VRIJDAG 24 NOVEMBER
Gemeenteraad.
No 278
60e Jaargang
BINNENLAND
VLISSIINGSCHE COURANT
ABONNEMENTS PRIJS
v^oor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren 2.20 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk ƒ2.50. Week-abon-
nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIE-PRIJS.
Van 14 regels 1.10 voor iedere
regel meer 26 centbij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen
van 15 regels 65 centiedere regel meer
13 cent, bij contante betaling.
Familieberichten van l6 regels ƒ1.70,
iedere regel meer 26 cent.
KAMEROVERZICHT.
Tweede Kamer.
Vergadering van Donderdag
Justitie.
Minister Heemskerk beeft op aange
name wijze gecauseerd over diverse
onderwerpen, die bij de algemeene be
schouwingen over de Justitiebegroo-
ting zijn gehouden. Er zijn onderwer
pen, aldus de minister, die door de be
zuiniging worden gedrukt, zooals de
psychopafhen-regeling en de herziening
van het strafstelsel er zijn ook onder
werpen die getranspireerd worden door
de bezuiniging, omdat men toch be
langrijk werk wil doen. Tal van verbe
teringen zijn nog aan te brengen in on
ze rechtspraak. Deze beide onderwer
pen, de psychopathen en het strafstel
sel zijn in onderhandeling. De minister
wacht op het adres van het centraal
college voor reclasseering.
Het geval van den gevangene te
Scheveningen, die op een plank werd
gebonden, was den minister zeer on
sympathiek. De wet verbiedt die toe
passing, maar de handhaving van de
orde in de gevangenissen laat andere
middelen toe, waaronder dit middel zou
kunnen vallen. De minister is bezig een
onderzoek in te stellen naar de toepas
sing van die „andere" middelen en in
afwachting daarvan hoopte 'hij dat het
plank-binden zou worden nagelaten of
althans niet dan in het alleruiterste ge
val worden toegepast.
De rede van den minister over de
huwelijkswetgeving voldeed niet aan
onze verwachtingen, althans alleen niet
wat het humoristische deel betrof. De
minister staat op het standpunt, dat het
huwelijk is een goddelijke instelling als
fundament van de maatschappij. Het is
dus niet de vraag of het huwelijk ge
lukkig is of nief, want naar het oordeel
moeten de echtgenooten volharden bij
het huwelijk al is het niet gelukkig. De
burgerlijke wetgeving regelt de verhou
ding der echtgenooten onderling, hun
verhouding tegenover de kinderen en
hun verhouding tegenover derden.
Daarin kan geen verandering worden
gebracht of de band des huwelijks
wordt losser. De correcties, die in de
regeling gemaakt kunnen worden, moe
ten met groote omzichtigheid worden
toegepast. Alles wat den huwelijksband
losser maakt, verzwakt de eer der
vrouw en zou baar positie verslechte
ren.
Naar het oordeel van den minister
wenschte het overgroote deel van het
Nederlandsche volk geen belangrijke
veranderingen in de grondslagen va:i
het huwelijk. Het zal dus ailes bij het
zelfde blijven, hetgeen naar het hart
van velen, althans ter rechterzijde, zal
zijn. Mej. Catz was zeer voldaan over
de mededecling van den minister. Nog
even over de kwestie van het gelukkige
en het ongelukkige huwelijk sprekend,
wees zij er op, dat maar steeds gespro
ken wordt over het ongeiuk dat over de
vrouw komt, maar dat ieder ook weet
hocvele mannen zich ongelukkig gevoe
len in den huwelijksband. Terecht heeft
de heer Marchant er op gewezen, dat
er te veel lyriek in het debat is ge
bracht over gelukkige en ongelukkige
huwelijken en dat men teveel in het po
litieke vaarwater is verzeild geraakt.
