EGYPTE WOENSDAG 4 APRIL. Iiper STOUT No79< aan istborïe nstbode istbode chs Maatschappij m Stsowart BINNENLAND FEUILLETQN De burcht van het geluk. Stads- ea Provincienieuws I bezig met mem Weet eu cijdoott SUPER rank. Hee»> De verdere znh"-oe.;bi Te!. 34, Viissingen m&a— )p eersten stand. event, referenties kt 40, Oen Oosch. evraagd te Souburg, met opgaaf van prijs,. grootte, onder No. Crt. iRESSENSTEItf ;onen verdienen thuis lden per dag. (Fran- :f met 20 cent.) Adres Dortmundt, Schliez- i een nette bediening. ireau „Vliss. Courant" ARENDREGT, Nieu- vraagt voor direkt lijke niet beneden 25 jaar. ureau „Vliss. Courant" d een HABIG, Boulevard 62. (bovenhuis) d flink morgenuren of halve es: Bureau „Vlissing- ant". Middelb. - Rotterdam tengelegen plaatsen. VAN PASSAGIERS bEREN EN VEE. T. SfiM sin T. liDtt Tm. BIT 8 8 April] 4 5 6 9 matieB to bekomen N.V. Tranap. en EiP» Ervon G. VOS, Ti. B. EENHOORN, Tel. 16' v. OOSTERHODT, Tel. 'H. Gab-PUITENHEK, T«U0J- VLISSINCSCHE COURANT ABÖNNEJWENTS-PRIJS Voor Viissingen fin gemeenten op Wai- ehcren 2.20 per drie maanden. Franco i «r het geheeti rijk 2.50. Weelt-abon- nenienten 17 cent, alles bij vooruitbetaling, Afriwujeriijtte nummers S cent ADVERTENTIE-PRIJS. Van 14 regels 1.10 voor iedere regel meer 25 ceai; bij abonnement spe- eiale prijzen. Reclames 52 cent per i gel DamstaaribtedlBgea en dlenstaanvragen van -5 regels 65 centiedere regel mee; 13 cent, bij contante betaling. Familieberichten van 6 regels f 1.74, tedere regel meer 2S cent. De zomertijd. Gisteren is bet voorloopig verslag wan de Eerste Kamer verschenen over Set initiatief-voorstel van de heeren Braat en de Boer om den zomertijd niet weer in te voeren. Er blijkt uit, dat de groote meerderheid van de Kamer om «ifenloopende redenen meent, dat het voorstel niet kan worden aanvaard. Men kiwam tot de slotsom, dat bet op den weg der regeering ligt, met een modus vivendi te ikomen, door den ter mijn te bekorten, gedurende wellken de zomertijd zou geiden, of, gelijk eenige leden aangaven, door invoering van den midden-Europeeschen tijd. De ver pachting werd daarom algemeen uit gesproken, dat bij eventueele verwer ping van hef voorstel.Braaf c.s. de regeering in dien zin zou handelen. Ons Nederiandsch volkslied. Minister De Visser heeft een poging gedaan, om er voor te zorgen, dat het opgroeiend geslacht beter de Neder- landsche volksliederen zal kennen en zingen dan met ons igeslaoht helaas het .geval is. Het Kamerlid Ter Hall vestigde in dertijd de aandacht van den minister op dit euvel Dezer dagen nu heeft de minister den volgenden (brief aan de inspecteurs van het la,ger onderwijs gericht „Het is mij bekend en no-g onlangs is van bevoegde zijde mijn aandacht daarop opnieuw .gevestigd dat de onwetendheid der schootkinderen (en ook van de volwassenen) ten aanzien der Nederlandsche volksliederen over ket algemeen niet gering is. Bc acht het nuttig u hierop te wijzen, opdat gij bij de behandeling der leer plans hieraan de noodige aandacht wijdt door te bevorderen dat in de leerprogramma's eenige der meest in zwang zijnde volksliederen worden op genomen. Het verdient voorts aanbeve ling de medewerking der hoofden van openbare en bijzondere lagere scholen in ite roepen, opdat de kinderen meer dan tot dusver naast de melodie ook de woorden die; liederen leeren kennen en onderhouden. Ook komt het mij geiwenscht voor, dat aan de leerlingen der lagere scholen bij het verlaten der school een boekje met liederen, waarin ook volksliederen voorkomen, wordt uitgereikt en dat gij bij de gemeente- en schoolbesturen uw invloed aaniwendt om dit te bevorderen. In verband met het verschil in karak ter der onderscheidene scholen verdient het m.i. evenwel geen aanbeveling hier voor een bepaalde verzameling te noe men gemeente- en sohoolbesturen die nen ten deze zelf een keuze te doen." De nieuwe postzegel. De dezer dagen gehouden algemeene vergadering van de Internationale ver- Roman van F. ARNEFELD. 