'EN
.de Jr.
WOENSDAG 16 AUGUSTUS
BENSE)ORP's
nbiedingen
taanvragen.
LCHEF
ATEUR
ian huis.
ND MEISJE
van
mvaart
No 192
QEMEENTEBESTUUR
BINNENLAND
FEUILLETON
Voor eer en recht
BOERENIOHSENS
BONBOM
15 ct. meloenen 76
7 ct. komkommers
ik selderie 1 a 2]/2
uien 2 a 2/2 ct.
ten 1 a 2'/2 ct. ra-
bos postelein 15 a
uring 6 a 8 ct. pe-
7 a 72 ct., alles per
78 ct. per 100 stuks;
des
O K R S a
15 Augustus,
officieel)
Persen,
erkoopen.
-ƒ 2.58 Londen-
jn /0.24'/2—ƒ0.26
40 Parijs ƒ20.35
OW 0.0008.
ipier.
Ponden 11.47J4-
ƒ0.27—ƒ0.29'1/,
9.30—19.40 Fran-
20.45 Kronen (af—
4-
RICHT.
:and 765.8 te Scilly.
tand 753.8 te Vest-
avond van 16 Aug.:
ordelijke tot Weste-
wind. Tijdelijk op-
jnlijk weer regen of
atuur.
I VLISSINGEN.
v.m.
n.m.
7.40
7.59
8.43
9.10
9.59
10.32
11.10
11.47
12.13
12.43
1.—
1.02
1.28
1.44
2.10
2.25
2.57
3.07
3.43
3.54
4.26
4.43
5.13
5.32
50
,10 p. mille
,95 p. mille
nderhouden
SFI ETS
bevragenMelk-
sstraat 82.
en
en
;e melden bij het
eater.
-»rdCostumière
raagt
einstraat 26.
>r halve dagen,
laan 3, Tuindorp.
idelb. - Rotterdam
elegen plaatsen.
VN PASSAOIERS
1EN EN VEE.
v. MiM
T.m. uur
8
tus
T. BOtt.
r.m. uur
8
9
9
18 to bekomen
V. Transp. en Exp.
rven G. VOS, Tel.
EENHOORN, Tel. 153.
OSTERHOUT, TeL282.
BUITHNHEE, Tel. 101
VLISS1NGSCHE COURANT
BEKENDMAKING.
Burg. en Weth. van Vlissingen maken
bekend, dat de Raden der gemeenten Vlis
singen, Oost- en West-Souburg, Koudeker-
ke, Biggekerke, Ritthem en Zoutelande
hebben vastgesteld
I. de navolgende verordening tot heffing
van loonen voor het keuren van vee in het
gebied van den Vee- en Vleeschkeurings-
dienst Vlissingen.
Artikel 1. Aan keurloon is voor iedere
keuring verschuldigd door den houder van:
een rund of paard ƒ4.
een varken 2.50
een graskalf of een vet kalf 2.50
een nuchter kalf, een schaap
een bok of een geit „0.75
Artikel 2. Deze verordening treedt in
werking den 15 Augustus 1922.
II. De navolgende verordening op de in
vordering van loonen voor het keuren van
vee- en vleeschkeuringsdienst Vlissingen.
Artikel 1. De invordering der keirrloonen
geschiedt door de hulpkeurmeesters van
den vee- en vleeschkeuringsdienst Vlis
singen
Artikel 2. Het keurloon wordt terstond
na de keuring tegen kwitantie voldaan
Artikel 3. De invordering van keurloonen
van hen, die in de betaling nalatig blijven,
geschiedt door of namens den Gemeente-
Ontvanger overeenkomstig de artikelen
258 tot en met 262 der Gemeentewet
Artikel 4. Deze verordening treedt in
werking den 15 Augustus 1922.
III. In te trekken de bestaande heffings-
en invorderingsverordeningen op de keur
loonen van vee- en vleesch
IV te bepalen, dat aan hen, die het nieu
we keurloon volgens de sub. I vermelde
verordening hebben betaald, eventueel zal
worden gerestitueerd datgene, waarvan,
door de beslissing van de Koningin op die
ter goedkeuring in te zenden verordening,
mocht blijken, dat het te veel is geheven
V. te bepalen, dat de sub. I en II vermel
de verordeningen desnoods zullen worden
herzien, zoodra de kosten van den vee- en
vleeschkeuringsdienst Vlissingen ten volle
bekend zijn.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VAN WOELDEREN.
De Secretaris,
F. BISSCHOP.
Het tekort op de Staatsbegrooting.
