150:1:100
25
ZATERDAG
cnnQnfl
Eerste Blad
iiigavefirma F. VAN DE VE1DE Jr.,Uitat 58, Vlissingen. Iel. Interc. 10. Postrekening 8B287
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen
tlUU een ongeluk. tlUU
Heden en Morgen
FEUILLETON
ZIJN PROEFJAAR.
NO 3254'
61"?
1923—
VL1SSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20
per 3 maanden. Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België 4.15.
Voor overige landen der Post-Unie 4.70.—Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIEPRIJS: Van 14 regels ƒ1.10; voor iederen regel meer 26 ct
Familieberichten van 16 regels ƒ1.70. Bij abonnement speciale prijs.
Reclames 52 cent per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 13 ct. per regel
De abcnné's in 't bezit eener
Polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor:
I gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
gulden bij verlies
van een hand,
voet of oog.
gulden bi; verlies
van een
wijsvinger.
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger.
Dit nummer bestaat uit 2 bladen
Het is met groote belangstelling
alom in den lande gepaard gegaan, dat
de Koningin de eerste troonrede na af
sluiting van een kwarteeuw regeerens
heeft uitgesproken. Algemeen toch
wordt gevoeld, gelijk ook bij meer dan
eene redevoering ter gelegenheid van
het regeeringsjubileum gehouden aan
den dag trad, dat ons land een nieuw
en in zeer veel opzichten belangwek
kend tijdperk is ingetreden. Een tijd
perk, dat in talrijke gebieden van het
maatschappelijk leven gansch andere
vooruitzichten biedt dan de ervaringen
van de laatste tientallen jaren ons ge
leerd hebben. We zullen te staan ko
men en staan alreeds voor vraagstuk
ken van ongekend grooten omvang en
beteekenis nopens ihet heil van den
staat en het welzijn der burgers, we
zijn voor problemen gesteld van wier
oplossing de rust en het geluk van ons
allen ten nauwste afhangt, we zien
moeilijkheden zich voor onze oogen en
om ons henen opstapelen, welke te
overkomen de grootste inspanning en
zorg vragen. En het is derhalve waar
lijk niet te verwonderen, dat ook in de
troonrede die ernst der tijden tot uiting
en formuleering komt. Integendeel, wei
nigen onzer zouden het anders ver
wacht, zouden het zelfs gaarne anders
gezien hebben, en zoo de grondtoon
der rede waarmede^het nieuwe parle
mentaire jaar werd ingeluid, een sobere
niet alleen, maar ook een sombere
daarnevens is, dan is deze mineurtoon
geheel en al in overeenstemming met
wat in ihet hart van ontegenzeggelijk
het grootste deel der natie omgaat.
Want de druk der tijden is zwaar, op
allerlei gebied heerscht onzekerheid wat
de dag van morgen brengen kan,
heerscht de vrees dat, zoo het heden
reeds de grootste inspanning kost om
het hoofd boven water te houden, mor
gen misschien nog meer van de krach
ten gevergd zal moeten worden, krach
ten, die, als alles, ten slotte toc,h ook
haar grenzen hebben. Dan komt het in
derdaad voor alles aan op een rustig
onder de oogen zien van de dreigende
gevaren, een duidelijk onderkennen aan
den horizon van de opkomende donkere
onweersbuien, een wil om pa! te staan
temidden der aan alle kanten opdoe
mende moeilijkheden en lasten. En ook
van dien wil en dat innerlijk vertrou
wen spreekt terecht de toon waarin de
troonrede vervat is. Het kan niet an
ders of dat moet bij alle onderkenning
17)
Werner accompagneerde sterker dan
hij eerst van plan was geweest, om
Dora's stem meer houvast te geven en
eventueele onzuiverheden te maskeeren.
Deze begeleiding maakte Dora klaar
blijkelijk meer zeker van haar zaak.
„Een beetje sneller riep Werner
haar halfluid toe.
