ZATERDAG 6 DECEMBER Eerste Blad FEU1LLETON I Onder Betoovering. Brieven uit de Hofstad Rheumatiek, Gewrichtspijn, Verkoudheid. VLISSINGSCHE COURANT I 'ei haar, Koop en Verfeoop Icn LrtöiiBUauvi-Hgcfl, enz I maling, va» 1—5 regel |ege! meer 15 ccnl raagd op eersten CELHUIS rvoor in te richten te zaak. Brieven met Ier no. 20, bureau )urant". d onderhouden JERHUIS Te bezichtigen en ieuwe Vlissingsche Souburg. vraagt een ruime HONING js ƒ25.— of ƒ26.- letters L. S., bureau >urant". KUUR AKHUIS-ZOLDERS, or werkplaats. BOUMAN, Lepel- i te bekomen Transport- en ï£P- rven 9 VOS, Tel. EENHOORN, Tel. Ij® )STERHOOTTë 2»J- 3DITENHEK tel. llv pit nummer bestaat uit 2 bladen let Stedelijk Museum. De heer H. G. van Grol, conservator, tthriift ons Door 'de welwillendheid van de di- ,ectie der Kon. Maatsch. „de Schelde" kwam het Museum in het bezit, van een paar fraai gegraveerde koperen naamplaftn, gevonden bij graafwerk in de ijzergieterij. De eene draagt het opschrift „Claude de Chuij zoon van Jean de Chuy, Escr. Sr. desperaux en Suzanne marie Mariette de la Fauconniere. Oeboren den 10e Nov. 1700, trouwde Jen 3 Oct 1730 Met vrouwe Catharina Reinera Rheinierssen Thoren. Overleed den 12 Jan. 1774. Is geweest Raad en Burgr. der stad Vlissingen. Bewind hebber der West-Indische Compagnie". De andere „Vrouwe Catharina Rei nera Reinierssen Thoren weduwe wylen den Weledelegeb. Heer Claude de Chuy oud Burgemeester der stad Vlissingen en Bewindhebber der West-Indische Compagnie is geboren te Vlissingen den 4 December 1713, sterft te Middel burg den 5 Oct. 1800". Geen oogenblik was de herkomst dezer platen dubieus zij hadden de lijkkisten geïdentificeerd van het echt paar de Chuy. De werklieden 'hadden den grafkelder onbewust blootgelegd,waarvan de zerk blijkbaar vroeger reeds verdwenen was. De tegenwoordige ijzergieterij van „de Schelde" nl. is de voormalige Oostkerk, waarvan de muren nog gedeeltelijk zijn overgebleven. In het jaar 1650 werd door den Raad besloten een derde kerkgebouw te stichten, noodzakelijk geworden door bet steeds aangroeiend getal der inwo ners. in 1654 was ze gereed. Den 14en Januari 1749 werd dit gebouw in de asch gelegd door een geweldigen brand, die zoowel 's lands zeemagazijn als het Prinsenhuis (gebouwd door Prins Willem I) vernielde. Een stuk brandend zeildoek, van het magazijn afkomstig, woei over, hechtte zich aan den toren en zette weldra de geheele kerk in lichter laaie, zoodat men nau welijks 'den tijd had den preekstoel en eenige wapens weg te nemen en te bergen. In het jaar 1752 besloot de Raad het gebouw weder te herstellen. De muren werden gedeeltelijk afgebro ken, weder bijgemetseld, het gebouw werd weder van een dak voorzien, na genoeg in denzelfden vorm ais het vroegere met een klein torentje in het midden. De kosten van den bouw be- droegen 8636 Vis., bij elkaar gebracht door een collecte, steun van de stad en verkoop van de graven. De gepaneelde ruime preekstoel rustte op twee kinder- beelden, voorstellende de waarheid en de trouw. De „lijkdeur" prijkte met het wapen van den Prins van Oranje, ver bonden aan het wapen der stad „synde gebeeidthoudt met festoenen en bloem potten met bloemen en looftwerek om- set". Van de drie ingangen werd de „lijkdeur" (aan den kant van het Dok) alleen geopend als er in de kerk begra ven werd. In het iaar 1808 (den lien Nov. 1807 was de stad Vlissingen met haar grond gebied aan Frankrijk overgegaanjwerd bet kerkgebouw door de Franscbe Ma rine in bezit rrenomen en tot magazijn bestemd. Het bombardement van Augustus 1809 door de Engelschen I deed het weer in vlammen opgaan, I zoodat slechts de vier muren overble- Roman door REINHOLD ORTMANN. Randolph Stounton werd doodsbleek. Zijn oogen waren wijd geopend en op zijn gelaat lag een uitdrukking van doodelijken angst. ik