Naar de „Nieuwe Haagsche Cou
rant1' verneemt, moet aan de regeering
gebleken zijn, dat het tekort op de
staatsbegrooting niet 100, doch 160
millioen zou bedragen.
Het Staatsbudget in evenwicht te
brengen zal dam ook welhaast onmoge
lijk zijn.
Invordering tabaksaccijns.
De minister van financiën brengt in
de „Staatscourant" ter .kennis, dat op
1 September a.s. de accijns verschijnt
van de tabaksfabrikaten, waarvan,
overeenkomstig art. 83 der Tabakswet
aangifte is gedaan.
Voor ben, die bet verschuldigde niet
vóór of op 'd.ie-n datum in zijn geheel
wenschen te betalen, w-ofdt de gele
genheid .geopend dit in 'zes gelijke
miaandeTijkscbe termijnen te voldoen,
mits izij,'schriftelijk verklaren genoegen
te .nemen met bijberekening van rente
van I September af over het onbetaald
gebleven gedeelte, naar den maatstaf
van zes ten honderd 's jaars. De eerste
iermijn verschijnt dan 1 September,
iedere volgende termijn telkens een
miaand later.
Bij 'het niet voldoen van een termijn
en van de daarop verschuldigde rente
vódr of op den vervaldag vervalt deze
Roman van O. ELSTER.
27)
Bleek als een doode liet hij het
schrijven op den igrond vallen, hij stiet
een dof kreunend .geluid uit, zonk op
een stoel neder, terwijl zijn hoofd
■zwaar op izijn armen neerzonk, die op
tafel rustten.
Het schrijven luidde
„De districtscommanidant deelt u
me'de, dat .u .niet ibij keuze tot officier
kondlt wor'den benoemd, daar de be
schuldiging van een strafbaar feit op
u rust, tevens u dringend raidend, de
gepaste stappen te doen, u van deze
beschuldiging te 'zuiveren, in welk ge
val de krijgsraad opnieuw zal beslissen,
of u tot officier .kunt worden gekozen.
VON WALDAU,
Districtscommandant".
HOOFDSTUK XIV.
Het duurde verscheidene dagen, voor
en aleer Fritz dezen vreeselij'ken slag
zoover te boven was gek'omen, dat hij
er rustig over nadenken kon, wat hem
te doen stond, om .zijn door het slijk
gesleurden naam weer te zuiveren. Hij
kon er niet langer aan twijfelen, dat de
beschuldiging van barones Hambach
uitging en zoo hij Stanislaus Prokows-
ki ook al voor den eigenlijken laste
raar hield, de .barones ging evenmin
regeling en is de geheele schuld, zon
der nadere sommatie, i.n eeins vorder
baar.
Belanghebbenden, die van deze re-
geiing wenschen gebruik te maken,
kunnen zi.ch daartoe van 19 dezer af,
wenden tot den ontvanger der accijn
zen.
Duitsche oorlogsvliegtuigen.
Naar het Haagsche Corresponden
tie-bureau verneemt hebben de gealli
eerden blijkens mededeeling van de
Duitsche regeerin-g, aan het voor eeni-
ge maanden genomen besluit, waarbij,
het aan de Duitsche viiegtuigenindu-
strie opgelegd verbod tot het .bouwen
van vliegtuigen .werd opgeheven, de
voorwaarde verbonden, dat de Duit
sche regeering ook na afloop van de
controle werkzaamheden van de „Uber
wachu.nigskomimiission" al het lucht-
vaartmateried, dat ingevolge het vre
desverdrag van Versailles moet wor
den ingeleverd en dat in Duitschland
wotdt aangetroffen, hetzij het aldaar
was verborgen, hetzij, aldaar uit andere
landen wederom wordt ingevoerd, zal
verzamelen, opdat heit 'kan worden ver
nietigd.
Het bovenstaande kan van belang
zijn voor Nederlanders, die in het bezit
mochten zijn van voormalige Duitsche
militaire luchtvaartuigen of motoren.
Is dat bezuiniging
Enlkel'e jaren geleden, i's het .departe
ment van. koloniën aan. de achterzijde
uitgebreid .door optrekking van een
nieuw gebouw, dat .door lange gangen
met het oude .departement verbonden
is. Die gangen waren aanvankelijk wit
■gepleisterd), maar idi-t beviel aldus de
,,'Res. .bode" den Iheeren riiet en
daarom werden 'het vorige jaar deze
.muren beschilderd, wat een. tamelijk
kostbaar karweitje was.
