VRIJDAG 28 SEPTEMBER NO 229 Dankbetuiging van if. M. de Koningin. GEMEENTEBESTUUR BINNENLAND FEUILLETON ZIJN PROEFJAAR. Stads= en Proviocienieuws VLISSINCSCHE COURANT Diep getroffen door de wijze waarop mijn Volh de herdenking ttitjnei reqeeringsaanvaarding met mij heeft gesierd, gevoel ik my aan het einde der feesMeken, die thans achter ons liggengedrongen aan allen, dietoo hier als over land en zee, met woord en daad er toe heb'ten mede gewerkt om deze gedachtenisviering tot eene zoo gelukkige en omtilwischbare gebeurtenis in mijn leven te maken en waarvan ik zoovelen op andere wijze niet vermag te bereiken, nogmaals mijn kartgromligen dank te betuigen. WILHELMINA. Zij, <fie -zich thans wét Ingang var. 1 October abonrteeref: >öp <Jé „Vltssingsche Courant", ontvanger van heden af de tot :éien datum -verschijnende nummers kosteloos, SLUITING DER BADEN. Burg. en Weth. van Vlissingen brengen ter-algemêene kennis, dat de baden aan de badplaats dezer gemeente met ingang van 1 Zaterdag 29 September a.s. gesloten zijn. ^Vlissingen, 27 September 1923. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. DIENSTPLICHT. Vrijstelling wegens kostwinnerschap. De Burgermeester van Vlissingen brengt -ingevolge art. 44, tweede lid van het Dienstplichtbesluit ter -openbare kennis, ddt door den Minister van Oorlog lbij beschik king van 22 September 1923, no. 3Ö3 V., van den dienstplicht met ingang van 1 'No vember 1:923 voor een jaar is vrijgesteld wegens kostwinnerscbrp., de ingeschrevene voor den dienstplicht dezer gemeente, dich ting 1922 iPieter Anthony Fruytier. Tegen deze uitspraak kunnen va nat he den bmoem tien dagen bij de Kroon in" be roep komen, de ingeschrevene wien de uit spraak geldt, elk der overige voor rdeze gemeente voor dezelfde lichting ingeschre ven personen, of de wettige vertegenwoor diger. Het verzoekschrift, dat met redenen om kleed moet zijn, moet worden ingediend bij den Burgemeester ter Secretarie dezer-ge meente. De Burgemeester zorgt voor de door zending van het verzoekschrift. VEssairgen, 27 September 1923. De Burgemeester voornoemd, VAN WOELDEREN. Het advies der centrale commissie. Aan het advies, dat door de centrale commissie voor georganiseerd overleg in ambienaarszaken aan de regeering is uitgebracht, betreffende de intrekking van art. 40 van het bezoldigingsbesluit burgerlijke rijksambtenaren 1920, ont- leenen we het volgende Het voorstel, thans door de regeering aan het oordeel der commissie .onder worpen, is met de verklaring, destijds door den toenmaligen minister van fi nanciën, den heer De Geer, namens de regeering afgelegd, aJsmede met het aan de commissie gericht schrijven oer regeering van 22 September 1922 wel in schrille tegenspraak. Het heeft de centrale commissie ge troffen, dat de toelichting in het schrij ven der regeering zich beperkt tot een globaal overzicht omtrent den toestand van 's lands financiën. De noodza-keUik- 22) „Mevrouw Glover beweerde, .dat zij er stellig ook zou izijn, ofschoon ik haar aan het verstand bracht, dat zeven uur nog zeer vroeg in den morgen was. Ze wilde er niets van weten en verklaarde dat zij aan het buitenleven was gewend en altijd vroeg op pleegde te staan." Mevrouw -Barbara hield woord-. Toen de ruiters in de nabijheid van de wer ken kwamen, zagen je van uit de rich ting van ivershofen een amazone in galop aan komen draven. Het was mevrouw Glover, die een opvallend hoog paard bereed ze maakte in den zadel .een uitstekend figuur. Levendig