begrijp het niet, moeder, sta- I ®elde hij heeseh. U wilt toch niet zeg- 1 Kn, dat het Hertha von Lindow was e mijn broeder Ik weet niets zekers over den aard der verhouding, waarin Herbert tot dit meisje kan hebben gestaan. Maar wel *eet ik, dat het haar vader was, die de I r°l van Mephisto in die treurige zaak epeelde. Je moet niet van me vergen, dat ik je alle bijzonderheden der treu- "Se geschiedenis vertel. Men had van ""zen zoon een gewetenloozen speler Eemaakt, en men bracht hem er verder roe een wissel te vervalschen alleen met het doe!, om hem dan een offer 'an voortdurende afpersingen te laten "orden. Nooit kunnen wij dankbaar fjenoeg zijn, dat ons bespaard bleef, d® stamhouder van ons geslacht als j-J" eerlooze voor 't gerecht te zien. ™aar nu werd dezen ellendeling ook de s,raf bespaard. En is het Hertha's vader, over "kn ge spreekt Bestaat er nog niet ven. in het jaar 1812 werden deze op nieuw opgetrokken en werd het ge bouw weer tot magazijn ingericht. La ter werd het na de vrijwording der stad (Mei 1814) aan het Nederland- sche gouvernement overgegeven en was het bij de Rijkswerf als magazijn No. 2 in gebruik. Het werd verdeeld in drie verdiepingen, waarin ankers; ta kels, touwwerk en kettingen bewaard werden. Zooals bekend is er nu de ijzergieterij der Maatschappij „de Schelde" in gevestigd, daar deze in de plaats is getreden van de oude Mari newerf. Claude de Chuy was, zooals het grafschrift reeds zegt, inderdaad de zoon van Ridder Jean de Chuy,seigneur de Espereaux, die in 1688 terwille van het geloof den dienst van Lodewijk XIV, koning van Frankrijk, verliet, naar Engeland overstak en een plaats kreeg bij de gardes du corps van den koning stadhouder Willem III. Later werd hij luitenant in dienst van de Staten en huwde in 1699 Suzanne Marie Mariette de la Fauconniere. Voor zoover bekend zijn uit dit huwelijk geboren ie. Clau de, 10 Nov. 1700, genoemd naar den grootvader, Claude de Chuy, die bij be sluit van koning Lodewijk XIV d.d. 17 Aug. 1665 vrijdom van zekere belastin gen kreeg „wegens zijn adellijke af komst" 2e Catherine de Chuy, den 20en Juli 1704 gedoopt te Tholen 3e. Jean Pierre de Chuy, den 3en Januari 1706 aldaar gedoopt. Van de beide laatsten is mij niets bekend. Claude de Chuy huwt in 1730 te Batavia Catharina Reinera van Thoor, wier vader Mr. Petrus Reiniersen van Thoor langen tijd in Oost-lndië ver toefde, vóór 1725 schepen was te Vlissingen, daarna naar Oost-indië vertrok en vervolgens het huis Soeten- dale te Serooskerke bewoonde(-j 1749). Het was een Vlissingsch geslacht, haar grootvader was predikant alhier, haar overgrootvader apotheker, getrouwd met een juffrouw van Thoor. Claude de Chuy was de laatste mannelijke telg van zijn geslacht, hem werden twee dochters geboren nl. Suzanna Johanna en Jacoba Catharina. De laatste, gebo ren 19 Oct. 1735, is jong gestorven na een kortstondig huwelijk (25 Miei 1760) met Mr. F. P van Goethem, schepen en raad te Vlissingen. De eerste is op rij peren leeftijd (den 23en Mei 1770) gehuwd met Isaac Winckelman, oud burgemeester, den president van het Zeeuwsche Genootschap der Weten schappen; zij overleefde haar man nog een twintigtal jaren en liet bij haar dood te Leiden 1816 o.a. zes honderd gulden na aan hare kat. Claude is waarschijnlijk in 1734 uit Batavia teruggekeerd, althans hij werd 15 December van dat jaar „membre de l'église de Middelbourg par témoignage de l'église de Batavia". Hij is weldra vertrokken naar Vlissingen in 1738 treffen we hem daar aan als schepen, in de periode 17381749 is hij dat her haalde malen, wordt in 1754 lid van de vroedschap en ten slotte in 1763 tege lijk met Mr. Evert Clyver burgemees ter hij -en Clyver waren dc opvolgers van Mr. Willem Hurgronje en Mr. Isaac Winckelman. Het was de regen- tentijd, toen de familie's