1000 150 100 25 lanteis 16 SEPTEMBER Winterstslen Eerste Blad kaan iSnsgetai LOOFF IOP NO 219 miliic: Firn F. HI IE HIDE JrJilstef SI, Hlissinp. Iel. tas. II. Pislrsteng 11281. Verschijn) dagelijks, uitgezonderd op Zondag en algemeen erkende Christelijke Feestdagen. cnr'a-id°°a<inn Dje eerste Brug. FEPil&ETON DE GESTOLEN BROCHE. 1 Mart en geel rjEs. pELBURG .MA's Jen gezond, door lik steeds versch I verkrijgbaar bil MAGE, Sclieide- P, VAN DER Laat. schoeisel I reeren bij !MAN, Hoek park - Kerk- zijne fabriek een speciale Idt het schoeisel louden dan één reuzencollectie erende prijzen. In en degelijke (king. Ibevelend 22. AG 1ST RAAT. .age prijzen.. VL1SSIINGSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS Voor Vlissingen en de gemeenten op Walcheren 2.20 per 3 maanden. Franco door het geheele rijk 2.50. Voor België 4.15. Voor overige landen der Post-Unie 4.70.—Afzonderlijke nummers 5 cent. ADVERTENTIEPRIJS Van 1 4 regels ƒ1.10voor iederen regel meer 26 ct. Familieberichten van 1—6 regels ƒ1.70. Bij abonnement speciale prijs. Reclames 52 cent per regel. Dienstaanbiedingen en -aanvragen 13 ct. per regel Qeabonné's in 't bezit eener Polis, zijn GRATIS verze kerd tegen ongelukken voor gulden bij levens lange ongeschikt heid tot werken. een ongeluk. UfJU gulden bij verlies van een hand, voet of oog. gulden bij verlies van een duim. gulden bij verlies van een wijsvinger. gulden bij verlies van eiken anderen vinger. a I T Dit nummer bestaat uit 2 bladen De diplomatie, noch hare beoefena ren de diplomaten hebben ooit bij den gemiddelden burger in een goed blaad je gestaan. Zoo was het vroeger en zoo b het nu nog, en is dus blijkbaar altijd zoo geweest.Daarvoor zijn waarlijk begrijpelijke redenen aan te voeren, waaronder wel voornamelijk deze aller eerst, dat al hun doen en laten, al hun werkzaamheid, hun verrichtingen en bemoeiingen zich aan het oog der .penbare oplettendheid weten te ont dekken. Indien er één geheimzinnige staatsdienst is, waarbij het publiek op een behoorlijken afstand gehouden wordt, dan is dat wei de officieele di plomatie en haar ganschen aanhang en toch is er geen publieke zaak zoo belangrijk als juist deze. Dat geheim zinnige, dat in zich beslotene, dat angstvallig waken voor een onbeschei den blik van buiten in de binnenkame- ren der diplomatieke laboratoria, zou men desnoods nog gaarne door de vin gers zien, waren de uitkomsten ook maar eenigszins evenredig aan die groote verborgenheid. Geen enkel staatsdepartement in geen enkel iand werkt zoo in het duister, doet zoo de zaken achter den rug van het volk en van zijn vertegenwoordiging om, als de ministeries van buifenlandsche zaken, waaronder de diplomatieke afdeeling ressorteert. Aan die absolute gesloten- beid en het deswege volkomen nalaten van eenig afdoende voeling met wat in ée volkeren omgaat, wordt het niet ten onrechte geweten, dat menige oorlog, •elk de jongste wereldoorlog, zoo on verhoeds is kunnen ontbranden en als kef ware de gansche samenleving op het lijf gevallen is. Waarbij dan nog Ëoml, dat in dien betreurenswaardigen stand van zaken, niet alleen geen ver andering is gekomen, maar deze zich zelfs in den ioop der laatste jaren nog heeft toegespitst. De resultaten zijn daarvan dan ook niet uitgebleven, en men kan gerust het •vergroote deel van de schuld der totaal mislukte vredesuitkomsten, van de gebrekkige en absoluut onvoldoen de. ja averechtsche uitslagen der veie «onferenties van de laatste jaren, aan