VRIJDAG 22 AUGUSTUS
^gemeentebestuur
feuilleton
binnenland
grage eters
ÉIHONIG'S
ew Puddingen
DE GROOTE ONDEUGD
rer te vl.ssinge1
ustus v.m 'I
!2 L.K. 7.14 "1
3 8.07 '3
4 9.17
^No 198
auto's EN F(pT
Augustus
21 H,m
23
8.40
8.37
G E N D A
ermakelijkheden <w,
Vergaderingen^
-D^eliiks bi
des avonds ft
Zaterdag- en Zond^
sr. lederen avond l
ïtlmg aanvang 8
Zaterdag- en Zondi
annia. Dagelijks I
6.30-8 uur. 1 S 4<f
et uitzondering Va„
oirée-dansante Yann
atinée van 3.30-5»
811.30 uur. 1Lt
ustus. - Solisten-c0J
Britannia, 8>/2 uur I
Rage''iks cJ
NohrBekker.
Zondag van 3!/2—b. I
pera- en Satisten-aJl
onderdags.
boulevard.
apel Maandag- en 2? I
n 811.30 uur.
22 uur Matinée.
ïvard Evertsen.
Jag en Zondag Maf!
>0 uur.
Donderdag en
11.30 uur.
Woensdag, Vrijdag J
urée-dansante van
van 3.30—5.30 uur J
Boulevard Evertsen. .1
dag Soirée Dansante T
--..-«Vil,
Soirée 41
Zona
me-Artikelen
eén gulden
ig en Zaterdag.
Koffieboonen
ïee
?ijst
oda
eppoeder
koek
arnemelkzeep
G. fl. DOMIS!
amypark 46.
T l! OP DIT BLAD.
en Vcrhnur, Koop eu Verkoop
!en en Dlenstaanvragec, enz.
iltbetallng, van 1-5 regel*
e regel meer 15 csnt
KERMIST
li te grijze KAT. Tegen
ug te bezorgen Pa
T, m
y. s«
stus
f.B. isr
y.® n
n
8
9
8
9
ti«i te bekomen:
I.V. Transport-
Errtn O. V08,
EENHOOEN, W.KJ
3Q8TERHOUT, TiJ.
3ÜITBRHEK, Tel 1w
VLISSINGSCHE COURANT
^GEBODEN
LINNENKAST voor I
oudig, degelijk FOR-
prima VULKACHEL
enhouten DRESSOIR
persoons ijzeren LE01-
/IATRAS en VEEREN
Te bezichtigen tus-
vier uur Badhuisstraat
en).
en flinke
RKVROUW
dag en Maandag,
uwendijk 17.
Ie taeliepflj b
toorosrl
Aiddelb. - Rotterda®
tgelegen plaatsen,
VAN PASSAGIERS
REN EN VEE.
vnflr de nagelaten betrekkingen
v00r van de verongelukte
visschers.
Vorige opgave 29200.35
Rotterdamsch Nieuwsblad"
nagekomen giften - b-^>
Mej. B., Oosterwoide1
Totaal 29206.60
IMOEKOMEN giften administratie
„vlissingsche courant".
Reeds ontvangen 1678.65
Zuster Warner, Amsterdam - 1.
Totaal ƒ1679.65
Meerdere giften zullen door ons dankbaar
warden aanvaard en in ons blad worden
verantwoord.
herhalingsoefeningen.
De Burgemeester van Vlissingen roept de
in het verlofgangersregister dezer ge
meente ingeschreven dienstplichtigen van
de lichtingen 1918, 1919, 1920 en 1921, be-
hoorende tot de hieronder vermelde korp
sen op om op datum en plaats, tevens
hieronder aangegeven, voor herhalings
oefeningen in werkelijken dienst te komen.
Regiment Grenadiers, plaats van op
komst Harderwijk Regiment Jagers idem
Harderwijk 2e Regiment Infanterie, idem
Venlo 3e Reg. Inf., idem Bergen op Zoom;
4e Reg. Inf., idem Arnhem 6e Reg. Inf.,
idem Breda 10e Reg. Inf., idem Ede 13e
Reg. Inf., idem Maastricht 14e Reg. Inf.,
idem Breda 15e Reg. Inf., idem Amers
foort17e Reg. Inf., idem Venlgj 22e Reg.
