on.
.OPPEN
IE VELDE
stasia
DONDERDAG ÏO APRIL,
gemeentebestuur
feuilleton
OE VROUW ZONDER HART
binnenland
62e Jaargang
SANDE
euTE
WZEM -WI
)ote partij
aften
>eligen prijs
op aanvraag
"TplVvS«-g
Stads= en Provincienieuws
flloSö'
pot.
ït.
(potten,
lotten.
potten.
't Woensdag
Lange Delft
|CHELDESTRAAT
Deurmatten,
Jtten,
|ra9e,
EüftlWAS.
ixduw naast de grauwt
- stallen-tenten.
terwijl Arthur kato'
papier openvouwde.
tdt vanavond slech
bl het laatste nummer.
Ikev des Doods "i
een gemakkelijke"
i nu heen
issaris heeft ons g
thee op zijn bur.ea"'st
at mevrouw wel lu
n wit voerden een g
arbijhij mij natuurl ik
aakte over H
niet gedacht heD
toren Engelsehe s
erde dat hij toe»
:nt wel moest he
op jacht naar
de avond nogal kalm
een boog voor lm'
S5ING5CHE
ABONNEMENTSPRIJS
yoor Vlissingen en gemeenten op Wal-
hp,en ƒ2.20 per drie maanden. Franco
Snor het geheele rijk ƒ2.50. Week-abon-
aaenten 17 cent> a,,es b'! vooruitbetaling.
Voadcrlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 14 regels t.10 voor iedere
lre«l meer 26 centbij abonnement spe-
prijzen. Reclames 52 cent per regel
ne Advertenties betreffende Huur en
Verhuur. Koop en Verkoop, Dienstaanbie-
dingen en Dienstaanvragen, enz., prijs, bij
vooruitbetaling van 15 regels 0.75, elke
regel meer 15 Cent
familieberichten van 16 regels 1.70,
iedere regel meer 26 cent.
OUDHEIDKUNDIGE VONDSTEN.
De Burgemeester van Vlissingen ver
zoekt hun, die bij het verrichten van graaf
werk enz. in deze gemeente voorwerpen in
den bodem aantreffen, als vaatwerk, mun
ten, wapenen, beenderen, lijkkisten, palen,
steenen enz. die van hoogen ouderdom
schijnen, hem hiervan onmiddellijk kennis
te geven
dat het van het grootste belang is, dat
die overblijfselen gedurende eenige dagen
tot nader deskundig onderzoek beschikbaar
blijven in den stand, waarin zij in den bo
dem worden aangetroffen en dat dus het
graafwerk in de omgeving van de vondst
aanstonds wordt gestaakt
Vlissingen, 10 April 1924.
De Burgemeester voornoemd,
M. LAERNOES, L.B.
DRANKWET.
I Burg. en Weth. van Vlissinegn, gelet op
art. 12 der Drankwet, doen te weten dat
bii hen is ingekomen een aan Gedeputeerde
Staten van Zeeland gericht verzoekschrift
I (in afschrift) van Willem Frederik Pabst,
om vergunning tot den verkoop van ster-
ken drank im het klein, uitsluitend aan lo-
geergasten, in de benedenzaal van perceel
Nieuwendijk 17
dat vanaf heden gedurende veertien da
gen schriftelijke bezwaren tegen het ver-
leenen der gevraagde vergunning kunnen
worden ingebracht bij Burg. en Wefih.
voornoemd.
Vlissingen, 10 April 1924.
Burg. en Weth. voornoemd,
M. LAERNOES, L.B.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
let
lecteur kwam bloots-
lithollen. Hij zag
verkeerde blijkbaar
iding.
(Wordt vervolgd')
KAMEROVERZICHT.
Tweede Kamer.
Zitting van Woensdagmiddag.
Arbeidersverzekering.