een voor haar taak onberekende Euro- peesehe diplomatie wijten. Valt het dan te verwonderen, dat door de geheele wereld, minus dan de diplomaten zelf, halsreikend naar andere middelen, an dere krachten, andere mannen wordt uitgezien, om de maatschappij uit hef 6) Zooals de dienaar van het gehecht Fahrig reeds had gezegd, wetii den pandhouder nog derrzelfden dag door een agent in uniform een dagvaarding overhandigd, waarin hij den volgenden morgen in de rechtskamer van den rechter van instructie werd ontboden. Daarvan vertelde hij zijn zoon niets, want daar Rudolf immers de feitelijke bewerker van hef geheele ongeluk was, moest hij natuurlijk ieder gesprek over dit onderwerp noodzakelijk als een be dekt verwijt gevoelen. August hield echter te veel van zijn zoon, voor wien 'hij sinds een kwart eeuw onvermoeid ploeterde om hem den weg naar eer cri aanzien te effenen, om hem niet iedere pijnlijke toespeling zoo veel mogelijk te besparen. Toen hij echter na het verhoor naar huis terugkeerde en zijn ondertusschen gesloten winkel weer opende, was het Rudolf zelf, die hem naar den- stand van zaken vroeg. En nu kon de oude man z:jn overkropt gemoed niet langer in houden. „Hoe het staat Slecht staat het, mijn jongenzoo slecht als het maar kan De duizend gulden kan ik gerust- als verloren beschouwen, en ik mag bovendien dankbaar zijn als de zaak daarmee is afgeloopen. De rechter van I diep moeras op te beuren, waarin zij is gezonken en met den dag meer en meer dreigt onder te gaan Die mannen, ze zijn inderdaad te winden, ze staan klaar, ze zijn bereid en toegerust om nog te redden, wat te redden is. Maar zoekt ze niet in de rangen dier geheimzinnige, dier verre van de aspiraties hunner volken leven den, dier stille bedillers van de groot ste wereldbelangen. Waar ge ze vinden kunt, dat is in het groote, wijde, drukke openbare leven, in het leven van de werkers, en denkers en aanpakkers, in het leven der mannen, die hun land groot en sterk maken, niet met de arglistigheden eener achterbaksche staatsmanskunst, maar met den openlijk getoonden wil en het doorzettingsver mogen van hen, die weten te scheppen en te voleindigen, die niet het zwaard hanteeren dat neervelt, maar het hou weel waarmede voor de menschheid nieuwe wegen gehouwen, nieuwe pa den gebaand worden. In het groot-za kenleven van schier elk land zijn er zul- ken zij kennen, begrijpen, waardeeren elkander. Laat hen de handen ineen slaan, laat hen over de diepe afgronden van afgunst, haat en domheid, welke de volken in de handen der diplomatie scheiden, de bruggen mogen slaan, langs welke het wereldverkeer hersteld, eendrachtig geleid en bestendigd wor den kan. Eu ziet, de eerste brug is reeds geslagen dezer dagen, toen wij mel ding maakten van de overeenkomst tus- schen den Franschman De Lubersac en den Duitscher Hugo Stinnes de eerste vertegenwoordiger van een groot ver bond van coöperatieve opbouw-veree- nigingen, de laatste achter wien een machtige groep industrieelen staat. En wat de diplomatie dier twee rijken, wat de regeeringen dier beide staten niet ■hebben kunnen tot stand brengen, dat deden zij, en bewerkten een commerci- eele en industrieele overeenkomst, waarbij zoowel het eene als het andere land grootelijks gebaat wordt. Het lijdt geen twijfel of thans is de weg gebaand voor overeenstemming ook op andere gebieden van- handel en nijver heid en het zal slechts een kwestie van tijd zijn, om aan Europa te kunnen toonen, dat buiten de