1000
150
100
25
Eerste Blad
Uitgavefirms F. Uü DE VELDE jrjtasl 5S, flninp, Iel. tec. 10. Posirtóng 00287
Versehpt dagelijks, uitpuilden! op Isrès en algemeen erkende Christelijke feestdagen
I
I
I
GEMEENTEBESTUUR
Nederlandsch Fabrikaat.
FEUILLETON
ZIJN PROEFJAAR.
Beursbeschouwingen
VUS5IMGSCHE COURANT
ABGNNEMnNTSPRIjSVoor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20
per 3 maanden. Franco door het geheele rijk 2.S0. Voor België 4.15.
Voor overige landen der Post-Unie 4.70. Afzonderlijke nummers 5 ceni.
ADVERTENTIEPRIJS: Van 1 —4 regels 1.10voor iederen regel meer 26 ct
Familieberichten van 1—6 regeis 1.70, Bij abonnement speciale prijs.
Reclames 52 cent per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 13 ct. per regel
TJe abonné's in 't bezit eener
Polis, zijn GRATIS verze-
ïerd tegen ongelukken voor:
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
UUU een ongeluk. HUQJ
gulden bij verlies
van een hand,
voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim.
gulden bi: verlies
van een
wijsvinger.
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
ONTTREKKING GROND AAN DEN
OPENBAREN DIENST.
Burg. en Weth. van Vlissingen brengen
ter openbare kennis, dat bij hen is ingeko
men een verzoek van de Koninklijke Maat
schappij „de Schelde", scheepsbouw- en
Werktuigenfabriek, alhier, om in eigendom
van de gemeente te verkrijgen een gedeelte
van de Dokkade, ter breedte van 11 Meter
en ter lengte van 71 y2 Meter, gemeten
langs de waterzijde en vanaf het hek, af
sluitende het terrein van deze fabriek aan
genoemde kade, kadastraal bekend ge
meente Vlissingen, Sectie D no. 1704 ge
deeltelijk
dat een eventueele inwilliging .van dit
verzoek 'door den gemeenteraad tengevolge
zal hebben, dat dit gedeelte van de Dok
kade, aan den openbaren dienst zal wor
den onttrokken, teneinde aan adressante te
kunnen verkoopen
noodigen de eigenaars en de bewoners
der aan de Dokkade gelegen perceelen, als
mede een ieder, die tegen een eventueele
onttrekking van dit kadegedeelte bezwaren
mochten hebben uit, deze schriftelijk bij hun
college in te dienen vóór 6 October a.s.
Vlissingen, 21 September 1923.
Burg. en Weth. voornoemd,
M. LAERNOES. L.B-
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
ONVEILIGHEID VAARWATER.
Schietoefeningen.
De Burgemeester van Vlissingen maakt
aan zeevarenden bekend, dat op 9, zoo
noodig ook op 10 October 1923 ten Zuiden
van het licht van Kaapduinen, nabij Dis
hoek schietoefeningen zullen worden ge
houden.
De xoacd,xxeiJighei.d. J,enemen.voor
zorgsmaatregelen liggen voor belangheb
benden ter Secretarie dezer gemeente ter
inzage.
Vlissingen, 29 September 1923.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
Er behoeft waarlijk niet nog eens
de nadruk op te worden gelegd, hoe
in economisch opzicht de tijden ernstig
zijn hoe de malaise allerwege zich
doet gevoelen hoe in toenemende
mate het grimmig spook der werkloos
heid in tal van takken van bedrijf
rondwaart hoe somber, ja moedeloos
de vooruitzichten van handel en nijver
heid er voor den aanstaanden winter
uitzien. „Werkloosheid heerscht in ern
stige mate", zegt de Troonrede, en kort
daarvoor wordt van het kwijnen van
onzen landbouw en scheepvaart, onzen
handel en nijverheid gewag gemaakt,
„omstandigheden, die veerkracht
noch vlijt vermogen te dwingen."