Van Hoorn van Burgh, Graaf van Hogendorp, Lambrechtsen, Schorer, Lammens, Steengracht. Mauritz, Hurgronje, Van Dishoeck, Clyver, Winckelman meest onbetwistbaar (niet altijd) heerschten 't zijn alle geslachten, wier afstamme lingen nu in het land verspreid wonen, geen hunner vertoeft meer te Vlissin gen, waar naast de legenden ook nog enkele kapitale huizingen zijn overge bleven. Groote fortuinen hadden ze verworven, zoowel in de beide Indiëns de mogelijkheid dat de gelijkenis dei- namen bedriegt a— Neen, mijn zoon. Eerst hield ik het voor onmogelijk, dat het noodlot zoo wreed kon zijn, ook onzen tweeden zoon bij deze verdorven menscben te brengen. Maar mijn hoop verdween spoedig. Dadelijk na mijn aankomst liet ik een onderzoek instellen naar de familie van juffrouw von Lindow en dat onderzoek wees uit, dat zij de dochter van den man is, wiens schan delijke handeling ons reeds eens zoo noodlottig was. Waarom bracht u mij niet op de hoogte. O, mijn hemel, hadt ge het maar gedaan 1 Ik moest je ontzien, Randolph, want de dokter had ons immers drin gend op 't hart gedrukt, je aan geener lei ontroering bloot te stellen. En dan, hoe had ik kunnen denken, dat het al zoo met je gesteld was Ik zag wel, in welk gevaar je je bevond, maar ik geloofde, dat de aanwezigheid van je verloofde het ergste zou afwenden. Maar nu, nu je alles weet, nu zal je je er toch niet langer tegen verzetten, dit onzalig huis te verlaten, nietwaar De zieke was in zijn kussens terug gezonken en de groote treurigheid, die op zijn gelaat lag, deed hem er plot seling weer zeer ziek en zwak uitzien. Ja, moeder, sprak hij zacht, zoo gauw ik sterk genoeg ben, zullen wij op reis gaan. Maar u moogt me nu niet als met de reederij van kapers talrijke buitenplaatsen met „fraaie plantages" getuigden van hun rijkdom en de statie, die zij voerden. Van statie gesproken op het archief hier berust een hand schrift, bevattende een uitvoerig relaas ■over een tocht een soort dagboek met het jacht „Van de Edele Geoc- troyeerde West-Indische Compagnie ter kamer Zeeland", waarmee de familie de Chuy met enkele gasfen binnendoor naar Holland ging behoorlijk werd ■den Bewindhebber uitgeleide gedaan met vijf schoten der batterijen als eere- saluut Tot de vaste goederen van Claude de Chuy te Vlissingen behoorde o.a. ook op Oud-Vlissingen de „Stadsher berg" door hem „Batavia" geheeten. In den volksmond heette dit hof ,,de He- breeuwsehe kerk", omdat het van 1698 1700 door den bekenden Jacob Ver schoor, hoofd van de secte der Ver- schoristen, gebruikt was voor de sa menkomsten dier secte, ook Hebreen genoemd. Gedurende de jaren 1739 1762 was het eigendom van Claude de Chuy. Ook behoorde hem toe het pand, waarin nu het Stedelijk Meseum is ge vestigd, al is dit laatste ook een nieuw gebouw, maar hier stond zijn sterfhuis, te 'treffender omdat nu de naamplaat weer op dezelfde plaats terugkomt, waar ze uitgedragen is.Met een variant kan men hier zeggen Pes habent sua fata. Al was het dan ook de regententijd, 't was tevens de eeuw van het verlicht despotisme. Het „alles voor 'het volk" vond ook bij Claude de Chuy toepas sing. In Januari 1769 werd het nieuwe orgel in de Jacobskerk door ds. Brahe ingewijd Claude de Chuy had eenige jaren te voren daartoe ingeteekend voor een som van 3600 guldens, wat in dien tijd een vorstelijke gift mag geacht worden. En dit is nog slechts een enkel staaltje, want toen hij overleed werden er lijkzangen aangeheven, in zooverre niets bijzonders, daar men gauw bewo gen was en deze dichtproducten niet altijd belangeloos werden uitgegalmd, maar toch bewijzen deze door mij aan- geteekende regels „De Chuy der armen troost; der weduwen toeverlaat Der weezen vader en der vrienden hulp en raad Rust hier van zorgen vrij. Zijn naam streeft met zijn deugd, d'onsterfelijkheid