wereld der diplo maten om, de wereld der mannen van zaken een toenadering der volken ver mag te bewerkstelligen, welke, vrede lievend, ja den vrede noodig hebbend als zij uit den aard der zaak is, de samenleving een belangrijke schrede voorwaarts zal doen zetten op den weg, aan welks ein-de de verbroedering der volken de afgetobde menschheid noodend wenkt. De eerste brug om over den afgrond, die thans nog vele volken scheidt, heep tg komen, is titans ge slagen Instructie heeft mij over mijn manier van zaken doen eenige rake dingen ge zegd, die ik werkelijk nooit verwacht had ooit ?e hooren te krijgen". „Dat is het niet, wat ik zou willen weten, vader U hebt de 'beklaagde van aangezicht tot aangezicht gezien en, nief waar, het was een andere dan die u het sieraad gebracht heeft „Neen, neen'', ontkende de pandhou der snel, „het was dezelfde Een sluwe comedie-speeisfer, zeg ik je een echt gevaarlijk schepsel. Eerst stond ik werkelijk versteld, en ik zou haast ge zegd hébben, dat zij het niet was. zoo listig wist zij zich voor te doen. Toen moest zij echter op bevel van den rechter den rooden omslagdoek om doen, en toen herkende ik haar weer, hoewel ik haar op dien 'bewusfen avond slechts enkele oogen'bl-ikken gezien had." „En heeft zij schuld bekend vroeg de referendaris met foonlooze stem. „Niets heeft zij bekend, in mijn ge zicht heeft zij hét gezegd, dat zij mij nooit gezien of ook maar een woord met mij gesproken had. Maar haar leu gens zijn natuurlijk tevergeefs. Zij moet zonder pardon naar het tuchthuis die verstokte oplichtster." „U moet niet koo hard spreken over iemand, wier schuld nog lang niet be wezen 'is. Heeft men het geld dan op haar gevonden „Niets, m-aar zij heeft immers ook een heele week tijd gehad om het te verbergen, in 'reder geval heeft zij een BEURSBESCHOUWINGEN. Contrasten in het wereldaspect. Duitschtand en de geallieerden. Ondergang door valutadating. Crisis door valutastijging. Ame rika en Rusland op de keerzijde der medaille. De overeenkomst met de Russo-Asiaiic. Betere stem ming op de Amxsterdamsche beurs. De conversie van gemeente- leeningen. En een tijd die vof is van de meest scherpe contrasten op schier eik gebied -is het voor de beurzen moeilijk de juiste richting voor de koersen te vinden en in verband hiermede is het geen wonder dat een vaste lijn ten eenenmale ont breekt. Nu eens domineert de politieke constellate en wanneer deze geen aan leiding geeft tot bizondere zorg, treedt •de economische toestand op den voor grond, maar de vraag of we, als het er op aan komt, voor- dan wel achteruit gaan, schijnt niet te kunnen worden beantwoord. Er zijn zoowel verschijn selen die op redres, op verbetering van den toestand duiden, als andere die een verdere economische inzinking schijnen te voorspellen. Men is een tijdlang ingenomen ge weest met de jongste decisie van de Commissie voor het Herstel inzake de betaling der Duitsche schadeloosstel ling, wijl men het uitstel beschouwde als een eersten stap naar een gedeel telijke afstel de lezer herinnert zich dat wij van meet af die geallieerde be slissing sceptisch hebben bekeken en er voor de beurzen geen aanleiding in vonden om met meer optimisme de toe komst tegen te gaan. Het blijkt nu dat 'de pessimisten alweer gelijk hadden en België thans aan Duitsehland eischen stelt die liet zegt niet te kunnen vervul len. Hef deponeeren van liet laatste millioen goud der Duitsche Rijksbank 'bij 'de Nationale Bank van België is een