on
'dag 5 April|
N08O
be Maatschappij
f
DONDËRD4G 3 APRIL
FEUILLETON
DE VROUW Z8NDEH HART
BINNENLAND
per pond,
ïond
jond
ïond
en met
<6SN en
Leerling-naaister
sdwerksters
Itst worden op de nn-
IMONSHOUWER tl
I Molenwater 255/56 fi
■Kunnen zich teu alle
Ik of persoonlijk aan-1
|b ui ten de stad worden
leeJteiijk vergoed.
(net meisje
gevraagd.
ïlamyparik 34 (bene-
Ivraagd een net
■meisje,
Ide 16 jaar. Zoiidai» I
C. PAAUWE, Pasl
|2.
vgmeisje
beneden de 16 jaar.
I^erstraat 17.
)iepingshuisje
bn Hoogeweg.
In Brouwerij „DB
ct te aanvaarden,
honing,
Inder kinderen of voor
It Groenewoud bij de
lieven onder No. 990,
Courant".
Itegen half April een
nstbode,
de koken, bij Mevr.
wlevard Evertsen 43.
meubileerde
it-slaapkamer,
pension, op netstefl
onder letters R. M.»
Courant".
opjongen
jevraagd.
na FAGG <Sc Co
en flinke
dienstbode,
Adres Verkuijl Qm*'
1 (boven).
Widdelb. - Rotterdam
ngelegen plaatsen.
VAN PASSAGIER3
ïREN EN VEE.
1. Ml.
T.n. nu
8
pril
3.
8
r.Etl
u i"
VLISS1NGSCHE COURANT
ABONNEMENTS-PRIJS
I Voor Vlissingen en gemeenten op Wal-
f 220 per drie maanden. Franco
Sïor liét geheele rijk 2.50. Week-abon-
°i,enten 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS
Van 4 regels 1.10 voor iedere
I woel meer 26 centbij abonnement spe-
'4 prijzen. Reclames 52 cent per regel
Kleine Advertenties betreffende Huur en
Kiur Koop en'Verkoop, Dienstaanbie-
Loen én- Dienstaanvragen, enz., prijs, bij
vooruitbetaling van 1—5 regels ƒ0.75, elke
Imeer 15 Cent.
familieberichten van 16 regels 1.70,
iedere regel meer 26 cent.
kameroverzicht.
Tweede Kamer.
Marine.
0e eerste discussie over de marine-
Lerooting had nog niet veel belang.
Ijlen kent de geschiedenis. De Vlootwet,
|dic verworpen werd, gaf een volledig
J plan gelijk de Regeering dit in de
naaste toekomst wilde afwerken. Thans
echter is de Regeering gekomen met
tenige beperkte voorstellen, die gedeel
telijk strekken om te herstellen wat ver
hielen is. Daartegen heeft men geen
I bezwaar. Maar daarnaast vraagt de
|.Regeering ook twee flottielje-vaartuigen
|die grooter en sterker zijn dan de twee
versleten schuitjes en voorts één onder-
|zecbooimijnenlegger. Tegen de aan
schaffing daarvan heeft de oppositie
bezwaar, omdat men daarin een begin
Ivart een Vlootwet ziet, die stikum wordt
I binnengeloodst, nu zij verworpen is. De
I heer Van Schaick vond het niet zoo. Hij
I vroeg intusschen wel waarom de Re-
Igeering nu juist dien mijnenlegger noo-
I dig had. Overigens meende hij dat de
I Regeering het recht had te herstellen
[wat op was en dat zij daardoor geen
I inbreuk deed op de toezegging dat zij
[eerst het financieel evenwicht wil her-
Stellen. Dit voorstel prejudiceerde niets
1 en de Kamer bleef vrij.
I Het leek ons dat de heeren Dressel-
[huys en Duys het er wat al te dik op-
Legden toen zij zich tegen deze voor-
Stellen verzetten. Zonder deze Vlootwet
[zou de Regeering ditzelfde hebben
[voorgesteld.
