I
I
1000
OLDO
24 MAART
25
Eerste Blad
No 71
nensch
it bode
neisje
Maatschappij via
jqviart
Min: Film F. VU OF VEIOE MilsM SI, Ilissiip. Tel. Inleit. ll.Pnliiiniiii 8S28T
Verschijnt Igelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen
HlggS door AS 11# van een hand, 1*^|| van
NIEUW LEVEN
FEUILLETON
De burcht van het geluk.
TAB^K
cent
2.25
- 1.5»
- 3.25
beneden
van de
en twee
8.50
id - 11.00
2.20
0.50
0.60
- 0.95
- 0.80
- 0.55
- 0.85
T. miii
t.a. im
8
8
t, Bun
im. MI
8
8
st in het Electrici-
als zoodanig, of
taalvak zijn werk-
ikunnen sollicitee-
ters E. J., Bureau
traat 44 boven,
n
/straat 27.
ddelb. - Rotterdam
elegen plaatsen.
\N~ PASSAGIERS
!EN EN VEE.
te bekomen
EENHOORN, Tal 163
O8TEKH0UT, Tel. lot
EDITENHEK.Tel.8J».
VLISSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20
per 3 maanden. Franco door het geheele rijk ƒ2.50. Voor België ƒ4.15.
Voor overige landen der Post-Unie 4.70. Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIEPRIJS: Van 1—4 regels ƒ1.10; voor iederenregel meer 26 ct.
Familieberichten van 16 regels 1.70. Bij abonnement speciale prijs.
Reclames 52 cent per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 13 ct. per regel
De abonné's in 't bezit eener
Polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor:
gulden bij levens-
lange ongeschikt-
heid tot werken. 8
r^f|Sulden bii doodO#ifl gulden bij verlies A gulden bij verlies A
UUU een ongeluk. voet of oog. JLdU een duim. Je.Uv
I gulden bij verlies
van een
wijsvinger.
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger.
Oit nummer bestaat uit 2 bladen
Da kalender aan onzen wand, het
vroolijike zonnelicht, gelijlk het in deze
dagen reeds uren lang het leven daar
buiten in de natuur zoo ikan doen op
fleuren, daarbinnen in onze woning de
(kamers met een helderen glans kan
vroolijlk malken, een geheimzinnig ge
rucht daarboven in de lucht, een jong
frisch tóeurbegin daar beneden op den
grond, het spreekt ons alles van het
naderend lente-getij, van het beginnend
voorjaar. En het is alsof alles nieuw
leven heeft gekregen in ons en om ons.
'Nieuw leven, was 'het oude dan
dood' en vergaan Slechts schijnbaar.
Want dood in den zin van het dage-
lijksch woordgebruik ikent het natuur
leven eigenlijk niet. Daar is altijd alles
in wording en roering, in voortstuwing
en beweging. Wij noemen dan „dood",
als wij na op den fleurigen zomertooi,
'den ikleurigen herfsttijd hebben ziende
volgen, den Ikillen kleu.rloozen, „doo-
den" winter aanschouwen, het doode
jaargetij. En toch is wellicht geen be
naming minder juist dan deze. Want in
datzelfde doode getij, worden al de,
voor ons oog, onzichtbare voorbereid
selen gewrocht en voltooid, om, is de
lente dadr, het al in een ontluiking, een
ontbotting, en openbloeiing, te zetten.
En de jonge vrucht van die gansc'he
lange voorbereiding, dat is het heerlijk
iente-ieven, dat we nu met rassche
schreden, eiken dag, tegemoet gaan. Op
de oude looten ikiemt het nieuwe groen,
uit de volwassen dieren .komen de kleine
voort, blad na blad gaat zich zetten,
om, is de tijd gerijpt, te ontbotten en te
prijken tot een weelde-lust der oogen.
En al het leven zingt ons een nieuw
lied tegemoet.