23) -
„Afgesproken zei Werner. „En nu
wou ik u nog vragen, of ik de nieuwe
plannen voor de Theresia-werken direct
aan u, of aan het hoofdkantoor zal
zenden. Ik hoop, vóór Zaterdag de vol
ledige ontwerpen ook in het net ge
schreven, klaar te hebben. De teekenin-
gen, die naar mijn schetsen gemaakt
worden, zullen dan ook wel klaar zijn."
„Zend1 ze maar naar het hoofdbu
reau", zei Kersten, „ze worden dan on
middellijk via mij aan juffrouw Buch-
wald toegestuurd. Omdat je het gaarne
zoo wilt, zullen we den officieelen weg
zorgvuldig bewandelen. Het is ten slot
te slechts een formaliteit ik heb ie al
gezegd, dat je niet behoeft te twijfelen
of je plannen worden goedgekeurd."
„Ik zou ook graag een nieuwe dou
che-gelegenheid bij de Jusiinus-mijn
hebben", zei Werner, „en ik zou zelfs
heel graag willen dat ik de machtiging
daartoe had. De werklui, die in het
nieuwe gedeelte w.erken, komen gere
geld geheel bezweet boven.
Volgens de voorschriften moeten zij
van kleeren verwisselen hun natte
plunje wordt in een afzonderlijke loods
opgehangen om met heete lucht te wor
den gedroogd.
Dc werklui moeten dan een bad ne
men, maar daar gaat veel te veel tijd
Inderdaad, dwingen laten zich de.
huidige omstandigheden allerminst,
daar zij. immers ontstaan zijn en hun
kracht ontkenen blijven aan veelom-
vangrij.ker en diepere oorzaken, dan in
de macht van een klein volk ligt, om
deze te wijzigen en te verbeteren. Van
daar dan ook dat zoomin nationale in
spanning of arbeidzaamheid, onderne
mingslust of durf hier afdoende baten
kunnen. En toch eischt de toestand
dringend hulp, dringend verlichting.
Doch wie vermag deze te brengen
Vandaar dat, hoe noode ook, wij ons,
hopelijk niet voor langen tijd, zullen
moeten gewennen, zoo goed en kwaad
als het gaat, aan een toestand, waarin
we ons veel van de gerieflijkheden des
levens zullen te ontzeggen hebben, en
dankbaar mogen zijn zoo wij het aller-
noodigste nog niet behoeven te derven.
Helaas, zoovelen zijn er, die ook met
het zekere vooruitzicht daarop, den
grimmigen wintertijd te gemoef gaan.
Want overal wordt met reden ge
klaagd over de malaise en haar gedeel
telijken of geheelen stilstand in zaken
geen dag gaat voorbij of werkloosheid,
werkloozensteun, weijdoozenverzeke-
ring komt in gesprek of geschrift te
berde. In welk een mate het Nederland-
sche volk, niemand daarvan uitgezon
derd, zijn schadelijk deel aan de groote
werkloosheid heeft, blijkt duidelijk uit
het feit, dat ieder Nederlander ponds
pondsgewijze niet minder dan zes gul
den per jaar aan werkloozensteun be
taalt. Daarom is het ook de dure plicht
van een ieder, om al naar de omstan
digheden voor elk onzer afzonderlijk
zijn, mede te werken naar dg mate on
zer vermogens om de werkloosheid le
bestrijden.
Laat niemand meenen, dat hij of zij,
daartoe niet in de omstandigheden ver
keert. Want, sommigen in grootere, an
deren in mindere mate, ieder kan een
steentje bijdragen om den ontzaggelij
ken druk uit dien hoofde op ganseh ons
volk, in al zijn geledingen, gelegd, wat
te verminderen. Res parvae crescunt,
inderdaad vele kleinen maken een
groote, en als ieder medewerkt, dan
kan ook ten deze iets bereikt worden.
En dat is door overal en altijd, zoo
lang de huidige malaise duurt, bij ai
onze inkoopen, bij al wat we voor le
vensonderhoud, voor ons genoegen,
voor onze voldoening van hef een of
ander behoeven, slechts het product
van nationalen arbeid te vragen. Eerst
als dit er niet is, en we op geen andere
wijze onze behoeften bevredigen kun
nen, dan pas mag zich onze keus op
wat het buitenland levert, vestigen.