Op den heer Van Schaick kan de
[fiegeering thans rekenen als zij hem
nog even nadere inlichtingen geeft. Al
leen de heer Bomans blijft onvermurw
baar. Eerst de financiën herstellen en
f vóór dien geen cent voor de vloot, is
[zijn standpunt.
Het verdere verloop der discussies
(zal wei doen zien dat de Minister een
[goede meerderheid heeft. Het vlootplan
[komt later Wel maar het is te begrijpen
dat de Minister alvast iets wil doen om
I te houden wat hij heeft.
I De verplaatsing van de vaartuigen uit
[Vlissingen naar Den Helder werd nogal
[afgekeurd. Wachten wij het antwoord
[van den Minister af.
Over het Staatsboschbeheer het oude
[beheer. Duur en oncommercieel. De
[Minister blijft zijn best doen om den
|dienst te verbeteren en meer commer-
I cieel te maken. Het bouwfonds over
11923 werd goedgekeurd vier maanden
[nadat 1923 reeds is afgeloopen. De heer
[Beumer maakte daarover eenige steke-
jlige opmerkingen over de bevoegdheid
[gedurende dat jaar enz. Minister de
[Visser zeide dat het onderzoek naar de
tLeidsche ziekenhuis-kwestie de indie-
[ning zeer had vertraagd.
[Oorspronkelijke Hollandsche detective
roman door R. J. BRANDENBURG.
[Schrijver van „Het doodend Zwijgen".
[21)
ik kon niet in siaap komen. Mijn
[gedachten waren bij Jules de Weerden.
|cou hij nu misschien wat in zijn schild
[voeren tegen ons Terwijl hij hier in
donker lag, was hij wellicht bezig
hief zijn duivelsche machinaties. Hoor
,eP daar niet wat over de gang Ik
I histerde met ingehouden adem.
Niets
l was zeker de wind, die geritseld
Lad m het klimop.
I yj j Warden I Wat voor gedachten
.achter dat hooge witte voor-
Zlch vormen Wat voor misda-
I nZ, dden ziin donkere en toch koele
Lu al'.?'en volvoeren Wat wisten
L Mk van De Weerden Hij was
I vrnn,e afkomst, was tijdens den
I Li.ImL001'0® 'n Holland gekomen
waf n v,00r 1,et front> zeide Arthur,
"elrv, 'n beginne niet had kunnen
swooven en studeerde te Leiden
Aties te bekomen:
N.V. Transport S
Erven 6. VOS, l»
B. EENHOORN,.'ft1'1!5
OO3TEBHO0T,f(1j^
levemlc ru oiuucciue ie wnueji
I vriihpi.i Charl«. De Hollandsche gast-
'"erd door hem met 'ondank
die janK.er.geliikin? van de slanS'
Eindelijk was weer aan de orde de
afdeeling spoorwegen van de water-;
staatsbegrooting. Daarbij was ook aan
de orde de interpellatie van den heer
Wijnkoop omtrent lo. de tien procent
loonsverlaging van het spoorwegperso
neel 2o. den halfslachtigen toestand
van den bedrijfsvorm bij de spoorwe
gen, waarbij de regeering en directie
zich achter elkaar verschuilen, en die
ten nadeele van het personeel gehand
haafd schijnt te blijven 3o. de vernie
ling van het eenmaal ingestelde georga
niseerde overleg in den Loonraad en 4o.
het beleid van de tegenwoordige direc
tie, zoowel wat de bedrijfsinrichting
betreft, als ten opzichte van de bevoor
rechting der directie zelf en der hooge
ambtenaren.
Vier moties van orde waren hierbij
ingediend, te weten van de heeren Wijn
koop en Van Ravesteijn, betreffende
loonsverlaging van het spoorwegperso
neel en de wijziging van zijn dienst-
voorwaarden van den heer Oud, be
treffende de rechtspositie van 't spoor
wegpersoneel in verband met de beslis
sing over loonsverlaging van den heer
Van Braambeek c.s., betreffende het
rekening houden bij de loonsverlaging
van het spoorwegpersoneel met die op
het rijkspersoneel toe te passen en
van de heeren Wijnkoop en Van Rave
steijn, betreffende intrekking van de
zgn. anti-stakingswet van 11 April 1903.
iDe Minister is in principe wel voor
gelijkstelling in salaris tusschen rijks
personeel en spoorwegpersoneel, mits
dit niet altijd in alle details noodig is.
