No276' 61e Jaargang DONDERDAG 33 NOVEMBER GEMEENTEBESTUUR BINNENLAND FEUILLETON Gestolen Geluk <1923=- VL1SS1NGSCKE COURANT ABONNEMENTS PRIJS Voor Vlissingen en gemeenten op Wal cheren 2.20 per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ2.50. Week-abon- nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent. ADVERTENTIE-PRIJS. Van 14 regels: fl.lt); voor iedere regel meer 26 centbij abonnement spe ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen van 15 regels 65 centiedere regel meei 13 cent, bij contante betaling. Familieberichten van 16 regels 1.70, iedere regel meer 26 cent. DRANKWET. Burg. en Wetih. van Vlissingen. gelet op Art. 37 der Drankwet, doen te weten, dat bij hen is ingekomen een verzoek van Gerrit van der Star, om verlof tot den ver koop van alcoholhoudenden drank anderen dan sterkpn drank, voor perceel Konings weg 25 dat vanaf heden gedurende veertien da gen tegen het verleenen van het gevraagde verlo-f schriftelijke bezwaren kunnen wor den ingebracht bij Burg. en Weth. voor noemd. Vlissingen, 21 November 1923. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. Formatie van een rechtsch kabinet De Haagsche redacteur van „de Maasbode" meldt Het schijnt, dat de heer Kooien bezig is te trachten een rechtsch kabinet te formeeren. Hij zou daarbij aldus te werk gaan, dat hij eerst de rechtsche fracties polst over de vraag of zij een rechtsch kabinet willen steunen en haar vervolgens de vraag voorlegt, of zij aan een door hem geformeerd kabinet haar medewerking willen verleenen om daar na aan de rechtsche groepen een pro gram als basis voor de samenwerking aan te bieden. De onderhandelingen zouden op het oogenblik in het tweede stadium ver- keeren, n.I. dat thans de vraag aan de orde is, of de rechtsche partijen een eventueel kabinet-iKoolen zouden willen steunen. Toepassing pensioenwet. De minister van binnenlandsche za ken heeft aan de besturen van provin ciën, gemeenten, waterschappen, veen- polders een circulaire gericht, waarin wordt medegedeeld, dat de minister van financiën er de aandacht op heeft ge vestigd, dat aan ambtenaren, vallende onder de Pensioenwet 1922, aanstellin gen overeenkomstig die wet zijn uitge reikt, die niet zijn gedekt door een Kon. Besluit of een besluit van een bevoegd gezag en welke op grond daarvan door den Pensioenraad niet als geldig wor den beschouwd. Aangezien namelijk aldus de cir culaire art. 3 der Pensioenwet spreekt van een benoeming door het daartoe bevoegde gezag, is een ambte naar, aangesteld door een autoriteit, die het benoemingsrecht niet bezit en op wie dat recht niet door bedoeld ge zag is of kon worden overgedragen, niet een ambtenaar in den zin dier wet. Zoo zal bijv. een beambte bij een rijks opvoedingsgesticht, benoemd door den directeur van dat gesticht, met machti ging van den minister van justitie, geen Roman van REINHOLD ORTMANN. 4) Vergeef me, als in mijn verdedi ging van Steinacker iets krenkends voor u was, antwoordde hij hartelijk. Zoo was het natuurlijk niet bedoeld. Ik had immers geen gelegenheid, uw va der nader te leeren kennen, want den zelfden dag, dat ik de eerste maal zijn gast zou zijn, wierp de doodelijke ziek te hem ter neer. Maar ik had bij onze vroegere ontmoetingen uit uw mond zooveel goeds over hem gehoord, dat hij als een toonbeeld van een edel en voortreffelijk mensch in mijne gedach ten leeft. Neen, hij droeg zeker de schuld niet, en wij moeten wel aanne men, dat het hier een van die droeve misverstanden betreft, die helaas