voor België alleszins begrijpelijke eiscb, want de kans dat de schaflkist- wissels, waarmede het land zich tevre den -wilde stellen, -gehonoreerd zullen worden is uiterst gering. Maar evenzeer is hef verklaarbaar dat Duitsehland zijn gouden ooilam niet wil afstaan, wijl (het, zij het ook in hoofdzaak in naam, nog de eenige basis vonn+ voor de uit gifte van het papiergeld. Wij zeggen in naam, omdat in werkelijkheid ook dat laatste millioen goud den schuld- eischers toebehoort, evenals zoovele andere activa, welke zich nog in liet ■land bevinden. Alleen wanneer men zich op liet standpunt stelt dat het eigen domsbezit ook het eigendomsrecht is, verliest Duitsehland iets door zijn goud af te geven. De verhouding tusschen de geall-ierden en Duitsehland, die door -de overeenkomst tusschen Stinnes en De -Lubersac met betrekking tot den wederopbouw van Noord-Frankrijk met behulp van Duitsche arbeidskrach ten en materialen, verbeterd scheen, wordt door het geschil met België weer in een minder gunstig stadium terug minnaar, die 'haar tot dezè snoode daad heeft aangezet en wien zij het heeft kunnen afdragen". Het bloed was den referendaris naai de wangen gestegen, „is misschien iets dergelijks -ter sprake geltomen „De rechter van instructie sprak dit vermoeden uit en- hij zal hiermee wel op den juisten weg zijn geweest. Maar juffrouw Willisen wees dit met veront waardiging af, zooals zij'over het alge meen alles met verontwaardiging ont kent. Enfin, -bij de verdere behandeling der zaak zal zij wel een toontje lager zingen". „In deze rechtszaak zal men ook mij als getuige hooren", verklaarde Rudolf Imberg vastbesloten. „Ik zal .zelf er het verzoek toe in dienen". De oude schudde afkeurend het hoofd. „Je -moet daarover eerst nog eens ernstig nadenken, mijn jongen. Ik heb niet opzet jouw aandeel in de ge schiedenis verzwegen, opdat je er niet mede in betrokken zoudt worden. Ten slotte" en hij keek daarbij verlegen naar den grond „ten slotte behoeft toch de heele wereld niet te weten, dat de referendaris Imfeerg d'e zoon van een pandjesbaas is". De jonge man fronste wrevelig de wenkbrauwen. „Moet ik mij daarvoor soms schamen, vader? Zou ik dan on der uw dak mogen leven en uw brood1 eten, als ik -zulks deed „Neen, neen, ik zeg immers niet, dat je je wegens je afkomst moet schamen. gevoerd. Of men er in slagen zal we derom een modus te vinden, waardoor voorkomen wordt dat Frankrijk aan de toepassing van sancties begint, weten we niet naar verluidt zullen Engelsche en Nederiandsche bankiers den waar borg voor de nakoming der Duitsche verplichtingen verstrekken. Maar veel beter wordt de toestand ook 'daardoor niet. Het groote feit, de economische ondergang van Duitsehland, 'blijft en maatregelen om dien ondergang alsnog te stuiten schijnen niet mogelijk te zijn. We leven wel in een wonderlijke we- rekL Want terwijl Duitsehland ten on der gaat aan de daling van zijn valuta, schijnt Tsjecho-Slowakije de stijging van zijn valuta met -een zware economi sche crisis te moeten bekoopen. Kort geleden hebben we van dit land enkele bizondehheden medegedeeld en toen reeds er op giewezen dat de stijging van den Tsjechischen Kroon voor het land allerlei onaangename gevolgen na zich zou kunnen sleepen. De „konkurrenz- fahiiigkeit" is door de waardestijging der valuta geheel en al teloor gegaan, zoo dat de werkeloosheid hand over hand toeneemt. Alleen wanneer de loonen aanmerkelijk verlaagd worden, kunnen dp fabrieken hun buitenlandsche