Ook in ons zingt zulk een zang. Het
klaaglied van den somberen winter
heeft uit, we leggen als het ware zijn
zorgen en verdrietelijkheden in-eens van
ons af, ons hart, onze geest, ons ver
langen, zij snellen voorwaarts naar het
geen ons wacht, en laten gaarne achter,
wat in den lagen zonnestandstijd ons
grimmig, duister deel geweest is. O,
zeker, we hebben ook aan dien tijd' nog
menig dierbaar uur en dankbare herin
nering, we hebben de wintersche maan
den vaa)k voor heel veel liefs in den
kring der onzen in huis en aan den
haard, ondervonden dank te weten als
tet daarbuiten zoo ijslkoud en guur
was, dan Ikon het hierbinnen, in ons,
zoo weldadig warm en koesterend we
zen. Maar boven al die geneuchten uit,
Roman van F. ARNEFELD
20)
Er is maar één uitweg. Papa en
Tinti moeten zelf tot inzicht komen, dat
het gewenschte huwelijk niet aan hun
wenschen voldoet. Jij moogt voorloopig
in je optreden niets veranderen be
halve alleen, dat je tegenover Tinti
soms laat merken, dat hare zonderling
heden je mishagen en dat je zoo iets bij
ie vrouw niet zoudt dulden. Toon je
"iet inschikkelijk, en laat geen gelegen
heid voorbijgaan, haar gebreken te la-
«n. Tinti is zeer prikkelbaar in dat
opzicht. Het zal 'haar trots wekken, en
21i zal zich steeds meer buitensporig
toonen, zoodat dan vanzelf papa ook de
oogen opengaan. Want verstandig is
hij, ondanks zijn eigenzinnigheid. Moe
dig ondertusschen onopgemerkt Kurt
™Jngs aanzoek aan.
i Edeltrud Dien flauwerd wil je
«e verstandige Tinti toe
Juist haar Zij moet een ledepop,
o|e millioenen als gouden achtergrond
hoeft Gelijk van adel is hij. Ik verwed
sd?t zij eindelijk beiden gelukkig
•P. Hij zal het zich tenminste verbeel
den. Want Kurt is zeer ijdel, houdt zich
voor onweerstaanbaar en voor de beste
Partjn het land, naast jou. Het laatste
's hij ook inderdaad.
klimt de, ons geheele wezen en omge
ving, vervullende verrukking van het
nieuwe lente-leven, dat ons nu wacht,
'ons nu met zijn, maar ééns in hef ge
heele jaar genoten, weelde beidt en met
zijn lieflijke roepstem onze ooren ver
vult.
Ziet, hoe hef stralcs ontspruit in de
gaarden, hoe daar iknop na knop zwelt
om eensklaps open te gaan, tot een
zinnen- en hartenlust der menschen
ziet hoe vrooiijik overal het jonge lam
metje in de groenende weide ikomt dar
telen, hoe de -boomen hun kruinen gaan
sieren, hoe de velden als meteen nieuw
frisch kleed getooid, de aarde tot één
tapijt van welig dons en geurig bloem-
gepromk maken. Hoort hoe straks de
vogelen in ikoor de lucht volmaken van
hun lieflijken zang, hoe zij vroolijk
rondfladderen of pijlsnel opstijgen tot
naar schier niet te ziene hoogten, hoe
zij jubelen en Ikwinkeleeren in de vroe
ge vootjaarszonne-oplkomst, of hun
avondlied' ikweelen ais de schemering
zich over velden en wegen, over land
en stad henenspreidt.
Laat het oolk in ons hart zoo jubelen,
als de natuur het t'hans op zoo tal van
toonaarden om ons henen doet. Want
deze tijd van nieuw leven alom, is een
tijd van dankbaarheid bij uitnemendheid
voor al wat de schoone schepping,
niet de wereld der menschen in en
om ons te genieten geeft. O, zeker wij
hebben oolk de smart en den rouw te
aanvaarden, als deelen, onafscheidelijk
nu eenmaal, van het gansche leven we
hebben ons neer te leggen en te berus
ten in veel wat ons leed doet. En wie
de moeilijke taak des levens, een ieder
onzer op de schouders gelegd, naar
beste krachten wil volbrengen, 'hij zal
zich niet van het leed, niet van ramp
spoed en kommer mogen afwenden,
maar ook dit aanvaarden met een steitk
hart en een rustig gemoed. Maar hoe
veel te grooter zal en mag die levens
blijheid zijn, als zij ged.ijen kan in
voorspoed en in vreugde, als ze, gelijk
wij nu in de natuur aanschouwen, ge
paard gaat met al de schoonheid, al de
weelde, al de heerlijkheid van een hoe
lang ooik -verwacht, toch eindelijk in
volle vervulling gegaan verlangen van
mensch en dier en plant.
