WOENSDAG 7 NOVEMBER
No 263 61e Jaargang 1923
maakt tafels, deuren
en kasten als nieuw.
Vraagt
ons Geschenken-album.
GEMEENTEBESTUUR
BINNENLAND
FEUILLETON
ZIJN PROEFJAAR.
VL1SS1NGSCHE COURANT
8MGEZONDEN WIEDEDEELINGEW.
Oe Lever's Zeep Maatschappij, Vlaardingen
Fabrikanten van LUX en TWINK.
ABONNEMENTS-PRIjS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren ƒ2.20 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk ƒ2.50. Week-abon-
nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIEPRIJS.
Van 14 regels 1.10 voor iedere
regel meer 26 centbij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen
van 1—5 regels 65 centiedere regel meet
?3 cent, bij contante betaling.
Familieberichten van 16 regels ƒ1.70,
iedere regel meer 26 cent.
VEEARTSENIjKUNDIG STAATS
TOEZICHT.
De Burgemeester van Vlissingen brengt
ter openbare kennis, dat de Minister van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw heeft
goedgevonden
A. in te trekken zijn beschikkingen van
17 October jl. Directie van den Landbouw,
no. 2041 en 2051, 3e Afd., waarbij werd
verboden het vervoeren of doen vervoeren
van herkauwende dieren en varkens, res
pectievelijk naar een kring, omvattende de
provinciën Friesland, Groningen, Drenthe
en gedeelten van de provinciën Overijssel
en Gelderland en naar een kring, 'omvat
tende de provincie Zeeland
B. met ingang van 30 October 1923, het
vervoeren of doen vervoeren van herkau
wende dieren en varkens uit het buiten
onderstaande kringen vallende gëdeelte
des rijks te verbieden naar
a. een kring omvattende de provinciën
Friesland, Groningen, Drenthe, de provin
ciën Overijssel, Gelderland en Noord-Bra
bant, voor zoover dez>e gelegen zijn ten
Oosten van een grenslijn vanaf de Zuider
zee gerekend, gevormd door den IJssel,
de Grift, of Apeldoornsche Kanaal, het
Dierensche Kanaal, den IJssel, den Rijn, de
Waal tot Nijmegen, en de spoorlijn Nij
megen, Ravenstein, 's-Hertogenbosch, Til
burg, Baarle-Nassau grens en het Noorde
lijk dee! der provincie Limburg tot en met
inbegrip van de gemeenten Susteren en
Roosteren, alsmede de eilanden Vlieland
en Terschelling
b. een kring omvatende de provincie
Zeeland.
Het onderling vervoer van bovenbedoeld
vee naar de beide kringen is geoorloofd
mits dit geschiede in gesloten, verzegelde
spoorwagens.
C. Te bepalen, dat, wanneer bijzondere
redenen afwijking van het sub B bedoelde
verbod noodzakelijk maken, zoodanige af
wijking kan worden toegestaan door den
Commissaris der Koningin in de provincie
van bestemming, onder de door den betrok^
ken Inspecteur van den Veeartsenij-kundi-
gen Dienst aan te geven voorwaarden.
Vlissingen, 7 November 1923.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Kabinets-crisis.
In een zeer druk bezochte vergade
ring der anti-rev. kiesvereeniging te
's-Gravenhage spraken Maandagavond
de Kamerleden mr. V. H. Rutgers en mr.
J. A. de Wilde over „de verwerping der
Vlootwet en de Kabinetscrisis."
Mr. Rutgers vatte zijn betoog ten
slotte samen in de volgende drie stel
lingen
I. Waar een kabinet uit een parle
mentaire meerderheid voortkomend en
daarmede verband houdende door de
bevestiging van den volksinvloed op
het staatsbestuur van de alleen hoogste
beteekenis is, behoort uit een meerder
heid, die een kabinet omverwerpt, een
nieuw kabinet voort te komen.