De groote lijnen van de herziening
der sociale verzekering gelijk de Minis
ter die gisteren heeft uitgestippeld, von
den niet onverdeelde instemming. De
collectieve verzekering die de Minister
wil, zal een einde maken aan de plaat
selijke kassen en aan alles wat van
particuliere zijde is opgezet. De heer
Smeenk vreesde dat dit op den duur
een minder voordeelige regeling zal
zijn. Dat de Minister van de eenheids
rente heeft afgezien, juichte hij daaren
tegen toe. Men ziet dit we! duidelijk in
dat in de naaste toekomst van het nieu
we plan niets terecht komt, zoodat de
Ziekteverzekering in de lucht blijft han
gen en het ligt dus voor de hand dat
men al begint aan te dringen op gedeel
telijke uitvoering een herziening der
Ziektewet en een vereenvoudiging der
verzekering in het algemeen zonder dat
fiet stelsel wordt aangetast.
Voor- de bestaande ziekenkassen en
-kasjes, waaronder er vele zijn die
meer dan een eeuw bestaan, begint men
Oorspronkelijke Hollandsche detective
roman door R. J. BRANDENBURG.
Schrijver van „Het doodend Zwijgen".
25)
„Meneer, er is een man vermoord
gevonden..." hijgde hij... „vermoord
aan den weg naar Vleuten... een wiel
rijder heeft hem gevonden... viel bijna
over het lichaam... hij schijnt geworgd
te zijn..."
„Hoe zag de vermoorde er uit
vroeg de chef, die zich dwong tot
kalmte.
Ik keek naar Arthur, zijn gelaat 'zag
bleeker dan anders hij luisterde in de
uiterste spanning toe, opmerkzaam ais
ecn jachthond nadat het schot is
gevallen.
De inspecteur beschreef het uiterlijk
van den vermoorden man en de hoofd
commissaris zag Arthur vragend aan.
„Als ik mij niet sterk vergis, is het
De Weerden", zeide hij.
;„Wij hebben alles zoo gelaten, als
w'j bet hebben gevonden. Inspecteur
Barendse is er met drie man en een
dokter naar toe. luist per auto weg
gereden."
>)Naar Vleuten", beval Arthur aan
Peter. Weer vlogen wij door de stad en
men een donkeren weg op.
Hoe was het mogelijk, dat De Weer
den zoo spoedig, zoo plotseling en op
'kik een vreeselijke wijze het leven had
te vreezen, nu de Minister heeft gezegd,
dat de uitvoering der verzekering zal
worden opgedragen aan de uit de
maatschappij opgedragen organisaties.
Zullen de kassen daardoor verdwijnen
Velen betreuren het want juist deze
kassen bezitten veel ervaring en zijn
goed ingericht, zoodat zij bij uitstek
geschikt zijn om de uitvoering der
Ziektewet en der geheele verzekering
op zich te nemen. De Minister draait ze
met zijn nieuwe plan alle den hals om,
weeklaagde de heer Snoeck Henkemans,
die heelemaal niet gesticht was over
het plan van den Minister. Het zou stel
lig veel duurder worden meende hij en
de verzekerings-zekerheid verminderde.
Zijn ernstigste bezwaar was dat de
sociale verzekering een stuk werd van
een collectief arbeidscontract en niet
een eigen instituut dat los staat van de
verhouding van werkgever en werkne
mer. De vaste basis der verzekering
wordt weggenomen en alles staat op
losse schroeven, aldus alweer de heer
Snouck Henkemans, die een zeer ernstig
beroep deed op den Minister om zijn
■plannen nog eens deugdelijk te over
wegen en aan verschillende instituten
advies te vragen, hetgeen thans nog niet
is gedaan.
Veel genoegen had de Minister dus
niet van zijn groote-lijnen-plan, nu zelfs
van rechts zooveel kritiek kwam opzet
ten. Alleen de. heer Oud scheen hem te
steunen, daar hij vóór de collectieve ver
zekering geporteerd was en de hoofd
beginselen aanvaardde uit het program
van den Minister. Het standpunt van
den heer Rutgers was dat men de plan
nen maar moest aanvaarden al was het
alleen om den Minister te behouden en
de Ziektewet spoedig ingevoerd te
krijgen.
Volgens den heer Duys was de uit
eenzetting van den Minister de grafrede
op het werk van minister Talma, omdat
de Ziektewet voor vijf, zes jaar is uitge
steld. Voor de zooveelste maal drong
hij aan op invoering van een Ziekte
wet, maar ditmaal speciaal van d e
Ziektewet. Zoo zwaaide dus de S. D.