Wie overal Nederiandsche waar
vraagt voor zijn goed Nederlandsch
geld, wie uitsluitend Nederiandsche
producten zich aanschaft, zooveel nio-
mee verloren naar hun zin. Nu verwis
selen zij alleen van kleeding, doch blij
ven bezweet en vatten op weg naar
huis kou. De tegenwoordige badinrich
ting is onpractisch en onvoldoende
de menschen kunnen slechts groepsge
wijs in het bassin en moeten op elkaar
wachten.
Nu wilde ik een groote hall laten
bouwen, voorzien van douches elke
arbeider moet, nadat hij zijn mijnklee-
ding heeft uitgetrokken, er doorheen,
om aan den anderen kant zijn schoone
kleeren aan te trekken. Hij. moet dus
altijd en wel in den kortst mogelijken
tijd een douche nemen, zonder dat er
een oponthoud ontstaat. Ik wou dan
om een van de schoorsteenen van de
Justinus-mijn een krans-vormig reser
voir aanleggen, waarvoor de waterin
houd door de hitte van den schoorsteen
verwarmd wordt. Wij, hebben slechts
's morgens vroeg en 's avonds water
noodig, zoodat de schoorsteen telkens
twaalf uren lang het water verwarmen
'kan. De gansche aanleg zal ons onge
veer 12,000 Mark kosten, maar het is
een groote verbetering voor het werk
volk en het houdt de lieden gezond."
„Zend het plan maar naar het hoofd
bureau", zei Kersten, „daar het niet
zoo'n groote uitgave betreft, zal er wel
in bewilligd worden. Nu echter ga ik je
verlaten, want je schijnt altijd door
nieuwe voorstellen te hebben."
,,Ik dacht, dat u zooiets wel van mij
verwacht had, toen u mij hierheen
riep", zei Werner en Kersten bevestigde
gelijk als maar met de dikwijls be
perkte markten op allerlei gebied, doen
lijk is, die zal zeer zeker in niet geringe
mate bijdragen de werkloosheid in
eigen land te verminderen. Want het is
helaas een droevige waarheid, dat vol
strekt niet daar, waar Nederlandsch
fabrikaat wat duurder zou uitkomen,
velen aan buitenlandse!) fabrikaat, uit
sleur of anderzins de onverdiende voor
keur geven, een voorkeur, die onder de
huidige omstandigheden, een kwaad
genoemd moet worden. We zullen hier
bij niet de ontelbaar vele Nederiandsche
producten van. handel, nijverheid of
landbouw opnoemen, die van buiten-
landsche zijde een geduchte concurren
tie te overwinnen hebben een elk kan
in zijn omgeving zelf de vergelijking
van prijs en kwaliteit meten. Maar
daarbij moet het ons van het hart, dat
gewoonten en elkander maar napraten,
hierin op schromelijke wijze aan Neder
landsch fabrikaat den rang en hef oor
deel onthouden, waarop het naar waar
heid aanspraak maken mag, een
aanspraak, die a! wat nationaal fabri
kaat is, thans zeer zeker dubbei en
dwars zal mogen doen geiden, terwiile
niet alleen van groote groepen onzer
medeburgers, maar ook :er wille van
ons allen, niemand uitgezonderd.
De Duitsche :iN eumark"
Dekkinn en stabiliteit nag onze
ker. Aanvankelijke verbete
ring der „geallieerde" devisen.
Slappe zaken op de beurs.
Hoogere suiker- en lagere olie
prijzen in Amerika. Beweging
in Russian*. Oüewaetden.
„Hoopvolle" maar „beursledige"
berichten over de oude Russische
schuld.
