m. DONDERDAG 14 SEPTEMBER No 317 licelli LBURG. BINNENLAND DE GESTOLEN BROCHE. er pond iscells loeili sicelli iiCEN ;aete, -let Apo- België, ge- beste «.i uraic gc- wgontsteking, nfprtrnl nnrr'o atergal, hnkel I, opris- genees- geneeswijze. n elk persoon Hoofddepot ;e Delft A 94, gisten. EVRAAOD op voor klein gezin n. Brieven left. Vliss. Courant". ibiedingara aanvragen. JFFROUW. or direct of zoo |k een net Bur- i Banketbakkerij idanig werkzaam en de voorkeur, verlangd salaris aties zijn te be- No. 215, bureau rekende Fransch unnende machi- en weinig Boek- REKKBRSG» r letters R. A., Courant". AAL te Goes. en 1 November eokenmeid op de hoogte, ËÏSJËT de morgenuren.. Vliss. Courant" ïsart ;lb.-Rotterdam gen plaatsen. PASSAGIERS i EN VEE. T. ïiM Y.m. uur 8 8 I - bekomen Transp. en Exp. VOS, T&. 1HOOEIF, Tel. 153, ERHODT, Tel. 282 TENHBK. Tel. 10Ï F. Eütt. f. ia. nar 9 9 VLISSINGSCHE COURANT ABONNEMENTS PRIJS Voor Vlissingen en gemeenten op Wal- rfipren ƒ2.20 per drie maanden. Franco door het geheele rijk ƒ2.50. Weekabon nementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent ADVERTENTIE-PRIJS. Van 14 regels 1.10 voor iedere regel meer 26 centbij abonnement spe ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen van 15 regels 65 centiedere regel meer 13 cent, bij contante betaling. Familieberichten van 16 regels ƒ1.70, iedere regel meer 26 cent. CtEMEENTEBESTUUR AANGIFTE VAN LEERLINGEN VOOR DEN VERVOLG(HERHALINGS)CURSUS VOOR MEISJES. Burg. en Weth. van Vlissingen maken bekend, dat tot het in ontvangst nemen der aangiften van leerlingen voor den Ver volgcursus voor Meisjes door het hoofd van dien cursus, mejuffrouw M. C. Schuurkamp, ten haren huize (St. Jacobstraat 21) alsnog op Vrijdag 15 en Zaterdag 16 September a.s. van 7 tot 8 uur 's avonds zitting zal worden gehouden. Zij, die in het bezit van een trouwboekje zijn, worden verzocht dit bij de aangifte mede te brengen. Vlissingen, 14 September 1922. Burg. en Weth. voornoemd, VAN WOELDEREN. De Secretaris, F. BISSCHOP. Het nieuwe ministerie. Het „Handelsblad" zegt, dat op zich zelf het bericht over de samenstelling van het nieuwe kabinet niet veel be spreking waard is. Het blad verheugt zich niet over de stoelvastigheid van den heer De Graaf, doch zal „waarlijk niet onwelwillend tegenover dit minis terie gaan staan, omdat een zoo wel willend man als de heer Ruys premier is gebleven." Uit „de Maasbode" Zooals te ver wachten was na het beklinken van het akkoord tusschen de rechtsche partijen nopens het regeerings-program, kon dus worden volstaan met een recon structie van het bestaande ministerie, -dat ongewijzigd behoudens een paar persoonswisselingen voor een nieuwe parlementaire periode zij het slechts van drie jaar in zee gaat. Het kabinet-R-uys vangt opnieuw zijn zorgvolle taak aan. Omtrent zijn pro gram zal de naaste toekomst ons meer licht brengen, als Dinsdag der volgen de w-eek de Staten-Generaal hun werk zaamheden hervatten. Moge het onde- Gods zegen veel tot stand brengen voor den vrede en de welvaart van ons volk en er in slagen, de bedreiging va-n bei de door de hopelooze wereld-constella tie althans in haar meest funeste ge volgen af te wenden. Het „Vaderland" ziet in het optreden van minister Westerveld „een bewijs, dat het kabinet meer en meer met de oude anti-these politiek breekt de heer Westerveld is toch geen man van rechts". Voorts schrijft het blad De tijd, waarin dit ministerie zijn taak moet vervullen, is angstwekkend, nu het eco nomische leven over gansch de wereld een'chaos is, en zijn taak buitengewoon zwaar, in z.ul-ke omstandigheden i-s het de plicht van ieder, om dit ministerie te steunen, zoolang dat mogelijk is. Wie daartegenover