VRIJDAG 31 AUGUSTUS
~n- Wo205©le Jaargang1923
GEMEENTEBESTUUR
FEUILLETON
ZIJN PROEFJAAR.
ORANJE BOVEN!
BINNENLAND
VUSSIINCSCHE COURANT
ABONNEMENTS PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op 'Wal
cheren 2.20 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk ƒ2.50. Week-abon-
tnementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS.
Van 14 regels ƒ1.10; voor iedere
regel meer 26 centbij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen
H-an 15 regels 65 dentiedere regel meer
33 cent, bij contante betaling.
OPENBARE VERGADERING
van den
.e.MEENTERAAD VAN VLISSINGEN
op Dinsdag 4 September 1923,
des namiddags 2 uur.
I. Beëediging en installatie van de
eden van den raad.
II. Mededeelingen.
IJl. Over te leggen stukken.
IV. Benoemingen.
1. Van drie wethouders.
2. Van vaste commissiën uit den
raad.
3. Van tijdelijke onderwijzers aan de
gemeentelijke Handelsherhalingsschool
voor het tijdvak van 1 September 1923
t/m 31 Augustus 1924 (herbenoe
ming).
De aanbevelingen luiden
a. J. Butler voor Nederlandsch
!b. A. Mets Jr. voor Duitsch
c. I. Sinke voor Boekhouden, Machi-
neschrijven en Stenografie
d. J. Q. Brand voor Handeisrekenen
en Handelskennis
e. C. van Alten voor Duitsch
f. J. J. Laernoes voor Fransch
g. C. Hoek voor gewone vakken
h. D. van Maris voor gewone vakken;
i. Z. C. le Clercci voor Machine-
schrijven.
4. Van personeel aan de Avondschool
voor Nijverheidsonderwijs.
De aanbevelingen luiden als volgt
a. van een tijdelijk leeraar in natuur
kunde, cursus 1923/24 J. Spuijman,
alhier
b. van een tijdelijk 'leeraar in werk
tuigkunde, cursus 1923/24 J. Vader
c. van een definitief leeraar in hand-
feekenen G. A. Baljeu
d. van een tijdelijk leeraar in hand-
teekenen (vacature Huizenga) cursus
1923/24 1. D. Wagenmaker, Rotter
dam 2. J. C. Zweegman, 's-Graven-
hage 3. W. van Dijk, Edam 4. W.
Schröfer, 's-Gravenhage.
5. Van een lid der commissie tot we
ring van schoolverzuim (vacature
Breel). De aanbeveling luidt als volgt
1. C. Smits 2. P. H. Meerholtz, beiden
onderwijzer bij het bijzonder lager on
derwijs in deze gemeente.
7. Te behandelen punten.
1. Voorstel van Burg. en Weth. tot
verhuring van het huis van wijJen me
vrouw GewinVader, gelegen aan het
Droogdok (Oostzijde) no. 8 aan H. B.
J. Knoop, tandarts te Utrecht, voor een
huursom van 1000 en tot verkoop van
vloerkleeden enz. voor een som van
550 aan den huurder.
2. Idem tot verhuring van de voor
malige woning van den gemeente
bouwmeester, Groote Markt no. 24, aan
den magazijnmeester Z. C le Clercq.
3. Idem naar aanleiding vart een
adres van A. P. de Vey Mestdagh te
Amsterdam betreffende omvorming van
een deel der oude begraafplaats tot
plantsoen.
4. idem tot overdracht van een sub-
2)
„Neurenburg, overstappen voor Das
burg", riepen de conducteurs buiten op
het perron.
Werner nam zijn loden-mantel en
zijn handtasch en verliet den trein, om
naar 't perron te gaan, waar de lokaal-
trein stond, die verder naar Dastourg
ging.
Tot het eerste station bleef Werner
alleen. Toen kwam een dame, gevolgd
door een besteller, die een grooten lee-
ren koffer droeg en stapte in de coupé.
De 'besteller zette den koffer in het
bagage-net in den hoek tegenover
Werner, verliet daarna de coupé en on
middellijk daarop zette de trein zich in
beweging. De locomotief trok echter
hortend eenige malen aan, eer zij goed
en wel in beweging kwam. De wagens
werden heftig heen en weer gestooten,
eer ze rustig verder rolden en'de koffer,
die zich boven de plaats van de dame
in den hoek bevond, viel krakend op
den vloer van den wagon. De koffer
sprong open en de inhoud rolde over
oen grond.