Ieder moet vrij zijn al ziet men naar
elkaar bij den opzet der regeling. De
Minister was er niet voor dat de direc
tie pressie oefent op het personeel om
de aanspraken van artikel 36 te laten
schieten en hij heeft dit de directie ge
zegd die nu de individueele verklarin
gen niet meer vraagt en afwacht of er
een proces uit zal volgen. Inmiddels is
deze discussie door de feiten achter
haald. De organisaties hebben zich al
le bij de resultaten van het overleg
neergelegd, waarmede feitelijk de dis
cussie is afgeloopen.
De heeren Oud en Van Braambeek
trokken hun moties als overbodig in, de
beide motiesWijnkoop werden na
tuurlijk verworpen. Het nogal hoog op
gezet spoorwegdebat liep met een sis
ser af nu het toeval heeft gewild dat
overeenstemming is verkregen juist ter
wijl de discussies in de Kamer hangen
de waren.
Ten slotte het mijnwezen.
j -—v» wei
beloond. De
I Qlp DatS J 'Wit UV. 01CII1&)
drong zich" °eZe^1 8ekoesterd wordt,
'j'fv aan m'j op. Ja, aan een
1W* Alt v.-'ln slank 'ichaam mij den-
'anden t Zae n,nSHbeet- m?f z'j" giftiSe
Zag ik daar in dien donkeren
Postcheque- en girodienst.
De commissie van onderzoek naar de
oorzaken van de ontwrichting van den
postchèque- en girodienst heeft o.a. in
overweging gegeven
lo. dat de heer A. W. KymmeJ, direc
teur van den postchèque- en girodienst,
van dat ambt zal worden ontheven, en
dat hij zal worden teruggesteld in een
ambt, gelijk aan dat hetwelk hij be
kleedde, voordat hij bij den postchèque-
en girodienst werd werkzaam gesteld
2o. dat de heer M. Pott, waarne
mend onderdirecteur van den post
chèque- en girodienst, van dat ambt za!
worden ontheven en zal worden terug
gesteld in den rang van hoofd-commies
der posterijen
3o. dat de heer L. A. M. v. d. Vorst,
hoofdcommies bij het bestuur van den
postchèque- en girodienst, van dat
ambt zal worden ontheven en zal wor-
hoek niet het glinsteren van oogen van
een reptiel Ik kroop diep onder de
dekens, rillende.
Maar foei ik moest mij schamen
Zat Arthur niet vlak bij mij was hij
niet de schildwacht op den gevaarlijken
post Neen, geen schildwacht was hij,
maar een schildknaap, die voor zijn
vrouwe den draak bevechten zou.
Wat voor geluid was dat De wind
stak op, woei om den hoek van het
huis het klonk in mijn ooren als het
gedempt gegil van een losgelaten wild
beest. Het was of de wingerd sidderde
van angst. Daar gierde de wind weer
aan, van over het groote grasveld, de
ramen rinkelden.
Hoor Er sloeg regen tegen de rui
ten 't leek wel hagel. Maar dat kon
toch niet. Hoe troosteloos moest het nu
buiten zijn I Onder de boomen moest
het druppelen de stammen moesten
vochtig, klam aanvoelen. Stond De
Weerden nu misschien onder de drui
pende bladeren te kijken naar onze ka
mer, of het licht al uit was Zeker zou
hij gehuld zijn in een wijden, zwarten
mantel. Was hij dien avond, na het
diner niet uitgereden Ik kon het mij
niet meer herinneren.
Misschien was hij wel naar het cir
cus, naar de paardrijdster en liet hij op
dit oogenbiik de paarien van mijn col
lier door zijn vingers glijden zij leken
op gestolde tranen, mijn paarien.