Inf., idem Ede.
Datum van opkomst voor de onderoffi
cieren van bovengenoemde korpsen Don
derdag 11 September 1924 voor de korpo
raals Maandag 15 September 1924 voor
de soldaten Maandag 15 September 1924,
met uitzondering van de soldaten, hieron
der met name genoemd, die moeten opko
men op datum en plaats, achter hun naam
vermeld.
Lenaerts, Alphons en Stroo, Willem, bei
den lichting 1918, van de 3e comp. hospi
taalsoldaten, datum en plaats van opkomst
15 September 1924 te Bergen op Zoom
Ribbens, Hubregt en Van Zweeden, Pie-
ter Gerardus, beiden lichting 1918, van de
3e comp. hospitaalsoldaten, datum en
plaats van opkomst 15 September 1924 te
Breda
Kamermans, Christiaan Adriaan, lichting
.—1919, van de 3e comp. hospitaalsoldaten,
datum en plaats van opkomst 15 Septem
ber 1924 te Bergen op Zoom
Bouwens, Charles Johannes, lichting
1920, en Teirlinck, Stephanus, lichting 1921,
beiden van het regiment genietroepen, da
tum en plaats van opkomst 15 September
1924, Legerplaats bij Zeist
Van Breda, Janis, lichting 1918, van het
regiment genietroepen, datum en plaats
van opkomst 11 September 1924, Utrecht
Polderman, .Laurens, lichting 1918, en
Polderman, Johannes Lambertus, beiden
van de comp. intendancetroepen, datum en
plaats van opkomst 18 September 1924, te
Bergen op Zoom
Pleijte, Pieter Adriaan Albertus Laurens,
lichting 1920Van Berkel, Willem en
Theune, Johannes Louwers, beiden lichting
1921, allen van het korps pontonniers en
torpedisten, datum en plaats van opkomst
15 September 1924, te Dordrecht
Out, Johannes Nicolaas Anthonius, lich
ting 1918, van de schoolcomp. van den
motordienst, datum en plaats van opkomst
6 October 1924, te Haarlem
Wesdorp, Marinus, lichting 1921, van de
schoolcomp. van den motordienst, datum
en plaats van opkomst 18 September 1924,
te Haarlem
De Meijer, Cornelis Pieter, lichting 1921,
van het regiment kust-artillerie. datum en
plaats van opkomst 6 October 1924, te
Helder, fort Erfprins.
Wie wel en wie niet moeten opkomen.
Vertaald door Mevrouw
1 P. WESSELINK—VAN ROSSUM.
29.
„Acht", zei Nalda.
„Negen", antwoordde hij'ibedaard.
Nalda's gelaat was volkomen kalm,
toen zij om pen en inkt verzocht.
Intusschen had Shalton met Lang ge_
fiuisterd en daarna sprak hij
„Mevrouw Lindsay, ik kende u niet,
anders zou ik de vraag niet gesteld
hebben, die ik deed. Natuurlijk zal ik
uw cheque graag aannemen", zeide hij
hoffelijk.
.jDank u. Dan zal ik weer „banko"
reclameeren", antwoordde zij bedaard.
»iEr is negentien honderd en vijftig
pond in de bank", zei de croupier.
„Ik zal de cagnotte betalen en er
een ronde som van twee duizend van
m-ï.en"> ze' Shalton, terwijl hij een
^Jtug pond biljet aan het geld van de
oank toevoegde.
Daarna wendde hij zich tot Nalda.
„Deed u niet beter de cheque te
i Ku a's wii ^eze »coup" gespeeld
nebben Het kan zijn, dat u wint", zei
hlJ lachend.
J^aar ZÜ verloor, want hij draaide
en „natural". Nog was geen spoor van
ontroering bij haar merkbaar.
c+a Yieclanieer banko", zei zij en haar
stem klonk vast.
Shalton wierp haar snel een blik toe.
Voor zoover de te volbrengen herhalings
oefeningen betreft, worden tot de opgeroe
pen lichtingen geacht ook te behooren de
verlofgangers van oudere lichtingen, die
tegelijk met de opgeroepen lichtingen de
eerste oefening hebben beëindigd.
