EEPEN
fl. 25..
en aan huis
ZATERDAG 29 APRIL.
No. lo t
an biedingen
staanvrageiu
omvaart
Buitenlandsche Belangstelling
FEUILLETON
VERBORGEN LEED.
!Fi beloerok s ban boo
Zijf GIJ heesch?
Abdijsiroop.
100,
raag betreffende
in de couranten
60e Jaargang
'ABRIEK
IÏKET MET
CIRKEL
'IKET MET
CIRKEL
/eek gepubliceerd.
IDttERK
le soorten
na uitvoering.
Binderij
Y MESTDAGH
HARDTX~
iW'iablettenl
«si
Co. vragen
:en netten
JOEGEN
tette
jonden
St. Jacobstraat 18.
hvrouw vraagt
elaan 31.
en net
meisje
18 jaar.
:au „Vliss. Courant"
iddelb.-Rotterdam
gelegen plaatsen.
AN PASSAGIERS,
REN EN VEE.
lei
r. xiti
r it. nor
8
8
j Mtt.
Y.l. DDI
8
ngen 's morgens
ekomen
i N.V. Transp. en
.h Erven G. VOS.
te Middelburg
i, Tek 153; te
N OOSTERHOUT
Dordrecht Gebrs..
Tel. 101.
VLISSIINGSCHE COURANT
BIJ DIT NUMMER BEHOORT EEN
BIJVOEGSEL.
ADVERTENTIE-PRIJS.
Van 4 regels 1.10 voor iedere
regel meer 26 centbij abonnement spe
ciale prijzen. Reclames 52 cent per regel
Dienstaanbiedingen en dienstaanvragen
van 15 regels 65 centiedere regel meer
13 cent, bij contante betaling.
Familieberichten van 16 regels 1.70,
iedere, regel meer 26 cent.
ABONNEMENTS-PRIJS
Voor Vlissingen en gemeenten op Wal
cheren ƒ2.20 per drie maanden. Franco
door het geheele rijk ƒ2.50. Week-abon-
cementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers 5 cent.
Neen, aan belangstelling uit den
vreemde ontbreekt het ons land en volk
allerminst. We worden er in de laatste
jaren zelfs onder bedolven. Dat is
vooral in- en na den oorlog begonnen.
Tijdens den wereldkrijg genoten we het
voorrecht dier buitenlandsche attenties
tegelijk met de andere neutraal geble
ven staten, alleen werden wij er door
de beide partijen wat meer mede be
stookt, omdat onze geografische lig
ging een zoo bij uitstek bijzondere, we
mogen wel zeggen delicate was. We
tagen als het ware temidden der strij
denden en het gebulder van het zee- en
landgeschut der belligeranten deed de
lucht boven de Nederlandsche gewesten
daveren. Het ligt dus voor de hand dat
men ons gaarne en zooveel mogelijk te
vriend hield. Tot op zekere hoogte dan
altijd. Maar vooral daarna zijn de lief
lijkheden en attenties en tevredenheids-
betuigingen eerst recht talrijk gewor
den. We hebben ze uit Duitschland en
uit Frankrijk, uit Engeland en België,
uit Oostenrijk en Hongarije ontvangen,
a! die betuigingen, van erkentelijkheid,
vriendschap en zeifs dankbaarheid. Na
tuurlijk hebben we ze met liet noodige
voorbehoud aanvaard. De Nederlander
heeft de gelukkige eigenschap, nogal
llegmatiek aangelegd te zijn, en weet
meestal drommels goed woorden van
daden te onderscheiden, vooral als ze
niet geheel met elkander overeenkomen.
Dat dit met sommige dier landen het
geval is geweest, daaraan behoeft niet
nog eens speciaal herinnerd te worden.
Doch hoe dan ook, verschillende landen
hebben, het mag dan meer of minder
oprecht en zonder bijbedoelingen ge
weest zijn, ons van hun bijzondere er
kentelijkheid doen blijken voor hetgeen
in en na den oorlog door ons ten hun
nen behoeve is gedaan. En nog wordt
gedaan, getuige de offervaardigheid
ook hier te lande aan den dag gelegd,
om den grooten nood in Rusland zoo
veel mogelijk te helpen bestrijden.
lntusschen heeft het een, blijkbaar
liet ander uitgelokt en eenmaal de be
langstelling naar ons uitgaande, is
men in tal van landen doende gebleven,
dc wederzijdsche relaties te bestendigen
en nauwer te maken. Dit mag zeer ze
ker als een verheugend feit worden
aangemerkt, waaronder we dan inzon
derheid den drang in verschillende lan
den rekenen om meer dan vroeger op de
Roman van B. CORONY.
