1000
cnr ^5 Qflfi
150
100
25
MAANDAG
9 OCTOBER
Uitgavefirma fVAM Df ïtlBE Jr Jalstraat 58, Vlissinp. Tel. Interc. 10. Postrekening 86281.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke feestdagen.
BINNENLAND
FEUILLETON
DE GESTOLEN BROCHE.
Het leven in de Hoofdstad.
„..r.iuurlijk ik heb het gehoord.''
VL1SSINGSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20
per 3 maanden. Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België/4.15.
Voor overige landen der Post-Unie 4.70. Afzonderlijke nummers 5 cent.
ADVERTENTIEPRIJS Van 1—4 regels ƒ1.10; voor iederen regel meer 26 ct.
Familieberichten van 1—6 regels ƒ1.70. Bij abonnement speciale prijs.
Reclames 52 cent per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 13 ct. per regel
De abonné's in 't bezit eener
polis, zijn GRATIS verze
kerd tegen ongelukken voor
gulden bij levens
lange ongeschikt
heid tot werken.
UUU een ongeluk. uUU
gulden bij verlies
van een hand,
voet of oog.
gulden bij verlies
van
een duim.
gulden bij verlies
van een
wijsvinger.
gulden bij verlies
van eiken
anderen vinger.
De onthulling van het marinemonument
te Helder.
Omtrent de plechtigheid ter gelegen
heid van de onthulling van het marine-
monument voor de slachtoffers van den
oorlogstoestand, welke onthulling, zoo
als men weet, Zaterdag a.s. door H. M.
de Koningin te Helder zal geschieden,
kan het volgende worden gemeld
De onthulling van het monument
heelt ongeveer 2 uur plaats. De Konin
gin, waarschijnlijk vergezeld door haar
Gemaal, zal te 12.49 uur per extra-
tiein te Helder arriveeren en begeeft
zich van het station naar het stadthuis,
waar zij door het dagelijksch bestuur
der gemeente en door den raad zal
worden ontvangen. Des morgens om 10
uur heeft reeds op de graven van de
te Helder begraven slachtoffers een
gemeenschappelijk graf van 6 slacht
offers, en een tweetal verspreide gra
ven een kranslegging plaats door het
comité van verschillende deputaties.
Van het stadhuis begeeft H. M. zi.ch
naar het Havenplein, waar de onthul
ling zal plaats hebben. Prof. Blok, de
Leidsche hoogleeraar, zal bij die gele
genheid een redevoering houden. Ka
nonschoten zullen het einde der plech
tigheid aankondigen. Daarna heelt een
plechtig défilé met kranslegging plaats,
terwijl des avonds het monument ver
licht zal zijn.
Een speciaal voor de gelegenheid
gecomponeerde welkomstgroet zal ter
begroeting van H. M. op het Stations
plein worden gezongen, en tijdens de
onthulling zal zich een groot zangkoor
doen hooren met een eveneens speciaal
vervaardigde cantate. Een en ander zal
begeleid worden door de muziek van
het Stafmuziekkörps der Kon. Marine
Wachtgelden aan Rijksambtenaren.
Ingesteld is een commissie als be
doeld in artikel 12, tweede lid van het
Kon. besluit 1922, Staatsblad 479 (be
sluit tot regeling van de toekenning
van wachtgelden aan burgerlijke rijks
ambtenaren). In die commissie zijn be
noemd tot lid en voorzitter mr. C. J H.
Schepel, raadsheer in den Hoogen
Raad der Nederlanden tot leden mr.
dr. j. Donner, raadsadviseur bij hef
departement van justitie mr. R. van
Veen, advocaat-procureur oud-lid van
de Tweede Kamer en met de waarne
ming van het secretariaat der commis
sie is belast ntr. E. G. van Bissük,
commies van den Pensioenraad.
De graaninvoer in Duitschland
over Nederlandsche havens.