en vriendelijk begroette ze de beide heeren en riep hen van verre toe -. „ik ben niet te laat, maar gij zijt wat vroe ger gekomen De groeven werden in oogenschouw genomen, zonder dat men afsteeg. De exploitatie der groeven geschiedde door blootlegging en men kon boven vanaf den rand het geheele bedrijf overzien. Het geheel werd in een zeer verouder den vorm behandeld. De ondernemers schenen óf geen voldoende middelen tot -betere exploitatie te bezitten, óf ze ■er niet voor te willen g-ev.en. Daar de omgeving door den aanleg van vele spoorwegen een uitstekend af zetgebied voor het gewonnen product heid tot het /verlagen der salarissen van het rijkspersoneel, eventueel tot beu-e den <de op J Juli 1922 reeds toegekende wedden, en in verbarad hiermede de in- tfekiking -van art. 40 bezoldigingsbe sluit, wordt slechte gebaseerd on de begrootiïtgscijfers voor 1924,zonder dat dit schrijven zich bezig houdt met de juridische, moreele en -economische zij de dezer intrekking. Wat de juridische zijde van het -vraagstuk betreft, .is de centrale com missie van oordeel,.dat de regeering de beveegheid mist het den ambtenaar eenmaal toegekende salaris eenzijdig te verfagen. Ook zonder de formeeie vastlegging van het beginsel in het oorspronkelijke art. 40, acht zij, verlaging der eenmaal toegekende wedde zonder medewerking van den belanghebbende juridisch niet geoorloofd. Zij. veronderstelt dat in dit geval de burgerlijke rechter .een vorde ring van den ambtenaar tegen ien staat, tot het volle bedrag der hem toe gekende wedde, ontvankelijk zou ver klaren en toewijzen. Acht de commissie een -verlaging der salarissen van her rijkspersoneel der halve rechtens ongeoorloofd, ook mora- liter gesproken, meent de -commissie het voornemen der regeering, om .art. 40 B. B. te schrappen, teneinde daarna vrij te staan in het verlagen der ambte- naarswedden na de zeer positieve be lofte bij monde van .den minister van financiën gedaan -en door de Koningin onderteekend, ernstig te moeten ont raden. Deze belofte werd gegeven op een tijdstip, waarop men reeds voorzag, dat de normen van het Bezoldigingsbesluit voor 's lands financiën te-zwaar en ten opzichte van de salarissen-en ioonen te h-oog zouden zijn. .Niettemin werd juist met be* °°g op dergelijke, mogelijk in de naaste toekomst, aanbrekende tijden uitdrukkelijk beloofd, dat, mochten be doelde omstandigheden intreden en de regeering zich verplicht zien de salaris sen te verlagen, in geen geval aan de op Juli 1922 .genoten wedden zou worden geraakt En nu, nu de tijd, waarvoor deze be lofte werd gegeven, naai het oordeel der regeering schijnt .aangebroken, nu zou dezelfde regeering haar woord bre ken en de belofte en de gegeven garan tie wenschen in te trekken. De commissie acht .een dergelijke daad van zoo ver stokkende beteeke- nis voor het vertrouwen jn regeerings- toeloften, dat zij hiertoe niet kan advi- seeren. Tenslotte wijdt de commissie nog enkele beschouwingen aan de econo mische zijde van het vraagstuk. De regeering motiveert de noodzake lijkheid der verlaging van de ambte naarssalarissen tot beneden het bedrag der op 1 Juli 1922 genoten wedden, en in verband daarmede de noodzakelijk heid tot intrekking van het bestaande artikel 40 van het Bezoldigingsbesluit B. R. A. 1920, uitsluitend met de be- waanborgde, zou de -exploitatie een veel meer voordeelige kunnen zijn. De groot-ere kosten van het bedrijf zouden er gemakkelijk uit te halen zaju, want de productie -kon zeker