18)
je zult het wel aan mij moeten
overlaten te beslissen, wat er in deze
pijnlijke aangelegenheid gedaan of niet
gedaan moet worden, verklaarde Fil-
lungen. De vorst bewaart het stilzwij
gen hij heeft er mij zijn woord op
gegeven buiten jou en oom Ernst is
dus niemand in het droevige geheim
ingewijd.
Maar dacht je dan, dat ik lust
neb om door Kanitz, jou en je oom als
een schurk beschouwd te worden.
Niemand van ons beschuldigt je.
En niemand van jullie gelooft,
dat ik geheel buiten deze zaak sta.
Maar, Hans
Verklaar mij op je woord van
eer, dat het anders is.
Als ik zeg
Geen oppervlakkige verzekerin-
8en, maar je woord van eer verlang ik.
En wel op zoo'n- onstuimige ma-
})let, dat er voor mij in dien eisch iets
denkends ligt. Ik laat mij niets af
dwingen..
Tattenberg lachte luide en schril.
In Ja' daar he,D ik antwoord
P'fts van het kort en bondig te ge-
nio t 'e met omscllrijvingen. Men
in maar °P z'.in vrienden bouwen.
(ie.nneer iemand hen het meest noodig
verlaten ze hem op de schande-
hoogte te komen van hetgeen ons volk
presteert en waard is. Te dien einde
worden bijvoorbeeld in Duitschland aan
de hoogescholen afzonderlijke leerstoe
len voor onze taal en cultuurgeschiede
nis ingesteld, en vindt men in Fransche
tijdschriften de raadgeving, dat Frank
rijk veel meer belangstelling voor Ne
derland aan den dag moet leggen, wil
het niet bij andere landen, speciaal
Duitschland, ten achter geraken. We
zien dan ook hoe meer en meer die bui
tenlandsche belangstelling hier weer
klank vindt. In tal van steden van ons
land zijn afdeelingen ontstaan van de
verschillende genootschappen, ten doel
hebbende om die buitenlandsche be-
lagstelling over en weer aan te kwee
ken en te onderhouden. We hebben on
der meer al een Alliance Fran?aise,
Deutsche Vereine, NederlandEnge
land, NederlandFrankrijk, English
Association, en hoe deze genootschap
pen nog meer mogen heeten. Daarbij
worden er zeer leerzame en veelal zeer
genoeglijke avonden georganiseerd, le
zingen en voorstellingen gehouden,
kortom er wordt niets verzuimd het be
oogde doel na te streven en te bereiken.
Ere blijkens de belangstelling en het
veelal druk bezoek, hetwelk deze bijeen
komsten trekken, met groot succes.
Nu zijn die Duitsche, Fransche, En-
gelsche en andere soortgelijke avonden
hoogst onderrichtend. Alleen is de
vrees niet ongewettigd, dat die onder
richting door te overdrijven, wel eens
erg eenzijdig wordt. Het resultaat hier
van is dan ook, dat men tal van land-
genooten kan ontmoeten, die in den af-
geloopen winter bijzonder goed op de
hoogte gekomen zijn van, en in buiten
gewoon bewonderende termen spreken
óver al het wetenswaardige van kunst
en natuur, van land en volk en gebrui
ken, hetwelk ter hunner kennis is geko
men. Hun bewondering strekt zich niet
alleen uit tot het gehoorde of geziene,
maar doet hen ook ijverig navolgen en
imiteeren. Bovenden gaat dikwijls een
zekere geringschatting, met wat den
eigen landaard heeft, daarmede ge
paard. Dit is natuurlijk niet bij allen, of
zelfs ook maar bij de meesten het geval,
maar niettemin zijn er velen, aan wie
terecht een ongemotiveerd achteruit-
zetten van het eigen land bij vrat hef
buitenland biedt verweten worden mag.