Uit Berlijn wordt aan „de Te!." ge
meld
Het Duitsche rijksgraanbureau heeft
het voor de Nederlandsche havens zeer
verblijdende besluit genomen, dat de
graaninvoer vanuit zee over Nederland
sche havens zal worden geleid. Deze
maatregel wordt gemotiveerd door de
21)
„Heb ik het u niet gezegd, dat u mijn
schuilplaats nooit zoudt ontdekken
riep zij hem triomfantelijk toe. „Maar
ik wil edelmoedig zijn en daar ik dit
plekje vermoedelijk vandaag toch voor
de laatste keer bezocht heb, wil ik het
u vrijwillig laten zien."
Zij beduidde hem dat hij zicli door
den smallen toegang zou werken en
toen hij aan haar wensch gevolg had
gegeven, zag hij zich met eenige ver
rassing verplaatst in een grot, rondom
ingesloten door dik met mos begroeide
rotsblokken, waarop de hemelsblauwe
lucht lachend neerzag en d.ie alleszins
als geknipt scheen voor de eenzame
tjroomen van Iemand, die het wcreldsch
rumoer ontvlucht was. Een gespannen
hangmat en een boek, dat naast haar
bergstok op den grond lag, getuigden
van de zalige vrije uurtjes, die juffrouw
Lili hier had vertoefd.
Toen hij zich bukte om liet boek op
te nemen, nam zij het hem haastig uit
de hand.
„Neen, u behoeft niet te weten, wat
ik lees. Maar zegt u nu eens, is het hier
niet wondermooi Had ik geen gelijk,
toen ik het het sprookjesslot noemde
Spontaan gaf hij uiting aan zijn ver
rukking, die echter eerder aan dit zoo
zeer verlangde 'weerzien was toe te
schrijven dan aan iets anders.
overweging, dat er op liet oogenbiik in
de haven van Hamburg gebrek is aan
opslagruimte.
Van Hamburgsche zijde wordt echter
verklaard dat het rijksgraanbureau het
zij verkeerd is ingelicht, hetzij zich
heeft doen inlichten door personen, die
er belang bij hebben dat de graan
invoer over Nederlandsche havens ge
leid wordt.
De Hamburgsche Kamer van Koop
handel heeft reeds tegen den graan
invoer over Nederland geprotesteerd.
In de naaste toekomst worden verdere
stappen van Hamburgsche zijde ver
wacht.
Het Centraal Genootschap.
Door den iheer A. C. Bos, de ziel van
het Centraal Genootschap voor kiinder-
tiers tel lings- en vacantiekolonies, is in
opdracht van ihet bestuur een boekje
samengesteld, waarin duidelijk wordt
uiteengezet, welk nuttig werk het Cen
traal Genootschap verricht.
Vele mooie kiekjes geven een aan
schouwelijk beeld in welke heerlijke
omgeving de kinderen verpleegd wor
den. Het is volkomen juist wat de heer
Bos schrijft, ni. dat voor de gemeenten
het Centraal Genootschap een middel
is om de zwakke kinderen te plaatsen,
terwijl het voor de regeeri'ng een mid
del is om met een betrekkelijk klein
subsidie een groot werk te verrichten.
Faillissementen in Nederland.
Volgens mededeeting van het Han
delsinformatiebureau van Van der
Graaf Co.'s Bureaux voor den Han
del zijn over de afgeloopen week, ein
digende 6 October, in Nederland uitge
sproken 62 faillissementen tegen 38
faillissementen in dezelfde week van
'liet vorige jaar.
Van 1 Januraj tot en met 6 October
2305 faillissementen tegenover 1603
over hetzelfde tijdperk van het vorige
jaar.
