IfeMiëj: ZATERDAG 26 JULI Eerste Blad Nol7« 62e Jaargang i - Krramakers ;ba Maatschappij na Stoomvaart Neerlands Mobilisatie. I Wil schrijven einde Hooimaand van het jaar 1914. In verbijsterende snelheid In to de laatste dagen de meest on rustbarende maren door de wereld ge zonden. Als gevolg van den moord op FEUILLETON OE GROOTE ONDEUGD Brieven uit de Hofstad Beursbeschouwingen boulevard. Conct ]apel Maandag- en Wo<J 1 L 8—11.30 uur. m' 2 uur Matinée. fevard Evertsen. Djns< Slag en Zondag Matinée BO uur. c [Donderdag en Zond,. -11.30 uur. 5 Vrijdag en Zaterd,. hte van 811.30 uur. van 3.305.30 uur Tj^ Boulevard Evertsen. sdag Soirée Dansante SMAKELIJKHEDEN, ichap". Variété Fave» 21 tot en met Zaterdag Kievifs Specialiteiten. Van Ataandag 21 tot e„ 125 Juli. Kee en Janus ra,, ;Adriënne Solser en Pj£t Blonde Leen de J0r. I R AUTO's EN FIETSEN, 1 Juli uur I 26 9.30 27 9.29 28 9.27 1 |R TE VLISSINGEN. v.m. n.m, 10.16 10.39 11.27 11.45 12.19 J2.41 :hts geldig tot i 31 -I li Dessert kransjes Nic-Nac-biscuits Gember-bncuits Social-bisouits |Beste Chocolaadjes Rocks Bonbons Bitterkoekjes Nice-biscmts ns filiaal te Vlissingen ERT IN DIT BLAD. ior en Verhuur, Koop en Verkoop ingea en Dlenstaanvragen, eni rultbetallng, van 1—5 regeb Ike regel meer 15 cent ct1ef agent richten agentschap Antf Strijlkinrichting, Rielf :venter. leurs, wegers en voor het aanstaand sp* handig geschreven brie- F en onder letters b. B. 0., ss. Courant". zich aan <een net meisje, kunnende werken, onder no. 455, bureau rant". nsioneerde vraagt slaapkamer en huiselijk verkeer, het n weduwe, om later een n te gaan. iet prijsopgaaf onder no. „Vliss. Courant". •Middelb. - Rotterdam engelegen plaatsen. VAN PASSAGIERS DEREN EN VEE. LISSINGSCHE COURANT pit nummer bestaat uit 2bladen den aartshertog-troonopvolger ge pleegd, eiseht Oostennjk-Honganje van de Servische regeering bestraffing der misdadigers en deelneming aan het on derzoek. Een ultimatum geeft Servie nauwelijks 48 uren tijd. Dan Servie mobiliseert.Alle regeeringen zien nauw lettend toe en bereiden zich voor. 2b iuli begint Rusland te mobiiiseeren 27 Juli wordt door Duitschland en de Donau-monarchie het bemiddelend En gelsche voorstel niet aangenomen^; 28 Juli Belgrado beschoten; 29 Juli Frank rijk mobiliseert, België mobiliseert tot op 31 Juli een algemeene mobilisatie van alle landen plaats grijpt. Ook Ne derland gaat tot de mobilisatie over. De oorlog is begonnen, het korte voor spel van het grootste werelddrama, dat de menschheid ooit heeft gekend is af- geloopen hei afgrijselijke gebeuren staat een aanvang te nemen en weinig dagen later staat het oude Europa, dra de wereld aan alle uithoeken, in vuur en vlam 1 Het uur voor ons land om naar de wapenen te grijpen is daar 1 O, zeker, wij zullen hen niet gebruiken, zoo onze nationale eer niet bedreigd, ons grond gebied niet geschonden, onze rechten niet vertreden worden. Wij mobilisee- ren om paraat te zijn vredelievend van ganscher harte, trilt er in datzeifde hart een toon van ernstige geestdrift, van kalme beradenheid, van diepe va- I derlandsliefde. In den aanblik van het gevaar, dat van allerwege ons kleine land komt bedreigen, valt voor alles te rekenen op den vasten steun van het Nederlandsche volk, waar het geldt on ze onzijdigheid te verdedigen. Dat maakt voor de mannen in die uren des gevaars geroepen aan de gebeurtenis sen richting te geven de moeilijke taak, zoo niet gemakkelijk, ten minste moge lijk dat doet het gansche gemeene- best, met wegvallen van alle onder scheid in rang en stand en politieke overtuiging zich scharen rondom den troon van Haar, geroepen tot een ar beid in 's lands belang, welhaast te zwaar voor vrouwelijke krachten. Maar Liefde en Plicht verrichten wonderen, op de