Gaat het met dit misbruiken van wat
overigens een goede en leerzame zaak
is nog eenige jaren voort, dan zullen
dezulken gewis uitnemend bekend zijn
met hetgeen buiten onze grenzen wordt
gedacht en geleefd en gedaan, maar in
het eigen land zullen zij meer of minder
zich als vervreemd gaan beschouwen,
en de kans is zelfs niet gering dat de
zulken wellicht onberispelijk de vreem
de taal zullen schrijven, maar in hun
moeders taal geen tien regels zullen
kunnen neerzetten of het is doorspekt
met vreemde uitdrukkingen en Neder
landsche taalfouten.
We zijn een klein volk met een eer
volle plaats in de rij der naties. En om
die plaats te behouden en te bevestigen
hebben we voor alles noodig onze na
tionaliteit zoo goed mogelijk en zoo
lijkste wijze..Je weigert dus onmiddel
lijk een onderzoek in te stellen
Reis morgen naar je dochter, zoo
als reeds sedert weken bepaald was. Ik
zal intusschen overleggen, wat er moet
gedaan worden. Goeden nacht, Hans
Je gaat heen, zonder mij de hand
te geven
Neem me niet kwalijkik ver
gat
Fillungen keerde bij de deur nog eens
terug, maar Tattenberg raakte de hem
aangeboden rechter niet aan.
't ls al goed... al goed, mompel
de iiij. Laat het maar
Zwijgend verwijderde zich de majo
raatsheer.
Den volgenden ochtend heel vroeg
verliet vorst Kanitz het slot en Tatten-
berg, die voor een klein eind van den
zelfden trein gebruik moest maken, ver
trok eveneens.
De voormalige grondbezitter zag er
na een slapeloos doorgebrachten nacht
zeer lijdend uit. De vreeselijke ge
moedsbeweging had een nieuwen aan
val van zijn hartkwaal veroorzaakt. Nu
had hij beslist moeten rusten, doch rust
gunde de vreeselijk opgewonden man
zien niet. Hij besloot, de reis zonder
onderbreking voort te zetten. Duizen
den angstige voorstellingen kwelden
hem, terwijl de trein zich met groote
snelheid voortspoedde.
Vervloekt zij het uur, dat mij naar
het slot FalkenStein voerde 1 dat was
geruimen tijd de eenige heldere gedach
te, welke hij kon vormen. Doch daarna
begon bange zorg over zijn dochter,
ongeschonden mogelijk hoog te houden.
De strijd der volken is waarlijk niet in
den jongsten wereldkrijg volstreden.
Bloedig of onbloedig, vreedzaam of on
vreedzaam, met wapenen van het ge
weld of met die van wetenschap, kennis
en kunstom het even, op welke
wijze en in welken vorm die strijd be
slecht zal worden, wij zullen op gevaar
als volk ten onder te gaan, hem mede te
strijden hebben. Met welk een onstui
mige kracht hij in economisch-politieken
zin reeds in vollen gang is, leeren ons
de de gebeurtenissen in Genua. Daarom
mogen wij niets verzuimen, hetwelk ons
dienstig zijn kan om ons door de bran
ding dier komende tijden veilig heen te
helpen. En niets kan dit meer dan ons
zoo sterk mogelijk Nederlander te ge
voelen en te zijn. En wanneer we dan
ook al die buitenlandsche belangstel
ling jegens ons waarnemen, wanneer
we die verschillende genootschappen
ten dienste eener vreemde cultuur zien
toenemen, dan mogen we ons gerust in
de eerste verheugen en het leerzame en
nuttige in de tweede waardeeren, maar
daarnevens dient dan ook de belang
stelling in onze eigene taai, in de
schoonheid van ons eigen land, en al
hetgeen er op eigen erf en grond te
waardeeren valt, -niet uit het oog ver
loren te worden, maar integendeel een
zoo groot mogelijke behartiging te vin
den.
RAADSOVERZICHT.