Gelijk veertien dagen geleden reeds
viel te voorzien heeft de Duitsche re
geering moeten besluiten tot opheffing
van liet lijdelijk verzet en tegelijkertijd
maatregelen genomen om het geldwe
zen te reorganiseeren. De oude Papier-
mark is niet langer een bruikbaar ruil
middel en dient door een ander vervan
gen. Dit gaat echter niet gemakkelijk en
zelfs het ingenieuze plan, dat de Duit
sche regeering voor de sanierung van
de geldverhoudingen heeft uitgedacht,
laat ernstige twijfel aan de gewenschte
resultaten. Men heeft gevoeld dat vol
waardig papiergeld alleen mag worden
uitgegeven tegen ontvangst van goud of
prima handelswissels en heeft daarom
de Rijksbank geheel van de financiering
der Rijksbehoeften ontslagen. Evenals
een zuivere, gezonde circulatiebank zal
de Rijksbank slechts „goudbiljetten"
uitgeven tegen goud en wissels, maar
niet meer de Rijksschatkistbiljetten der
regeering beleenen. Wanneer men be
denkt dat deze thans duizenden mil-
die meening, terwijl hij lachend ver
klaarde „Natuurlijk wist ik, dat je een
hemelbestormer en een hervormer was.
Je zult ook in alles je zin hebben, want
iets onverstandigs zal je wel niet voor
stellen. Nu, tot Zaterdagavond ver
geet het niet Ik haal je om kwart voor
zeven met mijn rijtuig af."
Toen de geheimraad weg was, dacht
Werner bij zichzelf, alvorens hij weer
aan het werk ging „Ik had niet ge
dacht, dat de oude heer zoo'n fanatiek
skaatspeler was. Hij maakt zoo'n ophef
van de zaak, alsof zijn zaligheid er van
afhangt. Wat je toch niet beleeft van
de menschen
Daarna verdiepte hij zich in zijn be
rekeningen, totdat de brieven gebracht
werden, die door hem onderteekend
moesten worden.
Tot de personen, waarin Dora Buch-
wald het volste vertrouwen stelde, be
hoorde in de eerste plaats graaf Klin-
ter. Hij stond in ieder opzicht geheel
belangeloos tegenover haar hem kon
zij werkelijk haar vertrouwen schenken.
Ziji kenden elkander reeds als kinderen
de vaders waren met elkander bevriend
en de kinderen hadden met elkaar ge
speeld. De broers van Dora waren een
paar wilde jongens geweest, die geen
rekening hielden met het feit, dat de
kleine graaf 'kreupel was. Hij, kon daar
om met hun spel niet goed meedoen en
stoot zich onwillekeurig meer ibii Dora
aan. Zij werden echter niet meer dan
goede vrienden.
lioenen Papiermark noodig heeft, is liet
echter duidelijk dat men met de hier
boven genoemde maatregel niet kan
volstaan. Het uitgeven van. goudmarken
is gemakkelijk genoeg, maar wordt be
perkt door de aanwezige goudvoorra
den en de aanwezige handelswissels.
Was er anders geen gelegenheid om
aan „geld" te komen, dan zou de re-
geering hare betalingen moeten staken.