hoogste trede zoo goed als op de laagste sport van de maatschappelijke ladder de liefde voor den geboorte grond, voor de vrijheid, voor het recht, de plicht jegens het vaderland, jegens elkander, kinderen toch van één volk, jegens ons zeiven en die ons het dier baarst zijn. Aan den oproep, om het beste en het edelste wat land en volk heeft aan te wijzen, te beschermen en te bewaren, hebben allen, daartoe aangewezen, vol daan zooveel tranen konden er uit vrouwenoogen niet worden geschreid, zooveel vastp banden weerhielden niet Juli 1, Ml LB. MT t. sen. T.B Hl 9 26 28 29 30 8 matiw t« btkomin: N.V. Transport- «n Errm 3. VOS, M- B. EENHOORN, T«U® T. 008TEBH0UT,Tol- b. BUITEN HEK, T«L 101' Vertaald door Mevrouw I. P. WESSELINK—VAN ROSSUAA. ."Mag ik u voorstelen juffrouw De- Iaire, mevrouw Fortescue juffrouw Gilchirst, mevrouw Fortescue" zeide Lang. Bij het hooren van Nalda's naam trok de andere vrouw even de wenkbrauwen samen, een oogenblik werd haar gelaat hard, om dadelijk over te gaan tot een glimlach. .,Ik heb eens een Gilchirst gekend. Het is geen algemeene naam. Hij woonde op een plaats, Whiteways ge naamd", zei mevrouw Fortescue vrien delijk. ,,Dat moet mijn vader geweest zijn". De oogen van mevrouw Fortescue rustten scherp onderzoekend op haar „Dus bent u de dochter van Tommy Gilchrist mompelde zij, waarop Nalda in lachen uitbarstte. „Wat is daar voor grappigs aan „'riet klinkt zoo zonderling mijn va- aer Tommy te hooren noemen. Hij was ue laatste man. om een bijnaam te °"e- )'e"> y,anf hij was altijd stil en terug getrokken." lao"1?'6',' *oen 'k ^em den eersten keer leerde kennen", zei mevrouw Fortes- e droogjes. „Is hij niet ongeveer een jaar geleden gestorven Ik herinner duizenden en duizenden, zooveel zorg en angst voor de hunnen beklemden de mannen van '14 niet, of zij wisten het hoogste recht te doen wedervaren, en wat het zwaarste was het zwaarste te doen wegen, hoe vaak de schouders ook bnder dien last trillen mochten. En niet voor korten duur, neen jaren lang heeft, al is het ook gaandeweg in min dere 'mate geweest, de last dier mobili satie op een groot deel onzer manne lijke bevolking gedrukt. Dat feit te herdenken, met ernst en dankbaarheid, is, dunkt ons, nationale plicht. En een voorrecht tevens, nu bij die herdenking getuigd mag worden, hoe Nederland onverlet zijn rechten, eer en vrijheid heeft mogen behouden en handhaven in dien baaierd van weedom en ver schrikking, die al die oorlogsjaren door, de wereld geteisterd en rampzalig ge maakt heeft. Laat daarvan elk vader- landsch hart in de aanstaande week met oprechten ernst en dank getuigen Want ons kleine vaderland is zulk een kostbaar kleinood, omringd als wij het wisten ai die jaren en nog weten door gevaren, die even plotseling en verbijsterend, als groot en ontzettend kunnen zijn. Wij, Vlissingers, kunnen daarvan wel zeer gewagen, als we de oogen naar haar richten, die, o zeker, Holland en Zeeland's glorie en welvaart beduidt, reeds eeuwen lang, maar die ook de argeloozen soms bespringt en leven en geluk belaagt, als onze ergste vijandin de zee. In deze ernstige her denkingsdagen is er in onze harten nog een bijzondere ernst en een rouw te meer. De zee, zij toch eischte nieuwe slachtoffers, maakte velen tot weduwen en weezen in deze gemeente. En al mag het verlichting brengen te ervaren, dat nu Vorstelijk voorbeeld, nog een deel der smarten, met stoffelijke middelen gelenigd kan worden, het is maar zoo'n luttel deel van al het leed, dat over zoovele vrouwen en onmondigen ge komen is. Want het weduwkleed is lang, helaas, en het weeskind derft voorgoed zijn hechfsten steun in het leven, moge Nederland, ook na het geen reeds tot hulp in den nood geof ferd werd en met erkentelijkheid aan vaard werd, dat