-Er wordt maar al te vaak gedacht dat
in onze besloten vergaderingen tal van
zaken worden behandeld welke in dc
letterlijke beteekenis het daglicht niet
mogen zien. Toch is niets minder waar
dan dat. Gewoonlijk wordt daarin al
leen datgene ter sprake gebracht wat
niet voor de publieke markt bestemd is
en wat beter tusschen de vier muren kan
biijven. Uit een vraag van den heer
Hensel bij de vaststelling'van een wij
ziging der gemeente-begrooting, bleek
dat in onze vorige geheime bijeenkomst
opheldering is gevraagd over de onge
veer 1800, welke niet verantwoord zijn
voor gelden welke de burgemeester
destijds ontving voor uitkeering aan ge-
mobiliseerden. De heer Hensel wilde
daarvoor onzen vorigen burgemeester,
den heer jhr. mr. Van Doorn van Kou-
dekerke, verantwoordelijk stellen en
hem deze 1800 uit zijn eigen porte-
monnaie laten betalen. Dit voorstel ge
tuigde allesbehalve van kieschheid, zoo
als de heer De Meij zeer terecht op
merkte, want de heer Van Doorn kan
toch niet persoonlijk voor dit tekort
worden aangesproken. De heer Hensel,
die als ridder van de droevige figuur
voor het voetlicht kwam, vond van geen
zijner collega's cenigen steun. Integen
deel van alle kanten werd hij over zijn
eigenaardige houding aangevallen. Om
dat de burgemeester formeel verant
woordelijk is meer is het toch niet
gaat het toch niet aan dat dit tekort
door hem betaald zou moeten worden.
Het betreft een tekort van 1800 op on
geveer 7 ton en loopende over 50O per
sonen. Het zijn administratieve fouten
en deze administratie is toch zeker niet
door den burgemeester persoonlijk ge
voerd. Trouwens kastekorten worden
overal aangetroffen, de klerk ten kan
tore van den gemeente-ontvanger ont
vangt voor deze onvermijdelijke tekor-
wier toekomst ernstig bedreigd scheen,
zich van hem meester te maken. Wat
moest er van het meisje worden
Den ganschen dag had Tattenberg
gereisd, zonder iets te gebruiken. Daar
door was hij echter nu zoo akelig en
uitgeput geworden, dat hem niets an
ders overbleef, dan bij het eerstvolgen
de station uit te stappen en nachtver-
blijft te zoeken.
Met moeite stapte Hans uit zijn coupé
en stond nu bij het station van een klein
vergeten plaatsje. Rijtuigen waren er
natuurlijk niet, alleen stond er een om
nibus, die den eenigen passagier op
nam, geruimen tijd over een slechten,
hobbeligen weg rolde en eindelijk voor
een klein logement stil hield.
Een kellner bracht den vermoeide
naar de mooiste kamer en vroeg hem,
of hij ook wilde eten.
Ja, antwoordde Tattenberg werk
tuigelijk, maar liet soep en gebraad
onaangeroerd staan en liet zich op het
bed vallen-. Een brandende dorst kwel
de hem en verdween ook nog niet, toen
hij de waterflesch reeds voor de helft
geledigd had.
Buiten huilde en raasde de storm,
rukte aan de slecht sluitende ramen en
gierde akelig om den schoorsteen.
Tattenberg kon niet slapen. Hij
stond weer op en keek het venster uit.
In het licht van de dikwijls door wol
ken verduisterde maan strekte zich een
eenzaam heidelandschap vol treurige
eentonigheid uit. Het was een melan
choliek gezicht.
Weer greep de gast naar de water-
ten een vergoeding van ƒ150 per jaar.
Het zal onzen vorigen burgemees
ter wel aangenaam zijn te verne
men dat, uitgezonderd de heer Hensel
dan, geen der leden \an ons college
hem maar in het minst voor dezen kwa
den post verantwoordelijk wilde stel
len. De heer Hensel nam den goeden
raad niet aan van den heer Van de
Putte, om zijn voorstel maar terug te
nemen, integendeel hij trachtte zijn
houding nog goed te praten. Laten wij
er maar over stemmen, zeide de heer
Merckens en hij wilde gaarne het voor-
stel-Hensel steunen, juist om den voor
steller een gevoelig echec te bezorgen.
Dit deed ook de heer De Meij. Toen er
gestemd werd bleef de heer Hensel al
leen staan. Dat niemand van ons er
zelfs niet over dacht hem te. steunen
kon hij toch wel dadelijk hebben be
merkt, toen hij deze quaestie van de ge
heime naar de openbare zitting had
overgebracht. Het was natuurlijk veel
beter geweest dat deze zaak, een lou
tere formaliteitsquaestie, niet aan de
groote klok was gehangen. Nu dit een
maal geschiedde heeft zij den voorstel
ler zelf het meest geblameerd.