De wettelijke regeling past alleen aan
bij een huwelijk dat geen regeling be
hoeft-, maar ais het huwelijk mis gaat
en men een beroep gaat doen op de
wetgeving, dan blijkt het dat deze er
niet bij aanpast. Daarin wilde deze af
gevaardigde voorzien en dat heeft met
de grondslagen van 'het huwelijk niets
te maken. Hij riep alle vrouwen op om
mede te werken om de ellende weg te
flemen, die uit een onvoldoende rege
ling voortkomen. Wanneer de heer
Marchant dacht dat die opvatting in
gang zal vinden bij de rechterzijde, ver
giste hij zich. Daar blijft de meening
bestaan dat liet tot de toestanden als
waarvan de lieer Marchant spreekt, niet
moet toe komen. Het huwelijk als sacra
ment gelijk de Katholieken, liet huwelijk
als goddelijke instelling gelijk de gods
dienstige Protestanten liet achten, £eeft
een geheel ander karakter aan liet hu
welijk. Al zegt de heer Marchant dat hij
van 'liet huwelijk geen firma wil maken
die gemakkelijk ontbonden kan worden,
hij wil toch in elk geval meer de ont-
"indins an het huwelijk regelen dan
het huwelijk zelf, en juist daartegen
hlijft de ninister en blijft de rechter
zijde zich verzetten. Die willen van
twee-soorten huwelijken, gelukkige en
niet-gelukkige niet weten.
Resumeerende de minister doet er
niets aan en welke correcties hij zal
aanbrengen, zegtlhij ook niet. Hij wacht
het advies der commissie-Limburg af
en zal daarna beslissen.
Nederland en de vredesconferentie
Het departement van buitenlandsche
zaken deelt mede, dat bericht werd
ontvangen, dat mogendheden met ca-
pitulaire verdragen, indien zij dat ver
langen, in de behandeling der capitula
ties ter conferentie te Lausanne"zullen
worden gekend, in verband waarmede
de Nederlandsche regeering werd uit-
genoodigd om zich, voor zoover deze
materie betreft, ter conferentie door een
gedelegeerde te laten vertegenwoordi
gen. De Nederlandsche regeering heeft
Harer Majesteit's gezant te Bern, jhr.
mr. F. O. van Panhuys, aangewezen om
als zoodanig pp te treden. Mr. J. H.
Kramers, gewezen drogman aan het
gezantschap te Konstantinopel, thans
lector in de Perzische en Turksche ta
len aan de rijksuniversiteit te Leiden,
die izicli daartoe beschikbaar heeft ge
steld, is aan den gezant toegevoegd
Dit het boekdrukkersbedrijf.
De onderhandelingscommissie in het
boekdrukkersbedrijf is in tweede lezing
met haar taak tot het samenstellen van
een ontwerp-arbeidsovereenkomst ge
reed gekomen. De ailbeidsvertegen-
woordigers hebben niet, zooals bij vo
rige gelegenheid, toegezegd, het ont
werp te zullen verdedigen, doch een
voudig gezegd, dat zij het aan de le
denvergaderingen ter behandeling zui
len voorleggen.
Zitting van Donderdag 23 November,
des namiddags 2 uur.
(Vervolg en slot).
Gemeente-begrooting.
Alvorens de discussies te openen
hoopte de voorzitter dat de'leden niet
in herhaling zullen vervallen. Vooral
waar de gevoerde discussie in de afdee-
iing-en uitvoerig zijn gepubliceerd,
evenals de memorie van antwoord van
Burg. en Weth.
Van de gelegenheid tot het houden
van algemeene beschou
wingen werd het eerst gebruik ge
maakt door den heer Lindeijer, die
zeide dat wij leven in het teeken van
de bezuiniging. Hij zeide cr zeker van
te zijn -dat wij hier niet boven onzen
stand leven. Ook als -wij nagaan wat in
verschillende ingezonden stukken word'
geschreven wat hij op prijs stelt,
omdat daaruit blijkt, -dat de ingezete
nen medeleven met de gemeente-poli
tiek dan zien wij dat van de met
zooveel ophef aangekondigde bezuini
ging niets blijkt.
Hij heeft met genoegen gezien dat
Burg. en Weth. niet zullen voorstellen
de loonen te verminderen en evenmin
om de pensioens-bijdragen op de amb
tenaren en beambten te verhalen. Hij
wees hier met des te meer genoegen op,
als hij ziet dat door een der leden in
de afdedingen gezegd is of het niet
mogelijk zou zijn het voorbeeld van
particulieren te volgen, m a. w. om de
loonen te verminderen.
Hij achtte deze verlaging niet noodig,
waar Vlissingen in zijn behoeften kan
voorzien en de hoofdelijke omslag zelfs
verminderd kan worden. Voor het vol
gend jaar is 504.000 uitgetrokken, dat
is nog minder dan de opbrengst over
1920. Ook op dien grond is er dus geen
reden om aan te dringen op verminde
ring van salaris. Bovendien zou alleen
van verlaging van salaris sprake kun
nen zijn, als wij hetzelfde betaalden als
liet rijk deed. Wij zijn echter nog steed"
aan den 'lagen kant. Een schrijver komt
hier tot 1800, bij het rijk tot 1920.