voorbij," dat in dezen oud-burgemeester toch wei een burgervader is heengegaan. Zijn weduwe heeft de traditie voort gezet, want op de „Lijst van Inteeke- ning voor de studiën van Bellami. be gonnen Maart 1782" komt ook voor onder degenen, die zich verbinden „jaarlijks te zullen contribueeren voor uit". Maart" Catherina Reijniersen Thoren Wed. de Chuy. Zij was een nicht van den apotheker Conrad Bus ken door diens huwelijk met Jacoba Baert. Zooals men weet was de vader van de vermaarde Coosje Busken. vriendin van Betje Wolff, een der voorvaderen van Busken Huet. Plaatselijke bladen. Gemeentebelang. Het aantal residentiebewoners dat de lange krantenverslagen over de behan deling der gemeentebegrooting volgt, zal, hebben wij het niet mis, abominabel klein zijn Misschien verbeelden de vijf en veertig vroede vaderen zich dat in deze dagen aller oog op hen gericht is, maar dan vergissen zij zich toch zeer. Hef is een hoogst ongewone gebeurte- langer kwellen. En u moet me toestaan alleen te blijven. Ik kan nu niemands gezelschap verdragen, niet eens het uwe. 1Ik zal Ruth bij je sturen, mijn zoon haar zal het eerder dan mij gelukken, je op andere gedachten te brengen. Maar bijna angstig zeide hij Neen, neen, zij 't allerminst ik kan nu niemand bij mij hebben. Zeg haar, wat u wilt, maar laat haar van daag wegblijven. Als u een beetje me delijden met me hebt, zult u me dat wel gunnen. Lady Tarkington boog zich over haar beklagenswaardigen zoon en kus te hem op het voorhoofd. Ik zal doen, wat je van mij ver langt, Randolph :En ik reken er op, dat je even dapper zult zijn, als tot dusver alle Tarkingtons waren. Als ik terugkom, zal je deze teleurstelling te boven gekomen zijn. Je bent het jezel- ven en de eer van je naam schuldig. Ik zal het probeeren, moeder, zei hij terwijl eventjes een mat glimlachje om zijn mond speelde. Maar u moogt niet voor vanavond terugkomen, dat moet u mij beloven. Dat beloof ik je, zeide zij, zijn handen drukkend. En toen ging zij zacht heen, omdat zij zijn aanblik niet langer kon verdragen, en omdat zij hem niet wilde toonen, hoezeer zij met hem leed. Totaal van rheumatiek bevrijd gebleven. Pastoor J, Beelen. Geysterén (L,} bericht ons: ..Ik schreef U verleden )aar: Ik heb Togal- tabletten gebruikt, resultaat wezenlijk prachtig en verrassend. Ik was sedert I jaren Rheumatlekiijder en jv—n. I kon niet meer knielen of I it I iacpca- "t voelde pijn en I M I -vraroheid ln 4e rechter I 1 "n 03 '!et gebruik I I van eenige flacons Togal- 1 I tabletten vias zonder de I minste maagstoornis de Cpijn en stramheid geheel jl verdwenen. Ik werd leui- gcr en soepeler in al mijn PAsroon Breien ledematen en kon gelijk vroeger weer knielen en uren in de bosschcn wandelen. Nu is het geheele herfst, winter en voorjaars-seizoen voorbij cn door doelmatig gebruik van Togal-tabletten ben ik totaal van Rheumatiek bevrijd gebleven, waar door ik alle Rbeumatieklijders met veel vertrouwen de Togar-tabletten kan aanbevelen.' Dagelijks bereiken ons dergelijke dankbetuigingen, en alle bevestigen de goede en snelle resultaten van Togal-tabletten bij spierrheumatiek, zenuwrheu- matiek, gewriclitsrbeumatiek. rheumatische knob- bels, jicht ischias, hoofd- en zenuwpijn, verkoud heid, influenza, griep en slapeloosheid. Genezing en onschadelijkheid gegarandeerd. Verkrijgb. bij allé Apothekers en Drogisten a f 0.80 en f2 (Ingez. Mededeeling.) nis wanneer men eens iemand ontmoet die eenige aandacht wijdt aan het werk van den gemeenteraad. Wanneer het toevallig eens gebeurt dat 'n zaak je aan de orde is dat iemand persoon lijk in zijn belang treft, ja dan Iet hij op de gebeurtenissen, maar ...berg je dan voor de kritiek. Wij die als goed chroniqueur ver plicht zijn de gebeurtenissen te volgen en zelfs genoodzaakt zijn ons tot eenige