WOENSDAG 22 MAART JH g NO. 69 60e Jaargang ^MEENTE B ÉSTlÏÏJ R BINNENLAND Stop diers hoest! ABDIJSIROOP. VLISSINGSCHE COURANT advertentieprijs. Van i4 regels ƒ1.10; voor iedere Jel meer 26 centbij abonnement spe- '■5e orijzen. Reclames 52 cent per regel numstaanbiedingen en dienstaanvragen 5 regels 65 centiedere regel meer li rent. bij contante betaling. Familieberichten van 16 regels: ƒ1.70, iedere regel meer 26 cent. abonnements prijs y00r Vlissingen en gemeenten op Wal vin 2.20 per drie maanden. Franco at het geheele rijk: ƒ2.50. Week-abon- ementen 17 cent, alles bij vooruitbetaling, dfomderliike nummers. 5 cent. onveiligheid vaarwater. Schietoefeningen. 0e Burgemeester van Vlissingen maakt leevarenden bekend, dat op 23, zoo nnniiie op 24 Maart van het fort Harssens rtedt van Texel en op 28, 29 en z® noodig op 30 Maart a.s. vanaf het fort Hoek van Holland schietoefeningen zullen «orden gehouden. De voor de veiligheid te nemen voor zorgsmaatregelen liggen voor belangheb benden ter Secretarie dezer gemeente ter Inzage. Vlissingen, 21 Maart 1922. De Burgemeester voornoemd, VAN WOELDEREN. "KA MEROVERZ1CHT. Tweede Kamer. Vergadering van Dinsdag. Pensioenen. ïTot niet geringe verbazing van de Kamer zelf, is de motie-Duijs, waarin opheffing der registratierechten voor den vetkoop van land- en tuinbouw producten op veilingen wordt voorge steld, aangenomen met 46 tegen 36 stemmen, waarbij" de geheele linkerzijde, behalve de heer De Kanter, vóór stem de, gesteund door zes Katholieken, En gels, Bomans, v. d. Bilt, Juten, Bulten en Kuiper en de wilden A. P. Staalman en v. d. Laar. De motie-Weitkamp, die hetzelfde wilde, maar alleen „als de toestand van 'slands financiën het toeliet", was daarmede van de baan. De land- en tuinbouwers moeten niet Ie vroeg jubelen, want minister De Geer legt de motie natuurlijk naast zich neer. De heer Duijs heeft een interpellatie aangevraagd, te richten tot den minis ter van buitenlandsche zaken. Hij wenscht dien bewinsman te vragen of hij bereid is alleen of na samenwerking met andere staten te protesteeren tegen dea gerechtelijken moord in Rusland, die dreigt plaats te hebben tegenover sociaal-democratische arbeiders. a. De Pensioenwetten, die de Eerste Kamer onlangs verwierp, verschenen vandaag weer ten tooneele, zij het dan in een eenigszins gewijzigden vorm. Natuurlijk moest de Eerste Kamer het zeer ontgelden, dat zij zoo stout was geweest een ontwerp te verwerpen, dat de Tweede Kamer met algemeene stem men op één na heeft aangenomen. Maar ook de minister moest het ont gelden, dat hij te slap was geweest in zijn verdediging van het ontwerp in de Eerste Kamer, zoodat de twijfelaars meenden den minister niet onaange naam te zijn, als zij het ontwerp afwe zen. De heeren Van Stapele en Ketelaar hebben den minister hun hooge ontevre denheid betuigd en de Eerste Kamer harde noten te kraken gegeven. Zij had den gewenscht, dat de minister het ont werp weer ongewijzigd had ingediend, opdat de Eerste Kamer had gezien dat oe minister niet uit den weg ging voor den Senaat. Volgens den heer Lely was 't gansche geval niet zoo vreeselijk, omdat dezelfde minister die den pensioen-aftrek be paalt, ook de salarissen vaststelt. Het ls dus alleen een salariskwestie, meen- hij, een opvatting die niet heelemaal Mjtiist is, doch ook