drie maal groo- ter wezen. Werner's meening, die h-ij in .dezen geest uitsprak, werd door den graaf gedeeld en mevrouw Glover zei ,,Ik zal, na afloop van het contract, dat -nog een kwartaal loopt, de groeven op -een andere mani-er zien te verpachten. Ik heb al lang gedacht, dat ik een hoogere pachtsom kan bedingen, als ik een on dernemer vind, die de zaken energiek aanpakt" „Men zou de acten eens moeten be- studeeren en zien, wat de opbrengst was, in den tijd dat de heer Glover nog zelf de exploitatie leidde." „Die liggen nog bij, mii thuis. Ik zal ze opzoeken en dan moesten de heeren -eens bij mi) -willen komen, om ze eens in te zien." iNadat de -groeven bezichtigd waren, maakten ze nog een flin-ken rit langs de velden ten westen van de Chaussee naar Das'burga. Tenslotte sprak men af, dat Werner en Klinter den eerstvolgen- den Zondag des middags om vier uur bij -mevrouw Glover zouden komen, om de acten -door te lezen en met haar te overleggen, op welke wijze eventueel de groeven zouden kunnen verpacht •worden. Dicht 'bij. Dasburg nam mevrouw Glo-ver afscheid van de heeren, om naar Ivershofen terug te rijden. De graaf grootingscijfers en het voor 1924 ge raamde tekort. Zulks acht de commissie onvoldoen de. Het kan toch moeilijk de bedoeling -der regeering zijn de salarissen van het rijkspersoneel tot sluitpost der begroo ting te maken. Gp grond van een en ander adviseert de centrale commissie met alge'meene stemmen ©jp twee na de regeering niet tot ratre-kking_ van artikel 40 van 't Bezoldigingsbesluit over te gaan. Postcheque- en girodienst. De -minister van waterstaat heeft than® geantwoord op de schriftelijke vragsn, hem betreffende de centralisa tie van den post-cheque- en girodienst gesteld. Vooraf verklaart de uninisier, dat in middels getroffen maatregelen hem eerstdaags, in staat .zullen stellen, naast .een meer uitvoerige uiteenzetting van .het betreurenswaardig, verloop der cen- aralisatie, een scherp omlijnd beeld van het toekomstig herstel te geven. Het antwoord op de vragen van den heer vaa Braambeek luidt De ondergeteekende is van den hui- d'igem stand van zaken bij den post- chèque- en girodienst op de hoogte. Ook het ongerief voor velen, ontstaan door de voo.r /het oogerrblik gebrekkige werking van den gecentraliseerden dienst is den andergeteeken.de bekend. Een terugbrengen van den dienst in den ouden ®ornt zou de stagnatie slechts kunnen, vergrooten. De ondergeteeken de kan eer. zoodanigen maatregei dan ook, zooweel ter wille van het pubiiek als van üen dienst, niet bevorderen. Het antwoord op de vragen, van. den heer Duys luidt Niet van een onver- wijl d iHgrijpen, maar slechts van een aanhoudende inspanning van alle be schikbare krachten, is bet herstel van de goede werking van den Postcheque- ten girodienst te verwachten. Ondergeteekende acht een oondeel «ver de verantwoordelijkheid voor den huidigen toestand eerst mogelijk, -aan meer een- deskundig en onpartijdig .on derzoek daartoe de -gegevens zal heb ben .verschaft. Overigens zonden ten deze thans genomen maatregelen den toestand voor het oogenblik niet vermo gen ïe verbeteren.. De in omloop rijndc berichten, zijn geen deugdelijke gegevens voor het vormen van een beeld- van de toekom stige werking van den postcheque- en •girodienst. 