Wel donker zien de tijden er op het
einde van September in Neerlands
hoofdstad uit. Malaise en werkloosheid
op allerlei gebied, die „zonder" is
heeft maar heel weinig kans weer aan
den slag te komen. Geldt dit in de
eerste plaats voor de werklieden in den
engeren zin van het woord, zoodat
men gerust mag zeggen dat er thans
méér honger geleden wordt dan in de
dagen van minister Posthuma, niet
minder armoede, misschien schrijnen
der omdat ze meer bedekt wordt ge
houden, bestaat er onder de heel en
iiaif intellectueelen uit de kantoorwe
reld. Allerlei banken, 'koopmanskanto
ren, industrieele ondernemingen zijn óf
te niet gegaan óf hebben haar perso
neel moeten inkrimpen met liet gevolg,
dat op 't oogenbiik 2000 kantoorheeren
op de keien staan.
Zij echter scheen de eigenlijke reden
van zijn vreugde in het geheel niet te
vermoeden, want ze zei vroolijk: „Wel
nu, ik geef u dit plekje ten geschenke.
Vanavond komt mijn vader en dan is
het met mijn eenzame strooptochten
gedaan".
Zij had zich op het uitstekende rots
punt omhoog gewerkt en zat daar met
gekruiste armen en beenen, terwijl
haar gelaat zich met het zijne op onge
veer gelijke hoogte bevond. Een paar
zonnestralen speelden door haar glin
sterende haren en Rudolf voelde zich
geheel bedwelmd door liet tooveracli-
lige van haar in deze rustige omgeving
bijna sprookjesachtige schoonheid.
„Wisf u niet, dat ik gisteren gedu
rende den geheelen dag heb gezocht
vroeg hij. „Indien u hier boven was,
dan moet tl .stellig mijn roepen gehoord
hebben."
„En u gevoelde in 'I geheel geen me
delijden met mij U liet me met smar
telijke teleurstelling weder omlaag
gaan, zonder mij eenig teeken van le
ven te hebben gegeven
..Maar dit alles was toch maar een
grap. Feitelijk lag tl er immers niet veel
aan gelegen mij te vinden. Het is
eigenaardig, dat de mannen bij de on
beduidendste aanleiding dadelijk zulke
hoogdravende woorden moeten ge
bruiken."
Zij leunde nu ver achterover om des
te beter den prachtig blauwen hemel te
kunnen zien. Tusschen haar kersroode
lippen schitterde een hagelwit gebit en
Onder deze omstandigheden geeft
het ook weinig of sommige levensbe
hoeften wat goed'kooper worden. En
dat bepaalt zidh dan nog hoofdzakelijk
tot de natuurproducten fruit, aardap
pelen, groenten. Het brood zou ook
vee) goedkooper kunnen zijn, want bak
ker Houtman in de Kinkerstraat heeft
dit met vier cent afgeslagen en maakt
dan nog een z. .i. voldoende winst
marge. Dat zijn collega's woedend zijn
is te begrijpen Houtman komt in dub
belen zin aan ihun 'boterham een zoo
danig besmeerde en met allerlei
vleeschsoorten belegde dat men aan de
vóór-oorlogsche „Restaura tioirsohnit-
zel" van wijlen Schiller zou denken.
Maar de Van Lennepbuurt profiteert
er van. De Amsterdamsche bakkers-
wereld spant alile krachten in Hout
man het bedrijf onmogelijk te maken,
maar als deze kans blijft zien grond
stoffen te koopen, geloof ik dat hij een
prachtreclame heeft gemaakt. Trou
wens als hij er werkelijk geld bijlegde
zou de bakkerswereld dien armen
dwaas uitlachen inplaats zich boos te
maken. Qui se fSohe a tortEen zaak
is zeker kan het brood vier cent goed
kooper geleverd worden dan moeten de
ba'kkerspatroons die om de maatschap
pij weer in evenwicht te brengen vóór
loonsverlaging van werklieden zijn, nu
maar eens het voorbeeld geven. Geef
ons 'lieden ons dagelijksch brood
Als de tijden zoo slecht zijn dat er
Weinig uitgegeven wordt, moet liet al
heel erg zijn. En de Septemberdrukte is
niet geweest wat we anders gewoon
waren als de Amsterdammers in de
Septembermaand niet uitgaan, zeg dan
maar dat liet mis is.