Voor een klerk resp. 2100 en 2214,
een adjunct-commies f 2600 en 2880.
commies 3200 en 3640, een hoofd
commies 3700 en 4800 Hij haalde
nog meer voorbeelden aan om aan te
tooncn dat wij met onze salarissen bij
het rijk ten achter staan.
De pensioenstortingen moeten wij
eveneens niet op ons personeel verha
len. wat de heer Lindeijer nader uiteen
zette. Zoolang het nog mogelijk
is onze begrooting sluitend te ma
ken en de belasting langzamerhand
naar beneden gaat, is de tijd nog niet
aangebroken de bezuiniging fe zoeken
door op de loonen te beknibbelen. Ai-
leen in de laatste plaats mag slechts
een aanslag worden gedaan op de jaar
wedden van de ambtenaren.
Hij heeft met verbazing gezien, dat
Burg. en Weth. in dezen tijd van bezui
niging een voorstel hebben gedaan om
600 op de begrooting te brengen voor
de burgerwacht.
Met genoegen heeft hij gezien dat
Burg. en Weth. nota hebben genomen
van de opmerkingen over het financi
eel beleid door niet het gehcefe batig
saldo op den hoofdelijkcn omslag te
brengen, doch een flink bedrag voor
werkverschaffing hebben uitgetrokken.
De heer Hensel zeide dat de begroo
ting geen reden geeft om al te blij
moedig te zijn. Bij de beoordeeling van
den financieelen toestand mag niet uit
het oog worden verloren dat een ver
schil op den hoofdelijken omslag alleen
is ontstaan door toevallige omstandig
heden. n'l. het groote batig saldo van
1921. Hij hoopte dat de raad niet zal
medegaan met het voorstel van Burg.
en Weth. om den hoofdelijken omslag
weder met 50.000 te verhoogen. De
ingezetenen zijn overbelast. Er tnoet
rekening mede worden gehouden da»
liet belastbaar inkomen is verminderd.
Op den publieken dienst moet bezuinigd
worden. Dat zai ons gemeente-crediet
helpen verhoogen. Dit is een zeer be
langrijk vraagstuk. Het is noodig dat
de inkomsten ook vermeerderen. Hij
noemde een belasting op de vracht
auto's noodig. Een dergelijke belasting
is voor onze gemeente zeer op zijn
plaats. De gemeente moet verder zoo
spoedig mogelijk los van verschillende
gemeente-woningen. Voor verschillende
woningen wordt evenveel uitgegeven
als de huur opbrengt. Het tarief voor
straatwerk moet verhoogd worden. Het
geschiedt nergens zooals hier. Of wer
kelijk elke herbestrating in rekening
wordt gebracht, is niet duidelijk. De
boeken van de publieke werken toonen
het niet aan. Om verschillende redenen
lijkt hem dit zeer gewenscht. Het zou
op het bureau van gemeentewerker
een groote vereenvoudiging in de ge
meente-administratie zijn. Hij vraagt of
het belang van de gasfabriek niet
zwaarder weegt dan het belang van de
gemeente, omdat voor de gasfabriek
veel straatwerk wordt verricht.
Ook drong hij aan op edectrificatie
van de straatverlichting, wat in bijna
alle gemeenten geschiedt. Overleg moet
worden gepleegd met den directeur der
electrische centrale. Hij hoopt dat dit
overleg niet zal worden vertraagd om
dat de wethouder van publieke werken
directeur van de gasfabriek is.
Verder kwam het den heer Hensel
voor dat reeds nu de tijd is aangebro
ken het vraagstuk ernstig onder de
oogen te zien van de herziening der
jaarwedden van de ambtenaren en
eveneens of ook aftrek van pensioen
niet gewenscht is, vooral nu de pensi
oenen ook voor de gemeente-ambtena
ren veel verbeterd zijn. De gemeente
moet thans 15)4 van de wedde van
de ambtenaren betalen. Onder de nieu
we wet ban de gemeente 8'/2 van de
ambtenaren verhalen en blijft er nog 7
ten lasic van de gemeente. Waar
wij 25.000 meer moeten betalen, blijkt
het hem billijk deze pensioenkosten op
de ambtenaren te verhalen. Dit lijkt hem
evenals bij de spoorwegen, beter dan
loonsverlaging. Wij zijn verplicht tot
bezuiniging.