kleine politiek zou drij- FEUILLETON 5) „Maar weest u toch rustig, beste mijn-heer Imberg. Dat kan immers iedereen overkomen. Niemand zal u daarvan een verwijt maken en daar u bij de beleening zonder twijfel volko men correct gehandeld hebt, zult u uit deze zaak ook geen nadeelige gevolgen ondervinden. De zaak zelf is weliswaar schijnbaar geheel in orde. De beschrij ving -klopt immers in alle bijzonder heden. Van wie hebt u het Sieraad gekregen De pandhouder was nog steeds ge heel in de war en de -beambte moest zijn vraag herhalen, alvoréns hij ant woord kreeg. „Van een jong meisje iemand op wier eerlijkheid ik volkomen heb ver trouwd." „Nu, in iemands eerlijkheid kan men zich anders ieelijk vergissen, vooral bij vrouwspersonen daarvan weten- wij mee te praten. Onder welken naam is zij hier gekomen „Wacht u ik zal het dadelijk na zien. Zie, hier staat het Melanie van Neuhoff, Parkstraat 2". De -man van de wet lachte. „Met een minder goed klinkenden naam kon zij het waarschijnlijk niet doen. Mijnheer van Neuhoff en zijn familie ken ik toe ven, door politieke neringziekte zoo bevangen, dat hij het gemeenschapsbe lang niet meer ziet, bedenke, dat I ij niet alleen de gemeenschap ten zeerste benadeelen zal, maar ook de politiek nog slechter naam zal geven dan ze reeds, zij liet dan ook ten onrechte, heeft, en het parlementair stelsel on der-graven. Daarom zij de oppositie in derdaad Her Majesty's loyal opposi tion. Onze beste wenschen voor het welslagen van het kabinet in zijn zoo weinig benijdenswaardige taak. En evenals in 1918 zeggen wij „Wij wach ten op uwe daden." „De Tijd" is van oordeel dat het s.agen van den kabinetsformateur met behoud van zooveel goede elementen uit het vorige en het aanwerven van een paar sterke krachten voor het nieuwe ministerie een rechtmatige be vrediging ter rechterzijde verwekken zal. Wij weten wat wij hebben en wij we ten wat wij krijgen. At wat loyaal denkt in ons land en zich niet door parti.i- driften het politieke oordeel laat ver bijsteren, erkent het gezonde verstand en de voorzichtige wijsheid der staats manskunst, welke ons uit de gevaren van den na-ooriogstijd heeft geleid naar een periode, waarin -het thans, door ervaring gerijpt, de wegen zal vinden, om ook de moeilijkheden eener algemeene malaise, -die niet zij heeft opgeroepen, te boven te bomen. De „Standaard" begroet het kabinet en elk zijner leden met vertrou wen. De tijden zijn buitengewoon moei lijk. Regeeren, nimmer een last, is thans een bijna ondraaglijke last. En reeds daarom verdienen -de opgetreden mi nisters -den dank 'der -natie. Hun pad, dat kan met zekerheid igezegd, -gaat ■niet -over rozen. Smaad en ondank zal bun loon zijn. Daarom vragen wij van ons volk dankbaarheid en.. steun. Uit de „N. R. Ct." Men boude het ons ten goede, maar veel vertrouwen kunnen wij in het oude nieuwe kabinet niet stellen. En wie zal dat wel vermogen Een program -had :het oude kabinet niet, maar men moet toch aannemen, -dat het door de onderscheidene minis ters min of -meer op eigen hand gevoer de beleid uitvloeisel was van een be ginsel, van hun sociaal inzicht en hun oeconomische overtuiging. Zal het -nieu we oude kabinet, ter wille van het nieu we program, de richting veranderen, waarin het -beleid werd gevoerd, en de oude opvattingen overboord zetten Zal het de oude overtuiging handhaven, doch er -plots andere conclusion ten aanzien van het gewen-schte -beleid uit trekken Wij vreezen, -dat het altijd half werk zal blijven, gelijk (het tot nu toe half werk is geweest, dat -het kabinet ons heeft laten zien. De onthul-Iin-g van „De Standaard", dat liet financieele pro gram der nieuwe regeering er een is voor niet langer dan één jaar, zegt hieromtrent reeds genoeg. Kracht van regeering, wij -bedoelen hiermee opbou wende kracht, zal er van de nieuwe oude combinatie niet kunnen uitgaan, omdat er in het kabinet mannen zitten met te veel zelfrespect, om hun verle den te verloochenen en tegen hun oude overtuiging in van koers te veranderen. 