niet den toestand precies weergeeft, Tijd voor salarisvpr- 'dging achtte zelfs de lieer Smeenk nog n,e' gekomen. Deze afgevaardigde meende, dat de heer Van Stapele er een Politiek spel van maakte en daaraan W hij natuurlijk niet mee. Minister De Geer verdedigde nog maals de opvatting, dat het beter was ontwerp, zij het gewijzigd, in te dienen dan de tegenstelling met de j.erste Kamer te verscherpen. In 1901 is hij de Ongevallenwet ook ai het cste gebleken. Wat de minister met de Vl)ziging heeft bedoeld, is alleen te 'be halen dat geen nieuwe wet noodig is m het premievrije pensioen op te hef- cn. De verworpen,wet eischte een nieu- e wilde men de premie-vrijdom Pneffen. Nu is dit anders geworden. e bevoegdheid tot opheffing ligt buiten J Dit dient dus afzonderlijk te rden beslist, waardoor de Eerste de zeggenschap over dit punt "Part behield. ij: atuurljjk ontkende de minister, dat (lino s ejEerste Kamer een slappe hou den apngenomen. Hij had daar unancieelen toestand juist ge schetst en niet meer rooskleuriger dan die was. Hij heeft daarbij betoogd hoe noodig het was de formatie van de ambtenaren, die de helft van alle rijks-, gemeente- en personeele belastingen opslorpen, te verkleinen. Omtrent sala risverlaging deelde de minister alleen dit mede, dat op den duur, als de toe stand zich zoo slecht bleef ontwikkelen als in den laatsten tijd voortdurend het geval is geweest, salarisverlaging niet kan uitblijven. Veel 'beduidt die verkla ring toch niet, want de considerans is te vaag. Zoolang niet een concrete aan duiding wordt gedaan of een termijn wordt gesteld, heeft een dergelijke vage verklaring geen beteekenis. Bij het befaamde artikel 36 kwam het amendement-Van Stapele aan de orde, dat de oude redactie wilde herstellen. Verder wenschte de heer De Groot den maximum-pensioengrondslag op 6000 gld. te stellen en den premie-vrijdom in elk geval te handhaven voor hen die minder dan 75 salaris meer verdie nen dan in 1914. Deze beide amende menten werden door den minister ont raden, evenals door den voorzitter der Commissie van Rapporteurs. De heer De Groot trok ze wijselijk in. Het amendement-Van Stapele werd daarna verworpen met 55 tegen 26 stemmen. Het wetsontwerp vloog verder onder den hamer door en het werd aangeno men met 80 tegen 1 stemmen. Tegen al leen de heer Braat. De Grondwetsherziening. In het voorloopig verslag der Eerste Kamer over het afdeelingsonderzoek betreffende de voorstellen der Grond wetsherziening worden ernstige be zwaren van vele ieden tot uiting ge bracht tegen de veranderingen betref fende de Troonopvolging, de verhoo ging van het inkomen' der Kroon, de Evenredige Vertegenwoordiging voor de Eerste Kamer, de ontbindingsmoge lijkheid der Provinciale Staten en de verhooging der vergoedingen voor de Tweede Kamerleden. De tabaksbelasting. De invoering van de tabaksbelasting is op 1 Mei a.s. niet te verwachten. Het uitstel zal echter waarschijnlijk niet van langen duur zijn. Verhooging wijnaccijns. Binnenkort is een Kon. besluit te ver wachten. waarbij de dag wordt bepaald waarop nadere bepalingen omtrent den accijns op den wijn in werking zal tre den. Deze invoering van de wet van 13 Juli brengt verhooging van den accijns voor sommige wijnen met zich, doch is niet als fiscale maatregel bedoeld. Een wetsontwerp is in voorbereiding