Hij heeft van verschillende rijksamb
tenaren vernomen dat zij de maatrege
len der regeering billijken. Hij wijst op
de duizenden, die in inkomsten achter
uit gegaan zijn. o. a. op de werklieden
van „de Schelde", loodsen, onderwijzers
enz. Moeten al deze menschen met ver
minderde inkomsten deze 25.000 voor
pensioenstorting der gemeente-ambte
naren betalen. Hij deelde mede, dat de
drie reclitsche raadsfracties zijn voor
stel steunen.
Hij drong er op aan, dat getracht zal
worden, dat Vlissingen bij de herclas
sificatie in geen lagere klasse geplaatst
zal worden.
Bij de artikeisgewijze behandeling
der begrooting zal hij nog verschillende
voorstellen tot bezuiniging doen, o.a.
tegen bevordering van enkele gemeen
te-ambtenaren en verhooging der sub
sidie voor muziek. De tijd dringt en de
nood is groot. Wij moeten ons beper
ken.
De heer Hillinga drong aan op be
zuiniging bij de politie. Er heeft reeds
eenige inkrimping bij dezen dienst
plaats gehad. De fracte van den Vrij
heidsbond is na onderzoek tot de con
clusie gekomen dat heCpolitiekorps
kan worden ingekrompen tot 2 inspec
teurs, 2 hoofdagenten, 1 rechercheur en
20 agenten van politie.
De heer De Meij wilde enkele kant-
teekeningen maken op het financieel
beleid van Burg. en Weth. Hij kan niet
goedkeuren de wijziging van de veror
dening op den hoofdclij'ken omslag. De
'aftrek voor noodzakelijk levensonder
houd is teruggebracht voor ongehuw-
den van 600 op 400. Hij heeft onder
zocht hoe deze nieuwe wijziging werkt.
Hij haalde enkele voorbeelden aan om
de onbillijke werking nader aan te
toonen. Bijv. weduwnaars die een ge
woon huishouden hebben en weduwen
met een beperkte jaarwedde. Deze
moeten nu ntecr bijdragen in den hoof
delijken omslag dan vroeger.
Ook is er een onbillijkheid ten op
zichte van de marine. Vrouwen van
marine-personeel, wier mannen in Indië
zijn, mogen ook slechts 400 aftrekken
Hij bejammert het dat destijds het
voorstelMerekens is aangenomen.
Wat nu het financieel beleid betreft,
wees hij er o.p dat er op de balans van
de gemeente een fictieve post van
57.000 winst voorkomt voor het
grondbedrijf. Er is niets verdiend. Al
leen is de grond hooger getaxeerd. De
ze vraag is niet beantwoord. Echter de
ingezetenen hebben ook recht op be
antwoording dezer vraag.
De wijze van werken wat de com
mercieele boekhouding betreft, heeft
dus voor hem geen groote waarde.
Het heeft hem genoegen gedaan dat
door Burg. en Weth. een vast en voor
zichtig beleid wordt gevoerd. Hij
vindt het geen voorzichtig financieel
beleid dat wij een potje, dat wij heb
ben, geheel opsnoepen, vooral als mis
schien ook in 1923 de werklieden van
„de Schelde" gesiteund zullen moeten
worden.
Een vast en voorzichtig beleid dient
gevoerd te worden, de oorspronkelijke
begrooting gaf daarvan blijk. Regeeren
is vooruitzien hiermede hadden Burg
en Weth. rekening moeten houden. Men
ziet reeds de gevolgen. Ais de hoofde
lijke omslag 50.000 verhoogd wordt,
begint de heer Hensei dit reeds uit te
buiten Hij zegt reeds dat het geld op
andere wijze moet worden verkregen.