soms scheidend tusschen de beste mannen voorkomen. Ilse antwoordde niet en haar mooi gezichtje bleef ernstig. Maar toen Ru- dek na een korte poos schuchter vroeg, of zjj boos op hem was, schudde zij vriendelijk het hoofd. Neen, neen Ik wil zelfs gaarne aannemen, dat u met betrekking tot den bouwmeester gelijk hebt. Het is iets anders, waaraan ik zoo pas dacht. Iets dat u droevig stemt, juffrouw Ilse Niet juisDdroevig slechts wat beklemd. Ik dhcht aan de nieuwe rol, ambtenaar zijn in den zin der Pensioen wet, indien niet deze bewindsman bij Kon. besluit was gemachtigd zijn be voegdheid tot aanstellen op dien direc teur over te dragen. De minister geeft gemelden besturen in overweging een onderzoek te doen instellen of gevallen als in de circulaire bedoeld, zich hebben voorgedaan en zoo ja, te bevorderen, dat belangheb benden in het bezit worden gesteld van een voor pensioen geldige aanstelling. Tegen zegelsplakken. De onlangs opgerichte Algemeene Nederlandsche Bond ter verkrijging van een wetswijziging aangaande het plak ken van rentezegels, heeft te Amster dam een vergadering gehouden. Be toogd werd dat het hier gaat om de vraag, wie de. premie voor de ongeval len- en de invaliditeitsverzekering moet bekostigen. Vooral ten opzichte van de invaliditeitsverzekering is dit een bran dende kwestie. De Invaliditeitswet nl. legt o.a. de betaling van de premies op aan gerants, filiaalhouders, agenten en andere tusschenpersonen, die wel arbei ders onder zich hebben, maar toch niet in den waren zin des woords werkge ver zijn. Immers, zij werken toch in opdracht van groote zaken. Tegen deze onbillijkheid gaat de strijd. Men kwam tot de conclusie dat de actie zich zal moeten concentreeren op wetswijziging. Opperbrandmeester-raadslid. Met vernietiging van het besluit van Ged. Staten van Utrecht is alsnog bij Kon. besluit de heer J. de Geit toegela ten als raadslid van de gemeente Vee- nendaal. Den heer De Geit was het raadslidmaatschap ontzegd op grond, dat hij als opperbrandmeester ambte naar in dienst van de gemeente zou zijn. Bij het besluit is echter overwogen, dat de benoeming van den heer De Geit tot opperbrandmeester door Burg. en Weth. is geschied krachtens een plaat- helijke verordening op de persoonlijke diensten, bedoeld in de artt, 192 en 193 der Gemeentewet, en dat inwoners, die ter nakoming van hun uit zoodanige verordening voortvloeiende verplichtin gen, hun diensten hebben te verleenen, niet zijn te beschouwen als ambtenaar. Tramwegpersoneel. Gisteren werd door de landelijke vakgroep voor het tramwegpersoneel, georganiseerd in den Prot. Christ. Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel, de jaarvergadering te Utrecht gehouden. De voorzitter, de heer P. C. v. d. An ker, opende de vergadering op gebrui kelijke wijze en memoreerde in zijn openingswoord de huidige toestanden in het framwegbedrijf, inzonderheid waf de personeelaangelegenheden betreft. Bij de bestuursverkiezing werd de voorzitter herkozen en als bestuursle den aangewezen de heeren H. Ringe ling, Amsterdam, en H. C. Kol, Rotter dam. Het punt der agenda „Zondagsrust" werd ingeleid door den heer Th. van Oost, voorzitter der commissie actie Zondagsrust, waarop een zeer uitvoe rige bespreking volgde. Door den heer C. D. Landzaat, vrij gestelde van den bond, werd uitvoerig besproken de toestand van de tram- wegbedrijven, waarbij vooral gewezen werd op de rechtspositie van dit perso neel, o.a. het Reglement Dienstvoor- waarden en de Pensioenregeling. Door spreker