tot verhooging van den wijnaccijns en. tot belasting van den inlandschen vruchtenwijn. De Tweede Kamerverkiezingen. De groepscommissie voof de kies kringen Haarlem, Leiden, Dordrecht, Den Haag, Rotterdam en. Middelburg heeft geadviseerd het oud-lid van den gemeenteraad van Semarang, inr. dr. A. M. Joekes, thans referendaris aan het departement van arbeid, op de vrijzin nig-democratische candidatenlijst voor die groep te plaatsen. Mr. Joekes heeft bereids een candi- datuur aanvaard. De veiligheid op de Spoorwegen. Op de vragen van den lieer Ter Hall betreffende voorgekomen spoorwegon gevallen en de veiligheidsmaatregelen op de spoorwegen heeft minister König geantwoord dat de controle op de wer king der veiligheidstoestellen vanwege de Nederl. Spoorwegen alleszins be vredigend mag worden genoemd voor komende onregelmatigheden worden zoowel door hem als door 't Rijkstoe- zicht op de spoorwegdiensten ernstig onderzocht, terwijl zoo noodig maatre gelen tegen herhaling worden genomen. Grondbeginsel van het Ned. beveili gingsstelsel is, dat in geval van gebrek kige werking de seinen automatisch on veilig toonen. De hier te lande in gebruik zijnde be veiligingsinrichtingen behooren tot de meest moderne, zoodat van nalatigheid der Ned. Spoorwegen moeilijk sprake kan zijn. Een meevallertje De gemeenteraad te Breda heeft be sloten dat aam de ingezetenen 30 wegens te veel betaalde belasting zul len worden terugbetaald. Wie weet Hulp aan Rusland. Naar wij vernemen worden er tus- schen de hoofdbesturen van het Neder- landsche Roode Kruis en van den Ne- deriandschen. Bond van Bioscooptheater directeuren onderhandelingen gevoerd over het organiseeren van zgn. bios- coopdagen van hongerend Rusland. Het schiint -in de bedoeling var. het hoofd bestuur van den bioscoopbond te liggen om de Nansenfilm, waarvan, een aantal copieën door het Nederlandsche Roode Kruis ter beschikking zal worden ge steld, in alle Nederlandsche bioscoop theaters te doen vertoonen. VOORSTELLEN AAN DEN GEMEENTERAAD. Door Burg. en Weth. zijn de volgende voorstellen aan den gemeenteraad ge daan Teneinde de Kon. goedkeuring te ver krijgen op de in uw vergadering van 29 November jl. vastgestelde verordenin gen op de heffing en invordering van schoolgeld voor het gewoon lager on derwijs, het uitgebreid lager onderwijs, en het vervolgonderwijs zonden wij deze verordeningen, met de daarbij behoo- rende stukken aan Gedep. Staten van Zeeland. Blijkens een overgelegd schrij ven heeft het onderzoek van genoem de verordeningen Gedep. Staten aan leiding gegeven tot de navolgende op merkingen ie. In art. 1, tweede alinea en in art. 4 zullen de woorden „verminderd met den kinderaftrek" moeten vervallen 2e. De heffing dient aan te vangen bij een inkomen, onmiddellijk volgende op het bedrag, dat bij de 'gemeentelijke inkomstenbelasting voor een gezin met vier kinderen voor noodzakelijk levens onderhoud wordt afgetrokken. 