Want zij ontvangt slechts eenige pro
centen harer inkomsten aan belastingen
wegens de depreciatie,van de Mark. Dit
zal nu straks wel anders worden, maar
in afwachting daarvan moet zij zich
toch geld kunnen verschaffen en men
heeft daarom een nieuwe bank opge
richt, welke zich inzonderheid met de
financiering der staatsuitgaven zal be
zig houden. Deze bank zal ook bil jetten
uitgeven, die eerst „Bodenmark", later
„Sachwert Mark" en eindelijk „Neu-
mark" genoemd werd. Deze „Neumar-
ken" worden wettig betaalmiddel, hier
van moet regeering en publiek zich be
dienen en zij komen feitelijk voor de
oude Papiermark in de plaats, welke al
leen nog als „pasmunt" zal fungeeren
en tegen later vast te stellen koers zal
worden ingeruild. Nieuwe Papiermar
ken worden straks dus niet meer uitge
geven. De handel zal zich kunnen 'be
dienen van goudmarken. voor zoover
zij goud en wissels bij de Rijksbank kan
disconteeren, de regeering bedient zich
van „Neumarken". Deze worden gedekt
door een hypotheek op 3 van alle
particuliere bezit (landbouw, bedrijf,
handel en banken), waarvoor door de
betrokkenen schuldbrieven aan de re
geering moeten worden afgegeven, wel
ke 6'/2 rente dragen. De regeering
verzekert zich derhalve jaarlijks van
een bedrag, gelijk aan circa 0.2 van
het geheele Duitsche particuliere eigen
dom. Hoeveel dit zat zijn, is onbekend,
want er is zelfs nog niet meegedeeld op
"Welke wijze Tire- eigendommen - zullen
worden gewaardeerd. De hypotheek
wordt ten name van den Staat gesteld
en deze baseert hierop weer 5 rente
brieven, welke zij bij de nieuwe instel
ling tegen ontvangst der „Neumarken"
onderbrengt. De groote vraag, waar
alles nu om draait, is deze of de dek
king voor de „Neumarken" voldoende
zal blijken om de waarde op peil te
houden. De bedoeling is natuurlijk dat
die waarde aan die der goudmarken
gelijk zal zijn. maar ten opzichte hier
van heerscht er verre van zekerheid.
In de eerste plaats weet men niet hoe
groot de hypotheek is, welke de regee
ring zich op het particuliere eigendom
heeft toegekend, terwijl zij vanzelf aan
stonds op groote schaal tot de uitgifte
der „Neumarken" zal overgaan. Maar
bovendien heeft de Entente altijd nog
een eerste verband op alle particulier
bezit in Duitschland en zou zij dus het
verband der Duitsche regeering dat
on zijn beurt ook weer aan alle andere
vooraf gaat en dus een verzwakking
der bestaande hypotheken beteekent
krachteloos kunnen» maken, wanneer zij
haar rechten liet gelden. Men kan zich
Dora had er nimmer aan gedacht de
vrouw van graaf Klinter te worden.
Zelfs de titel kon haar niet verlokken
voor haar gevoel was het gebrekkige
been van graaf Klinter een beletsel om
ooit met hem in het huwelijk te kunnen
treden. Ze kon medelijden met hem
hebben, liefhebben kon ze hem niet.
Evengoed wist ze, dat omgekeerd de
graaf haar niet tot vrouw begeerde.
Edmund Klinter was evenals zijn va
der een beminnelijk man, die in den
gewonen omgang in het geheel niet op
standsverschil lette, daar zulks ook
practisch .gesproken onverstandig zou
geweest zijn. Maar heel diep in hun
hart waren de Klinters tot zekere hoog
te toch trotsch op hun afstamming en
hun graventitel. Reeds als knaap had
Edmund verklaard, nimmer beneden
zijn stand te zullen trouwen. Voor hem
was Dora, ondanks haar reusachtig
vermogen, geen partij, daar zij van
burgerafkomst was en ten slotte be
hoefde de graaf niet op geld te letten.
Hij, kon geheel de keuze zijns harten
volgen, wanneer hij slechts een levens
gezellin vond, die van zijn stand was.
Hij was aardig op we.g, zeer rijk te
worden en was er steeds op bedacht
zijn bezittingen te vermeerderen. Hij
gold om al die redenen bij mevrouw
Schottelius als volkomen ongevaarlijk.
Toen door de treurige catastrofe, waar
bij de beide broeders Buchwald den
dood vonden, Dora geheel van de we
reld werd afgesneden, verzocht Kersten
graaf Klinter, zich wat met Dora te be
1NGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN.
dus van de stabiliteit dier „Neumarken"
nog niet veel voorstellen, al moet wor
den toegegeven dat de genomen maat
regelen een eerste stap zijn op den weg
naar een gezond geldstelsel, vooral nu
voor het lijdelijk verzet in het Ruhrge-
bied geen billioenen meer noodig'zijn.