En plotseling voelde ik een hevige
woede in mij ontwaken, welke mijn
bloed sneller deed vloeien en mijn pol
sen deed kloppen. Ik voelde het bloed
naar mijn hoofd stijgen en mijn oogen
den geplaatst buiten den postchèquc-
en girodienst aan een der departemen
ten van algemeen bestuur of bij het
hoofdbestuur van de posterijen en tele
grafie als commies
4o. dat de heer J. Dooster, hoofd
commies aan het postkantoor te Rotter
dam, niet zal kunnen worden gehand
haafd ten aanzien van hem zal moeten
worden overwogen, of er geen moge
lijkheid is, hem ergens te plaatsen waar
hij geen gezag heeft uit te oefenen, en
waar dus weinig of niets te beder
ven is.
Het zou de commissie leed doen,
wanneer W. M. van der Reijden zou
gestraft worden. Aan hem toch is het
volgens den directeur van het postkan
toor te Rotterdam, te danken geweest,
dat het werk van het girokantoor niet
nog slechter was, dan dit bij het onder
zoek is gebleken te zijn en het zou dus
onbillijk zijn hem in het lot van den
lieer Bosster te doen deelen.
Over de reeds door den directeur-
generaal gestrafte postambtenaren en
de door deze bedreven feiten heeft de
commissie zich van een oordeel te ont
houden.
Zij meent dit te moeten doen, ten
eerste, omdat het door hen afgeleverde
werk niet kan worden beschouwd tot
ontwrichting en tot verdere ontwrich
ting van den postchèque- en girodienst
te hebben geleid, aangezien daarvan
een gebruik is gemaakt niet overeen
komstig zijn bestemming, en in de
tweede plaats, daar de betrekkelijke
beslissingen van den directeur-generaal
gewijzigd zijn geworden, waaraan der
halve niet meer mag worden geraakt,
tenzij bij wijze van revisie, waarvoor
onderwerpelijk geen reden bestaat.
Weer een vrouwelijk Kamerlid.
Naar de „Res.bode" meldt, heeft mi
nister mr. P. J. M. Aalberse bij het cen
traal stembureau bericht ingezonden,
dat hij de benoeming tot lid van de
Tweede Kamer (vacature-Kolkman)
niet aanvaardt. Mej. Annie Ateyer zal
dus nu tot lid van de Kamer worden
benoemd zij zal de benoeming aan
vaarden.
Overwerkvergunningen voor banket
bakkerijen.
De minister van arbeid, handel en
nijverheid heeft aan hoofden of be
stuurders van banketbakkerijen in alle
gemeenten des rijks vergund, dat in de
weken van 14 tot en met 19 April en
van 2 tot en met 7 Juni 1924 in hun
onderneming door arbeiders van 16
jaren of ouder, in afwijking van de
artikelen 23 en 24 der Arbeidswet 1919,
arbeid wordt verricht, en zulks onder
verschillende voorwaarden.
Onderscheidingsteeken voor
verpleegsters.
De minister van arbeid, handel en
nijverheid en van binnenlandsche za
ken en Uancfbouw hebben in verband
met artikel 6 der wet van 2 Mei 1921
tot wettelijke bescherming van het di
ploma voor ziekenverpleging de voi-
egnde onderscheidingsteekenen vast
gesteld
Voor de bezitters van diploma A.
een onderscheidingsteeken van zilver,
voorzien van zilveren brochesluitrng
met stalen speld. Het onderscheidings
teeken is cirkelvormig en heeft een
middellijn van 3 c.M. ,De voorzijde van
het onderscheidingsteeken vertoont een
gelijkarmig zilveren kruis ter hoogte
en breedte van 18 m.M., terwijl de
breedte van ieder der armen 6 m.M.
brandden. Die vreemdeling had het ge
waagd van mij iets te stelen hij had
het gewaagd ons te dreigen hij had
ons bang willen maken.
ik was bang geweest, maar nu voelde
ik mijn vrees van mij wegvallen.
Arthur zat doodstil in zijn stoel. Ik
begreep niet hoe hij dat volhield. Hij
scheen zich niet te verroeren.
Waarom was Arthur toch ook niet
naar bed gegaan? Gisteren had hij het
we) gedaan, ai had dan de revolver ook
den ganschen nacht naast hem gelegen.