Thans heeft men deze beschilderde
.muren opnieuw..bepleisterd en gewit en
verder opgesierd met witte tegels.
Het fola'd hoorde vertellen, dat deze
.gril van den een .of anderen hoofd
ambtenaar de schatkist .niet minder
dan 60.000 kost.
Het blad 'heeft geïnformeerd waarom
■deze pasbeschi'lderde .muren .nu weer
werden gewit ein. 'betegeld.
Het antwioord 'luidde Men vond, dat
deze beschilderde muren zoo'n sombe
ren indruk gaven aan de gangen.
Geldverspilling.
Men meldt aan „de Maasbode"
Het derde hoofdgebouw -der Nederl.
spoorwegen te Utrecht is .met he't
tweede door een tunnel venbonden.
Dicht bij deze tunnel is in het tweede
gebouw een lift. Eenige passen slechts
verder is pas een nieuwe lift gemaakt,
die dichter bij 'den tunnel uitkomt. Deze
lift bespaart een -aantal passen, wel
licht een vijftig.
Tijid is geld, zal uien zeggen.
Jawel Maar die nieuwe lift is alleen
voor de 'h-oogere ambtenaren toegan
kelijk.
De actie van het spoorwegpersoneel.
Het bestuur van den Pnot. Christ.
Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel
heeft te Utrecht een drukbezochte ver
gadering gehouden. Uit de besprekin
gen bleek dat er en bittere toon in de
vergadering heerschte en er werd hef
tig tegen geprotesteerd dat aan het
werkplaatspersoneel geheel afzonderlijk
een loonsverlaging werd opgedrongen.
Besloten werd het hoofdbestuur de
verdere stappen te laten doen, die noo-
dig zijn. om tot het gewenschte resul
taat te komen.
vrij uit (tegenover hem, want als zij
dezen laster niet wijd' en zijd had ver
spreid, dan ,zou er rn'og niets gebeurd
zijn.
Wat kon 'de 'barones hem echter
verwijten in zijn vroegere betrekking
als opzichter op het slot Hambach had
hij zich nooit aan het geringste ver
zuim of erger schuldig gemaakt. Hij
'bezat de getuigenis van- den baron, om
dat .te .bewijzen. De reden, waarom hij
Hambach destijds zoo snel had verla
ten, was, aangenomen zelfs, dat zijn
gedrag van dien bewusten. avond in
„Het Witte Baard" werkelijk overeen
komstig was met Stanislaus's laster
praat, niet van dien aard, dat zijn eer
daardoor werd bezoedeld. Een lichtzin
nige streek zou een jongen man niet
zoo kwalijk genomen zijn.
Het gold hier een vergrijp tfegen de
strafwet, waarvoor men hem- betichtte.
Fritiz stond voor een raadselt Maar
hij was vast besloten, dit op te lossen
en niet laf daarvoor terug te schrikken
zooals Lengner hem geraden 'had.
Eerst moest hij echter precies weten
wat hem ten Jaste werd' gelegd.
Zou hij .zich direct tot de barones
wenden
Wait kW hij echter aanvoeren, om
rekenschap van haar te vorderen Hij
wist immers niet, waarvan zij hem be
schuldigde. Dit gewaar te worden,
moest zijn eerste taak zijn en waar
schijnlijk zou hij dit het gemakkelijkst
en best bij den districtscommandant
gewaar worden, deze kon niet zonder
UIT DE JEUGD VAN Mgr. A. J. CALLIER.
In het feestnummer van „ide Maas
bode", uitgegeven ter gelegenheid vian
het gouden priesterfeest van Migr. A.
J. Callier, komt een artikel voor geti
teld „Van een gouden priesterleven",
.geschreven door den bekwamen jour
nalist P. Hyacinth Hermans.
lm dat artikel worden véle bijzonder
heden medegedeeld uit de jeugd van
onzen vroegeren stadgenoot, die thans
zulk een hooge waardigheid in de R.
Katholieke keiik bekleedt.
Aan dit artikel is het volgende ont
leend
Edele ouders, zoo mochten de ouders
van den kerkvorst geprezen worden -
deze Joannes Franciscus Callier, af
komstig uit Blankenberghe en Johanna
Catherina de Craecke, geboortig van
Osten.de, die te zamen een gelukkig en
voorbeeldig Katholiek gezin stichtten
in de drukke havenstad Vlissingen,
waar vader Callier de beproefde en be
trouwbare loods was voor de in- en
uitvarende schepen, die in de Schelde
kwamen ankeren.