Misschien is ook het gehalte der op
gevoerde stukken hierop wel van in
vloed geweest, doch hoeveel er op de
diverse vertoonirugen moge af te dingen
zijn, dankbaar mogen we burgemeester
en hoofdcommissaris zijn dat de pu
blieke vermakelijkheid van een boks
match ons is bespaard gebleven. Moge
in naam der beschaving bij Amsterdam
de victorie beginnen. Wie weet gebeurt
dan later ook inog niet het schijnbaar
onmogelijke worden wielrenners en
dergelijke ruwheid-exploitanten niet
langer in E. pers als nationale hélden
vereerd.
Nog een laatste woord over Septem
ber. Na Bleeke Bet, Roode A'nt, Mooie
Neei, Mooie Juuitje en al liet andere
moois, heeft September 1922 „Ronde
Ka" gebaard om ons nog even de illu
sie van kermismaand te geven. Inplaats
van den echten olifant uit „de Reis om
de Wereld" het traditioneele kermis-
stuk van den Stadsschouwburg, treedt
in Bouber's jongste AmsterdamSche
schets een edhte Neger op. Maar deze
is maar een van de vele attracties
De tooneelschrijver Bouber heeft on
tegenzeggelijk mede kwaliteiten. Zijn
dialoog is zuiver, hij kent het Amster-
in haar bruine oogen flikkerden gou
den stipjes. Toen was het met Rudolfs
zelfbeheersching gedaan.
„Maar voor mij was het in 't geheel
niet onbeduidend, juffrouw van Ran-
ten", riep hij uit. „Hebt li he* an nog
niet geraden, dat ik sind ^nze eerste
ontmoeting aan nieri „uers meer kan
denken dan aan u - dat ik naar iedere
nieuwe ontmoeting smacht met alle
kracht die in mij is
Zij hief haar gekruiste armen niet op
om hem gebiedend terug te wijzen,
hoewei hij zoo vlak bij haar was geko
men, daj zij zijn snellen adem op haar
wangen voelde, terwijl hij tot haar deze
woorden richtte.
„Wel, wel, mijnheer de advocaat, ik
mijn lievelingsplekje zoo vol vertrou-
boop, dat u geen misbruik zult maken
van de gastvrijheid, die ik u hier op
wen bewijs. Indien u niet heel beleefd
en bescheiden bent, loop ik weg."
Met de rustige kalmte, waarmee zij
in hflSr gemakkelijke houding vol
hardde, kon deze bedreiging niet veel
schrikaanjagends hebben, maar ze was
toch voldoende geweest om Rudolfs fel
oplaaienden hartstocht te temperen. Dat
zij zich hier in de groote eenzaamheid
geheel onbeschermd tegenover hem be
vond, gaf haar volgens zijn overtuiging
inderdaad recht op de ridderlijkheid
van zijn gemoed. Hij schaamde zich
eenigszins en (rad plotseling een
schrede achteruit.
„Neemt u mij niet kwalijk, indien ik
heftiger en openhartiger was dan een
kennismaking van slechts enkele dagen
damsche leven, is heelemaal niet oor
spronkelijk maar handig in 't bemerken
en verwerken, in 't aanbrengen van
donker.
„Ronde Ka" heeft in haar eerste twee
tafereelen veel aanlokkelijks aardige
tooneeltjes, typische kijkjes op het
Jordaanleven, volkshumor, liet zuivere
Palmgraclits van Gretha Schley, die
geschoold weet te zingen en niet te
vergeten het kunstwerk gebracht door
regisseur en decorateur de gracht met
de sluis die ons direct in 't volle Am
sterdamsche leven brengt. Maar als in
de volgende actes de tragedie breeder
uit gaat laaien, de humor in grofheid
ontaardt, het drama een parodie wordt
en Harry Boda ons laat zien dat hij nog
altijd geen acteur is, dan verloopt de
mooie opzet en gaan de menschen naar
druis met de mededeeling, dat ze zich
wel geamuseerd hebben, maar dat 't
toch lang geen „Jantjes" was.