werden de aanwezigen opgewekt stevige propaganda voor de organisatie te maken. die ik morgen te spelen heb, en daar aan, wat van mij worden moet, als ik het publiek niet beval. Och kom, wat een vrees U zal groot succes hebben, overladen worden met bijval daar twijfel ik geen oogenblik aan. Maar de jonge tooneelspeelster weerde haastig af. U hebt mij slechts in een dilettan tenvoorstelling gezien, dat is heel wat anders dan het werkelijke tooneel. Toen hielpen de goede gezindheid van het bekende publiek en eigen dwaas zelf vertrouwen over alle moeilijkheden heen, waarvan ik het bestaan nauwe lijks vermoedde. Thans voel ik eiken dag duidelijker, hoe onvolkomen mijne krachten nog zijn voor een groote taak van kunst. Ja, er zijn vele uren van ontmoediging, waarin ik heelemaal aan mijn talent twijfel. Moet ik gelooven, dat u dit ernst is Neen, dat had ik nooit voor moge lijk gehouden. Ik zag in mijne verbeel ding u steeds in schitterende triomfen, door eerbiedige bewonderaars omge ven. Zeg mij eerlijk, juffrouw Ilse Is u niet gelukkig in uw beroep De actrice dacht aan haar ondervin ding van dien voormiddag en bitterheid rees in haar hart. Gelukkig Dan weet u niet, mijnheer Rudek, dat de vrouwen bij het tooneel nog altoos tot de paria's der maatschappij behooren De uitdrukking van verbazing op zijn gezicht veranderde in blijkbare ontstel tenis. In verband met de actie bij de Ne derlandsche Tramweg-Maatschappij, Ooster Stoomtram-Maatschappij, Meij- erij en Rotterdamsche ElectrischeTram- weg Maatschappij, inzake vermindering der loonen, werd medegedeeld, dat de onderhandelingen met de directies de zer ondernemingen nog loopende zijn. VOORSTELLEN AAN DEN GEMEENTERAAD. Door Burg. en Weth. zijn de vol gende voorstellen aan den gemeente raad gedaan Ingevolge art. 5 der verordening op het gemeentelijk grondbedrijf moet na elk tijdvak van vijf jaren, voor de eerste maal in 1923, de waarde van de in het bedrijf aanwezige gronden worden ge schat. Aan deze bepaling is gevolg gege ven door de commissie van taxatie, be staande uit de heeren W. L. Huson, G. van de Putte en J. Post, daartoe door uwen raad benoemd. Uit de overgelegde schattingslijst blijkt, dat de waarde der op 1 Januari 1923 in het Grondbedrijf aanwezige gronden is geschat op ƒ675.446.40, terwijl de boekwaarde op dien datum ƒ751.913.29 bedroeg. iDe uitkomst dezer schatting is dus van dien aard, dat van de reserve ad ƒ83.380.24 een bedrag van ƒ76.466.89 aan de gemeente zal moeten worden uitgekeerd, ter yermindering van de te genover de waarde van den grond staande gemeentelijke schuld. Het zal U bekend zijn, dat tolken jare het gezamenlijk bedrag van de rente en de verplichte aflossing, der tegenover de waarde van den grond geboekte schuld moet worden bijge schreven op de boekwaarde der com plexen grond. Op de begrooting van het bedrijf voor 1923 is daarvoor uitgetrokken aan rente 32.169.30% en aan aflos singen ƒ18.224.28. Ten einde deze terugbetaling van rente en aflossing aan de gemeente te kunnen doen, is voor het geraamde na- deelige saldo van het bedrijf ad j 41.616.20J4 onder de buitengewone ontvangsten der gemeente-begrooting tot genoemd bedrag een geldleening vermeld. De commissie voor het grondbedrijf is, blijkens een overgelegd schrijven, van oordeel, dat het voor dit jaar niet mogelijk zal zijn de rente ad 32.169.30'/2 bij de boekwaarde bij te schrijven. Indien dit vermoeden juist mocht blijken te zijn, zou een wijziging in de gemeente-begrooting voor 1923 moe ten worden