VOORSTELLEN
AAN DEN GEMEENTERAAD.
Door Burg. en Wefh. zijn de volgen
de voorstellen aan den gemeenteraad
gedaan
De in uwe vergadering van 24 No
vember j.I. vastgestelde en aan Ged.
Staten van Zeeland ter goedkeuring
toegezonden gemeente-begrooting voor
1923, ontmoette, blijkens een overge
legd schrijven van dat college op slechts
enlkele punten van administratief belang
eenige bedenking.
Uit een nota van wijzigingen blijkt,
Zij zweeg. Ook Prosper bleef stom.
Hij begreep, dat Edeltrud's plan goed
was, maar dat het ook kon mislukken.
Tinti was tegenover hem steeds inschik
kelijk geweest. Als zij nu eens niet
wilde begrijpen, dat hij geen man voor
haar was wat dan Dan moest elke
dag haar hoop versterken en zijn plich
ten vergrooten.
Met een zeer onbehagelijk gevoel
ging Prosper eindelijk te bed. Maar het
duurde uren, voordat de slaap zijn ge
prikkelde zenuwen kalmeerde.
HOOFDSTUK XII.
Er was een aardige sage van de ruïne
Dansberg, die in alle 'kinderkamers van
den omtrek een groote rol speelde.
in oude tijden, toen er nog roofrid
ders in het land waren, het geslacht der
Eberdichens telde zijn voorouders tot in
die jaren en rechtstreeks als de bewo
ners van Dansberg terug, toen moest er
een graaf Ebereichen als kruisvaarder
naar het Turkenland zijn getrokken, die
zijne vrouw met hun kindje en weinig
dienstmannen onbeschermd op den een
zamen burcht achterliet. De kleine Udo
von Ebereichen koesterde groote voor
liefde voor dieren, die als goede vrien
den van alle zijden naar hem toe kwa
men, zoodat men hem zelden zonder
een ree, een haas of vos in het bosch
ontmoette. Op zekeren dag overviel een
roofridder, die de Ebereichens reeds
lang vijandelijk gezind was, versloeg
de dienstmannen, roofde, wat te roo-
dat wij. U voorstellen aan deze opmer
kingen gevolg te geven.
Ten aanzien van den post „Uitkee-
ring van het rijk ingevolge de wet van
24 Mei 1897 (Stbld. no. 156) ad
72.752.90, weitoe wij hadden ver
hoogd met een bedrag, waarop de ge
meente ten naaste bij volgens een bere
kening aangegeven door de Staatscom
missie inzake de regeling der financi-
eelei verhouding tusschen rijk en ge
meente, aanspraak zou kunnen maken
in den vorm van een „nooduitkeering"
ad 50.927, deelden Ged. Staten ons
het volgende mede
„ln de raming van dezen post zal al
leen dan kunnen worden berust, als de
verklaring wordt gegeven, dat met de
vaststelling van het heffingspercentage
der inkomstenbelasting over 1923/1924
zal worden gewacht, totdat omtrent het
al of niet toekennen van r.ooduiükeerin-
gen een definitieve beslissing gegeven
is, efl dat, indien alsnog geen voldoend
utzicht op de nooduitkeering bestaat,
de post zal worden verlaagd en die
voor de inkomstenbelasting zal wonden
verhoogd."
Wij kunnen het stellen van deze
voorwaarde door Ged. Staten wel bil
lijken, te meer, waar de regtering ten
aanzien van hef verleenen van uitikee-
ringen aan gemeenten en andere licha
men zich zooveel mogelijk tracht te
beperken.