De dienstplichtigen der opgeroepen lich
tingen, die hun eerste oefening niet hebben
volbracht te gelijk met een der ploegen
hunner lichting, worden met betreklang tot
de herhalingsoefeningen geacht te behoo
ren tot de lichting, met welke zij de eerste
oefening hebben beëindigd behoort
laatstbedoelde lichting niet tot de opgeroe
pen lichtingen, dan behoeven zij alzoo dit
jaar niet voor de herhalingsoefeningen op
te komen.
Dienstplichtigen, die de eerste oefening
hebben aangevangen tusschen de mlijvings-
tijdvakken van de laatste ploeg eener lich
ting en de eerste ploeg der volgende lich
ting, doch vóór 18 October 1919, worden
ten aanzien van de herhalingsoefeningen
gerekend te behooren tot eerstbedoelde
lichting, tenzij zij door onderbreking van
de eerste oefening deze hebben beëindigd
te gelijk met een ploeg eener volgende
lichting.
Aan de herhalingsoefeningen wordt niet
deelgenomen door
a. de gewone dienstplichtigen van de
lichtingen 1918 en 1920, die zijn overge
plaatst bij een der regimenten infanterie
der le en 3e divisie (waaronder begrepen
het regiment grenadiers en het regiment
jagers), bij de le of de 2e scboolcompag-
nie van het regiment wielrijders pf bij de 3e
of de 4e compagnie hospitaalsoldaten, na
dat zij bij het legeronderdeel, waartoe zij
in 1923 behoorden, reeds herhalingsoefe
ningen hadden volbracht
b. de dienstplichtigen, die tot de admi
nistratietroepen behooren en wier eerste
oefening langer dan 8% maand heeft ge
buurd.
(Zie voorts hierna onder „Vrijstelling").
Wijze en uur van opkomst. De opgeroe
pen verlofgangers moeten zorg dragen, dat
zij zich, ieder op den voor hem voorge
schreven dag, in uniform gekleed en voor
zien van hun zakboekje en van de verdere
tot hun verlofsuitrusting behoorende voor
werpen van kleeding en uitrusting, op de
plaats van bestemming aanmelden
a. zoo zij verblijf houden in de plaats van
opkomst, uiterlijk 8 uur voormiddags
b. zoo zij verblijf houden binnen 20
kilometer (bijna 4 uur gaans.) van de
plaats van opkomst, uiterlijk 10 uur voor
middags
c. de overige verlofgangers
voor zooveel zij binnen het Rijk verblijf
houden, zoodra mogelijk na aankomst in de
plaats van opkomst, waarheen zij zich met
het eerstvertrekkend openbaar middel van
vervoer langs de op de vervoerbewijzen
aangegeven route moeten begeven
voor zooveel zij buiten het Rijk verblijf
houden, vóór 4 uur namiddags.
Verhindering. De dienstplichtige, die we
gens ziekte of om een andere reden in de
volstrekte onmogelijkheid verkeert om op
den bepaalden datum in werkelijken dienst
te komen, moet zich naar de plaats van
bestemming hegeven, zoodra hij daartoe in
staat is. De opkomst van een dergelijke
dienstplichtige blijft echter voorloopig ach
terwege, indien zij niet binnen 3 dagen na
den bepaalden dag heeft plaats gehad. De
dienstplichtige ontvangt dan nader bericht
omtrent den tijd, waarop hij moet opko
men.
Bestaat de reden van verhindering in de
aanwezigheid van ziekte of gebreken, dan
dient de verlofganger hiervan zoodra mo
gelijk door overlegging van een gelegali
seerde geneeskundige verklaring ter ge
meente-secretarie te doen blijken.
Strafbepalingen. Hij, die zonder geldige
reden niet tijdig aan deze oproeping vol
doet, stelt zich aan bestraffing bloot en
bliift verplicht zich onverwijld bij zijn korps
aan te melden. Bovendien kan hij o.a. door
een ambtenaar van de rijks- of gemeente
politie, door de marechaussee of de mili
taire politie aangehouden en naar de plaats
van bestemming overgebracht worden.
Vervoer. De verlofgangers, die per spoor,
tram of stoomboot reizen of op de reis één
Een geboren speelster hij kwam in
verzoeking door te gaan, maar er was
iets in de uitdrukking van Nalda's ge
laat, dat hem met weerzin vervulde bij
de gedachte zoo'n groote som van haar
te winnen.
