het secretarie-personeel voor de fraaie souvenirs hem aangeboden. Deze cadeaux zijn hem bijzonder sympa thiek. De heer De Pagter uit in eenige gevoel volle woorden zijn beste wenschen voor den scheidenden secretaris en hoopt dat hij nog vele jaren van een welverdiende rust mag genieten. De heer Melis nam daarna als oudste wethouder het woord en dankte den heer Braam voor het vele, dat de gemeente in deze 28 jaar van hem heeft mogen ontvan gen. Altijd was hij bereid zijn beste krach ten in het belang der gemeente te geven. Het verheugt spreker dat de heer Braam in deze omgeving'blijft wonen en hij hoopt dat men in voorkomende gevallen nog van zijn veeljarige ervaring zal mogen ge nieten. Spreker is dankbaar dat de nieuwe gemeente-secretaris voor een groot deel zijn opleiding van den heer Braam heeft mogen ontvangen. Spreker hoopt dat hij nog van een lange rust zal mogen ge nieten. Ten slotte sprak de~heer Jobse nóg een persoonlijk woord van dank. De verschillende toespraken werden door de raadsleden met applaus begroet. De voorzitter deelde mede, dat -een 11- tal ingezetenen hun panden beschikbaar hebben gesteld tot het aanplakken van verkiezings-reclame. De heer De Priester zegt Burg. en Weth. dank voor hun bemoeiingen in deze zaak. Hierna ging de openbare vergadering over in eene met gesloten deuren. De huisvesting van ons pluimvee. Het v erz ofgi n gs-v raa gsfu k van ons pluimvee heeft zoo vele kanten, dat we een oogenblik geaarzeld hebben waai mee te beginnen. De overweging, dat onze kip pen het grootste gedeelte van hun leven h hun nachtverblijf vertoeven, gaf den doorslag, zoodat we daarmede het eerst zullen aanvangen. Daarbij kunnen we nog weer verschil lende kanten uit, doch daar we aannemen, dat het grootste gedeelte der lezers van deze avtikeitjes de kleinere kippenhouders zijn. zullen we ons bepalen tot het verbüif van een toompje van 812 hoenders. Gewoonlijk spreekt men van een kippen hok, doch aan dit woord ergeren we ons steeds, omdat het onsdelkens herinnert aan de ontelbare hokken, we^ce we in ons leven zijn tegen gekomen, welke hokken echter nog meer recht op de benaming van ver- stikkingskooien hebben Stelt u zich voor. dat de kippen zoo van October tot Maart van 's avonds 4 a 6 uur tot 's ochtends 8 a 7 uur in eeu hók moeten verblijven, waar vrijwel geen lucht in doordringt, waar de toe- en afvoer der lucht moet plaats vinden door.de opening welke de kippen toegang tot hun verblijf geeft Een broeihitte ont staat er dan, de kippen komen 's ochtends in de koude ren, vatten kou en dra hoort men tsiep, tsiep de snot heeft zijn in trede gedaan, zieke kippen, geen eieren, de baas verbolgen, niet op zichzelf, wat toch recht zou zijn. maar op die „lamme" kippen, die wel vreten, maar geen eieren leggen. Ook voor de gezondheid der hoen ders zijn licht en lucht gebiedende eischen! Licht, opdat de zon, de ontsmetster bij uit nemendheid,, de bron van gezondheid en kracht, in het verblijf toegang kan vinden lucht, opdat de kippen het hun toekomende hapje versche lucht kunnen verkrijgen. Wordt aan die voorwaarde voldaan, dan is al veel gewonnen en spreken we ook niet langer van een kippenhok, maar van een kippenverblijf. Geen oude kist met een gat er in als verblijf, doch een ruimte van on geveer 1.50 M. lang, 1 M. breed en 1.50 M. hoog, opgebouwd uit geploegde duims- planken, zóodat er geen naden, kieren en scheuren bestaan, welke de geliefkoosde verblijf- en kweekplaatsen zijn voor het vele malen yerwenschte kippenongedierte. Een raampje, liefst klapbaar, van 25 bij 35 c.M. er in, flinke vêntilatiegaten of een opening van .15 bij 25 c.M., verkleinbaar