'Dit strekt hun tot .eer, -maar zii hadden dan ook moeten begrijpen, dat hun taak voorloopig was ten einde gebracht. De lieer Ruijs had dit moeten begrijpen het gold bier geen zaak van politieke eer of 'partijoverweging, noch van per- vallig. Hij is een gepensionneerd gene raal en bezit door zijn vrouw een ver mogen' van eenige m-illioenen. Juffrouw Melanie behoeft dus geen sieraden te beleenen en nog minder behoeft zij deze te stelen. Waardoor heeft de dievegge zich dan- als mejuffrouw van Neuhoff kunnen uitgeven August Irnberg -hijgde van opwin ding. Maar hij- dacht -er niet aan er zich door een leugen uit te redden. „Door een visitekaartje. Daar ik heb het nog in mii-'n lessenaar liggen". De -beambte bekeek het smalle strookje carton en zijn tot nu toe ver genoegd gelaat werd- ernstiger. „Maar dat is toch geen legitimatie bewijs, mijnheer Irnberg U zult toch vermoedelijk wel betere bewijsstukken van 'haar hebben verlangd, eer 11 zich met deze zaak inliet". "Dat is juist -mijn ongeluk, dat ik zulks niet gedaan heb", steunde de pandhouder. „Ik ik I-iet -me juist bepraten". „Dan ziet het er wel wat bedenke lijker voor u uit. Ik wil niet zeggen, dat men iets oneervols in uw -handelwijze zal zien daarvoor behoedt u wel de goede naam die uw zaak tot op lieden had. Maar u zult er nog veel last van ondervinden en ik geloof ook niet, dat -mevrouw Haller onder z-uike omstan digheden er toe verplicht is, u het geld dat u, op het sieraad geleend hebt, te vergoeden". August irnberg liep in de kleine soonlijke -gunst, maar van landsbelang. Meer willen wij ;nu voorshands van dit nieuwe oude kabinet maar niet zeg gen. Zoo wij er vertrouwen in hadden kunnen hebben, dat het opgewassen zou zijn te-gen de groote taak, die het wacht, hadden wij het gaarne hartelijk verwel komd, maar dit is ons dm.ide -gegeven omstandigheden niet mogelijk. Overi gens willen wij 'het -program, dat Dins dag wel zal worden blootgelegd, af wachten. Aan de beschouwing van het hoofd orgaan der christelijk-historischen „de Nederlander", is het volgende ontleend: Wij hebben in de eerste weken, na 5 Juli, niet verheeld, dat wij niet aan stonds verrukt waren over de opdracht tot kabinetsformatie aan den heer Ruys de Beerenbrouck. Ongetwijfeld behoor de de heer Ruys tot de staatslieden die voor een opdracht tot kabinetsformatie in de eerste plaats in aanmerking kwa men. Maar het feit, dat het vorig kabi net stond onder Roomsche leiding de gansche loop der verkiezing en- de toestand des lands gaven ons reden tot de verwachting, dat voor den leider van het ministerie ditmaal de keuze zou vallen op een -nieuw man, een protes tant en een financier. Het liep echter anders de heer Ruys is aftredend pre mier, hij is Roomsen en hij is niet in de eerste plaats een financier. Het verne men van zijn opdracht gaf aanvankelijk een gevoel- van teleurstelling. Maar eenmaal opgetreden als door de Koningin- aangewezen formateur gelooven wij, dat de christelijk-histori- sche Kamerclub volkomen terecht zich in beginsel bereid verklaarde het twee de kabinet-Ruys te steunen. Wij houden ons overtuigd had de Koningin, een christelijk-historisch man met de op dracht belast dat hem van Roomsche zijde gelijke steun ware ten deel ge vallen. Maar dat het nieuwe kabinet vrijwel een copie zou zijn van het vorig minis terie, alleen vier jaar ouder wij had den liet niet -kunnen denken. Tijdens de