A. P. naar de wet-Talma.
Een motie vroeg losmaken van de
Ziektewet van de algeheele reorganisa
tie en invoeren in dit jaar. De heer Oud
diende een concurreerende motie in,
waarin de Regeering wordt uitgenoo-
digd een gewijzigde Ziektewet, berus
tende op de nieuwe beginselen door den
Minister gisteren ontwikkeld, spoedig
in te dienen.
Minister Aalberse wenschte natuurlijk
niet op de details in te gaan. Hij heeft
de Kamer gelegenheid willen geven om
zich te beraden en in de moties heeft zij
het middel om te zeggen hoe zij in het
algemeen over zijn plannen denkt, in
de laatste jaren heeft het sociale leven
zich snel ontwikkeld in een richting, die
afweek van de tot nu toe gevolgde. Dit
is aanleiding geweest om de Ziektewet
niet in te voeren omdat die eerst aan
gepast diende te worden aan de nieu
were zienswijzen. Nu de algemeene
plannen vaststaan zal de Ziektewet
vóórop gaan bij de wijziging zoodat
deze na het zomerrecès is te wachten.
De Minister wil de Ziektekassen wel
behouden, maar het is met het oog op
de ongevallen nogal moeilijk. De motie-
Duys was natuurlijk onaannemelijk voor
den Minister de motie-Oud gaf precies
wat de Minister wil en is dus zeer aan
nemelijk.
Met 39 tegen 30 stemmen heeft de
Kamer heden aangenomen een motie-
Schaper, waarin de Minister van Arbeid
verloren Het leek wel de vergelding,
de straf voor alles, wat hij had misdre
ven. En toch, ik gevoelde medelijden
met hem hij was immers alleen maar
werktuig geweest
Arthur zat met opeengeklemde lippen
voor zich uit te staren. Hij dacht scherp
na. Er werd geen woord gesproken.
Door de duisternis schoven wij voort
naar het tooneel van den moord.
„Hoe verklaart u deze verrassende
wending die de affaire genomen heeit?"
vroeg de commissaris van D. met een
lachje om de lippen, als had hij schik,
dat er zich iets voorgedaan had, dat
Arthur's gebouw van veronderstellingen
als een kaartenhuis scheen te doen in
eenstorten.
Maar reeds slierden de wieien over
den grond, ten gevolge van plotseling
sterk remmen. Wij waren er
Wij stapten uit. Een landweg, te
midden van weilanden. Een auto stond
vlak voor de onze, het roode achterlicht
geleek het eene oog van een onzicht
baar monster.
Een groepje menschen stond gebogen
over een lichaam het tafereel werd
verlicht door een der autolampen.
Ik herkende onmiddellijk De Weer
den. De zwarte lokken kleefden hem
aan het voorhoofd, de oogen puilden
uit zijn blauw, gezwollen gelaat.
De dokter had zijn boord en vest los
gemaakt paste kunstmatige ademha
ling toe. De inspecteur kwam naar ons
toe, salueerde. „Hij is nog niet dood
lichtte hij zijn chef in.
Daar bewoog De Weerden zijn lip
pen hij scheen tot bewustzijn te ko-
wordt uitgenoodigd geleidelijk alle
groepen die daarvoor in aanmerking
komen onder de uitvoering der Arbeids
wet te brengen. Tegen stemden de
A. R. (behalve Smeenk), de C. H„ de
V. B., en de leden Braat, Van Dorp,
Kersten en Kooien.
Bezuiniging op de sociale verzekering.
In de commissie, die door de vereeni-
ging van Raden van Arbeid is benoemd
om te onderzoeken, of door mechani
seering der administratie bij de sociale
verzekering in haar gëheeien omvang
besparing is te verkrijgen, hebben zit
ting de voorzitters van de Raden van
Arbeid in Amsterdam, Rotterdam, Den
Haag, Dordrecht en Middelburg.
De intrekking van art. 40.
.De afdeeling Haarlem van "den Centr.
Bond van Ned. Post-, Telegraaf- en
Telefoonpersoneel heeft, naar aanlei
ding van het bericht over de intrekking
van art. 40 een telegram verzonden om
haar vertegenwoordigers in de Centrale
Commissie van Overleg in ambtenaren
zaken, welke gisteren bijeen was met
advies oogenblikkeiijk een aanklacht bij
den officier van justitie in te dienen in
zake intrekking van art. 40 en wel voor
de behandeling van het wetsontwerp
inzake salarisregeling in de Tweede
Kamer.