aangebracht, in dien zin, dat het bedrag dezer rente ten laste van den gewonen dienst moet worden gebracht. Mocht echter de verkoop van den grond in die mate toenemen, dat ook de rente uit het reservefonds kan wor den gekweten, dan zal door de commis sie daarvan tijdig kennis worden ge geven. In verband met het bovenstaande hebben wij de eer uwe vergadering voor te stellen le. de lijst der geschatte waarde van de gronden tot een totaal bedrag van 675.446.40 vast te stellen en deze waarde in de boeken van het grondbedrijf over te nemen. 2e. de verordening op het gemeen telijk Grondbedrijf in dien zin te wij zigen, dat alléén de som der verplichte Als u dat niet op dien toon had gezegd, zei hij onzeker, zou ik hebben gedacht, dat u zich over mij vroolijk wilde maken. Maar 't klonk, alsof u uit eigen smartelijke ervaring sprak. O, ik bid u van harte, laat het mij weten, als u iets krenkends overkomen is. Ik heb immers geen inniger wensch dan u blij en gelukkig te zien Ik dank u voor uwe vriendelijke bedoeling, mijnheer Rudek Maar u geeft aan mijn woorden meer beteeke- nis dan ze hebben. Het komt bij nie mand op, mij te krenken, en dat men een tooneelspeelster anders behandelen zou dan een prinses, kon ik wel vooruit begrijpen. Zij had zijn onrust met scherts wil len verdrijven, maar Rudek geloofde blijkbaar nog niet, dat haar terugge keerde vroolijkheid niet gekunsteld was. Men mag u echter bepaald niet anders behandelen dan als een dame uit de beste kringen, riep hij levendig uit. Het zou mij onverdragelijk zijn te denken, dat men hier gebrek toonde aan den verschuldigden eerbied voor u. Alleen als uw beroep u gelukkig maakt, mag u het trouw blijven, en op denzelf den dag, waarop u de verplichtingen tegenover het theater als een drukken- den last gevoelt, moeten ze ook wor den opgeheven. Zijn ijver deed Ilse glimlachen. Maar het was een gelukkige glimlach, want die ijver deed haar zoo onuitsprekelijk goed. Zoo erg is het toch nog niet, zei aflossing telken jare wordt bijgeschre ven, waardoor de boekwaarde van den grond slechts met het bedrag der af lossing wordt verhoogd. Een exemplaar der gewijzigde veror dening wordt ter vaststelling aange boden. Naar aanleiding van een vacature, welke is ontstaan door het aan den heer J. W. Roskes door U verleende eervol ontslag als regent van het gast huis, alhier, hebben wij de eer uwe vergadering hierbij aan te bieden, de door het bestuur van genoemde instel ling ingezonden aanbeveling, teneinde in genoemde vacature te voorzien 1. de heer H. C. Wesseling, directeur der Kon. Mij. „de Schelde alhier 2. de heer G. A. Bor, technisch amb tenaar der telegrafie alhier. In een overgelegd rapport van den commandant der brandweer wordt ons de vraag in. overweging gegeven, of het mogelijk zou zijn in de geldelijke gevolgen van een ongeval bij de uit oefening der brandweerdiensten door het personeel, te voorzien. Het ongeval, met doodelijken afloop, hetwelk een paar weken geleden een brandweerman te Eindhoven trof, gat thans aanleiding tot het stellen van genoemde vraag. Bij sommigen van het personeel had het ongeluk te Eindhoven ongerustheid verwekt en, ofschoon men ten volle vertrouwen stelde in den rechtvaardig heidszin .van het gemeentebestuur, zou men toch gaarne zien, dat de raad zich, zij het dan ook slechts in algemeene termen, wilde uitspreken ten gunste eener billijke schadeloosstelling, in den vorm van een tegemoetkoming in de verpleegkosfen, pensioen bij blijvende invaliditeit, of weduwenpensioen, inge