Waarom nu niet Dreigde er dan toch
gevaar Hij had mij gezegd van niet
maar dat was natuurlijk maar geweest
om mij gerust te stellen. Het schoot mij
door mijn hoofd, dat onze tegenstander
toch tijd moest hebben gehad om te
zien of wij zijn waarschuwing zouden
opvolgen. Wij waren niet vertrokken.
Zouden wij nu vannacht worden ge
straft Weer begon de nervositeit in
mij op te kruipen. Het was feitelijk een
bevel geweest, dat briefje. Maar wij lie
ten ons immers niet bevelen wij, lord
en lady Carnway En door wien Door
een schurk als De Weerden.
Maar het was het bevel van den man,
die niet geaarzeld had om baron Lucius
neer te schieten.
Ik zag weer dat bleeke, basmeurde
gelaat, zooals ik het in 't bosch had
gezien. De haren lagen verward, zaten
vol zandkruimels ik zag de groote,
verschrikte oogen, die mij aanstaar
den... Zou ons een dergelijk lot wach
ten Was een man als De Weerden
niet tot alles in staat Of was de eem
misdaad een gevolg van de vorige
bedraagt. Dit kruis is aangebracht op
een oranje achtergrond, waarvan de
omtrek een cirkel is met een middellijn
van 21 m.M. In den zilveren ring van
2J4 m.M. breedte, welke tusschen den
buitenrand van het onderscheidings
teeken en den omtrek van het oranje-
vetd open blijft, leest men de woorden
„Ziekenverpleging" rechtsom en „Wet"
•linksom, zoodat het woord „Wet" zich
bevindt onder een der armen van het
kruis. Deze woorden zijn aangebracht
in groen geëmailleerde letters, waarvan
de hoogte bedraagt 3 m JYl., waarvan de
buitenste rand zich bevindt op 1 m:M.
afstand van den buitenrand van het
onderscheidingsteeken en de binnenste
rand op m.M. afstand van den rand
van het Oraojevetd. Tusschen de „Z."
en „W." en tusschen de „T." en de
„G." bevindt zich een punt, welke de
woorden „Ziekenverpleging" scheidt.
Voor de bezitters van diploma B.
een onderscheidingsteeken als diploma
A., doch met blauw geëmailleerd fcruis.
Voor de bezitters van diploma A. en
B. een onderscheidingsteeken als voor
diploma A. doch met een blauw ge
ëmailleerd kruis met witten rand.
Geen afschaffing der le klasse.
Naar bij informatie is gebleken is het
bericht van de „Residentiebode" om
trent afschaffing van de le klasse op
de Ned. Spoorwegen, geheel uit de
lucht gegrepen.
Rotterdam, Antwerpen en Hamburg.
Gedurende de maand Maart werd de
haven van Antwerpen bezocht door 802
schepen, metende te samen 1.557.467
ton, tegen 849 schepen, met. 1.495.023
ton in dezelfde maand van 1923.
Er is dus een vermindering van 47
schepen en een vermeerdering van
57.556 ton.
Sedert 1 Januari zijn in de haven van
Antwerpen aangekomen 2298 schepen
metende 4.508.617 ton, tegen 2274 sche
pen metende 4.256.897 ton in de eer
ste 3 maanden van 1923.
Er is dus een vermeerdering met 24
schepen en een vermeerdering met
251.720 ton.
Gedurende de maand Maart zijn de
haven van Hamburg binnengekomen
734 schepen metende 1.071.582 netto
tons, tegen 1250 schepen met 1.380.882
tons in Maart 1923.
Sedert 1 Januari 1924 kwamen te
Hamburg binnen 2386 schepen metende
3.384.786 netto tons, tegen 3143 schepen
metende 3.570.562 netto tons in het
zelfde tijdperk van 1923. Er is dus een
vermindering van 757 schepen en een
vermindering van 185.776 ton.
Voor Rotterdam bedroeg de haven-
beweging sedert 1 Januari 2115 schepen
met. 3.110.869 ton, tegen 1943 schepen
met. 2.921.928 ton in dezelfde maanden
van het vorige jaar.