„Doch wenn in Wut du dich erhebst,
[o Meer,
Und schlingst die Knoten um dein
[Opfer her,
Malmend das machtige Schift, als
[war's ein Rohr,
Dann, Ozean, steilst du ein Schreck-
[bild vor
Met volle kracht zone Dora deze
passage en hielp zichzelf daarmee over
haar verlegenheid héén. Zij zong glas-
zuiver en krachtig, elke onzekerheid
was verdwenen. Werner hoorde, dat de
zangeres nu geen steun meer noodig
had hij' paste zich nu geheel bij den
zang aan en werd steeds bescheidener
in zijn begeleiding. Bijna onhoorbaar
was ze, toen de stem helder en klaar
zong
„Wolkenlos sfrahlt jetzt die Sonne
Auf die Purperwellen nieder,
Wie ein Held nach Schlachtenwonne
lm Triumpf sein Zelt sucht wieder."
der zorgen en moeiten vdor de naaste
toekomst, opwekkend en versterkend
werken. Want alleen door met opene,
klare oogen het heden te aanschouwen
en bloot te leggen, hoe teleurstellend
en zorgwekkend deze aanblik ook moge
zijn, is het mogelijk de zwarigheden en
lasten van morgen niet de kans op
overwinning tegemoet te treden.
In dit licht beschouwd wenscheir wij
nog een tweetal paragraren in het
staatsstuk vervat, naar voren te bren
gen. Het is daar, waar over onze ver
houding tot het buitenland gesproken
wordt, en waar de financieele en eco
nomische toestand van ons land wordt
behandeld. Dan kan daarbij met wa-me
instemming worden gewezen op het
feit, dat de Koningin van een klein land
haar stem verheffend tegen de voort
schrijding der staatkundige en econo
mische ontreddering door den wereld
oorlog achtergelaten, de, geheele
menschlheid in haar belang opvordert,
daarin verandering te doen komen en
zich vereenigt aan te gorden voor de
oplossing van het vraagstuk van her
stel. Het is als een kreet, die door de
wereld gaat en door de wereld moet
verstaan worden, de kreet van een volk,
dat zelf buiten den oorlog gebleven,
nochtans al de lasten en ellende mede
te dragen gekregen heeft van een vre
destoestand, die allerminst de zegenin
gen van den waren vrede bracht, maar
veeleer al de ondragelijke moeilijkhe
den en zorgen van een niet aflatenden
haat en afgunst tusschen de volken
mede te torsehen heeft. Moge het ko
ninklijke woord vernomen en verstaan
worden ter plaatse waar dit voor aiies
noodig en onontbeerlijk is.
De tweede paragraaf, welke wij be
doelen, is die over 's lands zorgwek-
kenden toestand op het gebied van
handel, nijverheid, landbouw en scheep
vaart, de paragraaf, die aan aiïe andere
voorafgaat. Na het bovenstaande be
hoeft hierover niet veel meer gezegd te
worden. Onomwonden wordt het kwij
nen van al deze takken van bestaan
aangegeven, wordt van de omstandig
heden gewag gemaakt die zulk kwijnen
ten gevolge hebben, omstandigheden
die zich niet laten dwingen. Maar zoo
de ramspoed gekeerd, den storm het
hoofd geboden moet, dan dienen de ba
kens verzet te worden, en met alle
kracht gewerkt aan het herstel van het
financieele evenwicht. De spoedig
daarna door de Staatscourant gepubli
ceerde begroofingsontwerpen hebben,
vooral wat die van den minister van
financiën aangaat, duidelijk gemaakt in
welke mate en op welke wijze, de uit
gaven van den staat ingekrompen moe
ten worden, zijn inkomsten vermeer
derd en naar een sluitende begrooting
gestreefd, zal niet, als in zoovele landen
„Dat zal een succes geven", dacht
Werner, „als haar stem het maar uit
houdt".
Hij liet de begeleiding wat meer op
den voorgrond treden, als om Dora te
steunen bij de strophe
„Heil Es ist ein Boot, ein Schift
Und ruhig segelt es sein Pfad
Ungestört durch das Riff"
Doch Dora had waarschijnlijk haar
krachten voor het slot gespaard, want
helder en frisch klonk haar stem tot de
laatste noten
„Hiion meift Htion mein Gafie
Rettung, sie nach
De laatste tonen der begeleiding
gingen verloren in den donderenden
bijval, die de zaal deed trillen. Dat was
geen gekunstelde geestdrift, doch het
was de natuurlijke, die van zangeres
en pianist op het publiek was over
gegaan.
Dora was bescheiden teruggetreden
en Werner stond op, om haar zijn arm
te bieden, doch met hernieuwende
kracht brak het applaus los. Dora moest
komen buigen en, in een opwelling van
dankbaarheid, greep ze Werners hand
en trok hem mee naar den rand van het
podium.
Werner voelde dat hij verlegen werd
door dezen onverwachten inval van
Dora.
Hij bood haar den arm, om haar naar
de solistenkamer terug te brengen
doch nog eenmaal moest hij met haar
in Europa, ook ons land ten prooi vallen
aan een maatschappelijke instorting ge
lijk wij als» afschrikwekkend voorbeeld
om ons heen gebeuren zien.