Het spreekt van zelf, dat Werner zich
haastte, de eigenares van den koffer
behulpzaam te zijn bij het bijeenzoeken
en het wedier inpakken van haar bezit
tingen.
„Dank u, mijnheer", zei tenslotte de
dame, „zoover ik kan nagaan ontbreekt
er niets meer".
sidie van 200, benevens 100 voor de
beschikbaarstelling van 1000 kaartjes
ten behoeve van daarvoor in aanmer
king komende leerlingen van alle open
bare en bijzondere lagere scholen aan
I. Mommaas, exploitant van de 'badin
richting aan den Spuiboezem.
5. Idem tot verkoop van grond aan
a. J. Looisen en C. de Jonge, 61 M\
bouwgrond, en 24 M2. tuingrond aan
den Koudekerkschen straatweg resp. a
15 en 10 per M\ 1155
b. J. Looisen q.q, 73 M\ bouwgrond
en 27 M\ tuingrond aan den Koude
kerkschen straatweg resp. a 15 en
10 per M2. 1365
c. J. Post q.q., 202 M\ bouwgrond
aan de Van der Manderestraat a 7 per
M\ 1414
d. C. de Nooijer, 196 M2. bouwgrond
aan de Van der Manderestraat a 7 per
M\ 1372.
6. Idem tot voorloopige vaststelling
der rekening der inkomsten en uitgaven
van de gemeente over het dienstjaar
1922.
7. Idem tot goedkeuring der rekening
en verantwoording van den Armenraad-
over het dienstjaar 1922.
INTREKKING WAARSCHUWING AAN
A. STAVERMAN, Art. 15 Gemeentewet.
Burg. en Weth. van Vlissingen. gelet op
hun besluit d.d. 17 Augustus jl., waarbij
aan den heer A. Sta verman, arts, alhier, in
gevolge art. 25, 2e al. der Gemeentewet
een „waarschuwing" werd verzonden, aan
gezien hij door het aanvaarden van zijne
benoeming tot chirurg van het Gasthuis in
gevolge het raadsbesluit van 3 Augustus
tv. no. 25, welke betrekking volgens art.
23 f van genoemde wet onvereenigbaar is
met het lidmaatschap van den Raad, op
houdt lid te zijn van den Gemeenteraad van
Vlissingen
mede gelet op het nader ingewonnen
rechtskundig advies van het bureau voor
staats- en administratiefrechtelijke advie
zen van Mr. H. Blaupot ten Cate c.s. te
's-Gravenhage
overwegende, dat een van de meest er
kende autoriteiten op het gebied .van het
gemeenterecht, Staatsraad Professor Op-
penheim, van oordeel is, dat op het oogen-
blik. dat de gekozene de kennisgeving
doet, die, art. 13. 2e lid der Gemeentewet
van hem eischt. de wil der kiezers werke
lijkheid is geworden en dit het tijdstip is,
vanaf hetwelk hij raadslid is
dat, volgens den Staatsraad-hoogleeraar,
aan deze opvatting geen afbreuk wordt ge
daan door de omstandigheid, dat bij perio
dieke verkiezingen de b boeming en aan
neming worden gedaan Whet oog op een
bepaald tijdstip, te weteft, dat waarop de
aftreding der, voor de Ioopende zittings
periode gerechtigde, leden door de wet is
vastgesteld
dat echter professor Oppenheim zelf on
derscheid maakt tusschen het zijn van
Raadslid en de uitoefening van de daaraan
verbonden rechten en plichten, waar Z. H.