27) HOOFDSTUK XVI. Het iwerd een gezellige avond. Tinti had wel, een teleurgesteld gezicht ge zet, toen zij hooide, dat Prosper naar Hochweid was vertrokken, en zij maak te eerst twel bezwaar, den avond te blijven. Maar toen Edeltrud beloofde, ter stond een rijknecht met de boodschap naar Hagernbach te zenden en haar des avonds zelf thuis te brengen, liet zij zich iheel gaarne overreden. Men moet de feesten vieren, zoo als ze vallen, dacht zij. Thuis is het immers toch ontzaglijk vervelend en de goede Kurt mat zijn dwaze verliefdheid is toch een vermakelijk plaatsvervanger voor den altijd even pedanten Prosper. Zoo bleef zij dan en genoot glim lachend zijn blinde vereering. Men 'gebruikte onder de boomen met den hertog, de .kinderen, Markhof en juffrouw Muller gezellig de thee. Tegen zonsondergang speelde men met de kinderen blindemannetje op het gras veld achter het slot en de hertog ver wonderde zich, in stil/te over de uitgela ten vroolijkheid, die Edeltrud' daarbij toonde. Zij, lijkt weer net een jong meisje, dacht hij. Ik deed haar werkelijk on recht, zooiang toe te stemmen in haar eeniging wan postzegelverzamelaars „Philatelcia", te 's-Gravenhage, Is de volgende motie aangenomen De intern. Vereeniging, enz. Gezien de plaatjes, die door het Staatsbedrijf der posterijen en telegrafie zijn uitgegeven als postzegels van het Koninkrijk der Nederlanden, acht deze producten smakeloos en het land van Rembrandt onwaardig; veraoekt den overigen Nederlandschen Vereenigingen van postzegelverzamelaars adhaesie te willen betuigen, brengt een en ander ter kennis van de pers en gaat over tot de orde van den dag. Bewijzen van Nederlanderschap voor België. De Commissaris der Koningin in de provincie Noord-Holland heeft aan den minister van buitenlandsche zaken om inlichtingen verzocht of het de bedoe ling is, dat bewijzen van Nederlander schap, dienende voor toelating in Bel gië, uitsluitend door den Commissaris der Koningin worden afgegeven, dan wei of ook de burgemeesters tot afgifte bevoegd zijn. De minisiter van buitenlandsche zaken heeft hierop geantwoord, dat, ofschoon de met de Belgische regeering getroffen regeling inzake de toelating van Ne derlanders in België op vertoon van een bewijs van Nederlanderschap te hunner name niet uitsluit de bewijzen van Ne derlanderschap, afgegeven idoor de burgemeesters, zij foch in de eerste plaats op het oo.g heeft de nationaliteits bewijzen, afgegeven door de Commissa rissen der Koningin, zoodat het de vooikeur verdient dat belanghebbenden zich voorzien van zoodanig national i- teitsbewijs. Het weer in Maart. Het Meteorologisch Instituut te De Bilt publiceert het volgende voorloopig overzicht van het weer in Maart. Gemiddeld over de geheele maand was de temperatuur ongeveer 2 graden 'Celsius boven normaalin de iderde ddkade iwas hef dagelijiksche maximum zelfs ruim 6 en het' minimum 3 graden er boven. Te Maastricht werd den 26en een maximum van 23.2 graden en te de Bilt den 27sten een van 21.3 graden bereikt, derhalve slechts weinig beneden de hoogste vroeger toereikte, die van 30 Maart 1911, resp. 23.4 en 21.8 graden. Vorstdagen kwamen nagenoeg niet voor, echter was er op ongeveer tien dagen nachtvorst. De regenval, 'gemiddeld over het ge heele land, bedroeg slechts 31 mM. te- ■gen 46 de normale maandsom. De Bilt telde 117 uren met zonne schijn tegen 105 uren normaalde eerste helft der maand was meest be trokken. NOG EENS DE OVERGANG VAN HET LAGER- NAAR HET MIDDELBAAR ONDERWIJS. II. Middelbaar onderwijs is dius niet al leen een onderwijs, dat de verstandelij ke vermogens wat meer ontwikkelt, het gemoed verdere vorming, den geest, de zintuigen en de lichamelijke krachten meerdere oefening geeft dan bij het la ger onderwijs het geval is het ver schaft heel wat meer en