Edele ouders van vromen eenvoudi-
gen levensstijl, maar die -door den zoon,
toen hij geroepen werd tot het door
luchtig ambt, dat hem het recht schon'k
tot het voeren van een wapen, zoo fijn
zinnig dankbaar gevierd werden door
hiet bisschoppelijk wapenschild te doen
ibeheerschen door beider nagedachtenis.
In dat wapen zien wij een vaartuig, ge
meenzaam „Kraak" geheeten, herinne
rend aan den naam zijner moeder de
Craecke, varend op een rivier de Schel
de, waar vader de betrouwbare loods
en beproefde gids was rivier en kraak
veilig verlicht door de ster, symbool
van het licht des geloofs. En dan daar
boven het devies, dat een levenspro
gram werd „in f.i.de nihil haesitans",
wat zeggen wil „in zake geloof nooit
aarzelend", wat weer duidde op de be
proefde kunde van den vader, die nooit
weifelend, recht door zee altijd den vei-
'ligen weg te vinden wist.
Hierbij past al dadelijk een merk
waardige gebeurtenis uit de kindsheid
van -den jongen August Call'ier, een ge
beurtenis die bijna dë kleur krijgt van
een profetische vooribeduidenis.
Eens werd de jonge August, toen pas
amper tien jaar oud, door vader mee
genomen aan boord voor eeu reis naar
Antwerpen. Het weer -,-erd boos, en
vader bezorgd voor zijn jongen, bond'
hem vast aan den mast opdat de knaap
niet van 'boord' zou slaan. Maar de
knaap kende geen vrees, een trek, die
ook den Bisschop is eigen gebleven, en
bezag het avontuur met wakkeren
geest. Toen overkwam het schip een
ongeval, wat 't eigenlijk was, wist de^
gene die 't ons verhaalde, niet precies
te zeggen alleen Monseigneur zou 't
nog kunnen vertellen maar niemand
van de bemanning bemerkte 't, zelfs
niet de ervaren loods vader Callier.
Alleen de wakkere jongen aan den
mast zag 't gebeuren, maakte zijn vader
er opmerkzaam op, en zoo werd door
ziin jonge waakzaamheid schip en be
manning voor een ernstig ongeluk be
hoed.
Was 't niet een soort van profetische
voorafbeelding van zijn toekomend
ambt, dat de tienjarige Augustinus
Caliier sdhip en loods redde.
„In fide nihil haesitans" de latere
wapenspreuk teekent het karakter.
Waar vader door zijn dienstbetrekking
uiteraard veel van 'huis was, regeerde
moeder met vaste hand het gezin van
vier kinderen, Jan de oudste, die later
kennis van zaken dien brief aan hem
geschreven hebben.
Fritz .reed daarom naar de stad en
liet zich bij majoor von Waldau aan
melden.
Deize was een oud, goed zestigjarig
officier, die zich reeds eenige jaren uit
den actieven dienst had teruggetrok
ken op 'deze kalme ipost van districts
commandant. Fri'tz ikctiide hem per
soonlijk als 'een welwillend, eerlijk
man. Onrechtvaardig of al te snel
iemand te veroordeelen, lag geheel
■buiten het 'karakter van den ouden
majoor.
Fritz werd in het kabinet .van den
ntajoör geleid, die hem in stijve, mili
taire houding voor zijn schrijfbureau
ointvinig.
-Ik heb uw bezoek verwacht,
meneer Born, zeide hij op den knorri-
gen toon van een ;oud-sol'daat. Ik moet
u echlter direct waarschuwen, dat ik u
niet de minste hoop kan geven op den
aan u .gerichten brief terug te komen.
Ik wilde u ook niet daarom ver
zoeken, antwoordde Fritz, met geweld
zich tot kalmte dwingend. Ik wou ech
ter gaarne vennemen, van welk vergrijp
imen .mij beschuldigt.
Ik weet 'niet, of .ik daartoe ge-
redhfi-gd ben, en moet u zich tot de
personen wen'den, die deze geruchten
over u hebben verspreid. Was u reeds
officier, dam eou het mijn plicht zijn,
de zaak verder te vervolgen, of voor
een eeregerecht 'of voor den krijgs
raad. hk mojet u nu naar de gewone
zoo eervol de voetstappen zijns vaders
drukte en commissaris werd van net
Belgische Zeewezen, August Joseph,
de thans gouden priester-jubilaris Bis
schop van Haarlem, Eduard ook (pries
ter geworden, en als pater Cornelis
reeds 47 jaar Minderbroeder in de Bel
gische provincie, en Charlotte, de eeni
ge zuster van den Bisschop, thans ver
toevend op dën „Huize Duinrust", een
der mooiste liefdegestichten van het
Bisdom Haarlem.