in deze dagen nog eens bedenken 1 Huizen-bouw. Wij hebben in onze brieven meerma len gewezen op den gebrekkigen bouw der nieuwe woningen wat betreft de in wendige verdeeling. Onlangs bij gele genheid van het stedebouwkundig con gres spraken wij den wensch uit dat men zich eens wat meer bezig hield mét het vraagstuk der praktische bruik baarheid der woningen in plaats van met de aesthetische afwerking der ge vels. Het doet ons genoegen dat wij in een dezer dagen nieuw-verschenen tijd schrift „Het Bouwbedrijf" een artikel aantroffen van de hand van den bin nenhuis-architect Cornelis van der Sluijs, die hetzelfde onderwerp behan delt en ook zijn ontevredenheid uit over de verwaarloozing der inwendige verdeeling van de woningen. Wat mij, aldus schrijft Corn. v. d. Sluijs, zoo dikwijls, opvalt, is het abso- mij er iets van in de courant te hebben gelezen. Ik hoop, dat hij u goed ver zorgd achter liet. „ja, dat geloof ik wel. Ik heb er werkelijk nooft over nagedacht." „Vreemd meisje", zei mevrouw For tescue met een toegeeflijk lachje en zij trachtte zich verder zoo aangenaam mogelijk te maken. Nalda was verrukt over haar nieuwe kennis en zij voelde zich dadelijk tot ■haar aangetrokken. „Heeft u mijn moeder gekend vroeg zij plotseling. „Ja, heel goed," antwoordde de an dere, „wij waren zeer intieme vrien dinnen." „Heeft u haar ook den laatsten tijd nog gezien „Ja, kort geleden nog." „U moet wij 'bij haar brengen dadelijk." „iDaar zou uw moeder mogelijk niet op gesteld zijn. In sommige opzichten is zij een zonderlinge vrouw. Ik kan u alleen beloven, dat ik haar vertellen zal, dat u er naar verlangt haar te zien." „■Graag en groet haar als het u be lieft hartelijk", zei Nalda levendig. Weer kwam de harde uitdrukking op het gelaat van mevrouw Fortescue, en er lag afkeer in den snellen blik, dien zij op het jonge meisje richtte. „Wat doet u vanmiddag vroeg zij. „Ik ga met juffrouw Delaire naar naar „Je behoeft niet bang te zijn, je zult De meest gevoelige huid laat zich volstrekt Pijnloos Scheren, door de baard- oppervlakte vóór het inzeepen éérst in te wrijven met een weinig PUROL. (Ingez. Mededeeling.) solute gebrek aan praktische bruik baarheid. Er zijn groote kamers waarin geen meubel tegen den wand kan staan, eenvoudig omdat de ramen, deu ren en schoorsteen zoodanig geplaatst zijn dat er geen ruimte overblijft. In dit verband vertelt hij van een eetkamer die 5 X 5 M. was, maar die zooveel deuren en ramen bevatte dat er geen plaats was voor een behoorlijk buffet. Men voelt dan, zoo schrijft hij ver der, dat er onder de vele bouwende lieden, architecten en eigenbouwers menschen zijn die misschien wel ver stand hebben van steen en hout en deze materialen wel zoodanig weten bijeen te brengen, dat het resultaat van hun arbeid ons het noodige dak boven het hoofd brengt, maar onder die bouwers treffen wij nog zoo heel weinig een kunstenaar aan. Ik bedoe! dan men schen die begrijpen dat het mooie van een kamer reeds is bereikt wanneer de ze ruimte is opgelost als een mooi ver- verhoudingsjuist geheel, waarin de ra men zóó zijn geplaatst en als verhou ding berekend, dat zij die onzegbare fijnheid van licht naar binnen geven die wij niet kunnen verklaren maar die ons het gevoel van iets heel aange naams geeft. Zoo hoog-idyllisch behoeft men zijn eischen niet te stellen om ze nog op geen stukken na verwezenlijkt te zien. Wanneer men alleen als wensch stelt dat de meest gewone en gangbare meu belen in een kamer geplaatst kunnen worden, loopt het in vele nieuwe wo ningen al mis. Wij vertelden onlangs van een kamer die op den plattegrond als slaapkamer stond aangeduid, maar die onmogelijk een tweetal ledikanten kon bevatten omdat zij óf voor het raam, öf voor den schoorsteen, öf voor de