plotseling vol van drift. Haar rechterhand hield een klein kanten zakdoekje vastge- kneld, dat zij uit de vouwen op haar lijf had getrokken en de lucht met zoeten geur vervulde. „Je bent boos, en je weet niet wat je zegt", zeide zij. „Het is waar dat je mij verboodt vannacht te gaan, maar je ver biedt mij alles. Ik kan jou leven niet leven. Het is te diep, te triestig. Het is wreed van je om dat te verwachten. Laat mij nu bin nen. als je me uit wilt schelden, doe dat morgen." Zij stapte vooruit, maar hij legde de handen op haar teedere schouders en duw de haar terug. „Nooit riep hij wild uit. „Ga en leef zooals je wilt. Dit is geen thuis voor je. Ga, zeg ik." Zij. keek hem aan, haar mooie oogen smeekend opwaarts gericht en haar lippen trillend. „Je bent krankzinnig zeide zij. „Ben ik niet je vrouw Je hebt geen recht mij hier te laten staan. En mijn jongen. Laat mij vooilbij." Hij bewoog zich niet, noch toonde eenig spoor van toegeven. Hij stond daar. de hand dreigend naar haar uitgestrekt, zijn gelaat bleek en stom als marmer, maar niet wilde woede nog in de oogen. „Wat is de jongen, wat ben ik voor jou riep hij heesch. „Ga weg, vrouw Nog scheen zij het niet te begrijpen. „Waar moet ik heen vroeg zij. „Is dit niet 'mijn huis Wat ben ik..." „Ga naar je minnaar", viel hij baar toor nig in de rede, „zeg hem dat je man niet langer je werktuig is. Hij zal je inlaten." 'Een donkere blos kwam op haar schoone wangen en een plotselinge drift flikkerde door een schuif, in het hoogste gedeelte van den voorwand, zijn onmisbare dingen. Wanneer het kippenverblijf nu zóó ge plaatst is, dat de zon er zoo ruimschoots mogelijk toegang in kan vinden, d.i. de zijde waarin zich het raam bevindt op het Zuid-Oosten of Zuiden, dan hebben we al aan zeer voorname voorwaarden voldaan. Voorts het verblijf nog van den grond verwijderd, steunende op een paar stevige postjes, of. nóg beter, betonpaaltjes, dan gaat het houtwerk langer mee en is de winst bovendien nog een loopruimte on der het verblijf, waarvan de bodem dan als zolder dienst doet, beschutting gevende voor regen, sneeuw en wind. De inrichting van zoo'n verblijf is een bespreking op zich zelf waard, waartoe we in een volgend artikeltje zullen overgaan. Echter willen we alreeds niededeelen, dat ieder belangstellend lezer gratis van ons 'kan verkrijgen een zeer nauwkeurig uitgewerkte teekening voor een verblijf van 10 hoenders. Men schrijve daarvoor slechts een briefkaart aan den hoofdredac teur van het weekblad „de Kleinveeteelt", den heer D. J. Holsteijn te Apeldoorn, waarna toezending volgt. Actie tegen het page- ha a r. Te Parijs is een club opgericht, die zich ten doel stelt, de mode van het kort geknipte vrouwenhaar, van het page kopje te bestrijden. Leden kunnen alleen dame? worden, die nooit het haar kort hebben laten knippen. Voor zij als lid wordt aangenomen, moet iedere dame de plechtige verklaring afleggen, dat zij heur haar nooit overgeleverd heeft aan de schaar en dat zij de gelofte aflegt, dat ook nooit te zullen doen.. De oprichters van de club betoogen, dat zij alle „goedgezinde vrouwen" willen ver eenigen, „om de heilige traditie te handha ven". Het lange haar der vrouw is sedert onheugelijke tijden het teeken van ware vrouwelijkheid alleen vrouwen met lang haar kunnen goede huisvrouwen en moe ders zijii. Het pagekopje weerhoudt de vrouw ervan, haar belangrijkste plichten te vervullen. in weerwil van de uitgebreide propagan da heeft de dub tot dusver slechts 28 leden. In verband daarmede schijnt het dat de da gen van het pagekopje, in weerwil van alle voorspellingen, nog niet geteld zijn. Iemand die zeer