3e. Een gelijke heffing voor het ,U. L. O. ais voor het gewoon L. O. is in strijd met art. 64, tweede lid der L. O. wet 1920. Ten aanzien van de sub ie. vermelde opmerking deelen wij U mede, dat als grondslag voor de indeeling in klassen het zuiver inkomen is genomen ver minderd met den kinderaftrek, vermeid in art. 38 der wet op de rijksinkomsten- belasting. Volgens dit artikel bedraagt de kin deraftrek ƒ80, opklimmende tot 200 voor ieder kind, bij een belastbaar in komen van 800, opklimmende tot ƒ3600. De bepaling in de verordening waar bij het zuiver inkomen wordt vermin derd met den kinderaftrek, alvorens het tarief toe te passen, had ten doei tege moet te komen aan de financieele be zwaren van groote gezinnen. Gedep. Staten vinden het blijkbaar een onzuivere verhouding welke door de toepassing van den kinderaftrek wordt geschapen en dringen daarom op schrapping van de betrekkelijke zinsne de aan. Wellicht ten overvloede zij hierbij vermeld, dat bedoelde bepaling geen verband houdt met het voorschrift, dat indien meer dan één leerling uit het zelfde gezin een school bezo'ekt, het schoolgeld voor den tweeden leerling met 20 den derden met 40 den vier den met 60 en den vijfden met 80 verminderd wordt en dat voor de vol gende leerlingen geen schoolgeld ver schuldigd is. Ofschoon wij ten aanzien van de ge opperde bezwaren met het gedeputeerd college in overleg zijn getreden en aan hen de motieven hebben uiteengezet, welke tot de opneming van de bestreden bepalingen in de verordening hebben aanleiding gegeven, ontvingen wii he den het bericht, dat het college zijn be denkingen tegen de verordening hand haafde. Wij hebben dps naar een middel moe ten zoeken om tegemoet te komen aan de bezwaren van Gedep. Staten zonder nochtans de ouders van de schoolgaan de kinderen uitermate zwaar in het schoolgeld te treffen, of gevoelig af breuk te doen aan het openbaar- en liet bijzonder uitgebreid lager onderwijs. Het wil ons voorkomen, dat wij een tarief hebben' gevonden hetwelk een be vredigende oplossing voor de gerezen moeilijkheden biedt. Zooals hierboven is vermeld meen den Gedep. Staten zich te moeten kan ten tegen een vrijstelling van het beta len van schoolgeld door hen, wier zui ver inkomen,, verminderd met den kin deraftrek, minder dan 1000 per jaar bedraagt. Zij wenschen den eersten aan slag reeds te doen volgen onmiddellijk op ƒ900, althans, hier komt de sub ie. vermelde opmerking op neer. Bij de thans ontworpen schaal zijn wij begonnen met van een zuiver in komen van ƒ9501099 te heffen het wettelijk minimum schoolgeld van 2.60. Vervolgens hebben wij, door de klassen grooter te stellen, bereikt, dat het bedrag van het schoolgeld minder snel opklimt. Daarbij zijn wij niet ge ëindigd bij een inkomen van ƒ4899 doch bij een inkomen van 9999, waar door voor de hoogere inkomens het schoolgeld verhoogd wordt tot ƒ64. Zooals U bekend is werd het school geld voor het U. L. O. niet hooger ge steld dan voor het gewoon L. O., in ver band met het schoolgeldtarief voor de Rijks Hoogere Burgerschool. Gedep. Staten achten zulks in strijd met art. 64 der L.O. wet. Waar dit artikel zegt, dat bij de vast stelling van het schoolgeld zooveel mogelijk rekening moet worden gehou den met de verhouding tusschen de kos ten per leerling ten aanzien van het gewoon- en van het U. L. onderwijs, meenden wij in die bepaling niet een imperatief voorschrift te zien en waren wij van oordeel, dat, waar een verhoogd tarief voor het U. L. O. dit onderwijs zou benadeelen, het niet mogelijk was met de bedoeling van het wettelijk voor schrift rekening te houden. Wij kunnen U echter niet adviseeren het ingenomen standpunt tegenover Gedep. Staten te handhaven, daarvoor achten wij het met de wet in de hand niet sterk genoeg. Teneinde de verhouding tusschen het U. L. O. en het gewoon lager onderwijs niet te sterk te doen zijn, hebben wij door een rangschikking der cijfers be reikt, dat het schoolgeld zich bepale in een verhouding van tot 1. Het thans ontworpen tarief veroor zaakt echter geen wanverhouding ten opzichte van het in November jl. vast gestelde, zooals U uit een vergelijking der cijfers zal blijken. Thans ontworpen. 