„Ik geef mijn hand over."
Er ging een gemompel van opgewon
denheid om de tafel en veler oogen
waren op Nalda gericht, toen zij de
cheque schreef om haar verliezen te
dekken. Toch scheen zij heel kalm te
zijn ofschoon haar hart krankzinnig
bonsde. En toch voelde zij geen spijt
over de groote sommen, die zij verloren
had. Het was de buitensporige opwin
ding van deze enkele seconden van
spanning.
„Ik zet 100 pond", zei zij, toen de
croupier-vroeg om bod op de bank, die
gereclameerd was.
Niemand bood een hoogere som en
de kaarten werden haar overgegeven.
Shalton reclameerde dadelijk haar bank
en zij deelde de kaarten.
„Ik heb geluk", zei hij, toen hij een
vijf en een drie toonde.
„En het mijne is geheel uit", zei zij,
terwijl zij twee kaarten met poppen liet
zien.
Weer moest zij een cheque invullen,
maar zij dacht er niet aan op te houden.
Er is nog altijd een kans, dat geluk
spoedig keert en de verliezen terug ge
wonnen worden maar de hoop daarop
is gewoonlijk ijdel en dat bleek ook nu
weer het geval, want toen het spel ein
digde, daar het tijd voor het middag
maal was, had zij meer dan 5000 pond
of meer veren moeten passeeren en in wier
zakboekje aanwezig zijn de vereischte op
wit papier gedrukte en met rooden inkt in
gevulde vervoerbewijzen en passagebiljet
ten, behoeven zich vóór hun vertrek naar
het korps niet ter gemeente-secretarie aan
te melden, doch kunnen zich rechtstreeks
naar het station of de aanlegplaats van
vertrek begeven zij stellen aldaar hun
zakboekje ter hand aan den beambte, met
de uitgifte van plaatsbewijzen belast, of
aan den veerman. De verlofgangers behoo
ren er op indachtig te zijn, dat hun het zak
boekje wordt teruggegeven, alsmede de
strook van het vervoerbewijs, aangezien
deze strook hun gewoonlijk gedurende de
reis moet dienen als plaatsbewijs.
Verlofgangers, die niet in het bezit zijn
van een vervoerbewijs of passagebiljet, in
gericht om daarop de reis te kunnen vol
brengen dan wel van het veer of van de
veren gebruik te maken, moeten zich vóór
hun vertrek naar het korps ter gemeente
secretaris aanmelden, ten einde aldaar in
het bezit te worden gesteld van het ver
eischte vervoer- of ander bewijs.
Verlofgangers, die in het buitenland ver
blijf houden, hebben recht op vrij vervoer,
voor zoover de reis geschiedt binnen het
Rijk en dient om zich rechtstreeks naar de
plaats van opkomst te begeven. Bevindt
zich in hun zakboekje geen vervoerbewijs,
ingericht om daarop te kunnen worden ver
voerd van de Nederlandsche/ gemeente af,
waar zij de reis voor Rijksrekening wen-
schen aan te vangen, dan wordt hun, op
hun verzoek, het vereischte vervoerbewijs
toegezonden door den burgemeester der
gemeente, waar zij in het verlofgangers-
register zijn ingeschreven.
Het is noodig, zich ten minste een half
uur vóór het vertrek van den trein, de tram
of de stoomboot aan het station of de aan
legplaats te bevinden.
Daggeld. De verlofgangers, die zich vier
of meer uren vóór het tijdstip van aan
melding op reis moeten begeven, genieten
desgewenscht op de dagen der reis een
daggeld van 0.25, ongeacht den rang, dien
zij bekleeden. Zij, die aanspraak hebben op
daggeld en dit wenschen .te ontvangen,
moeten het in ontvangst nemen terge
meente-secretarie, den laatsten werkdag
vóór het vertrek naar het korps.