Waar men algemeen, zoowel bij 's
lands regeering als bij de gemeentebe
sturen, de overtuiging bezit, dat de uit-
keering van het rijk op de verouderde
grondslagen der wet van 1897 geheel
onvoldoende is om den gemeenten den
noodigen financieelen steun te verlee
nen, waarop zij als orgaan van den
Staat aanspraak m-eenen te mogen ma
ken, en waar het blijkens de voorschrif
ten, gegeven bij de wet van 12 Novem
ber 1921 (Staatsblad 1173), voor de
gemeente Vlissingen voor oX iaren 1921
en 1922 billijk werd geatht, dat zij
voorshands aanspraak kon ma'ken op
het dubbele bedrag der rijksuit'keering
1897, daar meenen wij met recht de
verwachting te mogen 'koesteren, dat, in
afwachting van een definitieve regeling
dezer materie, onze gemeente in het
genot zal worden gesteld van de ver
hoogde uitkeering van het Rijk, dan
wel van een uitkeering overeenkomen
de met de uitkomst der berekening,
welke door ons is gemaakt op een basis
zooals de voormelde Staatcommissie
die heeft aangegeven en welke door
uwen raad op de- begroeting voor 1923
is uitgetrokken.
Inmiddels stellen wij U voor, de door
Ged. Staten bedoelde verklaring om
trent den hierboven vermelden post der
begrooting af te leggen.
Voorts geven wij U in overweging, in
verband met onze uiteenzetting in de
nota van wijzigingen, over te gaan tot
intrekking van uw besluit d.d. 25
Augustus 1922, no. 6, betreffende de
overbrenging van buitengewone uitga
ven van den dienst 1921 naar dien van
1922.
Bij besluit van uwen raad van 30 De-
ven viel en legde ten slotte den burcht
in de asch.
De gravin, die gedurende den strijd
in doodsangst naar haar zoontje zocht,
maar hem nergens kon vinden, vond
den dood in de vlammen. Van den klei
nen Udo echter werd geen spoor £e"
vonden, hoewel de roofridder met zijn
manschappen juist naar hem overal
zocht. Eerst veie jaren later, toen boe
ren toevallig weer aan de verlaten
plaats kwamen, vonden zij een wonder-
schoonen blondlokkigen knaap in ver
sleten fluweeeien buis, die zich aan hen
bekend maakte als Udo von Eber
eichen. Toen men hem vroeg, waarvan
hij dan tot nu toe had geleefd, en waar
hij bij: regen en sneeuw zijn hoofd' had
geborgen, leidde hij hen naar een hol
in de rotsen achter de zwartberookte
muren van den burcht en wees hun zijn
slaapplaats van mos. Van voedsel ech
ter ihadden hem zijn vrienden, de dieren
van het woud, rijkelijk voorzien.
De eekhoorntjes brachten noten, de
hazen boschbessen, de reeën wortelen
en zwammen, die zij uit het mos zoch
ten, de vogels eieren en de vossen dik
wijls stukken kaas, brood- of worst, die
zij hier en daar uit de rookplaatsen van
afgelegen boerderijen hadden wegge
nomen. Eike soort dieren had zich voor
hare legering een eigen bergplaats aan
gelegd, zoodat er rondom de grot een
groot aantal voorraadschuurtjes was,
waaruit de knaap naar believen kon
weghalen, als hij honger gevoelde. Hij
cember 1921 no. 26 werden met in
gang van 1 Februari 1922, voor den
tijd van één jaar ondershands venkochi
de door den gemeentereinigingsdienst
verzameld wordende beerstoffen aan
den heer L. Schipper te Leiden voor
den prijs van 1.50 per M".
Tengevolge echter van de toeneming
van het aantal aansluitingen op het
gemeente-riool, wordt de hoeveelheid
beerstof, welke voor venkoop in aan
merking komt, steeds minder, waar
door Vlissingen alleen voor de gegadig
den geen object meer is.