Moeder Callier levend met en voor
■haar kinderen wordt geprezen als zui
nig en streng, maar met een onder
grond van buitengewone goedhartig
heid, een trek, die Monseigneur met
haar gemeen heeft.
Ook de boeiende vertelkunst, den
warmWIeurigen praattrant, die later in
den leeraar Callier zoo boeiend op zijn
studenten inwerkte moet Monseigneur
van zijn moeder geërfd hebben. Want
in de schemering van den vallenden
avond binnen de gezellige woning, met
buiten wat dr. Rifter in zijn „Zeeuw-
sche Mijmeringen" noemt den soms
„langoureuzen" weemoed, die over
zeeën en scnorren kan liggen uitge
spreid, kon moeder Callier met haar
kinderen om zich heen oud-Viaamsche
sprookjes vertellen van zoo'n rijke fan
tasie en distincte uitbeelding, dat de
luisterende kinderen zich niet konden
Weerhouden telkens weer te vragen
„Moeder waar is dat gebeurd
Dan wist moeder tusschen haar
mooie sprookjes ook beurtelings van
die fijne oud-Vlaamsche liedekens te
spinnen, welke Mgr., die veel van zin
gen houdt, vaak nog als melodieuze
echo's uit een ver verleden door 't
hoofd kunnen spelen, en die hij zelf bij
rvijSe nog weieens stil en ontroerd met
'gedempte stem voor zich uit placht te
zingen ais om het lieve verloren geluid
der moeder nog eens levend voor zijn
'herinnering te halen.
Streng was de moeder, maar van een
overwogen strengheid, die uit den jon
gen August Callier den zeldzamen pae-
dagoog van Hageveld en den wijs-re-
geerenden Bisschop van Haarlem neb
ben doen rijpen.
Nooit heeft de Bisschop met zijn
broers in hun jeugd kans gezien ook
■maar een enkelen dag de school te ver
zuimen. Maar eens hadden ze toch een
halven dag vrij mogen vragen van hun
moeder, omdat een kozijn uit Brugge
op bezoek zou komen, maar de neef
zond op den bepaalden dag een tegen
bericht, en toen moesten ze toch naar
school, wat een groote teleurstelling
beteekende Wij weten niet of 't deze
zelfde k»2ijn uit Brugge is geweest, die
op een goeden dag zijn neefjes Eduard
en Gust Callier een fraai opgetuigd
speelscheepje cadeau had gedaan.
Na schooltijd mochten beiden van
moeider 't mooie scheepje, waarmee ze
een kapitein te rijk waren, laten varen
op een schor buiten Vlissingen. Andere
jongens keken met jafoersche oogen
naar hun kostbaar bezit. Maar op een
gegeven oogenblik liet een van beiden
onbedachtzaam 'het touwtje glippen en
liet ranke lichte bootje raakte op drift
en buiten hun bereik. Wat moesten ze
■nu beginnen Toen overzag een groote
opgesohoten jongen de situatie, trok
zijn kousen en schoenen uit, en baadde
stoutmoedig naar het al verder weg
deinende scheepje. Dankbaar keken de
beide kleine Cal'liers den redder in den
nood na.
Maar zie, wat gebeurde, de groote
ölungel achterhaalde het scheepje, maar
rechtbank verwijzen.
Wat ik ookeeker niet zal nalaten.
Maar om dait te kunnen doen, majoor,
moet ik de personen kennen, welke
deze praatjes hebben rondgestrooid. Ik
verzoek u dus, mij den naam van de
genen te noemen, die zich tot u hebben
gewend.
Dat mag ik niet. Het was een
dienstbrief, dien ik geheim moet hou
den.
Maar .majoor, riep Fritz wanho
pig en opgewonden uit. U wïltimij toch
inieit als offer van een vifigen laster
laten vatten Ik moet weten, waarvan
men mij beschuldigt en wie de aankla
ger is. Als 'het niet antders 'kan, moet ik
u zelf laten .dagvaarden.
De majoor haalde de schouders op.
Dat zou u weinig baten. Ik zou
voor het gerecht niet anders verklaren
dan thans.
Majoor, ik smeek u, mij te helpen.