val een ongeval den dood van een bij de brandweer dienenden tengevolge mocht hebben. Ofschoon een ongeval bij de brand weer alhier hoogst zelden voorkomt, zelfs in een reeks van jaren niet heeft plaats gevonden, achten wij ons ver plicht de in den boezem van het brand weercorps gevoelde ongerustheid, voor zoover het in ons vermogen ligt, weg te nemen. Wij zijn ervan verzekerd, dat aan het op doelmatige wijze verbeterde hulp materiaal door den actieven comman dant der brandweer alle aandacht wordt geschonken, maar desniettemin is het voorkomen van ongelukken, door oorzaken, van den brandweerdienst onafhankelijk, geenszins uitgesloten. 'De geringe belooningen, aan de functies bij de brandweer verbonden, geven op grond van de Ongevallenwet een geheel onvoldoende uitkeering bij het plaats hebben van een ongeluk. Het geheele personeel bij een verze keringsmaatschappij onder te brengen verdient geen aanbeveling met het oog op de belangrijke, jaarlijks terugkee- rende, premies. Waar, zooals wij boven hebben uit eengezet, het voorkomen van een on geval zóó zelden plaats heeft, wil het ons toeschijnen, dat de gemeente het risico van de geldelijke gevolgen van een ongeval wel kan dragen. In verband hiermede zouden wij U willen voorstellen dit beginsel te aan vaarden en voorts te besluiten, dat, in dien bij de uitoefening van brandweer diensten, in den ruims ten zin van het woord, de commandant of een lid van ze geruststellend. Al wat ik daar heb gezegd, was het gevolg van een voor bijgaande stemming. Als ik morgen eerst eens succes heb wie weet, of dan mijn fooneelspelersberoep wel voor een vorstenkroon te koop zou zijn Die laatste ondoordachte woorden berouwden haar terstond, toen zij zag, hoe stil en gedrukt zij den man aan hare zijde hadden gemaakt. ik wensch u natuurlijk van gan- scher harte zoo'n succes, zei hij be drukt na lang zwijgen, en ik verlang niets beters, dan u morgen daarmee te kunnen feliciteeren. Maar als als tl ooit verlangen zult gevoelen uwe kunst te verlaten of als u om eenige andere reden een vriend noodig mocht hebben een werkelijk trouw, onbaatzuchtig vriend, juffrouw Ilse Hij aarzelde. Zij echter keek hem vol aan en antwoordde zacht Dan zal ik stellig mij geen ander toevertrouwen, dan u, mijnheer Rudek 1 Over zijn eerlijk gelaat vloog het weer als iouter zonneschijn, en in zijne vreugdfe drukte hij haar arm, dat Ilse met moeite een zachten kreet onder drukte. Wat maakt u mij gelukkig en hoe dankbaar ben ik u voor deze be lofte En als ik nu onbescheiden ge noeg was, nog meer te begeeren dan dat als ik Stil zei ze met gloeiende wan gen. De anderen kunnen ons immers hooren. Morgen, na de voorstelling 1 U zal me toch voor den schouwburg wachten nietwaar Rudek had in INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. ZIJN UW HANDEN EN LIPPEN pijnlijk, schraal of gesprongen door de koude, gebruik dan de heerlijk verzach tende en snel genezende Purol. In doo- zen van 30, 60 en 90 ets. Bij apoth. en drogisten. het personeel een lichamelijk letsel mocht bekomen, waardoor de dood, of blijvende invaliditeit, hetzij geheel of gedeeltelijk naar het oordeel van uwen faad mocht ontstaan, aan de weduwe en weezen, of aan de(n) gene(n) in wiens onderhoud hij voor zag of hielp voorzien, dan wel aan hem zelf, behalve de kosten van eventueele geneeskundige hulp en verpleging, een jaarlijksche uitkeering zal worden toe gekend, waarvan het bedrag, in elk voorkomend geval, door uwen raad zal worden vastgesteld in verband met den