G. in zijn standaardwerk schrijft, dat de
Raad niet beslist of de persoon iid is, maar
of hij de aan het lidmaatschap verbonden
rechten en plichten kan uitoefenen
dat voorts, naar aanleiding van het
schrijven van den heer A. Staverman, be
treffende het zenden van de ..waarschu
wing" door hun college, d.d. 23 Augustus
jl., zij opgemerkt, dat het betoog van den
heer Staverman niet aan hen doch aan den
Raad had behooren te zijn gericht, daar
aan hem niet toekomt de beoordeeling. of
hij op dien datum al dan niet raadslid was,
daar hem een termijn van 8 dagen toekomt
om deze aangelegenheid aan het oordeel
van den Raad te onderwerpen en derhalve
volgens het tweede lid van art. 25 niet zijn
oordeel, doch dat van Burg. en Weth. be
slissend was
dat de heer Staverman ingevolge het
derde lid van art. 25 de keus had te berus
ten of het rechtsmiddel de onderwerping
van het geval aan het oordeel van den Raad
Werner bukte zich intusschen en
zocht nog even rond op den grond on
der de banken. Gelukkig vond hij nog
een zilveren doos, klaarblijkelijk van
de toilet-necessaire der dame.
Ik d'ank ten zeerste", zei de don
kerharige dame, die even in de dertig
scheen en een eenigszins vreemd klin
kend dialect sprak.
..Hef kofferslot is gebroken", zeide
Werner, nadat hij den platten hutkoffer
onderzocht had. „maar die riemen zijn
voldoende, om hem dicht te houden. De
riemen waren alleen niet aangetrok
ken, anders was hij ze<ker niet openge
sprongen."
Hij hielp de dame bij het sluiten van
den koffer, trok de riemen stevig vast,
zette hem weer in het net en op den
nogmaals uitgesproken dank van de
dame antwoordde hij met een kort
,,'t 'Heeft niets te beduiden, mevrouw,
hef 4°et me genoegen, u. een kleinen
dienst te hebben bewezen."
Daarna trok hij zich bescheiden in
zijn hoek terug, om de dame niet met
een gesprek lastig te vallen en opdrin
gerig te schijnen.
Werner nam Kersten's brief nog tens
op, niet zoozeer om den inhoud, want
dien kende hij reeds van buiten, doch
meer om hem als voorwendsel te ge
bruiken, en onderwijl de dame in den
hoek te beschouwen.
Het was een zeer statige, flinke fi
guur met een, bij haar donker haar,
opvallend blanke tint, dïonkere, door
lange wimpers overschaduwde oogen
en een regelmatig, edel profiel. Een
waas van voornaamheid lag over haar
O
ooooooooooooo
!«oooooooooo<>|
Badpaviljoen Wiiheimina
VRIJDAG 31 AUG. A.S.
(Jaardag van H.M, de Koningin)
Populaire Muziekavond
Oud-Hollandsche Liederen.
Des avonds 9.30 uur
SOIRÉE-DANSANTE
0
0
O
0
o
R>
oo<o>o<c>ooc>ooooo
toe te passen, van welk middel hij geen
gebruikheeft gemaakt, weshalve rechtens
een vacature in den Raad zou zijn ontstaan,
waarin door het hoofdstembureau nog tij
dig vóór 4 September a.s. had kunnen wor
den voorzien
Overwegende echter, dat hun college, bij
nadere beschouwing, van pordeel is, dat bij
periodieke aftreding van de leden van den
raad, de nieuw benoemde Jeden hunne be
trekking niet zooals bij de vervulling
van een buiten periodieke aftreding open
gevallen plaats kunnen aanvaarden ter
stond nadat tot hunne toelating is beslo
ten, doch eerst met den eersten Dinsdag
van September van het jaar, waarin zij tot
lid van den Raad zijn benoemd verklaard
Besluiten:
I. hunne aan het hoofd dezes vermelde
„waarschuwing" aan den heer A. Staver
man In te trekken.
II. Een exemplaar van dit besluit te zen
den aan den heer A. Staverman.
Vlissingen, 30 Augustus 1923.
Burg. en Weth. voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
DIENSTPLICHT.
De Burgemeester vaii' Vlissingen brengt
ingegevolge artikel 44, tweede lid van het
Dienstplichtbesluit, ter openbare kennis, dat
door den Minister van Oorlog bij geschik-
king van 25 Augustus 1923, No. 181 V. is
afgewezen het verzoek om vrijstelling we
gens kostwinnerschap van den dienstplicht
van den dienstplichtige dezer gemeente
lichting 1922, Leendert de Visser.