47)
Dora, die dwazin, heeft zich niet al
leen beroofd van haar eminenten direc
teur, maar ze heeft zich levens den weg
tot haar geluk afgesneden. Maar ik zal
me niet meer in deze zaken mengen, de
hemel beware me daarvoor Men heeft
er niets dan narigheid van. Het is een
booze tijd, men komt niet meer uit de
ergernis en de opwinding
„Heel verstandig van Spalding",,
dacht de geheimraad voort, „dat hij
naar Amerika wit gaan, dan stopt hij
hier alle praatjes-monden. De vrouwen
blijven altijd ontoerekenbaar en ik heb
ze, geloof ik, mijn heele leven nog niet
juist kunnen beoordeelen. Dat moet
mijn verontschuldiging tegenover Spal
ding maar zijn. Als Dora Buchwald niet
gauw besluit er een naamtooze ven
nootschap van te maken en weer op
nieuw met haar vrouwenheerschappij
begint, zal ze haar werken heelemaal
naar den kelder helpen. Maar wat gaat
mij dat aan Ik wil met de heele zaak
niets meer te maken hebben. Ik heb het
ïecht, boos te zijn, want i k heb Spal
ding hierheen gehaald Dora had hem
niet mogen ontslaan, zonder met mij
overlegd te hebben. Dit ontslag kan
voor mij ook gelden als een votum van
wantrouwen.
Hij was dus niet ontrouw en opper
H. Voor een anti-revolutionair be
staat er, nu evenmin als voorheen, re
den om de overtuiging op te geven, dat
een kabinet, dat voortkomt uit en ge
steund wordt door de drie groepen der
rechterzijde voor Nederland zeer ge-
wenscht te achten is.
III. De houding van de 10 R. Kath.
leden der Tweede Kamer, die de Vloot
wet verwierpen en het kabinet hielpen
ten val brengen, met de daarachter
liggende bedreiging van het bezuini
gingsprogram, doet het vergeetsche
moeite zijn om een rechtsch kabinet te
doen optreden, dat zijn program niet
zou kunnen uitvoeren en over een
maand wellicht weder ten val zou ge
bracht worden.
ln een manifest van de S. D. A. P. en
het N. V. V. wordt er 0.111. op gewezen,
dat een bezuiniging van tientallen mil-
lioenen op leger en vloot mogelijk is.
Opheffing van de geldverspillende
versnippering op het gebied van het
onderwijs kan millioenen besparen vol
gens het manifest zonder de cultureele
waarde aan te tasten, zonder het ze
vende leerjaar op te heffen en zonder
nieuwen onderwijsstrijd te ontketenen.
Een - stelselmatige reorganisatie van
de departementen, diensten en bedrij
ven van den staat kan eveneens vele
millioenen besparen.
Het manifest geeft dan verder een
democratisch program, wat, naar ge
zegd wordt, in de komende jaren ver
wezenlijkt zou kunnen worden, wan
neer de burgerlijke democraten en in de
eerste plaats de katholieke arbeiders
beweging met ons willen medewerken.
Tenslotte wordt o.a. verklaard, dat
het onmogelijk zal blijken, dat eenig
bezuinigingsprogram kan worden door
gevoerd, alvorens de kiezers zich over
het thans te volgen regeeringsbeleid
hebben uitgesproken, hetgeen Kamer
ontbinding onvermijdelijk zou maken.
„Het Volk" bericht, dat de heer
Troelstra, indien hij uitgenoodigd
werd, er niet aan zou denken, in een
ministerie plaats te nemen. Zijn ge
zondheidstoestand reeds zou hem be
letten, zulk een positie te aanvaarden.
Tweede Kamer.
Naar wij vernemen, bestaat het voor
nemen een openbare vergadering van
de Tweede Kamer bijeen te roepen te
gen het midden der volgende week.
Dit houdt verband met het dezer da
gen bij de Kamer ingekomen initiatief-
wetsontwerp van den heer Fleskens, no
pens verlenging van bet zgn. Schoenen
wetje, van welk inkomen, naar parle
mentair gebruik, wanneer het betreft
een door een Kamerlid ingediend ont
werp, in openbare vergadering mede-
deeling moet worden gedaan en tevens
de beslissing moet worden genomen
omtrent het zenden van het wetsont
werp naar de afdeelingen.
De actie tegen de Vlootwet.