heel [wat toeter, het verschaft de zgn. algemeene ont wikkeling. Een juiste omschrijving van het begrip algemeene ontwikkeling is uiterst moeilijk, maar bei schijnt'mij toe te zijn die kennis van mensch en samen leving en die geestelijke houding, welke vereischt worden voor degenen, die in de afgetrokken leven, dat haar boven haar leeftijd ernstig en peinzend maakte. Nu leeft zij weer op onder de jeugd: Toen dë hofmeester aan .tafel noodde, trok juffrouw Muiier met den kleinen Mundy zich terug. Ook Achim zou meegaan, want hij mocht slechts dan met de volwassenen eten, als er geene gasten waren. Maar Knude, die zich snel en hartelijk met den knaap had bevriend, vroeg, dat men een uitzondering zou maken. Men wilde immers bovendien na tafel de foto's uit Afrika bekijken. Edeltrud ondersteunde levendig dit verzoek. Zij iwas zoo dankbaar, als iemand haar lieveling prees en steeds gelukkig, als hij bij haar kon zijn. Eigenlijk zijn wij oak immers ge moedelijk onder ons, toesloot zij. De hertog keek haar wat venwonderd aan. Hem was vrijheer Von Knude, die voor de tweede maal op Dreisenstein kwam, nog heelemaal een vreemde. Maar hij opperde geen bezwaren en Achim mocht mee aan tafel. Het ge sprek was zeer opgewekt. Knude ver telde Edeltrudi van zijn reizen en Tinti oefende zich in flirten met Dolling. Slechts de hertog voelde zich onbe hagelijk te moede. Hij ergerde zich over Tinti's gedrag, dat hem voor de eerste maal grondig mishaagde, en hij ergerde zich nog meer over Edeltrud: die voor het luisteren naar Knude alles om zich heen scheen te hebben vergeten. Sedert wanneer stelde zij toch zoo veel belang in Oost Afrika Het was inderdaad! niet noodig, dien Knude zoo maatschappij in een of ander opzicht een leidende functie van hooger orde uitoefenen, of een verantwoordelijkheid van .meer dan gewonen omvang dra- gen. Het is duidelijk, dat deze algemee ne ontwikkeling niet dezelfde is als het maken van moeilijke sommen, van lasti ger taaloefeningen, als het kennen van meer jaartallen, van meer zijrivieren van den Mississippi, van meer vreemde woordjes, etc. etc., dan op de lagere school het geval is, maar dat daarbij veeleer te denken is aan inzicht in ge beurtenissen en toestanden, het volgen en het zelf ontwikkelen van logische ge- daöhtengangen, het zich schriftelijk en mondeling juist en vaardig uitdruikken in zijn moedertaal, het goed kunnen le zen en verstaan van een stuk niet te moeilijk Nederiandsch proza of poëzie, het vertalen van eenvoudige stof uit het Fransch, Duitsch en Engelsch in het Nederiandsch en het zich eenigszins redelijk in die vreemde falen kunnen uitdruikken. Het zal nu aan vele ouders en onder wijzers duidelijk zijn, dat een kind, dat op de lagere school behoort tot de goed-middelmatigen, ja soms tot de goeden, niet sleeds de geschiktheid be zit het middelbaar onderwijs te volgen. Niettemin stroomen er telken jare dui zendtallen de poorten van de H. B. S. binnen. In 1921 en 1922 was de aan drang gewoonweg schrikbarend. X heeft er reeds op gewezen, welke factoren tezamen wenken, ook welke ongezonde onderwijstoestanden daar van de gevolgen zijn. Geheel en al vol ledig *was hij niet, en daar volledigheid noodzakelijk is voor goed begrijpen, zullen wij in de volgende regelen het kwaad, in vollen omvang bloot leggen. De afschaffing van het Fransch voor de toelating heeft alle lagere scholen met één slag fot opleiding voor de H. B. S. gepromoveerd. Het valt niet te be twijfelen, of daarmee is aan veie hoof den van schoten een verantwoordelijk heid op de schouders gelegd, die zij niet kunnen torsen, en waardoor dan ook een aantal ikinderen al in de eerste klasse van de middelbare school mis lukken, vele ouders worden teleurge steld, nog afgescheiden van ander na deel, dat direct en indirect wordt te weeggebracht. Het zeer lage schoolgeld voor de ge ringe inkomens en de vrijgevige