financieelen toestand van hem of van zijn of het gezin, in wiens on derhoud hij voorzag of hielp voorzien, en den duur waarvoor het wordt ver leend, hetzij al dan niet na verlenging, wordt bepaald. Op deze wijze achten wij de belan gen van den betrokkene het meest ge waarborgd. Door in een verordening alle mogelijke gevallen op te sommen, waarin een uitkeering zou worden ge geven en de bedragen te noemen, waarop iemand recht zou hebben, zou den in voorkomende, onvoorziene, ge vallen groote onbillijkheden kunnen worden begaan. Wij hebben derhalve de eer U voor te stellen, in bovengenoemden zin te besluiten. Onder weder aanbieding van het in uwe vorige vergadering in onze han den om bericht en raad gestelde adres van het hoofdbestuur der schippers- vereeniging „Schuttevaer", houdende verzoek vrijstelling te verleenen van het betalen van kade- en liggeld voor bin nenschepen, welke hetzij om te over nachten of den Zondag te vieren, hetzij wegens mist, slecht weer of gemis aan sleepgelegenheid op hun doorvaart te Vlissingen worden opgehouden, en tot opruiming van het Oostelijk deel van het voormalig Kettinghoofd in de Voor haven te willen overgaan, hebben wij de eer U het navolgende mede te dee- len. Wij stelden dit adres in handen van den directeur van het havenbedrijf om advies, die ons in zijn rapport mede deelt, dat noch des Zondags, noch bij overmacht kade- en liggeld wordt ge heven, zoodat dit herhaald verzoek om vrijstelling in de door adressant aan geduide gevallen hem geheel onnoodig voorkomt. Met deze meening van den directeur van het havenbedrijf kunnen wij ons volkomen vereenigen. Bij de algemeene herziening der ha venverordeningen, 'welke met de vol tooiing van de verbeterde buitenhaven, aan de orde zal moeten worden gesteld, zou kunnen worden overwogen de vrij stelling van het kaai- en liggeld op den dag der Zondagviering e.d. in die voor schriften op te nemen. Aan het verzoek van adressant tot opruiming van het Oostelijk gedeelte van het voormalig kettinghoofd, is reeds bij den aanvang der thans aldaar ter plaatse verricht wordende werk zaamheden, ten dienste van het loods wezen, voldaan. Op grond van het bovenstaande heb ben wij de eer U voor te stellen ons te machtigen het hoofdbestuur van ge- zijn ijver niet bemerkt, dat zij reeds het huis hadden bereikt, waarin de twee woonden, en dat de vooraangaanden reeds op hen wachtten. Stellig tot morgen dus 1 kon hij Ilse nog juist toefluisteren, waarop deze zijn arm los liet en zich tot den regeeringsbouwmeester wendde, die hoffelijk maar met ernstig gelaat zijn hoed afnam ten afscheid. Ik hoor uit de mededeelingen van uw broeder, dat wij u morgen tenge volge van de taak, die u morgenavond hebt te vervullen, niet lastig mogen vallen. Misschien echter zal het mij vergund zijn, u na de voorstelling mijn gelukwensch aan te bieden. Daarop zou ik slechts kunnen antwoorden, als ik zeker was, dal er reden tot gelukwenschen zat zijn, ant woordde zij vroolijk maar in den klank van hare stem was iets als met moeite onderdrukte blijdschap, alsof zij het geluk reeds met vaste handen hield'. Er yvas werkelijk geen fijn oor voor noodig, óm dien verraderlijken klank te vernemen. Of ook Steinacker hem ge hoord had, verried zich niet op zijn onveranderlijk droog gelaat. In elk geval dus tot weerziens, beste juffrouw 1 zei hij, nogmaals bui gend. 'Ik moet naar het regeeringsge- bouw houdt u mij een eindje ge zelschap Rudek (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1923 | | pagina 1