crisis verschenen vele be richten omtrent een onfwerp-regeerings program en de daaromtrent verkregen ■overeenstemming- Wij kunnen den in houd van dit program niet beoordeeien, daarvoor zullen de openingsrede van Dinsdag a.s. en de staatsbegrooting afgewacht moeten- worden. Maar wij hechten aan zoodanige overeenkomsten niet zoo heel veel. Het is nauwelijks constitutioneel en bovendien wie telt de onverwachte omstandigheden, die zich in drie jaren kunnen voord-oen Meer hechten wij aan de personen der ministers. Wij hadden gehoopt op meer nieuwe frissche krachten. Daar naar vraagt een volk in zoo zwaren tijd. De samenstel ling van het kabinet -geeft niet datgene, waarop ge-hoopt werd. De heer Ruys maakte het zijnen vrienden niet gemak kelijk. Dit neemt niet weg, dat wij het tweede kabinet-Ruys met vertrouwen en vriendschap tegemoet treden. Wij hopen oprecht, dat wij het ministerie steeds en van ganscher harte zuilen 'kunnen steunen. Naar zijn program zijn wij zeer benieuwd. Sluiting der Staten-Generaal. Bij Kon. besluit is bepaald, dat de tegenwoordige buitengewone zitting der Staten-Generaal zal worden geslo ten op Zaterdag 16 September a.s., des namiddags te 3 uren. De minister van binnenlandsche za ken izal, volgens machtiging, i-n naam der Koningin de vergadering der Staten Generaal, in vereenigde zitting bijeen, sluiten-. ruimte achter de toonbank rond. alsof hij door hevige -lichamelijke smarten- gepijnigd werd. Hij, wiens trots het geweest was, -dat hij in deze lange pe riode van 30 jaar met de politie nooit in -onaangename aanraking was geko men, hij zag zich plotseling in een ge val gewikkeld, waarvan de minder prettige gevolgen -nog niet te overzien waren. De gedachte aan het dreigende verlies van d-e aanzienlijke som gelds ert aan al -die andere daaraan verbon den mogelijkheden bracht hem bijna tot wanhoop. „Het is afschuwelijk Als ik die op- ldchtster in handen 'krijg, geloof ik, daf ik haar zou kunnen worgen". „Dat zou ik nu tmaar niet doen-. Zij krijgt h-aar straf toch wel. Thans zal haar vermoedelijk ontkennen niet veel meer baten." De pandhouder hoorde verbaasd op. „Men heeft ze dus al geknipt Zij bevindt zich achter slot en: grendel „Ja maar natuurlijk vooropgesteld dat het de goede is. De -bestolene, een ?eer rijke weduwe in de Beukenlaan, verklaarde dadelijk, dat 'naar de om standigheden te oordeelen alleen haar gezelschapsdame, een 'zekere Greta Willisem, het sieraad ontvreemd kan hebben. Ik weet nu weliswaar nog niet, welke verdenking er tegen het meisje bestaat, want ik heb me nog niet veel met deze zaak ingelaten. Maar dit weet ik wel, dat mejuffrouw WUlisen vanr morgei Bezuiniging. De tijdelijk voorzitter van den minis terraad heeft de medewerking van alle ministers 'bij rondschrijven- ingeroepen, om ook voor 1922 al het noodige te doen tot bezuiniging om rechtvaardige kritiek in dezen te voorkomen. De minister wijst er op, dat de begrooting voor 1922 overeenkomstig de beginse len' van ons staatsrecht slechts credie- ten zijn, m.a.w. maxi,ma van uitgaaf. Waar ongetwijfeld de begrooting voor 1923 geheel andere cijfers -zal te zien geven als die voor 1922 is het daarom ook wensc-heiijk aile krachten in te spannen tot de grootst mogelijke ver sobering. De Vlootwet. Het „H-bld." verneemt uit de beste bron dat de heer E. P. Westerveld, be noemd minister van marine, zich -met geen enkel woord heeft uitgelaten over de Vlootwet, zoodat het bericht, vol gens hetwelk hij een groot voorstander van de wet zou zijn, een fantasie, mis schien een „ballon d'essai", moet we zen. Hij wenscht zich vooralsnog over geen enkel onderdeel van- zijn a.s. taak uit te laten. Vertrek van minister van IJsselsteijn. Gisterenochtend 