ver schaffing van boaken cn andere leer middelen heeft een sterke toestrooming tengevolge gehad uit die kringen, waar er tien jaren geleden weinig of niet aan werd gedacht de kinderen naar de H. B. S. te zenden. Het zijn nu niet alleen de werkelijk begaafden uit de kringen van de adoeiders en de kleine burgerij, die 'komen, talrijke broedertjes en zustertjes melden zich eveneens aan. Het zal ech ter ook daar weldra worden ondervon den, dat er velen zich geroepen achten, maar dat er weinigen zijn uitverkoren. Took is dat nog lang het ergste niet. Het zeer betreurenswaardige is, dat deze jeugdige mislukkelingen met twee of drie jaren onverteerbare H. B. S- ikennis gehandl-capt in een omgeving terugvallen, waarboven zij zich meen den te zullen verheffen, en ook hadden ■kunnen verheffen, als zij aan de gestel de verwachtingen hadden beantwoord. De royeering van het zevende leer jaar door den wetgever, waardoor de groofe moeilijkheid' van de beroeps keuze 'gewelddadig een jaar vroeger is geplaatst, welk jaar door ouders, !ee- raar en onderwijzers juist als regel te vens zoo hoogst noodzakelijk werd geacht voor een rustige voorbereiding tot het middelbaar onderwijs, is een ijdel te maken. Oalc Achim zat daar als Ibetooverd en luisterde naar Knude's woorden, en zelfs de altoos bedaarde Markhof llcwam heelemaal uit zijn huisje toen de vrijheer zijn oorlogsherinnerin gen met hem besprak. Bovendien ontstemde het den hertog, dat hij zich door Tinti de belofte had laten afsmeeken, den stotavond van het dansonderrieht tot een groot bal te ma ken, waartoe alle buren zouden wor den uifgenoodigd Een bal in Juli. Het is pure onzin, had hij gezegd. Maar Tinti verstond het met blikken en woorden te bedelen. Zij wist zooveel redenen op te geven, dat de hertog ten slotte alles beloofde, wat zij vroeg. Tot dank daarvoor flirtte zij nu met dien Dolling en benoemde hem voor dat bal plechtig tot haar cavalier, daar Prosper helaas zoo weinig lust tot dan sen had en bij de lessen meest ais toe schouwer was opgetreden. Wat hij daar hoorde, deed des her- togs ergernis-groeien. Hij zelf, wten de heele danserij slechts middel fot zijn doel was geweest, had zich slechts den eersten avond laten zien. Van de vol gende avonden had hij zich vrij ge maakt. Maar hij had toch aangenomen, dat Prosper er belang in stelde. Toen hij nu uit Tinti's woorden hoonde, dat dit volstrekt niet het geval was geweest, ergerde hij zich dubbel over zijn gegeven belofte, die zoo wei nig zijn doel bevorderde. Tinti zelf iwas er des te vroolijker over. Zij gaf er niets om, of Prosper met haar danste. Des te ander punt van buitengewoon veel be lang. Na zes jaren immers zijn er vele ouders, die met hun kinderen, die zon der struikelen de lagere school afliepen, min of meer verlegen zitten. Wel in zulke gevallen is een jaartje naar de H. B. S. geen slechte oplossingze leeren er allicht wat, hef schoolgeld en de kosten der leermiddelen zijn geen of een gering bezwaar. Er komt bij, en de geachte schrijver wijst daar zeer terecht op, dat er ih de zesde klasse van de lagere school van jaar tot jaar lucht moet worden gemaakt voor de leerlin gen, die van onder op komen anders toch wordt het in de hoogste klasse, ja ook nog verder benedenwaarts, een janboel. De deur voor een verkeerde samenwerking van school en huis staat dus wagenwijd open. In enkele plaatsen, o.a. te Viissingen, is wel een vergaarschooi, een zgn. cen trale klas, maar daar heeft men ook te •worstelen met leerlingen van zeer uit- eenloopende kennis, die zonder selectie afkomstig zijn van verschillende inrich tingen van onderwijs, om niet te spre ken van de onderscheiden bestemming, die daar sterk aan de orde komt en een passende Idassen-indeeling moeilijk maakt. Werkelijk het is niet te kras, wat het Weekblad voor het middelbaar en gymnasiaal onderwijs van 14 Maart 1923 schreef: We zitten