orders uitvoeren en over die loonsverlagingen is in tal van bedrijven een scherpe strijd ontbrand. Vermoedelijk heeft men hier te doen met de gevolgen van een al te snelle stijging der valuta, een stijging waarbij zich de koopkracht in liet bin nenland nief tijdig heeft kunnen aan passen. Bij een zeer langzame verbete ring van den Kronen-koers was zulks gemakkelijker geweest, maar een land dat zijn geld door inflatie depreeieerde, heeft den koers van dat gelid ten slotte niet meer in d'e hand. De speculatie be- heerscht dien koers voor een deel en overigens heeft ook de serieuse handel uit den aard der zaak koersfluctuatie tengevolge. Bij gemis aan een goud basis doet toenemende erport den wis selkoers stijgen, totdat die stijging voor den export een belemmering wordt, zooals thans in Tsjecho-Slowakije het geva! is. Voor den internationalen han del ware het daarom veel beter en van gezaghebbende zijde is daarop 'dan ook herhaaldelijk aangedrongen dat men een reconstructie der geldstelsels doorvoerde, dat wil zeggen dat men de waande van de landsmunt weer vast stelde op een zoodanige basis, dat ze door goudzendingien kon worden ge-» handhaafd. Maar daarvoor is natuur lijk noodig dat de schulden onderling eerst worden bepaald en verrekend, zoodat met een schoone lei begonnen kan worden. In de hoop dat er uit den faillieten boedel van Europa nog iets te (halen zal zijn, stelt men de finale rege ling van zaken uit, met het gevolg, dat alle 'bedrijfszekerheid in Europa teloor gaat. Duitsehland heeft zijn valuta zoo zeer verzwakf, dat de koopkracht er van eerst in het buitenland, nu ook in Maar er zijn nu eenmaal menschen, die mij wegens den aard van -mijn bedrijf verachten". „En wier verachting wij, zou ik den ken, met onverschilligheid kunnen be schouwen zoo lang ons eigen geweten ons zegt, dat zij onrechtvaardig en. dwaas oordeelen. Laat ons dus daar over niet verder praten, beste vader". Met een blik van groote teederheid en vaderlijken trots zag August Imberg op naar zijn flink gebouwen zoon. „Doe dan, wat je goed en doelmatig voorkomt, Rudolf. Dat 'zal stellig altijd het juiste zijn." De referendaris drukte hem de hand en ging naar de huiskamer. Maar zijn innerlijke gemoedsbeweging scheen toch sterker, dan hij in liet geprek met zijn vader getoond had. Rusteloos liep hij langen tijd op en neer en toen hij eindelijk stil hield pre cies op dezelfde plaats, waar hij den dankbaren handdruk van .de gewaande Melanie van Neuhoff had ontvangen, zei hij na een diepen zucht halfluid „Neen, het is onmogelijk. En- ik zal het niet gelooven, zoolang ik het niet uit haar eigen mond 'heb gehoord". III. „De getuigen in de strafzaak tegen Greta Willisenriep de .gerechtsdie naar met luider sternme door de gang. „Mevrouw Therese Haller 1 Mijnheer August Imberg Mijnheer Rudolf Imiberg.l Allen aanwezig? In orde Mevrouw Haller moet het eerst b>n- -het binnenland verdween. Het blijkt nu, wat bij dieper inzicht reeds lang vast stond, dat het veel minder produceert da-n consumeert en alleen nog met cre- diet kon aanvullen wat het noodig had. Dit crediet is met de waardedaling van den Markemkoers geheel verdwenen, vandaar dat thans de armoede duide lijker aan den dag treedt. Duitsehland gaat een donkeren winter tegemoet, Tsjecho-Slowakije niet minderwat moet er van de andere Europeesche landen worden Ziehier de eene zijde van de medaille, er is echter ook een keerzijde en die is minder donker, geeft volgens sommigen