Alleen maar en dit moet altijd weer
de slotsom zijn van alle beschouwingen
over Duitschland de inkomsten van
den staat zuilen gelijken tred moeten
houden met de uitgaven, wil er van een
waardevaste valuta sprake zijn. De re
geering kan immers niet eindeloos op
grond van haar hypotheek nieuwe bil
jetten uitgeven, dit mag slechts een
overgangsmaatregel zijn, (welke naar
men hoopt niet langer dan vier maan
den zal duren), maar moet van het
volksinkomen een zoodanig deel voor
zich kunnen reserveeren, dat zij daaruit
de staatsuitgaven kan betalen. Zal' dit
mogelijk zijn onder de huidige omstan
digheden, nu de economische en de mo-
reele ontreddering toeneemt En nu het
er al meer op gaat lijken dat Rijn en
Ruhr voorgoed in Fransche handen zul
len moeten worden gelaten Deze vra
gen kunnen niet worden beantwoord
men kan optimistisch, men kan pessi
mistisch zijn te dien aanzien en er alleen
het beste van hopen, ook voor de om
liggende landen.
De beurzen hebben zich aanvankelijk
opgelucht gevoeld, toen Poincaré en
Baldwin zoo vriendschappelijk en „een
drachtig" te Parijs hadden geconfereerd
en 'Duitschland in de schulp kruipt. Men
'hoopt dat finale overgave aan de eco
nomische verhoudingen ten goed'e zal
komen, wat natuurlijk niet uitgesloten
is. De Pondenkoers is tot 11.61 opge-
loopen, de Frankenkoers voor Parijs tot
15.95, voor Brussel tot 14.02(4, maar
deze koersen konden niet behouden blij
ven, toen uit Parijs „wantrouwende""
berichten kwamen over de gedragslijn
der Duitsche regeering. Ook de vrees
voor revolutionaire beroeringen in
Duitschland zette het optimisme den
domper op.
Op de Amsterdamsche beurs had de
ze week dan ook weer een lustelooze
stemming de overhand de handel heeft
weinig te beteekenen, de technische po
sitie der markt is zoodanig dat er voor
koersverlagingen en koersverhoogingen
geringe beweegkrachten noodig zijn.
Zoo hebben Scheepvaartwaarden eenige
dagen geprofiteerd van geruchten als
zoude ,op enkele lijnen weer een loonen-
de exploitatie mogeliik zijn, terwijl Sui-
keraandeelen eenig avans behaalden in
verband met de willige suikerprijzen te
New-York en Rubberaandeelen flauwer
in de markt lagen, wijl voor het eerst
moeien, opdat zij niet zou vereenzamen.
Sedert dien tijd waren Kersten en graaf
Klinter huisvrienden geworden op
Saarkirchen en het was den graaf een
aangename gewoonte geworden, dage
lijks een kwartiertje bij de dames' te
gaan praten en naar haar gezondheid
te informeeren, evenals hij aanwezig
was bij alle kleine feestelijkheden op
Saarkirchen.
Ongetwijfeld werd graaf Klinter in
den laatsten tijd met wantrouwige
oogen aangezien door de steeds op de
loer liggende mevrouw Schottelius.
Hij was wat al te royaal in zijn tof,
als hij van zijn vriend Werner Spalding
sprak. Dat was geen loftrompet meer,
die graaf Klinter stak, als hij van Wer
ner sprak, dat had meer weg van een
misthoorn.
Onwillekeurig en zonder dat de naam
van Spalding genoemd werd, kwam
graaf Klinter er altijd weer op terug,
hoe trotsch hij was op de vriendschap
van Werner, wat een bescheiden, be
minnelijk, 'onbaatzuchtig, plichtgetrouw
en bekwaam man Werner toch was
iemand, die altijd het laatst aan zich
zelf dacht, geheel opging in zijn be
roep en in de plichten, die hij op zich
had genomen een rechtvaardige en
oprechte kerel, een vast karakter, een
man die hoofd, en hart op de rechte
plaats droeg en wist wat hij, wilde.
Dit loflied op Werner werd door den
graaf gezongen, zoowel wanneer hij al
leen bij de dames was, als wanneer
Kersten er bij. was. De geheimraad was