Vrijstelling enz. Aan de herhalingsoefe
ningen nemen niet deel
a. zij, die elders wonen dan in Nederland,
België, Hannover, Westfalen en de Rijn
provincie
b. zij, die wonen in België, JJannover,
Westfalen en de Rijnprovincie, voor zoover
zij vóór den dag van opkomst bij hun com
mandant een verklaring inzenden, waaruit
blijkt, dat zij meer dan dri-e uur gaans van
de Nederlandsche grens af wonen deze
verklaring moet zijn afgegeven door het
hoofd van het plaatselijk bestuur of van de
politie of door een Nederlandsch consulair
ambtenaar
c. zij, die zich tijdens de herhalingsoefe
ningen buitenslands bevinden ter uitoefe
ning van de zeevaart (hieronder niet be
grepen de zeevisscherij)
voorts kan de Minister van Oorlog ge-
heele of gedeeltelijke vrijstelling van de her
halingsoefeningen verleenen aan dienst
plichtigen
d. die gedurende zoodanigen tijd vrijwil
lig in werkelijken dienst zijn geweest, dat
op grond van de door hen in dien tijd ver
kregen geoefendheid de herhalingsoefenin
gen niet of niet voor den vollen duur noodig
worden geacht
e. die tijdens den duur der herhalings
oefeningen onmisbaar zijn voor hun ambt,
betrekking of bedrijf
f. die kostwinner zijn, tenzij er meer re
den is voor toekenning van vergoeding
alleen komen hierbij in aanmerking zij, die
kostwinner zijn voor
1. hun echtgenoote
2. hun bloed- en aanverwanten in de
rechte linie
3. hun andere bloed- en aanverwanten in
den tweeden graad
4. hun pleegouders
5. degenen, in wier onderVoud zij inge
volge rechterlijk vonnis moeten voorzien
g. die onmisbaar zijn voor de instand-
verloren.
Mevrouw Lindsay, u wordt aan de
telefoon geroepen", zei een knecht.
Lang wendde zich woedend om, toen
zij opstond.
„Heb je gezegd, dat mevrouw Lind
say hier was vroeg hij.
„Ja, mijnheer. Ik heb geen instructie
gekregen, om het niet te zeggen."
„Wie wenscht haar te spreken
„Mijnheer Lindsay."
„Zal ik zeggen, dat ge vertrokken
zijt vroeg Lang haar.
„Neen. Ik zal zelf met mijn man spre
ken", antwoordde Nalda, maar haar ge
laat was wit geworden.
Nalda liep naar het toestel en nam
den hoorn op.
„Hallo en toen hoorde zij de stem
van Mark. „Ik zie, dat je mij ongehoor
zaam bent geweest. Ik beveel je onmid
dellijk thuis te komen. Als je mij onge
hoorzaam bent, komen de gevolgen
voor je eigen rekening."
Zij kon hooren, dat de hoorn werd
opgehangen en zij wist, dat het geen
nut had, te beproeven met hem te
spreken, maar had zij iets te zeggen
Shalton stond dicht bij haar en sprak
haar aan.
„Mevrouw Lindsay, u bent duivels
ongelukkig geweest. Ik kom na het
diner terug. Misschien heeft u dan meer
geluk."
,yïk weet niet, of ik kan komen", ant
woordde zij zenuwachtig.
„Ik voel mij heel onbehagelijk zoo
veel van u gewonnen te hebben. Ik
hoop, dat u zult terug komen en wat
houding van de middelen van bestaan van
de onder f bedoelde personen.
Wat onmisbaarheid en kostwinnerschap
betreft, moet in het oog worden gehouden,
dat vrijstelling om een van deze redenen
slechts in zeer dringende gevallen zal wor
den verleend.
Zij, die meenen op een van deze gron
den voor vrijstelling in aanmerking te ko
men, of die op een anderen tijd of in een
ander garnizoen wenschen op te komen,
kunnen zich met een daartoe strekkend
verzoekschrift tot den Minister van Oorlog
wenden. Dit verzoekschrift behoeft niet ge
zegeld te zijn, doch moet gefrankeerd wor
den toegezonden. Het verdient aanbeveling
dergelijke verzoeken bij den burgemeester
in te dienen, die alsdan voor de opzending
zorg draagt. Dergelijke verzoeken kunnen
echter slechts bij uitzondering worden toe
gestaan.