U .kent mij reeds jaren lang U bent
steeds welwillend voor me geweest,
houdt u, me .voor iemand, die een lage
misdaad begaat?
Op mijne meaning komt het hier
n'iet aan, maar op die van de heeren,
die over u te stemmen hebben.
O, deze heeren
Houden u voor het officierskleed
onwaardig, daar er geruchten over u
gaan, die niet met de eer van een offi
cier, niet met. de eer van. een fatsoen
lijk man in overeenstemming zijn te
brengen. Dat is alles, wat ik u officieel
heggen mag.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
EEN
VERRUKKELIJKE
„Mijne handen waren absoluut
opengebarsten"
Vferken in den tuiniels henstellen
aen een auto....zulke wenkjes venooia
zaken nuwe handen en brengen stof
en vuil in de huid
UFEBUOY-ZEEP reinigt de huid volkomen
en brengt in de poriën een weldadige
zuivepheid.die verzacht en beschermt.
LIFEBUOY HEALTH SOAP
OE LEVER'S ZEEP Mr
VLAAUDV1GEM
Fabrikanten van
Lux enTwink
TEGEN AAMBEIEN,
'droge of bloedende, wende men Fos
ter's Zalf aan. De.ze doet 'de jeuk en
pijn onmiddellijk be,daren, en beeft een
bijzonder heelenide werking. Prijs 1.75
per doos, alom verkrijgbaar.
toen hij weer op 't droge stapte ging
hij met het kostbaar bezit aan den haal.
Diep ongelukkig over het zware ver
lies kwamen de beide jeugdige reeders
naar huis, en onder een snik en een
zualiit vertelden zij moeder hun jammer
lijk wedervaren. Maar zij kenden den
hrutalen roover, en vergezeld door
moeder trokken zij er op uit o-m hun
rechtmatig btezit terug te eischen. Maar
zij kregen na lang redeneeren niet eer
der hun scheepje terug, alvorens moe
der haar knip had opengedaan en een
kwartje „bergloon" had uitbetaald.
Maar dit is tusschen twee haakjes
in het leven van August Callier ook
de eenige keer, dat hij zich iets voor z'n
oogen heeft laten wegkapen, later is
hij al zijn makkers steeds ;,de baas"
gebleven.
Maar het geval had moeder een
kwartjes gekost, en met extra 'kwartjes
was moeder Callier niet kwistig. Als
August en Eduard als student later ge
durende de vacantie alleen op reis gin
gen, kregen ze van moeder maar pre
cies afgepast en uitgerekend mee, wat
ze. noodig hadden. Maar vader stak
tan dan nog weieens een extra tientje
toe, da.t hij zelf had uitgespaard op zijn
zakgeld, want voor zich zelf had vader
Callier geen behoeften en verteerde
voor zijn privé nooit iets. Alweer een
trek van onbaatzuchtigheid, welke in
den Doorluchtigen zoon wordt weerge
vonden. Want algemeen bekend is, dat
Mgr. Callier zijn leven lang een voor-
Maar als ik nu niet officieel
vraag, majoor zeide Fritz uiterst op
gewonden. Zult u me ook dan niet ant
woorden Zu'tt u me ook dan onge
hoord veroordeelen
Onwillekeurig traden Fritz de tranen
in de oogen, zijn handen waren vast
ineengewrongen en izijn lippen beefden.
Hij zag er volslagen uit als 'een wan
hopig, diep ongelukkig mensch. Op het
gelaat van den .majoor kwam een trek
van .medelijden, toen. Fritz wankelde
en zich aan de leuning van een stoel
moest -vasthouden, om <nïet te vallen.
Ga zitten, -Bom, zeide hij met
ernstige-, welwillende 'stem, I'k zal u
anltwooitien als eerlijk man, niet meer
als uw meerdere.
Fritz zonk op 'den stoel neer.
U zult mij het -leven teruggeven,
majoor
Deze schreed eeinige male-n op ern
stige, nadenken'de wijze de -kamer op
en neer. Dan blleef hij voor Fritz staan,
-de handen op den rug vouwend.
U weet werkelijk niet, waarvan
men u beschuldigt vroeg hij.
Neen
Bn -ook niet, wie u beschuldigt?
- Neen ofschoo-n ik wel een'igs-
rins vermoeden kan, van wie deze las
ter uitgaat
Nu dan men beschuldigt u van
diefstal'
Majoor
Fritz sprong op, doch de majoor leg
de hem -de harfden op de solhouders en
drukte hem op zijn stoel terug.
(Woi*dt vervolgd.)