'Overigens kan wonden medegedeeld dat de centralisatie inderdaad ook bij normale omstandigheden een gedeelte lijke vertraging van de werking van den dienst met zich brengtdat aan de re keninghouders wel niet het saldo hun ner rekening wordt medegedeeld, maar -wél de gegevens, waaruit door een een voudige aftreksom dat saldo valt af te leiden. De centralisatie werd ingevoerd, vooreerst omdat door de groots toene ming van 't aantal rekeninghouders de dienst op den duur niet in den ouden vorm kon worden voortgezet en verder om de ook hier noodzakelijke bezuini ging te bereiken. De goede werking van den dienst en de besparing van kosten werden bij den opzet belangen van zoo algemeen maatschappëlijke'be- teekenis geacht, dat het offer van de eenigszins gewijzigde werking van den dienst daartegenover gewettigd voor kwam. Verslag Algemeene Rekenkamer. Verschenen is het verslag van .'de Algemeene Rekenkamer over 1922, in wiide naar Saarkirchen naar het bureau van de hoofddirectie en begeleidde Werner tot Dasburg. „Wie zijn er eigenlijk tegenwoordig op het dtrectiebureau vroeg Werner aan den graaf. „Het is geheel zoo gebleven als tij dens het leven van den ouden Buchwald en zijn beide zoons. Het bevindt zich in een vleugel van het slot te Saarkir chen. Een jurist, twee mijn-ingenieurs en een werktuigkundig ingenieur, bene vens een groot aantal bureau-ambtena ren,-zijn er -werkzaam. Geheimraad Ker sten komt haast eiken dag om de inge komen stukken in te zien en gewichtige beslissingen te nemen, waarbij bij dan echter altijd juffrouw Buchwald raad pleegt, want zij- is de absolute eigenares van het geheel. Ik moet met hem onder handelen over het ruilen van een stuk grond, dat ik zeer noodig heb. Ik wil me liever niet onmiddellijk tot juffrouw Buchwald of tot Kersten wenden, om hun een eventueele weigering gemak kelijker te maken." Bij Dasburg scheidden de beide vrienden en Werner galoppeerde naar zijn huis om zich te verkleeden, even te ontbijten en dan naar de Justinusmijn te gaan. Op zijn wensch hadden de beambten die geen dienst .hadden, zich in de can- tine verzameld en voor de eerste maal hield Werner met hen een conferentie, zooals hij die ook op de Theresia- werken had ingevoerd. Op collegiale wijze werden alle dienstzaken bespro gevolge art. 36 der Surinaamsche Comptabiliteitswet. In dit verslag wordt o.nt. melding .gemaakt van het vol gende Herhaaldelijk kwamen betalingen voor, waaromtrent de Rekenkamer in lichting vroeg omdat het haar toe scheen, dat die betalingen ten onrechte hadden plaats gehad, of omdat die wa ren gedaan bij wijze van voorschot op te goed te maken bedragen en niet bleek, dat verrekening van het voor schot met het later tè goed gemaakte had plaats gehad. Wel volgde dan in den regel de me- dedeeling, dat het bedrag, waarop het verzoek om inlichting betrekking had, in 's lands ka® gestort was, maar dik wijls had -die storting zoo laat plaats, dat de Rekenkamer meende te mogen aannemen, dat zoo zij geen inlichting gevraagd had, de storting zou zijn achterwege gebleven en het soms niet onbeteekenend bedrag voor het land zou zijn verloren gegaan. Verzoek om intrekking benoeming Ridder Ned Leeuw Prof. Ernst Cohen te Utrecht heeft verzocht oxn intrekking van zijn benoe ming tot ridder in den Nederiandschen Leeuw. De correspondent van „het Vad." be Utrecht heeft prof. Cohen gevraagd naar de reden van deze weigering. Hij sdeelde mede, dat hij op het oogenblik 'door drukke werkzaamheden geen gele genheid had dit uiteen te zetten, daar zulks niet in enkele woorden kan ge schieden. Hij zal echter binnen enkele dagen een. uitvoerige, uiteenzetting pu- 'bliceeren. Tegen salarisverlaging. Jn de groofe