De Postchèque- en giro-dienst.
Door den heer Van der .Waerden zijn
aan de ministers van financiën en van
waterstaat de volgende vragen gesteld
1. Is het den ministers bekend, dat de
directeur-secretaris der Nederlandsche
Bank, mr. G. H. M. Deiprat, aan de
commissie tot onderzoek van den post
chèque- en girodienst geweigerd heeft
inlichtingen te verstrekken ter zake van
de aan hem toegeschreven uiting „de
O.W.-ers, de kruideniers-en de ambte
naren voor de post en de rest voor ons",
en van wat zij verder voor haar onder
zoek behoefde En dat deze weige
ring geschiedde „na overleg met de
overige leden der directie van de Ne
derlandsche Bank
2. Zoo ja, welke waren dan de motie
ven van deze geoctrooieerde instelling
om aan de onderzoekcommissie inlich
tingen te weigeren
De rechtstoestand van de ambtenaren.
De hoofdbesturen van de Unie van
Christelijke Onderwijzers en Onderwij
zeressen in Nederland, van de Vereeni-
ging van Hoofden van Scholen in Ne
derland, van de Vereeniging voor MU
LO en van het Nederlandsch Onderwij
zers-Genootschap hebben aan de Twee
de Kamer geschreven
dat zij de vrijheid, die de regeering
vraagt in het wetsontwerp tot wettelijke
regeling in zake de wijzigingen van
bepalingen betreffende rechten en ver
plichtingen van ambtenaren voor de
rijksambtenaren in het algemeen en
voor de onderwijzers in het bijzonder
hoogst bedenkelijk achten.
Dat bij aanneming van het ontwerp
zoowel de financieele positie ais de
rechtstoestand der ambtenaren alle
vastheid zal verliezen en afhankelijk zal
worden van de wisselende inzichten der
regeering,
dat deze toestand van onzekerheid
van den ambtenaar niet zal nalaten een
hoogst nadeeligen invloed uit te oefe
nen,
dat dit ontwerp de mogelijkheid opent
men er kwam een flauwe glans in zijn
oogen.
De dokter boog zijn oor naar den
mond van den stervende.
„Wat zegt hij vroeg de hoofd
commissaris.
„1k ben alleen schuldig."
Ik voelde een ontroering in mij opstij
gen en voor mijn oogen een vochtigen
sluier trekken bij dit zelfbeklag.
Weer bewoog De WeerÜen de lippen.
„Dag, Milly..."
Een zucht... Hij was uit zijn lijden.
ik kneep Arthur in zijn arm, omdat ik
niet wilde huilen. Het was de eerste
maal, dat ik een mensch zag sterven.
De dokter toonde den commissaris
het achterhoofd van De Weerden. Het
was ingedrukt, vermorzeld door krach
tige, herhaalde slagen met een hard
voorwerp.
„Misschien een steen, of een Engel
sehe sleutel" opperde de dokter. „Dit
houd ik voor de onmiddellijke doods
oorzaak."
De hoofdcommissaris gaf lasf, dat
het lichaam naar het ziekenhuis zou
worden overgebracht.
„Ik wacht hedennacht nog uw rap
port in, Barendse", zei hij tot den in
specteur „wacht mij op het bureau,
het zal misschien wel laat worden."
,jHebt u een van allen hier in de
buurt ook een auto gezien, een groote
open racewagen vroeg Arthur.
Niemand had iets gezien.
Met een zaklantaarn onderzocht Ar
thur den weg voor de eerste auto.
„iHet blijkt, dat er toch een auto is
geweest", zeide Arthur. „Ik zie hier
tot terzijdeschuiving van de stellige toe
zeggingen, o.a. vervat in artikel 40 van
het Bezoldigingsbesluit en in het 4e en
6e lid van artikel 196 der Lager Onder
wijswet 1920,
redenen, waarom zij der Kamer met
aandrang verzoeken, het wetsontwerp
bovengenoemd niet aan te nemen.
VLISSINGEN, 10 AFRIL.
De vaart op de Schelde.