Het is spreker echter niet duidelijk op
welke wijze deze gelden gevonden
moeten worden. Struisvogelpolitiek wi'
hij niet voeren en voor den storm van
verontwaardiging van den heer Hense'
als de hoofdelijke omslag verhoogd
wordt, is hij niet bang. Als de heer
Hensei kan aantoonen op welke wijze
bezuinigd kan worden om de inkomsten
te vermeerderen, wil hij gaarne achter
hem staan. Hij noemde een belasting
op de vrachtauto's. Deze zaak is ech
ter niet zoo eenvoudig. In verschillende
steden heeft het reeds tot groote moei
lijkheden aanleiding gegeven. Bijv. een
vrachtauto welke Jn verschillende
plaatsen komt. Er zijn dus tal van moei
lijkheden om deze zaak te regelen. Al
leen als het rijk deze zaak ter hand
neemt, is een regeling mogelijk. Voor
zoover hem bekend is er nog geen en
kele gemeente waar een belasting op
de vrachtauto's bestaat.
In de tweede plaats den verkoop van
woningen. Het is in zijn algemeenheid
waar, dat de gemeentewoningen slechts
weinig opbrengen. Er moet niet worden
vergeten dat in deze woningen veel
geld zit voor werkverschaffing. Als wij
onze huizen gaan verkoopen, is er geen
sprake van dat deze de rente en aflos
sing van het kapitaal, weike op de wo
ningen drukt, zullen betalen. Boven
dien zullen de huurders dan ook meer
moeten gaan verwonen. Hjj is dan ook
geen voorstander van het verkoopen
van woningen.
Wat nu betreft het verlagen der loo
nen, kwam hij er tegen op dat dit zou
moeten gebeuren, omdat ook de werk
lieden van ,,de Schelde" in loon naar
beneden gaan. Dat de rijks-ambtena
ren met de voorgestelde verlagingen
tevreden zijn, kon hij niet gelooven, of
als dit waar is, zijn dit slechts uitzon
deringen.
Het verwondert hem dat de demo
craat Hensel gebruik maakt van het
feit dat de reactionaire Eerste Kamer
pensioen-aftrek heeft mogelijk ge
maakt. Ook bij de spoorwegen is liet
zoo gegaan, dat alleen van twee slecht
ste 'het beste is aangenomen, dus pen
sioen-aftrek.
De voorzitter zeide, dat de algemee
ne beschouwingen weinig nieuwe ge
zichtspunten hebben gegeven. In de
eerste plaats wilde de voorzitter er de
heeren Hensel en De Meij op wijzen, dat
regeeren vooruitzien is en dat Burg.
en Weth. daarvan bij de vaststelling
der begrooting blijk hebben gegeven.
In liet bijzonder wilde hij den heer
Hensel opmerken, dat, al mogen wij
niet optimistisch zijn, wij niet al te som
ber moeten zijn. Er is juist bericht ont
vangen van den ontvanger der rijks
belastingen dat het belastbaar inkomen
voor 1921/22 is gestegen tot 12 mil-
lioen tegenover 6 millioen voor 1920/
'21. Hij geeft toe dat thans een daling
zal volgen.
Het is echter verkeerd dat de bezui
niging alleen zal moeten worden ge
vonden door verlaging der loonen van
de ambtenaren. Hij antwoordde den
heer Hillinga, dat het in het voornemen
ligt bij de politie te blijven bezuinigen,
door vacatures niet aan te vullen. Ook
vacatures bij het hooger personeel zul
len niet worden aangevuld.
De heer Van Niftrik zeide, dat over
het algemeen de critiek weinig en de
waardeering groot was. Het doet hem
leed dat de heer De Meij weinig
waarde hecht aan de gemeente-boek
houding. Hij gaf een uiteenzetting van
de wijze van deze boekhouding. De
winst wordt geboekt zooals bij de ver
ordening is voorgeschreven.
In antwoord op den heer Hensel zei
de de heer Van Niftrik dat de commis
sie van grondbedrijf reeds lang onder
zocht heeft of verkoop van een of meer
der huizen der gemeente wenschelijk is.
Wat de aftrek van pensioen betreft,
zijn Burg. en Weth. zich zeer wel be
wust, dat er een oogenblik zal komen
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
fiDjjTIQ een zakje A.J.P.'sGrenadincsaus
in ieder pakje A.J.P's Aman
deltjespudding. Tijdelijke Reclame.
Reel. —0 - 4
dat de loonen en salarissen zullen
moeten worden verminderd. B.urg. en
Weth. hebben van deze zaak een be
langrijke studie gemaakt. Van hen is
nooit een zoo onbillijk voorstel te
wachten als de heer Hensel thans voor
stelt. Een vermindering ais de lieer
Hensel voorstelt past niet in het
system van Burg. en Weth.