In verband hiermede hebben wij ons
waar het bestaande contract met 1
Februari jl. zou afloopen in verbin
ding gesteld met de gemeentebesturen
van Middelburg en Goes om tot een
gemeenschap,pelijlken verikoop van deze
stoffen over te gaan.
Beide gemeentebesturen waren hier
toe genegen, zoodat gezamenlijk, zoo
wel in ons land als in het bjiitenland
(België) pogingen in het werk zijn ge
steld een behoorlijk bod te verkrijgen,
doch men is hierin niet geslaagd.
Onderhandelingen met den tegen-
woordigen kooper gevoerd, hadden tot
resultaat, dat hij genegen is de beer
stoffen van de twee genoemde gemeen
ten en onze gemeente te ikoopen voor
den prijs van f 1.60 ,per ML
Hij stelde daarbij echter als voor
waarde, dat Jiij vooï de jaren 1924 en
1925 bij nader te houden inschrijvingen
hef recht van voorkeur zou verkrijgen
voor den prijs van den meestbiedende,
terwijl hij zich daar tegenover stilzwij
gend verplicht gedurende die jaren in te
schrijven voor een prijs van minstens
1.60 per ML
Waar tegen het aanvaarden van de
hierboven genoemde voorwaarden bij
ons geen bedenking bestaat en de ge
boden prijs in deze tijdsomstandigheden
hoog. is te noemen, hebben wij de eer
uwe vergadering voor te stellen voor
hef tijdvak van 1 Februari 1923 tot en
met 31 December 1923 de beerstoffen te
verkoopen aan den heer L. Schipper te
Leiden voor den prijs van f 1.60 per ML
Bij de behandeling der gemeente-
begrooting voor 1923 werd door het
lid uwer vergadering, den heer Van
Hal, een motie ingediend, waarbij ons
college werd uitgenoodigd, een nieuwe
regeling van het schoolgeld' voor het
handelsherhalingsonderwijs te ontwer
pen (Handelingen 1922 blz. 685).
Over deze motie werd door uwe ver
gadering geen beslissing genomen, doch
de wensc'h te kennen gegeven ten aan
zien van deze aangelegenheid nadere
gegevens van ons te ontvangen.
In de eerste plaats zij hier in herin
nering gebracht hetgeen wij, naar aan
leiding van een desbetreffende vraag in
de afdeebngsvergadering, in onze
memorie van antwoord opmerkten.
„Wij kunnen niet inzien" aldus
schreven wij „dat het schoolgeld
voor de Handelsherhalingsschool, welke
instelling nog geheel ten laste van onze
gemeente komt, te hoog zou zijn. Een
vergelijking met hef tarief voor de
Hoogere Handelsschool gaat o. i. niet
verliet dat hol ook niet, toen de boeren
hem wilden meenemen. Hij zei, dat hij
hier op zijn vader moest wachten, en
het ontbrak hem. .immers ook aan niets.
Werkelijk kwam de oude graaf een jaar
later uit het Turkenland terug en bouw
de aan den voet van den berg zijn
kasteel weer op, dat nu Neu-Dansberg
genoemd' werd. Maar elk jaar op den
dag, waarop de boeren den knaap ge
vonden hadden, beklom de graaf met
zijn zoon en vier zwaarbeladen knech
ten den berg naar de ruïne, om de
trouwe dieren van het woud een feest
dag te bereiden. Dan werd koren ge
strooid voor de vogels, zoutblokken
neergelegd, voor het .grof wild, en de
sappigste jonge groenten uit den tuin
van Neu-Dansberg voor de hazen ge
bracht. Zelfs de roovende vossen wer
den, tot ergernis van den jagermeester,
met vleesch en lever bedacht,
Zooals de sage vertelt, betoonden de
dieren zich dankbaar voor die welda
den. Telkens als graaf Udo met zijne
geschenken kwam, vond hij als tegen
geschenk de oude voorraadschuurtjes
om het hol weer door zijn oude vrien
den gevuld.