zaal van den Dierentuin te 's-Gravenhage werd Woensdag- avond een door het A. C. O. P. belegde Openbare vergadering gehouden, welke ten, doel had 'te demonstreeren tegen de plannen der regeering met betrekking tot de ambtenaarssalarissen en de Vlootwet. Zaal en gaanderijen waren - geheel bezet. Na een openingsrede van den voor zitter was het woord aan den heer J. J. Lanters, die namens den Bond van Ne- derlandsche Onderwijzers sprak. Deze wees er allereerst op, dat de ambtena ren den strijd tegen de regeeringsmaat- regelen inderdaad alleen zullen hebben te strijden. Als de Novemberdagen van 1918 er niet geweest waren, dan zou misschien de verbetering, die ten slotte gekomen is, ook wel zijn uitgebleven. De groote kracht der regeering ligt evenwel in het groote aanbod van ar beidskrachten. Nog altijd benijden ve len de „vaste positie" van den ambte naar, zijn periodieke verhoogingen en zijn pensioen. Hoe ziet het er echter met die „vaste positie" uit Ambtena ren worden op wachtgeld gesteld of als door een gewoon werkgever op straat gezet. En in het tijdschrift van de Maatschappij voor Handel en Nijver heid wordt reeds een aanval gedaan op de geheele „vaste positie" van den ambtenaar. Wat de regeering hier gaat doen, is woordbreuk in den volsten zin des woords. Nadat de heer L. Buurman namens den Ned. Bond van Werklied-en in Overheidsdienst en de heer F. S. Noord- hoff, namens den Centralen Nederiand schen Ambtenaarsbond, het woord had gevoerd, werd -een motie aangenomen, waarin men zich verklaart tegen de door de regeering voorgestelde maat regelen en naleving wordt geëischt van door haar zelf in een Koninklijk besluit vastgelegde waarborgen. ken. Werner wilde, dat iedere beamibte zijn meening kon zeggen en moedigde daarbij- vooral de jongere beambten aan die zich in het eerst bij die, voor hen ongewone conferenties, wel wat al te zeer op den achtergrond hielden. Werner wilde door dit vrij-uit-kun- nen spreken den beambten het gevoel ontnemen, dat zij slechts machines wa ren, die de bevelen der leiders te ge hoorzamen hadden. Hij hield zichzelf in het geheel piet voor onfeilbaar en was genoeg vakman -om de beambten reeds na korten tijd bewezen te hebben, dat hij niet alleen zijn werk uitstekend verstond, doch bo vendien over een rijke practische erva ring beschikte. Een ander zou misschien bang zijn geweest, onzelfstandig te schijnen in de -oogen zijner minderen, wanneer hij hun raad inwon. Werner was integendeel de meening toegedaan, dat deze be sprekingen niet alleen voor het bedrijf van waarde zouden zijn, doch ook een prettige verhouding tusschen hen en zijn beambten zouden scheppen. Werner had practische ervaring om trent kolenmijnen opgedaan zoowel in Duitschland, als in België en Noord- Amerika hij kende de exploitatie van bedrijven, die oneindig veel grooter wa ren dan dat der Justinus-mijn boven dien was hij op de hoogte van de meest moderne machinerieën en hun practi sche ibeteekenis. Hij merkte zelf, hoe animeerend de eerste besprekingen werkten en hoe de menschen zich warm VLISSINGEN, 28 SEPTEMBER. Sluiting der baden. De sluiting der baden is door Burg. en Weth. bepaald op Zaterdag 29 Sep tember. Strandconcert. Bij gunstig weer geeft de Vlissing- sche Postfanfare, directeur de heer H. B. Woltering, Zondagmiddag a.s. van 3.305 uur n.m. haar laatste concert in- dit seizoen. Programma: 1. „Steenbergsche Festi val", snarsch j.W.v. Steen bergen. 