Een ander punt betreffende een wij
ziging der begrooting, nl. de kwade
post van de groente- en fruitveiling, die
bijna 4000 beloopt, was voor den heer
Staverman aanleiding om voor te stel
len de gemeentelijke groente- en fruit
veiling maar op te doeken. Deze heeft
ons altijd geld gekost, is oorzaak dat
wij veel te dure groente eten en zal ons
ook nog veel geld blijven kosten.
De heer Tichelman gaf toe dat de
veiling te grootsch van opzet is ge
weest. Men had eenvoudiger moeten
beginnen en de heer Hensel meende
eveneens dat opheffing onder de gege
ven omstandigheden maar het beste is.
De heer Staverman had 1 Juli voorge
steld, doch dit vond de heer De Meij te
vlug. Wij kunnen wel tot 1 Januari
wachten. De heer Van de Putte, die het
gewoonlijk voor de veiling opneemt,
zweeg thans, waaruit dus wel gecon
cludeerd kan worden, dat hij evenmin
verwacht dat de veiling ons ook in de
toekomst geen geld zal kosten. Burg.
en Weth. weten nu hoe over het al
gemeen over de veiling gedacht wordt
en zullen t.z.t. een prea-advies uitbren
gen. Bij de behandeling der begrooting
kunnen wij definitief besluiten of wij de
zaak op denzelfden voet zullen voort
zetten, dan wel dat wij ons van dezen
strop zullen ontdoen.
Mevrouw Engering kon zich niet ver
eenigen met het afwijzend voorstel van
Burg. en Weth. op het verzoek van de
R. Kath. reclasseerings-vereeniging tot
het toekennen van een subsidie uit de
gemeentekas. Zij meende dat het juist
op den weg der gemeente ligt dit nut
tige werk te steunen en de heer Van
Oorschot was het daarmede eens, mits
de subsidie ten goede komt aan elke
vereeniging die het reclasseeringswerk
behartigt. De voorzitter en de heer
Laernoes gaven gaarne toe dat de re-
ciasseerings-vereenigingen hoogst nut
tig werk verrichten, doch dat daarvoor
de gemeente-financiën niet mogen wor
den aangesproken. Als wij ons eenmaal
op dien weg gaan begeven, dan zal het
aantal om subsidie vragende vereeni-
gingen kolossaal toenemen. Wij beslo
ten het voorstel nog aan te houden en
zullen Burg. en Weth. onderzoeken of
er redenen kunnen gevonden wor
den op hun afwijzend prae-advies
terug te komen. Het wordt zoo
karaf. Het bloed klopte hevig in zijn
slapen plotseling werd hij hevig be
nauwd en rukte het venster open. De
aanval ging spoedig voorbij. De vlam
metjes der beide kaarsen flikkerden nog
even op en doofden toen uit.
Hans zocht naar lucifers, maar kon
er geene vinden. Bellen wilde hij zoo
laat In den nacht niet. Van seconde tot
seconde werd bij hem de behoefte aan
rust grooter. Slapen, slapen verge
ten. Maar de slaap bleef verre van den
zwaar vermoeide. Nu herinnerde deze
zich, dat hij de macht bezat om den
slaap tot komente dwingen. Hij opende
de reistasch, nam er een fleschje uit en
ontkurkte het, toen de maan juist weer
voor een oogenblik van achter de wol
ken te voorschijn kwam.
Tattenberg had zich sedert lang niet
meer van dit middel bediend. Hij on
derzocht, voor zoover dit in het half
donker mogelijk was, den inhoud van
het fleschje, goot een deel daarvan met
zenuwachtig bevende handen in het
drinkglas en dronk het toen ledig.
Daarna wierp hij zich weer op het bed.
Donkerviolet lag de heide in het zon
nelicht, toen de hotelhouder zich den
slaap uit de oogen wreef en naar de
keuken ging, waar hij den huisknecht
toeriep
De heer op no. 8 wil met den eer
sten trein weg. Maar dan wordt het
hoog tijd. Je hebt toch niet vergeten
hem te wekken
Ik was al verscheidene keeren
boven en heb ieder keer geklopt, ant
woordde Anton knorrig. Hij geeft geen
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN.
Haringplaats MIDDELBURG,
I bericht dat haar nieuwe Cata
logus verschenen is en op aan
vraag gaarne gratis en franco
gezonden wordt.