in het moeras iwaarin de minister van onderwijs ons heeft gebracht. Hoe uit het moeras te komen, daar over gaat het in het derde artikel. J. B. VLISSINGEN, 4 APRIL. De Statenverkiezingen. Gisterenavond had de Christ. Histo rische kiesvereeniging alhier in het Mi litair Tehuis een openbare vergadering belegd, waar de heer Krijger, lid der Tweede Kamer, een rede hield in hef belang der Staten-venkiezingen. De bijeenkomst, die slechts matig bezocht was, werd geopend' door den heer F. L. Hensel, met gebed en vervol gens las hij een gedeelte van Rom. 13. Hierna sprak de voorzitter een inleidend woord en wees spreker op de groote beteekenis die de a.s. Statenverkiezin gen hebben daar de Statenleden de le den der Eerste Kamer kiezen en in September alle 50 leden der Eerste Kamer moeten aftreden en dan de nieuwe Kamer moei gekozen worden volgens het stelsel der Evenredige Ver- fegenwoorclignig. Spreker richtte een woord van welkom tot den heer Krijger en uitte zijn dankbaarheid voor hetgeen deze in de Kamer heeft gedaan ter ver dediging van de belangen der Vlissing- sche havenwerken. De heer Krijger begon zijn rede met te wijzen op de geweldige veranderin gen die in een 10-tal jaren Europa heeft ondergaan. Tengevolge van den we- reldlkrijg is het economisch en finan- cieele leven uit zijn voegen gerukt en vooral in onze dagen kraakt alles in zijn voegen. Ook ons land bleef van dit al les niet gespaard al zijn wij in vergelij king me,t andere landen nog bijzonder bevoorrecht. Spreker gelooft dat wij ■misschien een vreeselijke catastrophe tegemoet gaan en de rampen nog ,groo- ter zullen iworden dan tijdens den oor log. Spreker bezag in verband hiermede hoe het voor ons land in de toekomst van zoo groot gewicht zal zijn in welke beter kon hij haar zelf, hare verschij ning, hare kunst en haar nieuw toilet als toeschouwer bewonderen. Zij, wist, dat zij de koningin van den avond zou worden. Geen der dames zou een costuum hebben als zij, niemand zoo onberispelijk dansen. Zij toonde juist voor den dans bijzonderen aanleg, naar de dansmeester eiken avond be wonderend had verklaard. Na tafel werden de foto's bekeken, die Kunde had meegebracht. De vrij heer wist bij haast alle iets belangwek kends te vertellen. Het duurde lang, vóór men met het bekijken klaar was. Toen werd Achim naar bed gezonden, terwijl de volwas senen naar den muzieksalon gingen. Knude had de prinses 'gevraagd, iets te spelen. Hij herinnerde zich nog,welke uren van genot haar meesterlijk spel den gasten in haar ouderlijk huis zoo dikwijls bereid had. Edeltrud speelde Chopin. Maar hoe vroolijk zij tot nu toe was geweest, nu was haar spel zwaarmoedig en wekte een ernstige stemming bij, de toehoor ders. Zij stond eindelijk op. Ik ben vandaag niet recht op streek. Zing jij liever iets, Horst. Of heb je in den vreemde het zingen verleerd Neen, al deed ik het zelden. De vrijheer nam plaats aan het kla vier en begon te zingen. Hij had een warme, niet omvangrijke tenor en zong met veel uitdrukking. Nog iets, vroeg Edeltrud, toen hij een eenvoudig volkslied gezongen had. richting het zal geregeerd worden, en naar zijn meening kan dit hef best ge schieden door het echt nationaal Christ. Historisch levensbeginsel, voor de uit eenzetting waarvan spreker de aan dacht zijner hoorders vroeg. Dat begin sel bevestigt den band tussehen God, Nederland en Oranje en het wortelt in de historie van ons land, ai is het in den loop der jaren niet onaanvechtbaar gebleven. De Christen-staatsman Groen van Prinsterer heeft tot zijn dood toe onder het opheffen der leuze „Tegen de revolutie het Evangelie" gestreden te gen den tijdgeest, het pleit voerend voor de Christ.