De redacteur van „de Maasbode" te
Antwerpen schrijft d.d. 8 dezer
Het feit dat ambtenaren van het Ne-
la-ndsch loodswezen zoo vlug en flink
zijn opgetreden om 'bij Bath een nieuwe
vaargeul op de Schelde af te bakenen,
ter vervanging van 'den pas, welke door
het zinken van de „Siërra Grande"
„gekurkt" was, heeft in -geheel Ant
werpen en in het bijzonder in scheep-
vaartk-ringen groote voldoening ge
bracht.
Die tevredenheid uit zich ook in de
pers, welke nog enkele dagen geleden
de Nederland'sche regeeri-ng allerlei
minder mooie bedoelingen toeschreef,
maar thans vol lof is over de activiteit
van de Nederlanders.
De „Neptune" doet een hevigen -uit
val tegen de ambtenaren van het Bel
gisch ministerie van marine, die kalmp
jes hun „week-end" en Zondag vierden,
terwijl de Hollanders wenkten voor de
belangen van A-ntwerpen.
Het Wad schrijft Zondagmorgen
heel in de vroegte was de inspecteur
va-n het Nederlandsch loodswezen, die
ter plaatse was om te peilen, en na ge
dane zaken naar den oever voer, waar
een automobiel hem wachtte, wellke
hem met groote snelheid naar het tele
graafkantoor te Hansweert bracht om
aan de Nederiandische loodisen mee te
deelen, dat hij een vaarwater van 25
voet voor hen had af-getoerd.
-Ons -ministerie van marine heeft zich
zelfs niet eens gehaast om van deze
Nederlandsche vinding te profiteered
De Belgische loodsen, wier schepen
meer dan 17 voet diepgang hadden,
bleven volgens order van Zaterdag te
A-ustruweel voor anker.
Eerst toen zij zagen, dat de Neder
landsche loodsen met hu.m schepen ver
trokken en aankwamen, vermoedden zij,
dat er iets gebeurd was.
Pas Maandagmorgen te half tien
kreeg de havenmeester van de Royers-
sluis bericht ook schepen van grooter
diepgang dan 17 voet uit -te iate-n,, maar
de Belgische loodsen te Vlissingen en
de haven-kapitein waren tot Maandag
avond zonder eenig officieel bericht
van het Belgisch -ministerie van marine.
De Brusselsche „Standaard" zegt
interessant is het wel, vast te -stellen,
dat onder handteekening van den heer
Vanderslijen, bestuurder der „Neptune"
im het nummer van Zondag li. o.m.
wordit gezegd „We hebben destijds
ongelijk gehad met de Hollandsche re
geering eenige nalatigheid of fout aan
te wrijven." -Die eerlijke bekentenis
komt van pas en wordt gestaafd door
feiten, welke mader bewijzen, dat de
Hollandsche regeering geenszins har en
steun weigert, zooals we reeds gisteren
hebben uiteengezet. Ze liet verder toe,
dat er 's nachts in Nederlandsch vaar
water door de Belgen werd gebaggerd,
op voorwaarde natuurlij-k, dat men
bleef buiten de lijn der lichten. Ze 'liet
duidelijk sporen, dat hij gedraaid heeft".
En Arthur verzocht den hoofdcommis
saris om een van zijn mannetjes last te
geven de zijwegen te onderzoeken. Het
slachtoffer dat terug moest kuieren,
werd aangewezen.
„Ten overvloede zou ik gaarne een
agent naast den chauffeur hebben ook
deze kan dan scherp opletten en de
zijwegen observeeren met behulp van
mijn lantaarn."
Weer werden orders gegeven en dan
zette de droeve stoet zich in beweging.
„Als ik mij niet vergis, vroeg u mij
zoo juist een verklaring", begon Arthur,
nadat Peter den wagen had doen draai
en „ik wil u gaarne mijn meening
zeggen. Het motief voor den moord is,
naar het mij voorkomt, eenvoudig dief
stal. Zooals ik u reeds heb gezegd, is
het mijn vaste overtuiging, dat de ver
moorde schuldig is aan den Bankdief-
stal, te 's-Gravenhage gepleegd. Het is
geen al te boute veronderstelling, dat
hij zich tegenover Milly iets daarvan
heeft laten ontvallen. Vermoedelijk is
deze daarop belust geworden op dien
vetten buit. Hoe echter dezen in handen
te krijgen De effecten vevonden zich
veilig op Den en Beuk ten huize van
den zwager van den Bankdirecteur.