Er is dus een vermeerdering met 172
schepen en een vermeerdering met
188.968 ton.
Om de voor Antwerpen opgegeven
cijfers gelijk te maken met de hier ge
bruikelijke berekening moeten deze met
15 verminderd worden.
Het totaal-cijfer voor Antwerpen
wordt dan 3.822.325 ton.
Autobussen te Groningen.
De gemeenteraad van Groningen
heeft een voordracht van Burg. en
Weth. goedgekeurd tot aanschaffing
van vijf autobussen, welke het tramver
keer zullen voeden en aanvullen. Met
den aankoop is een bedrag gemoeid van
52.500.
Was De Weerden een man, die door
het noodlot werd gedwongen, althans
door een macht, sterker dan hijzelf De
schoone Milly Hoe kon een man zich
ooit door een vrouw zoo laten inpal
men, dat hij haar willoos werktuig
werd Was in der waarheid de paard-
rijdster onze vijandin op leven en dood?
Die raadselachtige glimlach om haar
lippen
Was zij verantwoordelijk voor de
misdaden, waarvan de eerste de Bank-
diefstal was Kon men wel spreken
van verantwoordelijkheid Er zijn im
mers vrouwen, die het kwade moeten
doen Zij kunnen slechts leven in een
bedorven atmosfeer van donkere daden
die zij zeiven niet bedrijven. Zij zijn
als schitterende bloemen, welke een
bedwelmenden geur uitademen, welke
de insecten doodt.
Een bedwelmende geur. 't Was of
ik zulk een geur inademde... 't Was of
ik viel in een donkeren put en ik hoorde
Milly schateren. Ik droomde, dat ik al
leen in de groote ruimte van het circus
zat het was stil, heel stil. De roode
gordijnen gingen geruischloos vaneen
en in het verblindend witte licht reed
Afilly binnen, gekleed in een zwart
kostuum, niaar zij zat niet te paard, zij
zat op een berg van doodshoofden, die
akelig grijnsden en welke zich voortbe
wogen. Ik keek vol inspanning, hoe dat
kon, en zag, dat zij opgestapeld waren
op den rug van een reuzen-schildpad,
die langzaam met vooruitgestoken kop
het witte zand van de manége inschui-
felde. Maar neen, het was niet de kop
van een schildpad het was het gelaat
OPGAVE DER PERSONEN
die zich in deze gemeente hebben gevestigd
of deze hebben verlaten, gedurende de
2e helft der maand Maart.
INGEKOMEN:
Mej. J. Landman, leerling-verpleegster,
Hellebardierstraat 2, van Goes.
H. VerSluijs, metselaar, Gravenstraat 17,
van Terneuzen.
P. E. Kruijt, chemisch technicus, Droog-
cfok 4, van Dordrecht.
J. M. Goedhart, tandtechniker, Bouwen
Ewoutstraat 20, van Rotterdam.
C. M. Geljon, kantoorbediende, Scher-
mirtkelstraat 5, van Eindhoven.
E. K. VinkeWitte, zoorder, Hoogeweg
175 B, van Rotterdam.
J. P. de Hulhi, sergeant der infanterie,
Noordstraat 71, van Bergen op Zoom.
Chr. Sinke, chauffeur, Höbeinstraat 21,
van Rotterdam.
G. L. van Gaaien, modelmaker, Nietrvv-
straat 57, van Rotterdam.
E. A. Traasl, bedrijfschef, Pahngstraat
51, van Voorst.
I. P. Dierx, kommies rijks directe belas-
ringen, Prins Hendrikweg 12, van Naald
wijk.
P. H. Veriiagen, marinier le klasse, Hr.
Ms. wachtschip, van Ned.-Indië.
C. Rood, korporaal-kok, Hr. Ms. wacht
schip van Ned.-Indië.
W. Moens, zeilmaker, Vrouwestraat 8,
van Amsterdam.
J. L. Bronswijk, marinier, Breewaterstraat
7, van 's-Gravenhage.
j. Goetheer, matroos Kon. marine, Hr.
Ms. wachtschip, van Helder.