-hist. anti-rev. beginselen. Niet minder dan in de dagen waarin Groen heeft geleefd, is het in dezen donkeren, felbewogen tijd meer dan ooit noodig, dat wSi doelbewust in den politieleen strijd partij kiezen. Er zijn nog vele Christenen, die de politiek als iets minderwaardigs be schouwen, doch dit is onjuist. Het is een zaak, waarbij de hoogste geestelijke en ideëele goederen op het spel staan. Politiek is naar de ordinantie Gods, welke stelling door spreker nader werd iuteengezet. Naar de Schrift is het onze plicht, dat wij in de politiek opkomen voor het gezag der overheid en dat een land geregeerd wordt in Christelijken geest. De antithese is niet dood, maar springlevend. Daar zorgen wij niet voor, maar onze tegenstanders. Spreker zai zijn tegenstanders zelf aan het woord laten om dit te bewi jzen. De libe rale leidsmannen zooals Cor.t van der Linden, Treub e.a. geven onomwonden toe dat het allesbeheerschende onder scheid in de politiek ligt in het al of niet aanvaarden van den geopenbaarden wil van God en hef rekening houden op het sfeatkundig terrein met 's Heeren ordinantiën. De heer Troeistra zegt Tegenover het Bijtoelsch standpunt stel ten ,wij het historisch materialisme. De politiek, zegt de soe.democraat, wortelt in de economie en niet in het Woord Gods. Hier heeft men de antithese. Vervolgens; zette spreker hef Christ.- historisch standpunt uiteen. Zij, belijden det God het huis van Oranje met sou- vereiniteit over ons fand heeft bekleed, dat de Koningin regeert bij de grafie Gods. Zelfs in den bloeitijd van het liberalisme heeft men het niet aange durfd deze woorden uif onze wetten fe schrappen. Doch ais Christen-democra ten erkennen wij diat de.ovgrheid regeert onder controle van-het vollk. Overheid en volk ontmoeten elkaar in de volks vertegenwoordiging. Spreker is er van overtuigd, dat de politiek gebracht moet worden in de heilige sfeer, omdat het is een strijd der beginselen. Het gaat ook bij de a.s. Statenverkiezingen om de vraag in welken geest ons land in de eerstvolgende jaren zal geregeerd wor den. Bij elke verkiezing wordt de vraag aan de orde gesteld naar welken regel het gezag door den Staat zal uif- geoefenditworden. Me,f ernst drong spre ker er op aan, nooit zijn stem uit te brengen op een belangengroep. Dit schaadt in hooge mate de eenheid van het Nederlandsche volk. Het voikt wordt dan verteerd door belangenstrijd en het ondermijnt de 'kracht der natie. Als de heer Braat recht heeft om in de Kamer fe komen, waarom dan oolk niet andere groepen of standen evenveel recht heeft dan bijv. de eerbare dienstboden stand. Feitelijk valt het onderscheid op de vraag naar welken regel de staat moei worden geregeerd!, uiteen in twee groepen, de rechter- en de linkerzijde. De rechterzijde belijdt in velerlei nuan ceering dat de overheid is dienaresse Ik heb geen muziek... Daar is genoeg. Zij wees naar de ■muziektkast. Toe, zing wait van Schu bert. Dr. Mankhof 'kan je stellig bege leiden. Knude bladerde een poos in de mu ziek en begon toen, door Markhof be geleid, nog eens te zingen. De hertog was in een der vensfernissen gegaan. Edeltrud' lag in een armstoel bij den haard, juist tegenover de piano Zij had de oogen gesloten, een zoet droomeriig lachje zweefde om haar mond, terwijl de „Miilierlieder" in weeke tonen door hef vertrek klonken. Toe, nog een, zei ze steeds weer, als Knude zweeg. En toen gebeurde er iets, dat den hertop- diep trof. Horst von Knude iwas een nieuw lied 'begonnen. Maar ditmaal zong hij min der vast dan straks, zijn stem beefde en zijn blik rustte onafgebroken op Edel trud, wie,r oogen zich onder de magi sche kracht van diezen blik, wijd en groot openden. „Ich grolle nicht und wenn das Herz auch bricht..." Was dat een visioen Of spon zich daar werkelijk blik in blik een diaad, die al vaster cn sterker werd Stonden er tranen in Edeltrudfs oogen en zoog de heete vlam, die plotseling uit de an dere oogen sloeg, ze nu weer langzaam op, er een schitterenden weerschijn in achter latend (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1923 | | pagina 1