Verder heeft de heer Hensel het
goedgevonden in deze zaal een ern
stige beschuldiging te slingeren naar
het hoofd van den wethouder van open
bare werken. Hij zal voorstellen de be
schuldiging van den heer Hensel te la
ten onderzoeken door een raadscom
missie, dan zal blijken dat van deze
beschuldiging geen half woord waar is,
zooals de heer Hensel ook reeds vroe
ger beschuldigingen heeft uitgesproken,
waarvan geen woord waar is.
De heer Hensel zeide, in antwoord
op hetgeen de heer Van Niftrik hem
heeft geantwoord, dat hij reeds vroeger
heeft aangedrongen op een onderzoek
naar de mogelijkheid van felectrificatie
van deze gemeente. Ook wat het straat-
makerswerk betreft blijft hij van mee
ning dat een nieuw tarief noodzakelijk
is.
De heer Hensel stelde het zeer op
priis dat een commissie wordt ingesteld
als de heer Van Niftrik heeft voorge
steld.
Hierna wred begonnen met de arti
keisgewijze behandeling van de be-
grooting.
Bij hoofdstuk II, bestuur der ge
meente, bleef de lieer Van de Putte de
jaarwedde van den klerk A. P. Osté te
verhoogen van 1200 op 1900 Hij
vindt dat een promotie van ƒ700 te
hoog is.
De voorzitter zeide, dat er een vaca
ture is. De normale weg is dat daar
voor een oproeping geschiedt. Wij 'heb
ben daarvoor een geschikt persoon, die
geheel voldoet en het is dus billijk dat
deze persoon de jaarwedde krijgt waar-
on hij recht heeft.
De heer Hensel ondersteunde het
voorstet-Van de Putte. Hij vond het
niet noodig een promotie van bijna 75
pet. toe te staan.
De voorzitter zeide dat Burg. en
Weth. hun voorstel handhaven.
De heer Van Hal zeide, dat wat de
heer Van de Putte wil. eigenlijk een
indirecte loonsverlaging betreft.
De heer Hillinga vond den sprong
ook wei wat hoog. Hij zou de jaarwed
de willen bepalen op ƒ1500, omdat bij
dit een bemiddelingsvoorstel noemt.
De heer De Meij zeide, dat het wer
kelijk in het oog springt dat een ver-
hooging van 700 wordt toegekend.
Wat de voorgestelde promotie betreft,
deze noemde hij alleszins billijk.
De groote sprong is het gevolg van
een fout in onze regeling. De betrok
ken persoon mag daarvan niet de dupe
worden.
De heer Huson zeide, dat het alleen
opvalt, dat wij thans weten dat de be
trokken persoon een groote sprong
maakt. Anders zou het een gewone be
noeming betreffen en niemand over de
jaarwedde gevallen zijn.
Na nog eenige discussie werd het
voorstel om den klerk 2e klasse A. P
Osté te bevorderen tot de le klasse,
aangenomen zonder stemming, omdat
het voorstel-Hensel niet werd onder
steund.
De lieer Hensel wilde ook een voor
stel doen tot verlaging van het presen
tiegeld van 5 op ƒ3.
De heer Van Oorschot wilde het
voorstel eerst onder de oogen zien. Hij
wees er op dat arbeiders, die in den
raad zitten, veel verlet hebben. Zoo het
presentiegeld verlaagd moet worden
dan zouden ook geregeld avondzittin
gen gehouden moeten worden.
De heer Hensel nam er genoegen
mede dat tegen de volgende begroo
ting zal worden nagegaan of vermin
dering van het presentiegeld moge
lijk is.
De lieer Huson vroeg eenige inlich
ting over den huur van rijwielen voor
de bodes ter gemeente-secretarie.
De voorzitter zeide, dat de huur al
leszins billijk is.
De heer Hensel meende dat, als de
bodes 75 per jaar vergoeding krijgen,
deze zeker gaarne de rijwielen voor
eigen rekening nemen.
De heer Hensel zeide, dat de huur
hoog is, omdat de firma Wibaut aan
de andere rijwielhandelaren vergoeding
moet geven, omdat zij lid zijn van een
vereeniging van rijwielhandelaren.
De voorzitter zeide, dat hiernaar
een onderzoek wordt ingesteld, zooals
reeds in de memorie van antwoord is
gezegd.