Tegen deze uitspraak: Tunhen vanaf he
den binnen tien dagen bij de Kroon in be
roep komen, de ingeschrevene wien de
uitspraak geldt, elk der overige voor deze
gemeente voor dezelfde lichting ingeschre
ven personen of de wettige vertegenwoor
diger.
Het verzoekschrift dat met redenen om
kleed moet zijn. moet worden ingediend bij
den Burgemeester, ter Secretarie dézer ge
meente.
De Burgemeester zorgt voor de door
zending van het verzoekschrift.
Vlissingen. 30 Augustus 1923.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
BEPALING SLUITINGSUUR DER
TAPPERIJEN OP 1 SEPTEMBER 1923.
De Burgemeester van Vlissingen, gezien
art. 117 der Algemeene Politieverordening
voor Vlissingen. brengt ter algemeene ken
nis, dat het sluitingsuur der tapperijen op
1 September 1923 door hem is bepaald op
1 uur na middernacht.
Vlissingen, 31 Augustus 1923.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN
ONVEILIGHEID VAARWATER.
Schietoefeningen.
De Burgemeester van Vlissingen maakt
aan zeevarenden bekend, dat op 5 Septem
ber, zoonoodig op 6 September a.s. van het
werk „Ronduit" bij Naarden schietoefenin
gen zullen worden gehouden.
De voor de veiligheid te nemen voor-
geheele verschijning.
Zwijgend reed men door tot het eerst
volgende station. Toen voelde de dame
zich 'blijkbaar verplicht, den medereizi
ger, die haar een vriendelij'kheid bewe
zen had, niet langer te negeeren, al
thans ze zeide
„Ik hoop, d-at wij nu eens een'ge
dagen goed weer zullen hebben. Al die
regen van de laatste weken heeft voor
al den landbouw veel nadeel berok
kend."
,vHad u slecht weer hier vroeg
Spalding voorkomend. „In België, waar
ik vandaan kom, hadden we heel droog
weer en men maakte zich daar reeds
bezorgd! ove,r de veldvruchten, die in
het voorjaar, zooals de landbouwers
beweren, bepaald regen noodig heb
ben."
„.Wij hebben hier een ander klimaat",
merkte de dame op, „het bergwoud
trekt veel vocht aan droogte heerscht
hier zelden."
Er ontwikkelde zich op deze wijze
tusschen Werner en de dame een lang
zaam en met zekere voorzichtigheid
gevoerd gesprek over het weer in het
algemeen, over landbouw en klimaat,
een gesprek dat in zekeren zin tot niets
verplichtte en eigenlijk slechts een on
derlinge beleefdheid van de beide rei
zigers was.
In Buchwald, het station vóór Das
burg, stapte de dame uit. Een dienaar
stond op het perron en kwam snei toe-
loopen, zoodra hij de dame voor het
treinraam zag staan. Hij nam de hand
tasch, zoowel als een foudraal met pa-
rapluie en parasol van haar over.
zorgsmaatregelen liggen voor beiangheb-
ben ter Secretarie dezer gemeente ter in
zage.
Vlissingen, 31 Augustus 1923.
De Burgemeester voornoemd,
VAN WOELDEREN.
„Thans is de ure gekomen, waarop
ik mij, onder aanroeping van Gods hei
ligen naam, zal verbinden aan het Ne-
derlandsche Volk tot instandhouding
van zijn dierbaarste rechten en vrijhe
den. Zoo bevestig ik den hechten band,
die het aloud-verbond tusschen Neder
land en Oranje opnieuw bezegelt."
Aldus klonken op dien gedenkwaar-
digen dag van Herfstmaand, nu vijf-en-
twintig jaar geleden, van koninklijke
lippen, de woorden door de hooge
ruimte van het .groote kerkgebouw der
hoofdstad. En ,,/Hoog is de roeping,
schoon de taak, die God op mijne
schouders gelegd heeft", volgde daar
op. De honderden daar verzameld, zij
hebben het woord vernomen, dat wel
dra door duizenden ter hoofdstad opge
trokken, door millioenen daarbuiten in
den lande ontvangen en verstaan werd.