zelfs reden om het optimisme voor de toekomst niet te laten varen. Wij wijzen in de eerste plaats op Amerika, waar de welvaartsperiode schijnt voort te duren en de fondsen- beurs dagelijks van een willige stem ming blijk geeft onder den invloed van de gunstige beschouwingen over han del en industrie. De werkeloosheid heeft in de Vereenigde Staten zoo goed als geheet opgehouden, hier en daar trad er reeds een tekort aan personeel voor in de plaats. De Steeltrust verhoogde de loonen van het -personeel en in meer dere bedrijven voeren de arbeiders een actie voor verbetering der levensvoor waarden. Wanneer de tariefwet straks wordt aangenomen zeker is dit nog allerminst met het oog op de aan staande verkiezingen, die tot een poli tiek van den slag om den arm nopen zal de bloei der industrieën nog toe nemen, zoo meent men, terwijl boven dien 400 millioen in de schfakist zul len vloeien. De oogsten zijn overvloe dig, de graanoogst zal voor de vierde maal in de geschiedenis van Amerika een beschot van drie milliard bushels opleveren, naar katoen bestaat groote vraag, etc., wie durft er nog twijfelen aan de blijvende prosperiteit van de nieuwe wereld En wanneer die prosperiteit in de Unie wezenlijk is en zal aanhouden, moet dan, zoo vraagt men, de weer slag daarvan niet aan ons werelddeel ten goede komen? Velen meenen dat zulks niet uit kan blijven en de betere stemmingdie af en toe ook op onze Amsterdamsche 'beurs doorbreekt, 'houdt met die opvatting ongetwijfeld 'verband. De crisis is immers in 1920 ook vanuit Amerika tot ons gekomen, wat is natuurlijker dan dal' ook het redres zich naar de oude wereld zal voortplanten. De vraag, hier aan de orde gesteld, is zeker niet gemakkelijk te beantwoorden. Vooralsnog wil het ons toeschijnen dat het beter is om op het toekomstig profijt van de Ameri- kaansche weivaart maar niet al te vast te rekenen, 't Kon ook wel eens zijn dat het omgekeerde zich voordeed en de welvaart in Amerika door het aanhou den van de malaise in Europa allengs weer ging verdwijnen. nengaan' Hij opende de deur der gerechtszaal voor de ouwelijke, zwaarlijvige en met overdreven elegance gekleede dame, terwijl hij de beide andere getuigen nog eens beduidde, zich gereed te hou den. Mevrouw Haller, die weliswaar van opwinding zeer rood was, doch overigens door den plechtigen ernst van de plaats waar ze zich bevond in het geheel niet van haar stuk werd ge bracht. stevende regelrecht op de met groen kleed bedekte rechterstafel toe, om daarna, toen men haar beduidde te blijven staan, een statigen doch toorni- gen blik in de richting van de 'beklaag denbank te werpen. Daar op een verhoogde plaats achter traliewerk, stond het jonge meisje, wier lot in de volgende oogenblikken zou worden 'beslist. Zij droeg een een voudige zwarte japon1, haar weelderig, blond haar was in twee dikke vlechten om haar hoofd gestrengeld en haar bleek, zacht gelaat was van een ontroe rende lieftalligheid, hoewel angst en verdriet ontegenzeggelijk veel van die vroegere zachtheid hadden weggeno men en ofschoon haar oogen rood ge weend waren. Onder den blik van me vrouw Haller brak zij op-nieuw in snik ken uit en zij nam haar zakdoek nau welijks voor de oogen weg, zoolang het verboor van deze getuige duurde. Met luide, vaste stem had deze dame rfe gebruikelijke vragen naar haar per soonlijke omstandiglieeden beantwoord en de eedsformule nagezegd. Thans

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1922 | | pagina 1