2. „L'Aurore d'un beau jour", fantaisie J. Martin 3. „SuspinuL", valse rou- maineJ.lvanovici Pauze. 4. „Marche Parfrictique" J. Boulanger 5. „Potpourri Populaire" no. 3 F. Aenaud •6. „Bouquet de Chrysanthè- mes", valse de concert G. Feremans 7. Finale. H. J. L. Muskeijn. f Gisteren is hier op 59-jarigen leeftijd overleden de heer -H. J. L. Muskeijn, reserve-luitenant-kolonel der infanterie, ridder in de orde van Oranje Nassau met de zwaarden. De heer Muskeijn werd 21 November 1881 benoemd tot 2e luitenant en 23 September 1891 bevorderd tot le luite nant, waarna hij 24 April 1903 werd bevorderd tot kapitein. Den hoofdo-fficiersrang bereikte de overledene op 1 April 1913 toen hij be noemd werd tot majoor, waarna 3 Augustus 1917 zijn benoeming tot lui tenant-kolonel volgde. De heer Muskeijn is hier gedurende enkele jaren belast geweest met het bevel over de thans opgeheven klasse van discipline. Sedert het oprichten der burgerwacht te dezer stede was hij daar comman dant van. De teraardebestelling zal hier mor genmiddag plaats hebben. Het Engeische stoomschip „Pylades" is gisteren van hier met een lading asphalt naar Schotland vertrokken. Voor liet examen als machinist, di ploma B, zijn geslaagd de heeren G. Munnik en A. H. Speijer, leerlingen van de De Ruyterschool. Concërtvereeniging te Middelburg. In een te Middelburg gehouden ver gadering ter oprichting van een Con- certvereeniging, is daartoe besloten, en zijn de door het voorloopig comité op gestelde statuten na een kleine wijzi ging vastgesteld. Er zal koninklijke goedkeuring op worden gevraagd. Tot bestuursleden werden gekozen, overeenkomstig de aanbeveling van het voorloopig comité C. F. Koeh, mevr.. Wap, C. J. Hondius, jhr. H. A. van Doorn en H. J. G. Hartman, allen te Middelburg voorts mevr. Duyvis te Vlissingen, mej. R. Ghijsen te Domburg en de heer B. van der Have te Kapellè. Dit bestuur heeft vervolgens aangewe zen tot voorzitter den heer Koch, tot secretaresse mevr. Wap, en tot pen ningmeester den heer Hondius. Onbevoegd uitoefenen geneeskunde. De politie te Middelburg heeft pro ces-verbaal opgemaakt tegen den 36- maakten over de zaken. De conferentie duurde bijna een uur. Daarna verkleedde Werner zich vlug en ging met Oswald twee uur in de mijn, om zich over allerlei dingen nog te la ten inlichten. Een dergelijk groot berg werk lijkt op een onderaardsche stad met straten, die elkander kruisen, naar omlaag of omhoog loopen of op gelijk niveau blijven straten die te zamen zooveel kilometers lang zijn, dat het onmogelijk is, in één dag alle plaatsen, waar gewerkt wordt, te bezoeken. Na het onderzoek in de mijn volgde nog .een bezichtiging van de boven- grondschemachinehuizen en de ver schillende machines, die daar werkten. Daarna bracht de auto Werner naar zijn huis, waar hij in alle haast het mid dagmaal gebruikte, om daarna onmid dellijk naar het Theresia-werk te ver trekken. 's Middags tegen vijf uur kwam Ker sten bij Werner en vertelde hem „Aanstaanden Zaterdagavond komen Klinter en ik bij je om te skaten. Ik kom je dan hier met mijn rijtuig afhalen en breng je thuis. We zullen deze avon den afwisselend bij, elkander houden. We zullen afspreken, dat er slechts een glas bier wordt gedronken en een broodje, gegeten we komen niet bij elkaar om te smullen en te drinken, maar om ons gezellig met elkander te onderhouden, en jou van het werk af te houden. Het blijft er dus bij „Zater dagavond om kwart voor zeven haal ik je af." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1923 | | pagina 1