gewichtige bezwaren tegen het pagekopje heeft, is de „haarspeldenkoning" Sol. H. Goldberg, die naar Europa is ge komen, om er een veldtocht tegen page kopjes te beginnen. Hij deelt mede, dat het kortgeknipte haar in de Vereenigde Staten reeds niet meer in tel is en dat het ook in de Oude Wereld in de eerstvolgende 15 maanden zal verdwijnen. Het lijkt echter, of hier de wensch de vader van de gedach te is. S t r o o h o e p n-d a g. Onze Oostelijke buren hebben er een handje van, allerlei „dagen" in elkaar te zetten en zoo zal er morgen te Keulen zulk een „dag" plaats hebben voor het district Rijnland Westfalen oer Rijksvereeniging van hoe denwinkeliers. Als geheel nieuw voor Du Hoer. lew.™ »ll! dit reeds bentallen jaren zal men voor het geheeic Rijk een stroohoeden-dag voorbereiden,welke vermoedelijk begin Mei zal worden gehouden, op welken „dag" men op de meest moderne wijze reclame zal maken voor den strooienhoed, waarna iedere zich respecteerende Duitscher ge- dweeëlijk zijn vilten hoed zal opbergen tot tiid en wijle 't hoedenverkoopersgilde de creteert, dat het geen „ton" meer is, den strooien hoed te dragen. Zaterdag zijn in rond 100.000 hoeden zaken de strooien hoeden voor den eersten keer in dit jaar geëtaleerd en onmiddellijk na Dinsdag zal de groote reclame voor „het" hoofddeksel bij uitstek worden tei l-and genomen. Verzamelwoede. Een boekhandelaar te Browley (Engeland) bood onlangs verschillende verzamelingen te koop aan. Een calalogus vermeldde o.a. een verzameling etiketten van bierflesschen liefst tienduizend stuks, die in 15 albums opgeplakt waren. De correspondent van een Praagsch blad, die dit merkwaardige staaltje van verza melwoede in zijn krant meedeelt, vertelt daarbij van een zijner vrienden, die de ge woonte had in elk café de kartonnen on derleggers van bierglazen mee te nemen. Hij was een ijverig cafébezoeker en deze omstandigheid stelde hem in staat zijn ge- heele kamer vol te spijkeren met deze bierdocumenten. En tevens spaarde hij er een behang mee uit in haar oogen. Zij richtte zich in haar volle lengte op en keerde zich tot -hem met de waardigheid van een keizerin. „Luister een oogenblik naar me", zeide zij, „vraag jezelven af, of je ooit getracht hebt, mij het leven gelukig te maken. Heb ik ooit genegenheid voorgewend voor boeken en eenzaamheid Vóór ik trouwde, heb ik je gezegd, dat ik veel hield van ver andering, vroolijkheid en leven en je be- Ioofdet mij, dat ik het krijgen zou. Vraag je zelf af, hoe je je belofte behouden hebt. Je ontzegt mij ieder genoegen en drijft mij er toe het alleen te zoeken. Ik ben je ja- loerséhe nukken en je kwaad humeur moe. Ik ben een trouwe vrouw voor je ge weest, maar als je bij al je wreedheden, deze laffe, ellendige beleediging wilt voe gen, dan zal ik nooit vrijwillig je gelaat meer aanzien en welke zonde ik doe, die zal op jou verantwoording, niet op de •mijne staan. Wil je op zij gaan en mij voorbij laten „Nooit", antwoordde hij. „Nooit Zij trok haar mantel om haar schouders en keerde hem haar rug met een min achtend gebaar toe. „Je hebt mij gemaakt tot. wat ik zal zijn", zeide zij. „De zonde is jou. Gedu rende verscheidene vermoeide jaren heb jc mij ellendig gemaakt. Nu heb je mij gek gemaakt". Zij wandelde voort in de geurende duisternis en dadelijk daarop hoorde hij -de poort achter haar dicht vallen. Hij luisterde waanzinnig, 'hopende, dat hij haar hoorde terugkeeren. Het was vergeefs. Alles bleef stil. Toen voelde hij zijn leden verslappen en hij zonk achter over op een bank en verborg zijn gelaat in de kussens. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1925 | | pagina 5