Dit aardige gebruik bleef jaren lang
in hef geslacht der Ebereichens bestaan
en erfde evenals de 'liefde voor de die
ren, van vader op zoon over. Maar toen
eens een jagermeester van Neu-Dans
berg in het geheim vergif tusschen de
vleesch,porties der vossen mengde en
daardoor deze niet alleen -bijna uit—
INGEZONDEN MEDEDEELÏNGEN.
CENT
op, waar dit op denzelfden voet moest
worden ingericht als het schoolgeld
voor de Riiks Hoogere Burgerschool,
dat inderdaad laag is te noemen. Ech
ter geschiedt de toepassing van het
tarief der Handelsherhalingsschool op
een milde wijze, zoodat bij den aanslag
met de financieele draagkracht van den
leerling, of van zijn ouders of verzor
gers, nauwkeurig rekening wordt ge
houden en c.q. geheel of gedeeltelijke
vrijstelling van schoolgeld wordt ver
leend."
Met ingang van 1 September 1920
werd het schoolgeld als volgt herzien
f 20 voor den voorbereidenden cur
sus, met inbegrip van één vreemde
taai-cursus
30 voor den vervolgcursus, met in
begrip van één vreemde taai-cursus en
de lessen in stenografie en machine-
schrijven
5 voor het volgen van eiken meer
deren taai-cursus
10 voor eiken cursus in taal, steno
grafie of machineschrijven afzonderlijk.
In uwe vergadering van 24 November
j.I. waardeerde de heer Van Hal de
wijze, waarop ons college het tarief
toepast, doch hij wenschfe een „rechts
grond".
Aan dien wensch was voldaan, daar
ar f. 2 der verordening op de heffing
van het schoolgeld bepaalt, dat onver-
mogenden kosteloos en minvermogen
den de helft van het tarief betalen.
Dat wij deze bepaling mild toepassen
moge U uit de volgende cijfers blijken
Cursus 1921/1922; aantal leerlin
gen 165, waarvan 124 vol 75 25
'half schoolgeld en 16 kosteloos
25
Cursus 1922/1923. Aantal leerlingen
122, waarvan 88 vol 72 23 half
schoolgeld en 11 kostelooos 28
In verband met de hooge uitgaven
voor leermiddelen en schoolbehoeften,
welke post een bedTag van 1100 voor
den cursus 1921/22 overschreed, werd
door ons te vorigen jare het plan ge
opperd om i de leermiddelen voor deze
inrichting door de leerlingen zelf te
doen aanschaffen, met uitzondering van
hen die tegen geen of verminderd
schoolgeld' onderwijs ontvingen.
Aanvankelijk werden wij in dit ons
plan gesteund door de commissie van
roeide, maar ook de andere dieren wan
trouwig maakte, werd de verstandhou
ding tusschen mensch en dier slechter.
En toen spoedig daarna in het geslacht
der Ebereichens een paar geweldige
jagers geboren werden, die vurig het
wild vervolgden, hield de gewoonte
heelemaal op en ze was stellig geheel
vergeten als de sage ze niet in herinne
ring had doen blijven.
Nu was echter de tegenwoordige
gravin Ebereichen een even groote
vriendin van kinderen als weldoenster
der armen en zij vatte het oude gebruik
weer op, om hare lievelingen een blij
den dag te bezorgen.
Zij liet groote voorraden vleesch,
groenten en dopvruchten koopen, die
op muildieren naar de Tuïne gebracht
en daar op bepaalde plaatsen door de
kinderen aan bevriende families als ge
schenken voor „de dieren van het
woud" neergelegd werden. Maar in
stilte liet zij rondom het oude Udo-
hol kleine bergplaatsen aanleggen, die
met bonte suiker-eieren, bonbons en
zuidvruchten werden gevuld en die dan
door de kinderen als ,,dan,k' der die
ren" ontdekt moesten worden. Terwijl
men dan koffie dronk in den ouden
burchthof der ruïne, die nog goed be
houden gebleven was, zouden arme
dagloonersfamilies uit het dorp Dans
berg in stilte de „geschenken" wegha
len, opdat de kinderen de illusie zouden
behouden, dat de „dieren van het woud"
ze hadden aangenomen.