Want op eenmaal voelden allen door
gansch ons vaderland, dat hier geen
ijdele spraak aan het woord geweest,
geen ongemeende taal vernomen was,
maar dat rechtstreeks en aanstonds van
hart tot hart de band gelegd was, die
Koningin en Volk nauw omsnoeren zou,
onverbreekbaar in voor- en tegenspoed
tot in lengte van dagen. En thans, nu
een kwart-eeuw sedert dat gedenk
waardige oogenblik vervlogen is, en de
ure gekomen is, waarop Vorstin en
Volk terugblikken mogen op een zoo
bewogen tijdperk als die verioopen vijf-
en-twintig jaren voor ons land, voor
Europa, voor de wereld is geweest, nu
blijken de banden gehecht en bezegeld,
gelegd en bevestigd, niet alleen onver
zwakt beiden te omvatten, maar veeleer
nog, zoo mogelijk nauwer, beider hart
te omgorden, en aaneen gesnoerd te
houden. Want waarlijk, hoe heeft de
instandhouding onzer dierbaarste rech
ten en onzer vrijheden, waarvan Zij
toen gewaagde, duurste zorg en ko
ninklijke handen erlangd En vraagt
men heeft Zij .hare hooge roeping geheel
vervuld, haar schoone taak ten volle
volbracht in die lange reeks van wis
selende jaren Ons dunkt, daarop zij
dan slechts één antwoord mogelijk, en
dat antwoord van het Nederlandsehe
volk zal van Doilaert tot de Schelde,
van Noordzee tot de Oostergrenzen, zal
in steden en in dorpen, in gehuchten en
in vlekken, zal op de wateren waar
Neerland's schepen varen, zal in de
verre gewesten in Oost en West waar
landgenoot en inboorling tezamen zijn,
overal eensluidend en óprecht uit het
hart wellen, en met dankbaar gemoed
beamend klinken
Ziet daar het schoonste loon, dat ooit
een vorst erlangen kan i den diepen
dank der natie. Want, zeker, we weten
heel goed, dat aan alle menschelijke
pogingen, aan eiken menschelijken ar
beid onvolkomenheden kleven, die te
verhelpen en te voorkomen niet ons ge-
De trein stopte slechts twee minuten.
Werner zag hoe de dame, die met
eenige vriendelijke woorden en met een
even vriendelijk lachje afscheid van
hem had genomen, naar den uitgang
schreed, en juist toen de trein zich in
beweging zette, zag hij ze in een groote
elegante auto wegrijden.
Een kwartier later kwam Werner in
Dasbu-rg aan, nam in het bagagedepot
slechts een van zijn groote koffers,
welke hij als passagiersgoed had mede
gegeven, in ontvangst, ging hiermede
én met zijn handbagage naar het Frie-
drichs-hotel, dat hem door zijn statig
uiterlijk en elegante inrichting verras
send aandeed en telefoneerde van daar
uif naar den Geheimen Bergraad
Kersten.
iDe oude heer was blijkbaar zeer ver
heugd over Werner's aankomst en
zeide
„Ik kom u over een half uurtje afha
len om een visite te maken, verkleed u
dus even."
Werner ging naar zijn kamer om zijn
gekleede jas en hoogen hoed in orde te
brengen en zich te verkleeden, na zich
terdege van het stof van de reis te heb
ben gereinigd.
Hij was juist gereed, toen er aan de
deur werdl geklopt en Geheimraad
Kersten binnentrad.
De slanke, magere, lange man, met
het baardelooze gezicht, waarvan de
witharige, borstelige wenkbrauwen
scherp afstaken tegen het hoogroode
gelaat, reikte Werner de hand en riep
hem toe
„Welkom hier. Gij zijt zoo te rechter
geven is. En zoo zullen er in den lande
gevonden worden, die jn het constitu
tioneel koningschap, niet de volmaking
hunner staatsrechterlijke verlangens
zien maar de groote meerderheid
acht zich wel degelijk gelukkig met een
staatsvorm, die in tijden van voorspoed
en van onheil, in jaren van welvaart en
in jaren van kommer en zorg, bewezen
heeft onder alle omstandigheden 's
lands heii te dienen, en zelfs de moei
lijkste vuurproef glansrijk te doorstaan.