Op de vragen van den heer Kersten
betreffende het door een ambtenaar ten
postkantore te terseke aan bezoekers
van dit kantoor aan het loket ter teeke-
ning aanbieden van het adres tegen de
Vlootwet, luidt het antwoord van den
heer Van Swaay, minister van water
staat, als volgt
Uit een onderzoek is het volgende
gebleken. Iemand, die zich aan het loket
van het postkantoor te terseke vervoeg
de voor postaangelegenheden, begon na
de afdoening daarvan met den loket
ambtenaar een gesprek over het Vloot
wet-ontwerp. Als gevolg daarvan gaf
hij den ambtenaar zijn wensch te ken
vlakkig geweest, hij had niet met haar
hart gespeeld. Nooit had hij mevrouw
Glover bemind, hij was goed en ge
trouw
Dat was het resultaat van de over
peinzingen, die Dora den heeten nacht
wakker hadden gehouden. Hij was
standvastig en goed, dat was de heer
lijke kern (ter berichten die Kersten aan
Dora had gebracht.
Werner was ook voor Dora opge
treden met de wapens in de hand hij
had niet geduld, dat zij in zijn tegen
woordigheid beleedigd werd. Welis
waar rekende Dora dit hem niet zoo
hoog aan, hoewel ze zijn ridderlijkheid
zeer waardeerde doch het voornaam
ste was, dat hij haar liefhad en daarom
niet kon velen, dat er verachtelijk over
haar gesproken werd.
Op dat diepe zielsverdriet was een
stralende blijdschap gevolgd. Ja, ze
hoorde iets jubelen daar binnen. Ze
mocht liefhebben en vertrouwen en ze
werd wederkeerig ook bemind. Dit
bewustzijn was de vergoeding voor de
laatste moeilijk doorworstelde dagen
en weken.
Ze had iemand lief en vond weder
liefde Uit ijverzucht, uit onbekendheid
met de gebeurtenissen, uit overijling
had zij den man harer liefde zwaar ge
kwetst en beleedigd. Dat was natuurlijk
zeer onrechtvaardig van haar en het
was haar plicht, onverwijld dit onrecht
goed te maken. Hoe dat moest gebeu
ren, wist Dora niet en ze vermoedde
wet, dat haar dit zwaar zou vallen, ja,
nen om zijn handteekening te plaatsen
op een lijst, die dien ambtenaar door
zijn vakvereeniging was toegezonden.
Hetzelfde geschiedde in aansluiting
aan dit gesprek nog door een ander
persoon.
Uit het bovenstaande blijkt, dat de
ambtenaar het anti-Vlootwet-adres niet
aan het publiek ter teekening heeft
aangeboden.
Niettemin is de handelwijze van den
ambtenaar, het in diensttijd door ge
sprekken met het publiek zich bezig
houden met politieke aangelegenheden,
ontoelaatbaar. Hij is deswege ernstig
onderhouden.
De gewezen Duitsche kroonprins.
De berichten omtrent een mogelijken
terugkeer van den Duitschen ex-kroon
prins hebben te Londen een zekere ver
warring veroorzaakt, aangezien nie
mand met deze mogelijkheid rekening
had gehouden en het vredesverdrag
dan ook geheel van hem zwijgt. Men
beseft, dat Nederland geen recht heeft
hem tegen zijn wil op Wieringen te
houden, als hij het land zou willen ver
laten en dat het ook tegenover de en
tente geenerlei verplichtingen heeft
hem aangaande. Doch men heeft zich
verbaasd, dat de Duitsche regeering
hem den terugkeer zou willen toestaan,
vooral in de tegenwoordige troebele
omstandigheden. Naar het schijnt zou
de Duitsche regeering zich bij haar be
sluit hebben laten leiden door de over
weging, dat de monarchistische actie,
die voor haar bestaan en dat der re
publiek een gevaar zou kunnen worden,
juist door zijn terugkeer aan kracht
zou kunnen inboeten, daar de monar
chisten dan niet allen, zooals thans,
achter de Wittelsbachen staan en ver
moedelijk een splitsing zou volgen
tusschen de aanhangers der twee dy
nastieën.
Toelating van een raadslid.