'heeft de overdracht plaats gehad van de portefeuille van den afgetreden minister van landbouw etc. aan den minister van binnenland sche zaken, die, zooals bekend, ad in terim -deze portefeuille zal beheerschen. De heer en mevr. van IJsselsteijn ver trokken gisterenavond per electrische spoor uit Den Haag, ter aanvaarding van hun reis naar Zuid-Afrika. De winterdienst der spoorwegen. Naar wij vernemen zal de gewijzigde dienstregeling der spoorwegen, de zgn. winterdienst, met 8 October, dus tege lijk -met het eindigen van den zomertijd, worden ingevoerd. In het algemeen is het aantal treinen niet veranderd. Slechts zijn- voor verschillende trei nen de uren van aankomst en vertrek eenigszins gewijzigd. De treinen ge nummerd van 1 tot en met 499 worden- ook thans in verband met het vervoer van rijwielen, a-is sneltreinen be schouwd de huidige uitzonderingen- blijven van kracht. De Pensioenwet 1922. In onze mededeeiing betreffende de -pensioenwet 1922 en de daarbij gebo den gelegenheid voor ambtenaren, om vóór 1 Juli 1922 bewezen diensten voor -pensioen geldig te maken, wezen we op de eigenaardige berekening der inkoop som-, welke tot eigenaardige consequen ties kan leiden, aldus schrijft „de Tel.". Zoo vernam het blad van eei hoofdambtenaar ter gemeente-secreta rie te 's-Qjavenhage, die vroeger werk zaam -was in een plattelandsgemeente als ambtenaar van den burgerlijken stand en als zoodanig een salaris ge noot van 20 zegge twintig gulden per jaar. Zijn tegenwoordig salaris bedfaagt 6000 per jaar. De berekening van de inkoopsom zal zooals gemeld geschie den naar zijn tegenwoordige wedde en -derhalve zal de plattelandsgemeente voor ƒ6000 pensioen bijdrage hebben te betalen d.w.z. de gemeente drie vier de en de belanghebbende één vierde van de inkoopsom. Bedraagt dit voor ƒ6000 circa ƒ500 dan heeft de platte landsgemeente dus ƒ375 te betalen voor een ambtenaar die eertijds een toelage van 20 per jaar genoot. Dat ide betrokken openbare lichamen er resteerd is. Zij houdt tot nu toe op de meest besliste wijze haar onschuld vol, innaar als u in staat bent haar te her kennen, is het 'bewijs voor haar schuld ■natuurlijk geleverd." „O, ik zou haar nog herkennen al heeft zij zich nog zoo listig vermomd. H-et is mij net alsof ik haar nog in le vende lijve voor me zie". ,;Des te beter U 'zult vandaag of hoogstens -morgen wel opgeroepen worden, opdat men u -met haar kan ■comfronteeren. Het sieraad neem ik na tuurlijk in beslag." Hij -overreikte den -pandhouder een ontvangstbewijs en ging heen, buiten gewoon tevreden -niet het onverwacht snelle en gunstiige resultaat van zijn nasporingen. Toen twee uur later de referendaris Imberg thuis kwam,, vond -hij zijn vader in zulk een neerslachtige stemming, dat hij bezorgd -naar de oorzaak van zijn leed informeerde. De oude zag hem treurig aan, alsof het hem moeilijk viel het 'hooge woord over zijn lippen te krijgen. „Wij beiden zijn smadelijk misleid, mijn jon'gen I" begon hij eindelijk. „De jonge dame, die acht dagen geleden de 'brUlanten broche bij mij beleende, was een ge-meene dievegge." De jonge rechtsgeleerde werd bleek van schrik. „Dat is niet waar, vader", verklaarde hij toen met beslistheid. „Het kan niet weinig idee in zullen hebben een der gelijke regeling te aanvaarden Iaat zich indenken. Officieele draadlooze in dienst van de speculatie ter beurze. Naar „het Vad." verneemt wordt de sergeant S., gewezen radio-telegrafist aan liet departement van oorlog, ver dacht van het bankiershuis G. en Co. -geld te hebben aangenomen voor het onder code doorseinen van koersen der Koninklijke ter Amsterdamsche beurze, naar de LondensChe beurs, opdat de firma G en Co., die 'inmiddels sureéancs