Aan dien staatsvorm is 'de naam van
Oranje onverbrekelijk verbonden, en in
dien naam eeren wij Haar, wier zilveren
regeeringsjubileum ons voor een oogen
blik de zorgen des dagelij-kschen levens
mag en moet vergeten doen Oranje
Boven
Toch zijn het ernstige, zorgen voor
velen voorwaar Want, helaas, het
heeft niet mogen zijn, dat het tijdstip
der herdenking, dat het jubelfeest ons
van kommer vrij, van onrust los, van
vreeze onbeiernmerd vindt de wilde
woelingen op het Europeesche staats-
tooneel, de onrust dezer tijden met hun
verborgen roerselen, de instorting van
ijdelen welvaartschijn, hebben ook te
onzent breede schaduwen gemaakt en
.heden en toekomst voor veien verduis
terd Maar juist daarom, in trouw en
overgave, in eendracht en saamhoorig-
heid geschaard om Haar Oranje
Boven
De erkentenis in het hart voor het
vele goede het gemeenebest geschon
ken een. kwarteeuw lang over Haar
bewind, de bede op de lippen om be
stendiging tot in lengte van dagen van
zulk een kostbaar bezit, en ten derde
male welle het uit het vaderlandsch
gemoed
ORANJE BOVEN
Prinses Juliana.
Naar wij vernemen, zal H. K. H. de
Prinses op raad van den dokter, in ver
band met een lichte verkoudheid, ge
durende een paar dagen uit voorzich
tigheid niet in een open rijtuig rijden.
Art. 40 van het Bezoldigingsbesluit.
Het bureau van de Centrale Commis
sie voor Georganiseerd Overleg van
riikspersoneel heeft, naar de „Rsb."
verneemt, reeds advies uitgebracht aan
de regeering.
Het bureau adviseert om de vraag,
door de regeering gesteld, of in begin
sel mag worden overgegaan tot loons
verlaging van het op 1 Juli 1922 reeds
in dienst zijnde personeel, bevestigend
te beantwoorden.
Het bureau overweegt hierbij, dat het
voornemen, dat de regeering thans
koestert, wel in schrille tegenspraak is
met de belofte, door de regeering op 11
/Mei 1922 bij monde van den heer De
Geer gedaan, maar dat dP toestand van
's lands financiën op dit oogenblik zoo
danig is, dat een beroep op verkregen
rechten tegenover het algemeen belang
niet gehandhaafd kan worden.
Omtrent liet advies, hoe hoog de sa
larisvermindering zal moeten zijn, wil
het bureau nadere gegevens van de re
geering afwachten.
Het comité voor neutraal overheids
personeel (C. N. O. P.) heeft gisteren
te s-Gravenhage vergaderd ter bespre
king van het voornemen der regeering
tijd aangekomen, dat we dadelijk aan
het werk kunnen gaan. Versche visch,
.goede visch, ik weet, dat gij er ook zoo
over denkt. Ik heb de dames al getele
foneerd, dat we komen en we kunnen
worden gewaclit."
„De dames vroeg Werner eenigs
zins verwonderd.
„Ja, de dames", antwoordde de Ge
heimraad kalm. „.Eigenlijk hebben we
slechts met ééne te maken, de eigenares
van de gezamenlijke mijnen en fabrie
ken, mejuffrouw Dorothea Buchwald.
Haar tante/mevrouw Schottelius, is al
leen maar figurante. Zij is de gezel
schapsdame, en heeft over dingen,
welke de zaken betreffen, niets te
zeggen."
„Dus vrouwenregeering zei Wer
ner ietwat onthutst.
„Hoe bedoel je dat, vrouwenregee
ring v.roeg die Geheimraad tamelijk
scherp.
„Heel eenvoudig De eigenares is
een dame. U schreef me met geen enkel
woord, dat het om een betrekking bij
een dame ging."
„Ik schreef u niets, omdat ik wel ver
moedde, dat gij met zulke bedenkingen
zoudt aankomen. En wat zou dat nu
beteekenen, vrouwenregeering
Sindb jaar en dag is de heele geschie
denis hie.r eigenlijk reeds een naamloo-
ze vennootschap en dan hebt ge met
alle vrouwen ter wereld niet meer te
maken, dan ge zelf wilt."
(Wordt vervolgd.)