Slechts door ons heden voor te be
reiden zullen mij morgen den strijd ze
gevierend kunnen doorstaan.
VOORSTELLEN
AAN DEN GEMEENTERAAD
Door Burg. en Weth. zijn de volgen
de voorstellen aan den gemeenteraad
gedaan
In een adres verzoekt de heer A. Cas-
teleijn, alhier, het perceel bouwland, ge
legen aan den Vrijdomsweg. kadastraal
bekend gemeente Vlissingen sectie A
no. 1871, groot 0.4080 H.A. hetwelk
tot 15 October 1923 aan hem is ver
pacht wederom voor den tijd van ze
ven jaren vail de gemeente te mogen
pachten voor een pachtsom van f 75 per
jaar.
Wij moeten echter bezwaar maken
om zooals adressant verzoekt de
nieuwe pacht eerst met 1 Maart 1924 te
doen ingaan, aangezien dit voor de ge
meente eenige maanden verlies van
pacht zou beteekenen.
Voorts komt het ons, evenals de com
missie voor het Grondbedrijf, gewenscht
voor den tijd der verpachting niet op
zeven iaren te bepalen, doch deze, zoo
als voor reeds vroeger verpachte per-
ceelen, op 25 November 1926 te doen
eindigen.
Waar de geboden pachtsom billijk
kan worden geacht, hebben wij de eer
U voor te stellen, overeenkomstig het
advies van voornoemde commissie, bo
venomschreven perceelen bouwland- op
de bestaande voorwaarden voor een
pachtsom van 75 .per jaar aan adres
sant te verpachten.
Ingevolge artikel 16 der Nijverheids
onderwijswet wordt, al hetgeen de toe
lating tot de scholen, het getal der lee
raren, de verplichtingen en rechten van
den directeur, de andere leeraren en
liet verder personeel betreft, voor zoo
verre het niet door genoemde wet is
geregeld, met inachtneming van bij al-
gemeenen maatregel van bestuur te ge
ven voorschriften, ook wat de gemeen
telijke scholen betreft, door het ge
meentebestuur bepaald.
Nu zijn bij algemeenen maatregel
van bestuur van den 4en Juni 1923
(Staatsblad nr. 250) nadere voor
schriften gegeven tot uitvoering van de
artikelen 16 en 28, vierde lid der Nij-
verheidsonderwiiswet.
In verband hiermede is het dus nood
zakelijk de verordening op de Avond
school voor Nijverheidsonderwijs en de
instructie voor den directeur, de lee
raren en den concierge der Avondschool
voor Nijverheidsonderwijs met deze be
palingen in overeenstemming te bren
gen.
Derhalve hebben wij de eer U voor
te stellen de noodige wijzigingen in bo
vengenoemde verordening en instructie
terugkeeren, om buigend te danken.
Dan gingen ze het trapje af en wa.ren
alleen in de solistenkamer.
Ze waren beiden in zoo'n opgewon
den toestand, dat van rustig en koel
nadenken geen sprake was.
Dora voelde de prettige verlichting,
die -men ondervindt na afloop van een
moeilijk werk, waar men met vreezC en
beving aan begonnen is. Haar gezicht
straalde, haar oogen glansden en een
gloeiend rood bedekte gelaat en hals.
„Dank u wel", zei ze en reikte, nog
steeds deze spontane ingeving volgend,
Werner beide handen.
Ze scheen hem zoo schoon toe, zoo
begeerenswaard in dit oogenblik, als
nog nimmer een vrouw hem toegeleken
had. Ook in zijn oogen lichtte het, hij
voelde het bloed naar zijn hoofd stijgen.
Sne! en vurig kuste hij beide handen
van Dora hij drukte ze en voelde een
achten druk terug. Plotseling Het hij
Dora's handen zinken, trad terug, streek
zich met de hand over het hoofd als
ontwaakte hij uit een droom en zei
halfluid
„Het was prachtig, u hebt heeriijk
gezongen 1"
De deur werd onen geworpen en
Kersten kwam binnen, nog altijd met
zijn bril op den neus.
„Meisjelief", zei hij, in zijn vroolijke
stemming bijna jongensachtig, „je hebt
gezongen als een engel, en jij Spalding,
hebt prachtig begeleid."
Graaf Klinter en mevrouw Glover
kwamen nu ook en ten slotte trad ook
aan te brengen overeenkomstig de over
gelegde concept-besluiten.