Is Uw keel rood of met witte puntjes
bezet? Pas dan op I Grijpt dadelijk in.
Eén lepel Abdijsiroop kan voldoende
zijn. Onthoud het woord goed
zachtjes aan regel in elke zitting een of
meer voorstellen aan te houden en het
moest eigenlijk hooge uitzondering zijn.
Als Burg. en Weth. eenmaal een voor
stel hebben ingediend wordt dit gedaan
na nauwgezette overweging en de ar
gumenten zoowel vóór als tegen wor
den in die voorstellen steeds gemoti
veerd. Daarom moeten zij daarvan de
consequentie ook aanvaarden en alleen
als het per sé noodig blijkt, in aanhou
ding berusten. Voorat de heer Van de
Putte is een groot voorstander van aan
houding van voorstellen en er gaat
bijna geen zitting voorbij of hij doet een
voorstel in dien geest. Het ware voor
het prestige van ons college wel ge-
wenscht dat wij wat 'beter blijk gaven
dat wij het pro en contra van dc voor
stellen welke behandeld moeten wor
den, eerst behoorlijk hebben onder
zocht en onze meening daarover niet
direct kan worden omver gepraat. Want
daarop komt het feitelijk neer. Wij hoo-
ren een voorstel bestrijden en verdedi
gen en weten dan niet meer hoe onze
stem uit te brengen en het resultaat
wordt aanhouden, om er dan nog eens
over te kunnen nadenken.
Het voorstel-Merckens, betreffende
den belasting-aftrek voor gehuwden en
ongehuwden, waarover in de vorige zit
ting de stemmen staakten, werd thans
met groote meerderheid aangenomen.
De heer Post, die zich toen bij het uit
brengen van zijn stem vergist had, heeft
deze vergissing wel kunnen herstellen,
doch sedert de laatste vergadering wa
ren meerdere leden van opinie veran
derd. Wat hen tot deze zwenking heeft
doen besluiten hebben wij niet verno
men, omdat alleen gestemd werd en
geen discussie meer over het voorstel
werd gevoerd.
Breedvoerig hebben wij van gedach
ten gewisseld over het vermenigvuldi-
gingscijfer voor den hoofdelijken om
slag voor het volgend jaar. Wij ram
melen op het oogenblik in het geld. Niet
minder dan ƒ118.000 houden wij over,
doch dit komt dat wij de belasting
schuldigen eigenlijk het vel over de
ooren getrokken hebben. Dat was niet
noodig geweestmet heel wat minder
hadden wij kunnen volstaan. Natuurlijk
hebben wij dadelijk dankbaar gebruik
gemaakt van de gelegenheid om de be
lastingplichtigen wat te ontlasten.
Burg. en Weth. hadden eerst een ver-
menigvuldigingscijfer van 1.9 voorge
steld, doch dit later teruggebracht op
antwoord.
Klop dan nog eens. Je wordt ook
eiken dag luier
De knecht gehoorzaamde, maar
kwam met het bericht terug, dat de
gast geen feeken van leven gaf.
IDan moet ik zelf maar eens gaan,
zei de hotelhouder, klom de wankele
trap op en begon flink te kloppen.
Toen alles stil bleef, riep hij herhaal-
de malen
Het heeft al zes geslagen de trein
gaat om zeven uur. Wilt u niet mee
Geen antwoord.
Hij krabde zich het hoofd onder de
scheef gegleden slaapmuts en mom
pelde
Nu, die slaapt ook als een marmot!
Maar ik kan het niet helpen. Misschien
verzuimt hij ook niets dringends.
Schouderophalend daalde hij de kra
kende trap weer af.
Zoo verliep uur na uur. Eindelijk
dacht de hotelhouder weer aan den
vreemdeling en vroeg
Wel, heeft no. 8 eindelijk gebeld
Neen I antwoordde de kellner met
een onverschillig gezicht.
Drommels, wat moet dat beteeke-
nen Zoo lang slaapt toch niemand,
riep de hotelhouder. Jullie bekommert
je ook nergens om. Het is of jullie geert
hersens hebben 1 Moet ik dan om alles
denken
Weer ging hii hijgend en blazend en
met een vuurrood gezicht naar boven
en klopte.
Geen geluid in de kamer werd ge
hoord.
(Wordt vervolgd.)