kastdeur moesten staan óf zóó stonden dat de deur van den gang niet open kon. Een waardig pendant dus van de eetkamer van Corn, van der Siuijs in zijn artikel aangeduid. Ik ben nu bezig, zegt Van der Sluijs, in een huis gebouwd door een niet on bekend architect, zelfs iemand die bij velen een goeden naam heeft. Dit huis is in alle opzichten vee' slechter voor bewoning dan het doorsnee eigenbou- wershuis, omdat het gebouwd is met de pretentie van den „artist" en niet met de liefde en toewijding van den ervaren vakman. Ik heb geen reden om den eigenbouwer in bescherming te nemen, integendeel. Maar deze koop man doet tenminste uit eigenbelang zijn best het huis zoo goed mogelijk be woonbaar te maken omdat hij er anders een „strop" aan heeft. Maar wel heb ik reden sommige ar chitecten niet in bescherming te nemen, te bekampen zelfs omdat hun arbeid de dagelijksche ergernis is voor hen, wien wordt opgedragen deze bouwwerken tot een aangename en goede bewoning te maken. Wij zijn het met deze redeneeriug volmaakt eens en het deed ons genoe gen ze eens te vernemen uit den mond van een man, die meer dan iemand an ders in de gelegenheid is het kwaad te aanschouwen. Daarbij komt nog dat Corn, van der Sluijs niet in gewone burgermanswoningen komt doch wel in die der goed -gezeten menschen. Als het in die duurdere huizen al zóó min is als hij schrijft hoe zal het dan wel zijn in de goedkoopere huizen, waar in maar luk raak wordt gedaan. Wat hebben er waarschijnlijk mevrouw Fortescue zien. We gaan met den heer Lang naar een nieuwe speelgelegenheid", zei Olive kalm. „U houdt dus van kaarten vroeg mevrouw Fortescue aan Nalda. „Ja, ik houd van de opwinding", antwoordde het meisje. „U niet Ik zou niet zonder kunnen leven. Wie is die man die zoo kwaad deze richting uitkijkt Nalda keek om en zag dat het Lind say was, die langzaam op hun tafel toeliep. Hij boog voor Olive en knikte 'Lang toe daarna trok hij een stoei naar de tafel. jHeb je mijn telegram ontvangen vroeg Nalda. „Ja, ik zal om zeven uur komen. Indien je mij gezegd had, dat je hier zoudtlunchen „Ik wist het niet. Mijnheer Lang kwam Olive opzoeken en toen maakten wij dit plan." „Wat ga je vanmiddag doen „Mijnheer Lindsay, kent u mevrouw Fortescue viel nu Olive in. „Mijnheer Mark Lindsay vroeg deze en Mark boog even. „Dan zult u ons misschien vanmid dag gezelschap houden vervolgde mevrouw Fortescue. „Ik geloof niet, dat het kiezen van een uitzet veel aantrekkelijks voor een man heeft", vie! Olive snel in. „Boven dien past het ook eigenlijk niet. Wist u niet, dat juffrouw Gilchrist en de heer Lindsay binnenkort in het huwelijk zul- we aan een bouw-politie die er op let of de treden van de trap wel precies breed genoeg zijn, maar er niet naar omkijken of de indeeling der kamers eenigszins bruikbaar is. Telkens duikt er een nieuw systeem van bouw op en steeds weer zitten er kapitale fouten aan, omdat men maar kopieert zonder na te denken. We heb ben het gezien dat oude teekeningen werden gebruikt en de huizen een mmi- tieuse copie waren van die reeds elders gebouwd waren. Tof op zekere hoogte is die uniformiteit ook de schuld van het georganiseerde toezicht van ge meentewege, dat alle nieuwigheden tot afwijst öf zoolang op goedkeuring laat wachten dat een architect er niet op wachten kan. Men dient dus maar liever ontwerpen in waarvan vaststaat dat ze goedgekeurd worden. Een winkelier die zijn winkelpui eens op bijzondere wijze wilde verbouwen, diende driemaal èen ontwerp in doch zag na twee jaar ge wacht te hebben maar van het plan af. Het type huis dat men in Den Haag noodig heeft is dat van drie flinke ka mers, een keuken en een badkamer. Het lijkt ons niet zoo'n reuzen-toer om daarvoor een ontwerp te maken dat acceptabel is. Maar