W. Mol, stoker, Hr. Ms. wachtschip, van
Helder.
'B. van der .Put, korporaal-hofmeester,
Hr. Ms. wachtschip, van Helder.
C. Smit, korporaal-bottelier, Hr. Ms.
wachtschip, van Helder.
Mej. M. C. P. Tates, apothekers-assisten
te, Bellamypark 46, van Alkmaar.
C. J. Bode, hofmeester groote vaart, Ka
naalstraat 38, van Amsterdam.
P. E. de Bruijne, kleermaker, Gfacisstraat
35, van Aardenburg.
A. J. Bevers, kleermaker, Glacisstraat 73,
van Breda.
J. Bakker, majoor-torpedist, Hr. Als.
wachtschip, van Helder.
S. F. Woltering, soldaat militaire politie,
Palingstraat 22, van Didam.
U. J. K. Versfeit, luitenant ter zee, Hr
Ms. wachtschip, van Amsterdam.
C. Marinisse, leerimg-machinist Ned.
Spoorwegen, Kasteelstraat 34, van Oost
en West-Souburg.
A. P. de Buck, kwartiermeester Kon. ma
rine, Fransche Kerkslop 3, van Helder.
C. E. Snijders, sergeant-timmerman Kon.
marine, Badhuisstraat 36, van Helder.
J. K. Dingemanse, bouwkundige Van
der Manderesfraat 8, van Middelburg.
J. H. Freiboth, pensionhouder, Boulevard
Evertsen 30, van Rotterdam.
J. jekel, machinedrijver-majoor, Hr. Ms
,,Van Meertant", van Oost- en West-Sou
burg.
P. ten Napel, electricien, Koudenhoek 40,
van Middelburg.
VERTROKKEN:
M. de Boer, Coosje Buskenstraat 18, naar
Oost- en West-Souburg.
W. de Boerde Boer, Coosje Busken
straat 18, naar Oost- en West-Souburg.
A. I. J. van Boute, Höbeinstraat 85, naar
Middelburg.
F. M. Ghijselsvan Meenen, Hellebar
dierstraat 2, naar Breskens.
Cl. GroenenbergBroodman, Kolvenier-
straat 21, naar Spaarndam.
D. van Heiningen, Bellamypark 43, naar
Ridderkerk.
M. van Westerop, Kanaalstraat 24, naar
Sluis.
D. Hollander, Piet Heinstraat 14, naar
Helder.
P. Warbout, Dijkstraat 3, naar Helder.
P. van Wijk, Oude Mlddelburgsche weg
10, naar Eindhoven.
B. Limpers, Leliënlaan 33, naar Batavia.
van De Weerden...
Ik werd met een schok wakker. Hef
schemerde in de kamer, 't Moest een uur
of vier zijn.
Er werd geklopt.
Ik zag, dat Arthur oprees en zijn
browning greep.
Ik hield mijn adem in.
Weer werd er geklopt.
Arthur begaf zich behoedzaam naar
de deur om den sleutel om te draaien.
Ik vloog mijn bed uit en trok hem met
een ruk op zij.
Net op tijd
Er klonk een schot.
De kogel boorde een gat enkele
handbreedten boven het sleutelgat en
zou Arthur zeker getroffen hebben.
Ik heb Arthur zelden hooren vloeken;
maar nu deed hij het.
Wij hoorden geritsel, alsof iemand
hard over de gang liep.
Met een sprong was Arthur bij de
deur en draaide den sleutel om.
„Kijk uit het raam", riep hij me toe,
terwijl hij de deur uitstoof.
Het volgend oogenbiik hoorde ik hem
vallen en klonk het schot van zijn revol
ver, die afging.
Ik liep naar het raam, dat uitzag op
het groote grasveld.
Voor het huis stond een dichte auto,
het portier stond open.
Aan het stuur zat... Milly Raven.
•Daar vloog iemand den hoek om en
wipte de auto in, het portier achter zich
dichtslaande.
Het was een der Chineezen.
De auto schoot vooruit en was in een
oogenbiik uit het gezicht verdwenen.
(Wordt vervolgd.)