De commissie van toezicht op het
Nijverheidsonderwijs kan zich met de
voorgestelde wijzigingen vereenigen.
Wij hebben dee er U voor te stellen
aan de Hoogere Handelsschool op
nieuw te benoemen voor het tiidvak
van 1 September 1923 tot en met 31
Augustus 1924
a. tot tijdelijk leeraar in staatsweten
schappen den heer R. P. Goettsch al
hier
b. tof tijdelijk leerares in Engelsche
handelscorrespondentie mejuffr. P. M.
Taat, alhier.
De adviezen van den directeur, van
de commissie van toezicht op- en van
den inspecteur van het middelbaar on
derwijs worden overgelegd.
Voorts doen wij U opmerken, dat de
benoemingen moeten geschieden
ter voldoening aan de subsidie voor
waarden r behoudens goedkeuring
van de voordracht daartoe door Zijne
Excellentie den minister van onderwijs,
kunsten en wetenschappen.
In overgelegde adressen komen
de dames M. C. van BovenLoois
en U. S. PepersBarbé bij uwen raad
in beroep tegen het besluit van ons col
lege. waarbij de haar in eigendom toe-
behoorende gebouwen onderscheiden
lijk Walstraat 84 en Wilhelminastraat
9, uit een oogpunt van geschiedenis of
kunst zijn geplaatst op de lijst bedoeld
bij artikel 1 der verordening op de mo
numenten in de gemeente Vlissingen.
Uit een overgelegd advies der
monumentencommissie blijkt, dat bij
nader inzien aan eerstgenoemd perceel
geen geschiedkundige- of kunstwaarde
is toe te kennen, weshalve wij-uwen
raad adviseeren het verzoek van me
vrouw M. C, van BovenLoois in te
willigen.
Wat het perceel Wilhelminastraat 9
betreft, dit is in zijn geheel een mooi
voorbeeld van 17e eeuwsche architec
tuur het gebouw dateert uit 1636,
heeft een slanken trapgevel, kielboog
met dubbele ontlastingboogjes, iaar-
ankers en zes sierankers.
Met het belendende pand Wilhelmi
nastraat 7 vormt het een mooi geheel,
een der schaarsche overblijfselen van
hef 17e eeuwsche Vlissingen.
Overeenkomstig het advies der mo-
numenfencommissie, adviseeren wij
uwen raad dan ook om liet perceel Wil
helminastraat 9 op bovenbedoelde liisf
te handhaven en alzoo afwijzend te be
schikken op het adres van mevrouw U.
S. PepersBarbé.
Door de commissie voor het woning
bedrijf werd ons geadviseerd om over
te gaan tot den verkoop van het aan
deze gemeente in eigendam toebehoo-
rend v.m. tolhuis c.s. aan den Koude-
kerkschen straatweg te Koudekerke.
De huurder heeft zich nl. bereid ver
klaard om genoemd perceel te koopen
mevrouw Schottelius binnen met een
reusachtigon bontmantel, want de
voorzichtige tante dacht aan niets an
ders, dan dat Dora er zeer verhit en
opgewonden uitzag en dat zij licht kou
kon vatten.
Werner onttrok zich aan alle lofuitin
gen .en verliet de kamer.
Graaf Klinter volgde hem.
„Ik heb doodsansgt ultges'taan", zei
hij, „toen juffrouw Buchwaid begon. Ik
dacht heusch, dat zij zou blijven steken,
zoo zenuwachtig was ze. Jij kon haar
doodsbleek gezicht niet zien, maar ik
des te beter. Je hebt haar door je ener
giek begeleiden een grooten dienst be
wezen en haar met veel tact op den
goeden weg 'gebracht. Ik feliciteer je
met je succes, dat je zeker nog menige
plicht als begeleider op den hals halen
zal. Je hebt er bepaald een aangeboren
talent voor dat is een kunst, die niet
aan te leeren is, maar die men dood
eenvoudig van nature heeft. Protesteer
nu maar niet, want ik wil je heusch niet
vleien, en bovendien aangeboren talent
is nog niet eens zoozeer een verdienste.
Kom je mee in de zaal Er komt nü
een mannenkoor ert dan heeft het orkest
weCr een nummer, terwijl daarna het
slot wordt gevormd door koor en orkest
met de inleiding en het eerste koor uit
het oratorium „Paulus".
Daarna wordt er aan kleine tafeltjes
gesoupeerd. Ik zal je een plaats bezor
gen."