belangstelling daarvoor op te werken, hebben ook ditmaal de begrootings- discussïe op den voet gevolgd en het eenige wat ons dan altijd spijt is wel dat wij ook niet in die zeifde onwetend heid kunnen blijven als de velen, die ternauwernood weten dat er nog een gemeenteraad bestaat. De gedachte is niet van ons maar zij heeft „niettemin" iets aanlokkelijks, de gedachte dat de dagbladen eens een jaar lang de debat ten van den gemeenteraad zouden deod-zwijgen. Misschien dat dan het oogenblik kwam, waarop men tot in keer kwam. Terwijl ieder verstandig mensch vóór alles van oordeel is dat de totale bedragen die de overheid van de burgers vordert aanzienlijk verminderd moeteen worden, praat men in den ge meenteraad nog van allerlei groote uit gaven voor absoluut onnoodige zaken, zooals den bouw van een nieuw stad huis, van een reusachtig museum enz. Onderwijl wordt de belasting zgn. ver laagd, d.w.z. dat men ongeveer een rijksdaalder op iedere honderd gulden zal worden verminderd. Den Haag heeft een schuldenlast van 287 millioen gul den. Zoo'n cijfer alleen spreekt reeds boekdeelen. Sedert 1913 is de belasting die wij voor de gemeente moeten betalen met 2y2 maal hooger percentage toegeno men dan ons inkomen. ALiddelerwijl is de belasting op de openbare vermake lijkheden vertienvoudigd in haar op brengst (van 100.000 gld, tot één mil lioen), is de straatbelasting ingevoerd die de verhuurders op de huurders ver haten, is de zakelijke bedrijfsbelasting ingevoerd, die op de consumenten ver haald wordt, zijn de opcenten op de personeele belasting verhoogd en heeft men de neringdoenden verplicht belas ting te betalen aan de Kamer van Koop handel, die zooveel inkomsten heeft dat zij er geen raad mee weet. Thans zullen wij bij de inkomstenbe lasting een rijksdaalder van iedere honderd gulden minder te betalen krij gen. In tien jaar tijd zijn de uitgaven HOOFDSTUK XV. Ongewoon lang was dr. Relling van daag in de afgelegen achterkamer ge bleven, waarheen men volgens zijn wensch reeds den eersten nacht den zieke had vervoerd. Gedurende de laatste week was hij dagelijks meer malen in villa „Carla" geweest, maar 't was niet zoozeer zijn verlangen naar de geliefde, dat hem daarheen voerde, als wel zijn bezorgdheid voor den patiënt, wiens toestand hem wel wat verontrustte. Hij had steeds ontwijkend geant woord op de vragen, die Hertha of mevrouw Bergner hem deden betref fende de mogelijke genezing van den zieke, maar de uitdrukking van zijn steeds wat somber gelaat had haar weinig moed gegeven. Zooals gewoonlijk, had hij ook van daag alleen mevrouw Bergner, die den zieke met bewonderenswaardige opof fering verpleegde, in de ziekekamer aangetroffen. Langen tijd had hij de hartwerking van den zieke, die buiten bewustzijn lag, gadegeslagen. Toen had hij hem een inspuiting gegeven en de verpleegster op 't hart gedrukt, hem elk uur van den dag of van den nacht te laten roepen, indien zich zekere symptonen vertoonden, die hij haar duidelijk uitlegde, iVreest u, dat het einde nabij is, dokter vroeg mevrouw Bergner be zorgd. Maar ook nu ontving zij geen der gemeente van 228 gld. tot 1137 gld. per 100 inwoners gestegen, precies dus het vijfvoud, terwijl het bedrag volgens de index-cijfers hoogstens tot het dub bele had mogen stijgen. Het zuiver in komen steeg van 147 tot 300 millioen en dus was dit alleen voldoende ge weest om dit aan te brengen. Alle belastingen moeten dus worden terug gebracht tot het percentage en de nor men van 1914 Veel zullen wij er niet over zeggen. De burgers schijnen zich hét wanbeheer rustig te laten aanleunen de traagheid der Hollanders komt de roekeloosheid der bestuurders te stade... Verleden week verschenen op één dag twee nieuwe bladen, weekbladen, speciaal voor Den .Haag. Beide zijn ge ïllustreerd en trachten te betoogen