Vergoeding. Indien ten gevolge van het
verblijf in werkelijken dienst van den op
geroepen verlofganger voldoende middelen
tot levensonderhoud ontbreken of komen
te ontbreken aan de personen, hiervóór on
der f bedoeld, kunnen deze personen in
aanmerking komen voor een geldelijke ver
goeding, zoo den verlofganger wegens
dienstbelang geen vrijstelling van de her
halingsoefeningen wordt verleend. Verdere
inlichtingen hieromtrent kunnen ter ge
meente-secretarie worden gevraagd.
Rentekaart. Zij, die ingevolge de Invali
diteitswet verplicht verzekerd zijn, hande
len in hun eigen belang door hun rente-
kaart mede te brengen bij hun opkomst.
Vlissingen, 22 Augustus 1924.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEERN.
VRIJSTELLING WEGENS BROEDER-
DIENST.
De Burgemeester van Vlissingen brengt
ter openbare kennis, dat door Gedeputeer
de Staten van Zeeland bij besluit van 15
Augustus 1924, no. 221, voor goed van den
dienstplicht is vrijgesteld wegens broeder-
dienst Leendert Gerardus van Saane, van
de lichting 1925 dezer gemeente voorko
mende op het Alphabetisch Register ondê&x
No. 149.
Tegen deze uitspraak kan binnen tien
dagen na den dag dezer bekendmaking in
beroep worden gekomen door
a. den ingeschrevene, wien de uitspraak
geldt, of diens wettigen vertegenwoordiger;
b. elk der overige voor deze gemeente,
voor dezelfde lichting ingeschreven perso
nen of diens wettigen vertegenwoordiger.
Het verzoekschrift daartoe, aan de Ko
ningin te richten, moet met redenen zijn
omkleed en worden ingediend bij den Bur
gemeester, ter Secretarie, dezer gemeente.
De Burgemeester zorgt voor de doorzen
ding van het verzoekschrift.
Ook de Commissaris der Koningin kan
binnen denzelfden termijn hij de Koningin
in beroep komen.
Vlissingen, 21 Augustus 1924.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Staatsbegrooting voor 1925.
Bij het bericht van „de Maasbode",
dat de regeering er niet in geslaagd is
de Staatsbegrooting voor het volgend
jaar sluitend te maken, merkt de „Stan
daard" het volgende op
„Naar men ons mededeelt, is dit be
richt zonder meer onjuist. Juist zou het
alleen zijn indien men buiten beschou
wing laat, dat bij de Staten-Generaal
nog twee wetsontwerpen aanhangig
zijn, welker opbrengst strekken moet
tot dekking van het tekort, voor zoover
dit nog ongedekt mocht zijn."
De kostelooze rijwielplaatjes.
Op vragen van den heer Ebels be
treffende het nemen van maatregelen
fot afwijking van een der voorschriften
terug winnen", zei hij lachend.
„Dat is heel vriendelijk van u. Spelers
betoonen gewoonlijk niet zooveel deel
neming"
Zij wendde zich af en Sylvia Thorn
ton naderde haar.
„iHet spijt mij zoo, dat u zoo onge
lukkig geweest bent", zei het meisje
deelnemend.
„Ik hoop, dat het lot u gunstiger is
geweest."
,;Neen, ik ben geheel platzak", zei
Sylvia haastig. „Ik zal vanavond niet
kunnen spelen. Waar gaat u nu heen
Voordat Nalda kon antwoorden, na
derde mevrouw Fortescue.
Olive en ik zijn besloten ons niet te
verkleeden. Wij gaan dineeren in het
Carlton restaurant. Gaat ge met ons
mee, ot heeft uw man bevolen onmid
dellijk thuis te komen
De vraag was zoo nabij de waarheid,
dat Nalda's aarzeling verdween. Zij
wilde zich geen bevelen laten geven
zij wilde niet naar huis gaan. Het spel
zou om half negen beginnen zij had
den dus al den tijd om op hun gemak
te dineeren. Mevrouw Fortescue was er
aan gewoon zich te goed te doen, en
zij koos de schotels dan ook met groot
overleg. Van de wijnen viel de keus op
champagne, en Nalda dronk werktuige
lijk, telkens als haar glas gevuld werd,
want na de heftige opwindig van de
laatste paar uren had zij behoefte aan
een opwekking.