In ons nummer van 27 October jl. is
opgenomen een bericht, betreffende de
vernietiging van een besluit van den
raad der gemeente Arnhem, waarbij
de heer Van Roekei als rentmeester van
het nieuwe of armenweeshuis te Arn
hem niet als lid van den raad werd
toegelaten.
Dit bericht geeft niet geheel juist
het geval weer. v
Gedeputeerde Staten van Gelderland
hadden in beroep gehandhaafd de be
slissing van den gemeenteraad tot niet
toelating van den heer Van Roekei op
de volgende gronden
Overwegende, dat de niet toelating
van den heer Van Roekei plaats had op
grond van een bij zijn geloofsbrief
overgelegde verklaring, volgens welke
door hem o.a. wordt bekleed de betrek
king van rentmeester van het nieuwe
of armenweeshuis, welke betrekking
naar 's raads meening moet geacht
worden te behooren tot de in art. 23,
sub g der Gemeentewet genoemde,
met het lidmaatschap van den Raad
onvereenigbare betrekkingen.
(Art. 23g het lidmaatschap van den
raad is onvereenigbaar met de betrek
king van ambtenaar, met het ontvan
gen of uitgeven der gelden van de ge
meente belast, of aan eenige aan het
gemeentebestuur ondergeschikte ad
ministratie, rekenplichtig)
Gedep: Staten overwogen voorts, dat
door apellanten hiertegen wordt aan
gevoerd, dat het nieuwe of armenwees
huis niet een aan het gemeentebestuur
ondergeschikte administratie zou uit
maken.
als ze een man geweest was, dan had
ze het recht gehad, naar Werner toe te
gaan, hem de hand te reiken en te
zeggen
„Ik heb je onrecht aangedaan dat
doet me bitter leed vergeef me daar
om en blijf me genegen, evenzeer ais je
het vroeger was."
Als Vrouw kon ze dezen stap niet
doen, direct noch indirect. Ze kon tegen
Werner onmogelijk zeggen „ik heb
me door ijverzucht, door dwaze, razen
de ijverzucht laten verleiden, maar ik
heb je lief en waande me door je be
drogen."
Dat koh en mocht ze hem niet zeg
gen, want de vrouw mag nu eenmaal
den man haar liefde niet verklaren. Het
was moeilijk, haar daad weer goed te
maken maar het moest haar ge
lukken en Dora wist het zou haar ook
gelukken. De liefde, het bewustzijn van
de heilige gevoelens, die ze in zich om
droeg, het bewustzijn ook zelf bemind
te worden, had in Dora alle sluimerende
vrouwelijke krachten gewekt. :Zij kwam
zichzelven voor als een bevrijde, als
iemand die van een zwaren drang is
bevrijd. Ze voelde zich zelfstandig als
nooit te voren, ze was moedig en sterk
genoeg om zelfs de grootste moeilijk
heden te overwinnen.
Wat had haar eigenlijk gebracht tot
haar dwaasheid en overijling. De onaf
gebroken stokerijen van tante Schotte-
lius Neen, Dora zocht waarlijk niet
naar een zondebok, ze wist wel in hoe
verre zij zelf schuld had, doch haar
Gëdep. Staten overwogen verder, dat
de betrokken instelling behoort tot die,
fenoemd in art. 2, te lid, sub a der
rmenwet, welke instellingen, ook waar
deze hare eigen fondsen hebben, niet
temin volgens de bepalingen dier wet
in een toestand van ondergeschiktheid
verkeeren enz.
Dat derhalve de heer Van Roekei,
die als rentmeester aan een dergelijke
instelling, rekenplichtig is, bij de aan
gevallen beslissing, naar het oordeel
van Gedep. Staten, terecht niet als
raadslid is toegelaten.
Tegen genoemde beslissing van Ged.
Staten werd bij de Koningin in beroep
gegaan.
De Kroon overwoog 0.111. in haar be
sluit van 23 October jl., no. 29, dat G.
van Roekei in beroep aanvoert, dat hij
ten stelligste ontkent, dat de verhou
ding, waarin de administratie, waar
aan hij als secretaris-rentmeester re
kenplichtig is, tegenover het gemeen
tebestuur staat, er een van onderge
tante had tegen Werner geïntrigeerd
sedert den dag, dat hij in Saarkirchen
gekomen was.