de huizen worden te veel „van buiten naar binnen" gebouwd, gelijk Van der Sluijs terecht opmerkt. Men begint met een geveltje en dan moet het inwendige zich daarbij maar aan passen. In hetzelfde tijdschrift lezen wij eenige mededeelingen over een rij hui zen die in Den Haag zijn gebouwd langs het sportterrein Houtrust. De plattegronden zijn daarbij niet van den zelfden ontwerper ais de gevel. Eerst is de plattegrond gemaakt en daarna is de twee architect aan den gevel gaan werken. Het is gelukt op die wijze iets goeds tot stand te brengen. Misschien is dit een goed systeem dat tot een op lossing kan brengen het vraagstuk van een betere uitvoering der bouw-plan- nen. In elk geval zal er door voorko men worden dat allerlei ongerief ont staat omdat het uiterlijk wordt begun stigd ten nadeele van het innerlijke. Gaarne hopen wij dat het artikel van Corn, van der Sluijs een goede uitwer king zal hebben en dat men het groote probleem van den woningbouw eens op 'nieuw zal gaan overwegen. Het ge wicht daarvan behoeft wel niet meer te worden bewezen. EIBER. De Londensche conferentie en de beurs. De beweging der wisselkoersen. Buitenlcmdsclie handel van Frankrijk, Duitsch land, Amerika en ons land. Nederland's handelspositie be duidend verbeterd. De emis sie der H. V. A. Overigens ter beurze'weinig affaire. Het spreekt wel van zelf dat de ef fectenbeurzen thans onder den invloed staan van de Londensche conferentie, die naar de uitspraak van een der ge delegeerden over één der grootste pro blemen der wereldgeschiedenis zal moeten beslissen, het is echter moeilijk uit te maken in welke richting die in vloed werkt. Men is geneigd te consta- teeren dat die invloed dusver meest tot terughoudendheid heeft geleid, wijl men algemeen over den afloop in het onze- len treden vroeg zij aan mevrouw Fortescue. „Ik wensch hen van harte geluk", zei deze kalm. Zij was vlug van begrip en vatte dadelijk den wenk, die haar was gegeven. Nalda had met een gevoel van het grootste onbehagen geluisterd. Zij had een afkeer van de manier, waarop zij Mark misleidden, maar toch, indien zij de waarheid zei, dan zou zij haar vriendin verraden daarom zweeg zij. Na een poosje stond Lindsay op en Lang deed eveneens. „Ik heb een afspraak in de club", zei de laatste. „Dan ga ik zoo ver met je mee. Goeden morgen", zei Lindsay, waarna de beide mannen vertrokken. „Olive, waarom heb je dat tegen Mark gezegd Ik zou hem veel liever gezegd hebben, waar wij heengaan", zei Nalda ernstig. „Zonder eenigen twijfel had uw vriendin een zeer goede reden", viel mevrouw Fortescue in. „Is mijnheer Lindsay tegen spelen „Neen, hij weet dat ik bridge speel". „Maar baccarat chemin de fer „Ik heb het hem nooit verteld. Ik heb het spel pas heel kort geleden geleerd. Olive, ik heb een gevoel, of ik diep ge zonken ben, nu ik hem misleid heb." „Waarom ga je dan je boodschappen niet doen vroeg Olive onverschillig. „Ik denk ook, dat ik dat doen zal." „Dan doen wij het best te gaan." „Je gaat met mij mee vroeg Nalda kere verkeert en men daarom ook wat de effectenzaken betreft, de kat uit den boom wil kijken. Wanneer dat zoo is, is het waarlijk te hopen dat hij er dit maal uit zal komen, want met den beurshandel is 't nog altijd droevig ge steld. De beursbelastihg, d.w.z. het nota-zegel, heeft over de maand Juni nog iets minder opgeleverd dan in de maand Mei, nl. 225.923 tegen 227.504 en blijft slechts even boven de laagste maandopbrengst van het eerste half jaar (ƒ216.436) en de vacantiegeest begint meer en meer rond te waren, zoodat soms in belangrijke hoeken, als die der Geconsolideerde, slechts enkele aandeelen van eigenaar verwisselen. Het is mogelijk dat die beurssfilte aan de conferentie te wijten is er zijn opti misten die zeggen dat deze