„Ik ben je heel dankbaar voor je
goede zorgen, maar liever heb ik het
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
f DE GOEDE 1
AMMQNIAKZEEP
Zelfonderzoek.
Ontwaakt gij 's morgens met pijn in
den rug Hebt gij donkere zwellingen
onder de oogen Zijn de enkels en
handen gezwollen Is de urine bewolkt,
zanderig of brandend Geschiedt je
loozing te vaak of te weinig? Z'jn uw
ledematen beverig cn rheumatisch,
vooral bij ruw en vochtig weer Doet
uw rug zeer, ais gij bukt of opstaat V
Hoedt u bijtijds iaat Foster's Rug
pijn Nieren Pillen een nierziekte voor
komen spoedige behandeling is het
eenige betrouwbare voorbehoedmiddel.
Verwaarloozing kweekt al te dikwijls
blaasontsteking, waterzucht, rheuma-
tiek, steenvorming en urinezuur-vergit-
tiging. Hoewel Foster's Pillen ze'fs bij
deze latere verwikkelingen baten, is het
verstandiger om dit speciaal nierge
neesmiddel tot voorkoming van nier
ziekte te gebruiken.
Verkrijgbaar in apotheken en drogist
zaken a 1.75 per doos. 24
voor de som van 2550, zijnde het be
drag. waarop door de heeren J. Loois
Azn. en W. Anker, aannemers alhier,
de waarde van voormeld huis c.s. is ge
schat, zoodat redelijkerwijze mag wor
den aangenomen, dat bij publieke vei
ling van het perceel, geen hooger bod
zal worden bedongen.
Waar ons college de geboden koop
som redelijk voorkomt, hebben wij de
eer uwe vergadering voor te stellen het
huis c.s., waarvan hiervoren sprake is,
onderhands aan den heer J. Wielema-
ker te verkoopen voor de som van
ƒ2550.
Het advies van de commissie voor
het Woningbedrijf en hef rapport der
deskundigen wordt overgelegd.
In een weder overgelegd adres
van een aantal werkgevers, aangesla
gen in de zakelijke belasting op het
bedrijf in onze gemeente hetwelk in
handen van ons college om advies ge
steld werd wordt uwen raad beleefd
doch dringend verzocht genoemde be
lasting in te trekken.
De motieven waarop het verzoek rust
zijn deeis vervat in het adres, deels in
een bij het verzoekschrift overgelegde
nota van toelichting, welk stuk even
eens aan den raad wordt overgelegd.
Alvorens de tegen de zakelijke belas
ting op het pedrijf aangevoerde bezwa
ren te behandelen, zij het ons vergund
een oogenblik sti! te staan bij de voor
geschiedenis der wet tot uitbreiding
van het belastinggebied der gemeente,
welke bij de wet van 30 December
1920 in de gemeentewet werd Opgeno
men.
De financieele verhouding tusschen
rijk en gemeente werd 'in 1897 op on-
niet, want ik wilde weggaan. De elec-
trische gaat nog maar een haif uur.
Neen, neen, ik protesteer. Je wilt me
met je automobiel naar huis brengen
In den nacht nog zoo'n otnweg te moe
ten maken, daar .komt niets van in
bovendien moet ik je bekennen, dat ik
me een beetje vermoeid gevoel. On
danks dat, moet ik nog eenige bereke
ningen maken, die mofgen vroeg gereed
moeten zijn. Ik wil geen opzien verwek
ken en zal daarom weggaan en zonder
afscheid te nemen. Ik ben met jou ge
komen, en jij hebt me hier geïtrodu-
ceerd, dus ik behoef alleen maar jou
goeden dag te zeggen. Wanneer het
orkest de inleiding van „Paulus" heeft
geëindigd, verdwijn ik en hobp dan
binnen een half uuftje op bed te liggen.
Eenige minutert later hoop ik te slapen
als een marmot."
„Ik heb het niet zoo goed als jij",
zeide graaf Klinter lachend, „ik ben
adjudant van mevrouw Barbara Glover
en ben verplicht tot het laatste oogen
blik te harer beschikking te sfaan. Dat
is niet zoo gemakkelijk, je wordt voort
durend door haar heen en weer ge
jaagd. Maar het is toch ook wel weer
aardig, voor die intelligente en resolute
vrouw te draven. Wanneer zien we
elkaar weer
„Morgenochtend zal je wel niet
vroeg bij de hand zijn, waarde vriend,
maar overmorgen vroeg om zeven uur
zouden we samen een morgenritje kun
nen doen. Ik zou graag de streek bezui
den Dasburg eens in oogenschouw ne-