Aan een andere tafel zat Lang met
Shalton en de laatste hief zijn glas op
tegen Nalda.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
zijn aangenamer gezelschap aan tafel
dan trage eters. Met HONIG'S
PUDDINGEN, gefabriceerd met
Ho nig's Maizena, heeft men altijd
grage eters ora zich iroen. Probeert
het maar eens en vraagt uw winkelier:
LET OP HET MERK
ter bekoming van een kosteloos rijwiel-
merk ten behoeve van arbeiders ten
plattenlande, antwoordde de minister
van financiën, dat van den eisch, dat
men ter bekoming van een kosteloos
rijwielmerk zich in persoon aan het
kantoor van den ontvanger moet ver
voegen, moeilijk kan worden afgewe-
ken.rHet gebruik van het bedoelde merk
toch is persoonlijk, en nu is het voor de
uitoefening van de controle op het ge
bruik onvermijdelijk, dat de aanvrager
zijn handteekening stelt op een formu
lier, dat hem later, met het verlangde
merk, als identiteitsbewijs zal worden
uitgereikt en dat hij zich daartoe onder
kantoortijd aanmeldt. Werd dit formu
lier met het formulier voor de aanvraag
den belanghebbende op zijn verzoek ter
invulling toegezonden, dan zou vrij ze
ker het tweede formulier in vele geval
len op onvoldoende wijze ingevuld te
rug worden ontvangen.
Salarisverlaging rijkspersoneel.
Woensdag is het comité van zes, ge
vormd uit 't comité van Neutraal over
heidspersoneel (C-N.O-P.) en het comité
ter behartiging van de algemeene be
langen van overheidspersoneel (A.C.O.
P.) te Utrecht in vergadering bijeen
gekomen.
Medegedeeld werd, dat alle voorbe
reidende maatregelen voor de 37 in het
land te houden openbare vergaderingen
zijn genomen.
Het comité zal in ernstige overwe
ging nemen, in October nog een tweede
serie vergaderingen te houden.
Aan den minister van financiën zal
een particuliere audiëntie worden aan
gevraagd, teneinde met hem te bespre
ken le .de door de regeering voorge
nomen salarisverlaging van het rijks
personeel en de wijzigingen in de arti
kelen van het Bezoldigingsbesluit 1920;
2e. de verlenging van den arbeidstijd
voor het rijkspersoneel, en 3e. de door
de regeering voorgenomen wijzigingen
in de Pensioenwet 1922.
Aan de delegatie uit den Bond van
Nederlandsche Onderwijzers, die een
audiëntie heeft aangevraagd bij den
minister van onderwijs, teneinde de in
stelling te bespreken van een bijzon-
.Aleer geluk", zei hij en zij glim
lachte hem toe tot dank.
„Ik heb er maar weinigen gezien, die
zoo goed als u tegen hun verlies kun
nen", zei mevrouw Fortescue met op
rechte bewondering. „De meeste vrou
wen worden onaangenaam, als zij eeni-
ge ponden verliezen. Ik hoop niet, dat
ge in ongelegenheid zult geraken door
hetgeen ge dezen middag hebt verlo
ren."
„Mijn cheques zullen gehonoreerd
worden. De Bank heeft nog surplus ge
noeg", antwoordde Nalda luchtig.
„A propos, hoe ging het jou vroeg
zij aan Olive.
„Ik heb een paar pond gewonnen
veertig, geloof ik. Dat helpt mij niet
veel."
„En u vroeg zij aan mevrouw
Fortescue.
„Ik heb een beetje gewonnen on
geveer honderd pond. Ik geloof, dat gij
en dat meisje de eenigen waart, die
verloren hebben. Wees niet zoo dwaas,
haar weer geld te leenen. Ik zag, wat
zij wilde."
„Heeft zij lang gespeeld vroeg
Nalda nieuwsgierig.
„Van het oogenblik af, dat chemin de
ter en vogue kwam. Ik geloof, dat zij
een ziekelijke moeder heeft. Zij waren
nooit in goeden doen en dat ongelukki
ge meisje heeft bijna al haar moeders
geld verspeeld. Ik zal den heer Lang
in overweging geven haar niet meer toe
te laten. Zij behoort tot die personen,
die maken, dat er leelijke dingen over
het spelen worden gezegd."
(Wordt vervolgd.)