dal zij in een behoefte voorzien. Het éene neemt ons eenigermate bij den neus, want het is eigenlijk een Amsterdamsch blad, dat een deel speciaal voor Den Haag reserveert. Het verklapt dit zelf door ergens te spreken van „hier ter stede", dat echter klaarblijkelijk Am sterdam is. Het andere zit bij de inleiding al met zich zelf verlegen het heefi geen pro gram en weet geen doei te geven, maar belooft alleen dat het voile aandacht voor onze woonplaats wil hebben en vragen. Den Haag is zoo groot geworden en zoo belangrijk en dus moet het nu ook een eigen week blad hebben, waarin speciaal Haag- sche belangen worden behandeld en waarin het Haagsche leven weerspie geld wordt. Zien wij het eerste nummer in nota bene een Sinterkiaasnummer, dat wel een verrassing mocht wezen dan blijkt dat Haagsche leven uit niets. Op de afgekloven botten door de dag bladen al tot het laatste genuttigd wordt nog wat na-geknabbeld. Maar enfin, de ondernemers moeten het weten als zij er heil in zien. Wij vreezen, dat spoedig twee lijkjes op het journalistieke kerkhof zullen worden ter aarde besteld. Het aantal bladen dat ter wereld komt is zeer groot. Telkens verschijnt er één en als er dan weer drie zijn sterven er gelukkig twee heel spoedig. Of er behoefte bestaat aan weekbla den, is moeilijk fe beoordeelen. Wel kunnen wij dit als „vakman" zeggen, dat de hopeloos prullerige, wijze waar op het övergroote deel wordt aange vangen, het slagen zoo goed als on middellijk uitsluit. Eerlijk gezegd doet dit mislukken ons in de meeste gevallen veel genoegen, omdat bij den opzet èn de journalistieke leiding èn de commer- cieele leiding bijna steeds worden mis kend. Een of andere beunhaas begint te schrijven en een of ander drukker col porteert advertenties uit dit dilettan tisme kan gelukkig geen kracht voort komen. Onbegrijpelijk is het dat de nering doenden altijd maar weer geld uit hun zak laten kloppen voor advertenties in die nieuwe blaadjes. Zij laten zich altijd verleiden door de zgn. groote oplage, terwijl voor hen het belangrijk ste element moet zijn de vraag in wel ke kringen het blad gelezen zal wor den. Een klein blad dat in duizend ka pitaalkrachtige kringen komt en daar om de een of andere reden met aan dacht zal gelezen worden, heeft meer beteekenis voor reclame-doeleinden dan een gratis verspreid prul-blaadje, waarvan zeven achtste onmiddellijk uit de brievenbus naar de prullemand ver huist. Het krioelt in den Haag van wijk- advertentie-bladen, die gratis worden verspreid. Hun leven is uiterst kort stondig zoodra zij achter de deur zijn gekomen. Maar toch houden de winkeliers bepaald' antwoord. Er bestaat alle grond, om heel voorzichtig te zijn, zei hij slechts. Maar ik zou heel graag uw nicht even spre ken. Zij is toch hoop ik, nog niet uit gegaan, zQoais de laatste dagen steeds? Voor den doordringenden blik, die hij op haar richtte en waarin zij duide lijk zijn wantrouwen las, sloeg zij de oogen neer. Werkelijk had zij ook nu van Hertha de opdracht gekregen, te zeggen, dat zij uit was, maar de toon, waarop Relling zijn vraag deed, ont nam haar daartoe den moed. Ik geloof, dokter, dat zij in haar kamer is. Lisette kan even .gaan kijken. Dat sloeg hij echter af. Ik behoef niet aangediend fe wor den, zei hij kortaf. Als ze thuis is, vind ik haar wel. En hij vond haar werkelijk. Er niet aan denkend, dat hij er kon zijn, had Hertha „binnen" geroepen op zijn kloppen. En zij was een te goede too- neelspeeister, om haar onaangename verrassing bij zijn binnenkomen fe kunnen verbergen. Ah, bent u het dokter, ik wist in het geheel niet, dat u al waart geko men. Hij antwoordde niet dadelijk, maar drukte de deur stevig dicht en trad toen, haar onafgewend aanziende, op haar toe. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1924 | | pagina 1