Denkelijk heeft Milly overleg gepleegd
met haar froeder over de vraag, hoe
zij aan het geld zouden komen. Daar
komt nu Van Weerden bij hen met het
geld hij wil vluchten ook Jack zal
met hen meegaan. Het doel der twee
is De Weerden van zijn schat te beroo-
ven. Ik geloof niet, dat zij aanvankelijk
het plan hebben opgevat De Weerden
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
toe, dat -het uitgebaggerde slijik op Ne-
deriandsche-n bodem werd gestort om
de Belgen tijd en moeite te besparen
De Antwerpsche correspondent van
„de Tel." meldt
Schepen met een diepgang van 22
voet varen ongehinderd het wrak voor
bij. Maar het schijnt nu toch dat we
voor eenigen tijd zullen moeten afzien
van het bezoek der kolossen van de
Red Star. Tot gisteren kon men geloo-
ven dat de „Beigenland" die uit New-
York voor Antwerpen vertrokken is,
hier den 24sten terug zou vertrekken.
Thans komt de tijding, dat de maat
schappij aan den kapitein last heeft ge
zonden, zijn passagiers en zijn koopwa
ren voor Antwerpen te ontschepen te
Cherbourg. De 300 passagiers, die voor
onze haven aan boord zijn, zullen met
een specialen trein naar hier worden
overgebracht.
Zelfs de beduidend kleinere „Lap
land" zou voorloopig uit de vaart op
Antwerpen worden genomen Maar het
ergste is dat de maatschappij zelfs haar
vrachtboot „Montauk" niet meer naar
hier heeft durven laten komen.
Inderdaad ontvingen gisteren de ont
vangers van de lading dezer boot te
Antwerpen bericht, dat de „Montauk"
naar Rotterdam zou gezonden worden,
waar de -lading zal worden ontscheept,
krachtens het recht dat het cognosse
ment de maatschappij geeft
Vandaag zou de minister van open
bare werken, baron Ruzette, de plaats
van het onheil bezoeken. Door de be
voegde diensten zouden krachtige
maatregelen worden genomen.
Openbare Leeszaal.
De Openbare Leeszaal za) morgen
weder worden geopend.
Na 15 April worden de uren van
openstelling als in den winter.
Een autobus tegen een tram gereden.
Gisterenavond omstreeks 7 uur is een
autobus, welke van den Singel kwam,
in botsing gekomen met de electrische
tram, welke in de richting van hef Betje
Woiffplein reed.
De wagenbestuurder remde toen hij
uit het veld te ruimen. Waarvoor was
dat noodig. Hij had toch immers nooit
een klacht tegen hen kunnen indienen,
waar hij het geld zelf gestolen had
Dergelijke uitgeslapen personen als de
twee Ravens gaan gewoonlijk niet ver
der dan strikt noodig is. De Weerden
hebben zij blijkbaar niet zoo maar tijde
lijk buiten gevecht kunnen stellen hij-
zal zich tot het uiterste geweerd heb
ben de keel is hem dichtgeknepen, om
hem het schreeuwen te beletten."
„Ik maak u wel mijn compliment",
zei de hoofdcommissaris, „over uw
deductievermogen. Uw verklaring lijkt
mij zeer plausibel toe."
De ander knikte, ten bewijze van
instemming, maar hij lachte daarbij als
een boer, die kiespijn heeft.
HOOFDSTUK XV.
Een spoor.
Plotseling stopte de auto. De agent
opende het portier en zeide, dat hij
meende iets gezien te hebben.
Wij stegen allen uit. Eenige tientallen
meters terug was een dwarsweg.
De auto, waarin het lijk van De
Weerden werd vervoerd, passeerde ons,
juist toen wij den donkeren weg zouden
inslaan.
„Niets bijzonders. Rijd maar door",
beval de hoofdcommissaris en de auto
met zijn luguberen last vervolgde den
tocht,
Wij liepen achter den lichtkegel aan,
welken de electrische lantaarn voor ons
uitwierp en dit eindigde in een grijs
vlak den achterkant van den auto,
waarin De Weerden zijn dood was tege
moet gereden.
(Wordt vervolgd.)