V
'k Ontmoette dezer dagen in de tram
een bekend teekenaar en kunstschil
der, thans leeraar aan de Tooneei-
school. Vroeger bekend plaatteekenaar
\oor dag- en weekbladen. In jaren had
ik hem niet gesproken. Oude herinne
ringen werden opgerakeld en al spoe
dig waren wij het roerend eens dat
Amsterdam niel in haar voordeel was
veranderd, dat thans een strijd tegen
het alles reglementeeren, het alles in
vakjes plaatsen van menschen, zaken
en toestanden, van het heeie Amster
damsche leven een strijd is tegen de
bierkaai. En daarnaast betreurde hij
het, de bevoegde op esthetisch gebied,
op hoevele punten ons mooie Amster
dam door den smakeloozen, alles nivel
leerenden. congruent makenden tijd
geest wordt bedorven. Hij had 't over
de Vijzelstraat met de poppenkast-win
kelgalerij als toekomst, over de in-
leelijke, te karig geknipte, aspect-be
dervende bruggen tusschen de Leidsche
stratenHij had er nog bij kunnen
voegen dat zij het doel eenigszins vei
liger maken van het verkeer langs deze
bij uitstek van elf tot zeven uur levens
gevaarlijken en daarna uitgestorven
Amsterdamschen hoofdverkeersweg
volmaakt hebben gemist. En hoogst
waarschijnlijk zou hij dat ook wel ge
zegd hebben als hij op een der bruggen
bij de Keizersgracht de verdienstelijke
rooksalon van lijn 2 niet had moeten
verlaten het beste tramtype dat de
Amsterdamsche gemeentetram ooit aan
de burgerij heeft geleverd. Zij hebben
alle voordeelen het in- en uitstappen
gaat gemakkelijk, men zit er vrij van
tocht, terwijl het in alle andere geslo
ten tramwagens in de hoofdstad van
drie, soms vier zijden zóó ontzettend
tocht, dat menigeen aan ons trammetje
een ziekte te wijten heeft. Er zijn zelfs
conducteurs die dit nu inzien. Tenslotte
heeft de rook-coupé het voordeel dat
menig passagier daardoor niet min of
meer verplicht wordt om te staan. En
hoe dan nog. Als in vollen oorlogstijd
kennen wij geen bestaanbaar maximum
meer. Als het druk is stapt de conduc-
het in uw oogen .rechtvaardigen kan,
maar ik had
Zij keerde haar gelaat naar hem toe
en viel hem lachend in de rede „Oh,
wat dat betreft, onze kennismaking is
van veel ouderen datum. Ben ik dan
zoo in mijn nadeel veranderd, dat u
zich mij niet meer kunt herinneren
Hij zocht in haar gelaatstrekken,
maar hij zocht steeds tevergeefs. „Van
het begin af had ik het gevoel, dat ik
ii al eens eerder moest ontmoet heb
ben", bekende hij eerlijk, '„maar ik
weet niet
„Het was stellig een ontmoeting on
der heel wat minder romantische om
standigheden, dan die van eergisteren
avond. Indertijd' was u het, die mij een
dienst bewees. En toen ik u herkende,
verheugde het mij zeer u een weder
dienst te kunnen bewijzen."
Alsof een verblindende bliksemstraal
vlak voor zijn voeten was ingeslagen,
week Rudolf ontzet terug. Hoe was het
dan toch mogelijk, dat hij haar niet
dadelijk teruggekend had. dat hij zich
op heel gevaarlijk terrein had bevon
den Nog was hij niet in staat de gan-
sche beteekenis te beseffen, van het
geen zij hem thans opénbaarde, maar
dat in deze bekentenis iets vreeselijks
moest schuilen, zeide hem de angstige
beklemming, die hem bijna den adem
benam en als een schrijnende wond in
zijn borst voelde.