Nu vielen Dora de schellen van de
oogen. Ze begreep, waarom tante
Schottelius Werner zoo vijandig was.
Hij bracht haar plannen in de war zij
werd overbodig als hij met Dora trouw
de. Dora schaamde zich over haar on
zelfstandigheid, over de gemakkelijk
heid, waarmee ze zich had laten beïn
vloeden door de intriges van haar tante.
Ze had toch altijd gewëten, dat haar
tante boosaardig en kwaadsprekerig
was en trots dat had ze zich zoo laten
ompraten.
Ze dacht er aan, hoe ze voor weinige
weken, in Berchtesgaden, op haar mor
genwandeling zich zelve beloofd had,
haar overtuiging getrouw te blijven
ze had dit moeten doen, ook nadat ze
bij haar terugkeer in het hotel dien
hevigen slag kreeg, dien de brief van
juffrouw Wolf veroorzaakte. Ze had
misschien wet mogen twijfelen, echter
geenszins had ze Werner mogen ver-
oordeelen, alvorens béter op de hoogte
der zaken te zijn.
Ja, ze moest het weer goedmaken
ze moest Werner dwingen, haar vergif
fenis te schenken.
Alle beminnelijkheid, waarover een
vrouw beschikt, wilde ze in het werk
stellen om den beleedigden man te ver
zoenen. Vroeger zou ze zich zelf een
dergelijke taak niet hebben toever
trouwd nu echter wist ze, dat haar
liefde ook deze hinderpalen zou kunnen
schiktheid zou zijn dat waar het ge
meentebestuur, krachtens de desbetref
fende bepalingen der Armenwet, de
benoeming van een secretaris-rent
meester, de vaststelling van het regle
ment en de controle op het financieel
beleid in handen heeft, dit alles wijst
op een algemeene controle, maar
geenszins op bevoegdheden, die gele
genheid zouden verschaffen om invloed
uit te oefenen op de gestie van het be
stuur, veel minder van den secretaris
rentmeester, te minder waar het wees
huis geheel uit eigen fondsen wordt
beheerd dat de commissie van bestuur
van het nieuwe of armenweeshuis wel
rekenplichtig, maar geenszins onder
geschikt aan het gemeentebestuur is te
noemen.
Ten slotte overwoog de Kroon nog,
dat de rentmeester van het nieuwe of
armenweeshuis te Arnhem weliswaar
door het gemeentebestuur werd be
noemd, maar noch aan dat bestuur on
dergeschikt is en derhalve niet is te
beschouwen als ambtenaar.
overwinnen.
De brief, dien ze van geheimraad
Kersten ontving, was heel onaange
naam en beschamend, maar hij was
ook een gevolg van haar handelwijze
en dus moest ze dit ook maar verdra
gen. Het sprak vanzelf, dat oom Kersten
later ook wel weer anders over haar
zou gaan denken. Nog had zij vier
maanden den tijd, nog had zij zooveel
gelegenheid met Werner samen te ko
men en hem te toonen, hoe zij werkelijk
over hem dacht, dat zij wel hoopte, het
weer in orde te kunnen maken Werner
hield toch van haar, en wie liefheeft,
vergeeft gaarne. Zeker zou hij nu ver
driet hebben, evengoed als zij ook had
geleden en als ze gedaan had naar haar
eigen wil, zonder te letten op gewoon
ten en welvoegelijkheid, dan zou ze
door het berkenboschje naar zijn huis
zijn gesneld, hem om den hals zijn ge-
zallen en uitgeroepen hebben
„Mijn lieve Werner ik ben een zot
tin geweest en heb je verdriet gedaan.
Hier ben ik om je te zeggen ik wil je
vrouw zijn en alles goed maken, wat
ik misdreven heb."
Hij had haar lief en daarom zou hij
op den duur niet boos kunnen blijven
op haar, als hij zag, hoe het eigentijk
met haar gevoelens stond.
Dora was zoo veranderd, zoo rustig,
zoo vroolijk, dat mevrouw Schottelius
haar hoofdschuddend aanzag. Van
Werner's ontslag wist ze niets af.
(Wordt vervolgd.)