conferentie slagen moet omdat ze niet mislukken mag, er zijn pessimisten die beweren dat ze mislukken zal omdat ze niet slagen kan en tusschen die twee uiter sten zijn er heel wat nuances, maar niemand die meer kan doen dan zijn meening uitspreken. Natuurlijk doet men ook pogingen om uit den loop der wisselkoersen een aanwijzing te distil- leeren en zag men in den aanvankelijk flauwen frankenkoers een ongunstig voorteeken, -terwijl later de vastere Pondenkoers als een bemoedigend symptoom werd beschouwd. Uitgeslo ten is het niet dat de hoopvolle opvat tingen de noteeringen van Ponden en Francs eenigermafe stimuleeren, wat Ponden aangaat heeft men er ook mee te rekenen dat thans in Engeland een sterke strooming bestaat in de richting van het herstellen der goudpariteit voor het pondsterling, ten behoeve waarvan ook een discontoverhooging bepleit wordt, daar men van oordeel is dat hierdoor vraag naar Engelsche valuta zal ontstaan. Niet onmogelijk is, dat dit streven reeds in anticipatie op den wis selkoers van invloed geweest is, want hoewel sommige financiers tegen een kunstmatige stijging van den sterling- koers gekant zijn. ziet men toch alge meen de wenscheliikheid van het herstel der goudpariteit in. Te New-York is het Pondsterling tot 4.41.50 gestegen, waarop echter weer een terugslag ge volgd is. De Frankenkoers is per slot van rekening niet veel veranderd en profiteert ook niet in die mate van het optimisme over de conferentie, aange zien velen in Frankrijk de aanvaarding van het Dawes-plan in het nadeel des lands achten. De basis van de Fransche valuta is veel minder sterk dan die der Engelsche, ondanks de oogenschijnlijk veel gunstiger handelscijfers van de re publiek, welke over het afgeloopen halfjaar een exporttoename van frs. 7 milliard aanwijzen tegenover een \m- porttoename van frs. 5.2 milliard. De sterke uitvoer is echter voor een goed deel aan de inflatie van de franc te dan ken evenals in België en de financiën, van den staat baren nog altijd de grootste zorg. Alen herinnert zich dat Duitschland ook dien tijd van groote exporten gehad heeft, nu de inflatie daar beëindigd is toont de handelsba lans echter een groot deficit. Terwijl in het geheele jaar 1913 het invoerover- schot van. Duitschland circa Mk. 600 millioen bedroeg, heeft 1924 alleen over het eerste kwartaal dit tekort op de handelsbalans gelaten, en terwijl verbaasd. „Neen. ik wi) wat geld verdienen. Ik voel, dat ik dezen middag geluk zal hebben. Ik ga met mevrouw Fortescue mee", antwoordde Olive en terwijl zij het zei, keek zij Nalda scherp aan. „De heer Lindsay is een financier, niet waar Ik ben er zeker van, dat zoo'n man niets tegen een spelletje kaart kan 'hebben. Baccarat is niet er ger dan spelen op de effectenbeurs. Werkelijk, juffrouw Gilchrist, ik vind, dat u veel te nauwgezet van geweten is. Maar natuurlijk, u moet doen, wat u zelf wilt", zei mevrouw Fortescue zalvend. iDiep in haar hart voelde Nalda, dat zij niet met haar mee moest gaan, in dien zij Mark trouw wenschte te blijven. Maar haar verlangen was zoo groot, dat zij aarzelde en zwichtte. „Ik ga met u mee", zeide zij met ge drukte stem- „Goed dan moesten wij dadelijk gaan", zei Olive onmiddellijk en zoo verlieten zij het restaurant. iDe auto van mevrouw Fortescue wachtte haar. Zij reden naar een huis in een aanzienlijke straat, die in Bond- Street uitliep, en waar een livreiknecht de deur voor haar opende. Nadat zij binnen waren gegaan, bracht een dienstmeisje haar naar een kleedkamer waarin een tafel stond, die bedekt was met een aantal mantels, hoeden en an dere deelen van schitterende toiletten. „Is men ai'met spelen begonnen vroeg mevrorlw Fortescue.

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1924 | | pagina 1