„De brillanten vlinderbroche
stiet hij met moeite uit U u was
het I"
Zijn zonderling gedrag scheen haar
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
Vfit 'nkeyri^infezt M>ik toch. deriki joncf mcvrouvtj®
tn t* trots, tel toni by t optvrCcn Jcr Majcli (bit bkjtl
sroilcs Zjooniciy "itzjen dooreb bekondeitnr) mefc
TACONIS
PIJP TABA
teur die uit hygiënische bezorgdheid
van vier zijden geniepige tochtstralen in
zijn wagen laat spelen, „binnen" en de
balcons zijn zoo vol, dat men zijn arm
niet meer buigen kan, d'e rit 'n marteling
wordt, sommige passagiers op de bal-
contreden plaats nemen en 't een won
der is als alles zonder ongelukken
afloopt. Als een particulier ondernemer
op welk gebied dan ook voor geldelijk
gewin zoo weinig omslag zou maken
met het publiek, alle maatregelen voor
veiligheid en hygiéne zoo volmaakt zoit
negeeren dan
'n Klein relletje Iemand die even na
mijn vriend de tram verlaat, wordt van
achter door een fiets aangereden. De
fietsrijder was in overtreding, meent u.
want de politieverordening schrijft toch
voor, dat het verboden is vlak langs de
halten te rijden. Dan loopt hij juridisch
vrij, want lijn 2 stopte op dat moment
niet aan doch een eind vóór de halte,
wijl deze plaats door lijn I was ingeno
men. De aanrijding liep nog al goed
af een lichte overjas met slijk be
smeurd scheen het ernstigste gevolg te
zijn geweest. Op sommige punten
wordt door auto's in vliegende vaart
langs de rails gereden, onverschillig of
er haltepaaltjes met wachtenden staan.
Wij hebben het verkeersvraagstuk
nog niet onder de knie. De burgemees
ter heeft dit deze week in een nota aan
den raad erkend. Maar vreemd is het
van dezen burgervader, die trouw de
gemeente-auto gebruikt bittere te
genstelling met Van Leeuwen, voor
wiën geen Verkiezingsnieuwezijdsvoor-
burgwal te druk was om zich als wan
delend burger onder het publiek te
mengen te vernemen dat de schuld
eigenlijk bij de voetgangers ligt. Dezen
klaarblijkelijk onaangenaam te verras
sen en haar bovenlip krulde zich
eenigszins. „Werkelijk was ik het, en
het schijnt wel of ik daardoor in uw
oogen een soort monster ben gewor
den. Wij waren in die dagen in geld
verlegenheid en moesten het sieraad
verpanden. Is dat dan zoo verschrikke
lijk En de broche zal intusschen toch
a! wel lang weer ingeruild zijn niet
waar
„U weet dus niet, hoe het met deze
rampzalige brillanf gegaan is riep
hij uit, buiten zich zelf van opwinding
en als door koorts bevangen. „Maar
neen waarom vraag ik u dit I Het
is natuurlijk vanzelfsprekend, dat u
zulks niet weet. Hoe zou u anders tot
op dit oogenbiik gezwegen hebben
Zij liet haar armen zakken en boog
zich ten hoogste verwonderd haar hem
toe.
„Mijn hemei, wat scheelt u dan
toch U verwart deze zaak klaarblijke
lijk met geheel iets anders. Hoe zou het
anders met de brillanten broche gesteld
zijn geweest, dan dat zij tot de nala
tenschap van mijn moeder behoort en
dat mijn vader mij gedurende een tij
delijke geldverlegenheid verzocht, dit
sieraad naar een pandhouder te bren
gen, omdat hij zich wegens zijn maat
schappelijke positie toch niet zelf aan
zoo'n vernedering kon onderwerpen."
(Wordt vervolgd.)