13 42*° al "wi H js; a> tu bc bfl c3 Z O Klasse. 5 E O c 3 0) Öfi o O ÖJ3 o v- ■o© o j= •- co o 1 950 t/m. 1099 2.60 3.90 2 1100 1299 3.20 4.80 3 4300 1499 4.— 6.— 4 1500 1799 4.80 7.20 5 1800 2099 5.60 8.40 6 2100 2399 6.60 9.90 7 2400 2699 7.60 11.40 8 2700 2999 9 13.50 2*2 2 - "O ^3 3.5 s 2 'S 8,-q 9 3000 10 3300 3.20 4.— 2.50 5.— 7.50 9.— 4.50 (10.50 02.— (13.50 6.50 (15.— (16.50 (18.— 8.— (19.50 <21 (22.50 9.50 (24.— (25.50 (27.— 11 (28.50 (30.— 16.50 (31.50 1 (33.— (34.50 3599 13.50 20.25 (36.— 12.— (37.50 (39.enz. (40.50 12.— (42.— 3299 11.- 11 3600 3899 16.— 24.- 12 3900 4199 19.- 13 4200 4499 22.— 33.- 14 4500 4799 26.- (43.50 28.50 (45.— (46.50 (48.— (49.50 (51.— (52.50 39.— (54.— (55.50 15 4800 5199 28.— 42.- <57.— (60.— 16 5200 5599 31.— 46.50) 17 5600 5999 34.— 51.—) 18 6000 6399 37.— 55.50) 19 6400 6799 40.— 60.—) 20 6800 7199 43.— 64.50) 21 7200 7599 46.— 69.—) 22 7600 7999 49.— 73.50) 60.— 23 8000 8399 52.— 78.—) 24 8400 8799 55.— 82.50) 25 8800 9199 58.— 87.—) 26 9200 9599 61.— 91.50) 27 9600 9999 64.— 96.—) 28 10.000 en daarboven 67.— 100.50) Wat de op een na laatste kolom betreft zij gewezen op de bijvoeging „verminderd met den kinderaftrek", zoodat naar gelang van het getal kinderen berekend moet worden in welke klasse een ouder van een schoolgaand kind in het thans ontworpen tarief valt. Wij hebben de eer U voor te stellen, aan dit tarief uwe goedkeuring te hechten. Bij uw besluit van 1 April 1921 wer den benoemd tot binnenvader en bin- nenmoeder in het Burgerweeshuis, om aan het hoofd te staan van het gemeen telijk weezengezin in de Coosje Bus- kenstraat no. 53, D. Passenier en M. J. PassenierHoogervorst, zulks voor loopig voor den tijd van een jaar. Aangezien de benoemden hun functie den 15en- April 1921 hebben aanvaard, eindigt op 15 April a.s. hun tijdelijk INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. Verwaarloost nooit een hoest of ver koudheid, want Gij stelt U bloot aan bronchitis, influenza of asthma. Ge neest dus dadelijk elk kuchje met de dienstverband. Door regenten over het Burgerwees huis wordt thans voorgesteld om deze beambten van een definitieve aanstel ling te voorzien, daar de geschiktheid voor hun taak, welke zij tot heden met ijver en zeer tot tevredenheid van re genten hebben waargenomen, thans voldoende is gebleken. In verband daarmede hebben wij de eer uwen raad voor te stellen definitief te benoemen tot binnenvader en bin- nenmoeder in het Burgerweeshuis, om aan het hoofd te staan van het gemeen telijk weezengezin in de Coosje Busken- straat no. 53 D. Passenier en M. J. PassenierHoogervorst, voornoemd, zulks tegen genot van vrije woning, voeding, vuur, licht, bewassching en geneeskundige hulp. Voor de vaststelling van den pen sioensgrondslag van deze ambtenaren, stellen wij U voor het geldswaardig bedrag van bedoeld