van betaling heeft verkregen, daarmede Iraar voordeel Icon doen. Deze handeling is in art. 363 W. v. S. gequaldficeerd als het aannemen van een gift of bedotte door een ambtenaar, wetende dat zij 'hem gedaan wordt ten einde hem fc bewegen om, in strijd met zijn plicht, in zijn bediening iets fe doen of na te la ten en wordt in dat art. strafbaar gesteld met gevangenisstraf van ten hoogse 4 jaar. De sergeant S. zal voor den krijgs raad verschijnen. Op 'het oogenblik is de zaak nog in vooronderzoek. Wan neer de beslissing van den Krijgsraad is gevallen, zal de heer P. J. M. G., iid van voornoemde firma, voor den bur gerlijken rechter ter verantwoording worden geroepen. Het is onverklaarbaar, hoe een radio telegrafist aan iliet departement van oorlog rustig maanden lang na Ihet ge ven van zijn officieele mededeelingen een telegram in de lucht kan geven, zonder dat de officieele luister- en controlestations eens op zoek -gaan naar dien amateur-financier. Welke waarborgen bestaan er op- deze wijze tegen spionnage van aller- höch'ster Stelle? Zeepostkantoor op de HarwichbooL Blijkens een door de Kamer van Koophandel te Amsterdam ontvangen schrijven voert tie Great Eastern Rail way te Londen met de Nederlandsclie postadministratie besprekingen over de inrichting van een zeepostkantoor op de Harwichbooten. Een film-aanslag op den ex-keizer mislukt. Een van de redacteuren van het „Vad.", die in Doorn vertoeft, meldt Twee jeug-dige Amsterdamsche film operateurs hebben een- poging gedaan om den ex-keizer in den tuin van huize Doorn te filmen. Zij waren niet het toestel over het hooge hek geklommen, dat het geheele buiten omgeeft en had den zich verstopt onder rhododendron- struiken in de hoop den keizer op een wandeling te 'kunnen filmen. Helaas Ze werden gesnapt door rijksveldwachters, die proces-verbaal tegen: hen opmaakten wegens het zich bevinden op verboden terrein. Na eeni- gen tijd te zijn vastgehouden, zijn zij weer op vrije voeten gesteld. Stads- e& Provincienieuws VLISSINGEN, 14 SEPTEMBER. Onze badplaats. Het is met den -nazomer al even treurig gesteld als met den zomer zei- ven, of eigenlijk nog treuriger. Septem ber, dat gewoonlijk zulke heerlijke da gen heeft, doet ons nu meer denken aan echt najaarsweer, dan: aan het einde van den zomer. Het is wel te begrijpen dat de bad plaatsen de nadeelige gevolgen van dit gure weer ondervinden. Wie denkt er beweert, dan moet zij -het ongelukkig slachtoffer van een vergissing of van een persoonsverwisseling zijn". „En waarom dan Weet jij dan meer van haar als ik H-eeft zij jou misschien nog iets naders verteld over haar om standigheden Of he'b je 'haar sedert weergezien „Niets van dat alles. Maar ik zou ten slotte aan niemands rechtschapenheid meer kunnen gelooven, als dit meisje een dievegge of ook maar een leuge naarster was geweest". August Imberg vertelde hem inplaats van te antwoorden den inhoud van het gesprek, dat 'hii met den -politie-ambte- naar had gevoerd-. Hoewel de referendaris ook hierdoor klaarblijkelijk in- 't ge-heel niet overtuigd was, dat de jonge onbekende den diefstal had gepleegd, maakten- deze mededeel-ing-en hem toch 'zeer terneer geslagen en nadenkend. Vader en zoon zaten bij het middag maal veel ernstiger en stilzwijgender tegenover elkaar dan anders. Zij roer den tot groote verwondering van het dienstmeisje het eten nauwelijks aan en hoewel zij vooreerst niet meer over de gestolen broche spraken, was het aan geen twijfel onderhevig, dat beider gedachten, zij het dan ook misschien op geheel verschillende wijze, zich uit sluitend tot het sieraad en tot de brengster daarvan bepaalden. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1922 | | pagina 1