genot te schatten op 750 voor ieder en in verband met de bepalingen van de Pensioenwet voor de gemeente-ambtenaren 1913, den grondslag voor D. Passenier voorloo pig te bepalen op 1500. Een concept-besluit tot benoeming wordt ter vaststelling overgelegd. Sc sj: Door P. A. Pelle, gewezen tijdelijk leeraar aan de Burgeravondschool en Avondschool voor Handwerkslieden (Avondschool voor Nijverheidsonder wijs), aan wien met ingang van 1 Maart 1922 eervol ontslag is verleend, wordt verzocht aan hem uit te betalen 6/8 ge deelte van zijn jaarwedde, aangezien hij zes maanden van den cursus, welke 8 maanden duurt, is werkzaam geweest. In de „Verordening tot regeling der jaarwedden van directeur en leeraren aan de Burgeravondschool en Avond school voor Handwerkslieden", is de bezoldiging der leeraren geregeld- Uit den titel der verordening blijkt reeds, dat de leeraren een jaarwedde genie ten en niet een beloonmg per cursus, hetgeen o.a. hef geval is met het on- dervvijz nd personeel bij het vervolgon derwijs. Wordt bijv. een leeraar met ingang van 1 September (begin van den cur sus) ontslagen dan ontvangt hij ook 2/12 van zijn jaarwedde en kan niet worden bepaald, dat hij over de maan den Mei .t/m Augustus (waarin geen les wordt gegeven) geen jaarwedde zal genieten. Deze wijze van uitbetalen is steeds gevolgd, wat moge blijken uit de vol gende voorbeelden In 1917 werd met ingang van 15 Oc tober ontslagen G. Lottering, die over het 4e kwartaal 1917, 14/360 gedeelte zijner jaarwedde ontving. C. van Bo ven, die in 1917 gedurende de maand September tijdelijk, werkzaam was, kreeg uitbetaald 1/12 van zijn jaarwed de ad 240 of 20 en niet 1/8 X 240 of 30. In verband met het bovenstaande hebben wij de eer Uwen raad voor te stellen afwijzend op het verzoek van adressant te beschikken. Wij leggen tevens aan den raad over een door ons ingewonnen advies van de commissie van toezicht op het mid delbaar onderwijs, die onze meening in deze aangelegenheid deelt. Sc Door heeren Gedeputeerde Staten is een wijziging ontworpen van hun be sluit d.d. 24 Maart 1921, 3e afdeeling, no. 14, goedgekeurd bij Kon. beslui! van 9 Mei 1921, no. 35, houdende rege ling van de jaarwedden van den bur gemeester en van den secretaris der gemeenten Middelburg en Vlissingen. De wijziging betreft het doen mede tellen voor periodieke verhoogingen van dienstjaren, vervuld in een gelijknamige betrekking in stede van „als burgt^ meester of secretaris" in een andere gemeente, ook buiten Zeeland, weiker zielental op 31 December van het jaar, voorafgaande aan dat der ambtsaan vaarding, in volle duizendtallen ten minste gelijk was aan dat van deze gemeenten. Met het oog op het bepaalde bij art. 73, eerste lid en artikel 104, eerste lid, der Gemeentewet, hebben wij de eer U voor te stellen aan heeren Ged. Staten te berichten, dat er bij uwen raad geen bezwaren tegen de ontworpen wijziging bestaan. Wij merken hierbij op, dat genoemde wijziging niet van invloed zal zijn op de salarissen van de beide tegenwoor dige titularisen. In een overgelegd adres verzoekt de wed. J. M. Wessel, geb. Schroevers, wonende te Utrecht, haar een toelage uit de gemeentekas te verieenen, aange zien haar echtgenoot, in leven gepensi- onneerd ie klerk ten kantore van den

Krantenbank Zeeland

Vlissingse Courant | 1922 | | pagina 1